"Alles Wisselt"; een film over landinrichting
erf en akker
Vanaf 1 december in filmotheken
Landinrichting levert ook
bijdrage aan natuur- en
landschapswaarde
Ruimte
Zambia heeft nog
land genoeg
Duitsers kopen
Nederlandse
onbespoten
producten
Den Haag - Onlangs is een film over landinrichting in première
gegaan onder de titel "Alles Wisselt". De film is in opdracht van de
Landinrichtingsdienst vervaardigd door Carillonproducers in Am
sterdam. Harry van den Eerenbeemt schreef het scenario, terwijl
Juan Goudsmit de regie voerde. Voor aanvullende informatie op de
film is tevens een lesbrief gemaakt in de vorm van een voorlich
tingskrant, die vooral geschikt is voor scholen.
In de film komt iedere belangen
groepering aan bod: de natuur
liefhebber die een verlaging van
het waterpeil ziet als een inbreuk
Dankzij de afweging van de ver
schillende belangen wordt bij
landinrichting ook een grote bij
drage geleverd aan natuur- en
landschapswaarde van een ge
bied. Natuurlijk is het waar dat
de rijkdom van flora en fauna in
het algemeen verminderen, al is
die in ons land relatief toch geva
rieerder dan in andere Westeuro-
pese landen. Maar ik vind het te
ver gaan de landbouw en in sa
menhang daarmee de landin
richting af te schilderen als een
permanente aanslag op het na
tuurlijke milieu.
Dit o.m. zei staatssekretaris A.
Ploeg (landbouw en visserij) bij
de première van de film "Alles
Wisselt", op 10 november j.l. in
Den Haag. Deze film wil een
breed publiek duidelijk maken
waarom het gaat bij landinrich
ting: hoe komplex de problemen
op het platteland kunnen zijn en
hoe landinrichting door zorgvul
dig afwegen daarvoor een oplos
sing kan bieden.
De titel van de film is gebaseerd
op de naam van een verplaatste
boerderij die de filmploeg in de
ruilverkaveling Bommelerwaard-
West tegenkwam. De benaming
"Alles Wisselt" bleek uitstekend
te passen bij de film, waarin het
thema verscheidene malen terug
komt. Met "Alles Wisselt" wordt
geduid op de voortdurende ver
anderingen in het grondgebruik,
die het nodig maken daar met de
inrichting op in te spelen. Ook
wordt gewezen op veranderingen
in de landbouw zelf, mede dank
zij verbeteringen door een ruil
verkaveling. Zo komt er een
tuinder aan het woord die eerst
met een gemengd bedrijf in het
centrum van het dorp zat en door
de ruilverkaveling elders een
rendabel tuinbouwbedrijf kon
starten.
"Alles Wisselt" zegt tevens iets
van de geheel verschillende bete
kenis die een gebied voor de
mensen heeft. Wat voor de één
een vakantiegebied is, is voor de
ander een gebied om er te wonen
of te werken en voor weer een
ander een stuk onvervangbare
natuur.
op de natuur, de stadsbewoner
(rekreant) die graag van het boe
renland gebruik maakt om zich er
te ontspannen en uiteraard de
boer zelf, die gebaat is bij een
goede inrichting van zijn land.
Allen moeten gebruik kunnen
maken van de groene ruimte die
er in ons kleine en dichtbevolkte
land is. Hoe gering de ruimte
voor elk gezin is (1 ha) wordt
vooraf aangetoond met een ani
matiefilm.
In de slotpassage van de film
I wordt duidelijk gemaakt waarom
er landinrichting is en komt op
nieuw het thema "Alles Wisselt"
naar voren: "Het landschap van
Nederland is er één van doe-het-
zelvers; werd voortdurend veran
derd. Praktisch ons hele land,
opgevist uit zee, is met de hand
gemaakt. Maar nu staat onze
groene ruimte wel erg onder
druk. Nu lijkt de rek uit Neder
land. Daarom is er landinrich
ting. Voor het eerst is er geen
vraagstuk meer van óf natuur, óf
rekreatie, óf landbouw, óf be
bouwing. Voortaan is het én-én.
Er moet intens worden samenge
werkt om een nieuw evenwicht te
vinden binnen een ruimte waarin
onze kinderen hun toekomst zul
len beleven. Dat zal een blijvende
samenwerking moeten zijn, want
het leven is vol beweging en de
balans is nooit in rust. Alles Wis
selt immers...!
De boerderij in de ruilverkaveling Bommelerwaard- West waaraan de naam
van de füm is ontleend.
Het is indrukwekkend hoeveel onge
bruikt land er in Afrika nog te grabbel
ligt Toen we met de auto onlangs naar
Zimbabwe reden en zodoende ook
dwars door ons direkte buurland
Zambia kwamen werden we daar
noodgedwongen sterk met de neus op
gedrukt. De afstand van de grens tot
aan de hoofdstad Lusaka is bijna 1100
kilometer. Een weg, waarbij men al
snel de neiging krijgt om vredig in
slaap te sukkelen. Ten eerste er is
'niks' te zien. Eindeloos strekken zich
aan beide kanten van de goed geasfal
teerde Tanzam Highway de Miombo-
bossen uit. Hier en daar een hutje een
enkel schamel dorpje. Geen verkeer
dat in vergelijking met Europa enige
naam mag hebben. We reden om de
beurt ieder tweehonderd kilometer. De
neiging om er steeds harder tegenaan
te duwen is groot en we koersten
voortdurend rond de 140 km per uur.
Toch zijn al die gronden waarop de
Miombobossen staan heel goed ge
schikt voor de landbouw. Alleen er
zijn nauwelijks echte boeren in Zam
bia, naar hel lijkt. Pas in de buurt van
Lusaka en de mijnstad Kabwe begint
men tekenen van grootschalige land
bouw te zien. Opeens treft men langs
de weg grote ontboste lappen grond
aan. Er had mais gestaan en aan de
overgebleven stoppel te zien een rede
lijke oogst. A l met al echter stelt de
totale oppervlakte niets bijzonders
voor. Zo op het oog zijn er nog enorme
mogelijkheden in Zambia om uitbrei
ding aan de voedselproduktie te geven.
De Zambianen echter lijken niet zo
landbouwminnend. De destijds zeer
lukratieve koperexporten heeft hen de
landbouw doen verwaarlozen. Het
doet wat ironisch aan om in de krant
daar te lezen dat Nederland weer de
Sinterklaas aan het uithangen is en
Zambia een gift heeft verstrekt ter
waarde van circa 15 miljoen gulden
om 300.000 ton mais in Zimbabwe te
kopen. Had dat geld nou besteed aan
het opzetten van enkele grootschalige
maisbedrijven denken we dan. Ook al
mogen de Zambianen dan niet zo
landbouwminnend zijn, ze kunnen
ontzettend goed bier drinken en dat is
toch ook een niet te onderschatten
kwaliteit. De prijs voor de hardste
werkers gaat uit naar caféhouders die
zich in het zweet werken om steeds
genoeg flesjes bier open te krijgen voor
de immer dorstige kelen.
Toch zijn er wel goede boeren in
Zambia. Vanaf de weg zagen we een
fraai bedrijf liggen. We reden er heen
en we troffen daar Willem Lublinkhoj
uit Enschede aan, die 13 jaar geleden
in feite naar Zambia emigreerde en er
zijn eigen bedrijf ontgon en eigenlijk
nog aan het ontginnen is. Momenteel
heeft hij circa 3000 acres (1200 ha)
onder de ploeg. Samen met zijn
Deense vrouw en enkele andere Euro
pese en Amerikaanse tijdelijke hulp
krachten runt hij dit bedrijf Er is 2000
acres akkerbouw met oa. tarwe, mais,
katoen, soja en daarnaast is er 1000
acres grasland, waarop meer dan 1500
stuks mestvee worden gehouden. Ook
de stoppels worden intensief voor het
vee gebruikt. Willem gooit met vele
President Kennet Kaunda zal de aan
dacht meer op de landbouw moeten
richten.
knuppels, een daarvan is ook de vis-
kwekerij die een extra poot onder het
bedrijf vormt. Willem had wel even
tijd voor ons, ofschoon het razend
druk was. De combine stond in de
tarwe, was echter net weggezakt boven
een blijkbaar kapotte irrigatie leiding.
Intussen belde de politie, die meer
wilde weten over de diefstal van enige
ossen van zijn bedrijf Willems vrouw,
die een volledige dagtaak heeft op het
bedrijf, kwam er ook bijzitten, 't Is
hard werken voor de kost, zuchtte
Willem, maar we zijn niet ontevreden.
De landbouw krijgt nu aandacht in
Zambia, vooral nu de wereldkoper-
markt in elkaar is gestort en Zambia
eindelijk in gaat zien dat de landbouw
deviezen kan besparen. Er is overigens
naar schatting in Zambia slechts 2%
van het totaal voor landbouw ge
schikte areaal in gebruik. Grote pro-
duktiebedrijven zijn er misschien niet
veel meer dan 200 in het hele land
oppert Willem. Mogelijkheden te
over. Maar net als overal dreigen er
problemen i.v.'m. de krappe harde va
luta situatie. Onderdelen is het grote
probleem, maar ook banden en nu dit
jaar kunstmest en herbiciden.
Willem vertelt dat er in de buurt al
een Europese boer heel serieus bezig is
met het trainen van 32 ossenspannen.
Weg met de trekker en al die andere
machines. Natuurlijk moet je dan een
ander bouwplan voeren en eigenlijk
dubbel het werkelijk te betelen areaal
hebben, want soms zal je de grondbe
werking al min of meer een jaar voor
uit moeten doen. Willem gelooft er
ook heilig in en is zelf nu ook bezig
met trainen van ossenspannen. Of ik
helemaal overga op ossen, dat geloof
ik niet, maar om ze er geleidelijk aan
bij te hebben is uitstekend, zegt hij.
Arbeid is nog goedkoop, en de werk
tuigen voor de ossentractie zijn een
voudig en zelf te maken.
Niettemin heeft Willem al heel wat
investeringen gedaan in zijn machine
park en het zal niet gemakkelijk zijn
om daar nu nog van af te stappen. Veel
aandacht is ook besteed aan de bere-
geningsapparatuur. Alles moet hier
gestart of aan de gang gehouden wor
den met kunstmatige beregening. De
opbrengsten zijn niet zo goed. Mais
bijvoorbeeld wordt hier ajs goed gezien
als de opbrengst om en nabij de 20
zakken 1800 kg) per acre komt. Om
quite te spelen moet er echter op zijn
minst al 17 zakken worden geprodu
ceerd. Wat het hier goed maakt is de
veehouderijtak in combinatie met de
akkerbouw. Onze 1500 stuks mestvee
moeten boter op de boterham brengen,
zezt Willem beslist.
We wandelen wat rond zijn nieuwe
bedrijf dat hij de naam Mbuyu Farm
heeft gegeven. Achter de schuur staat
een jaar oude Caterpilar D6d, die
240.000 Kwacha heeft gekost
(720000,- gulden) De rupskettingen
moesten omgedraaid worden en toen
bleek dat er geen vervangende onder
delen in het land beschikbaar waren.
Wanneer ze komen, weet niemand.
Willem zucht en wist het zweet van
zijn voorhoofd. Weet je, zegt hij, ter
wijl hij op de schijven van zijn zware
Romeegge wijst, weet je wat één zo'n
schijf hier kost, 600 kwacha (1800
gulden) en dan te bedenken dat er 44
schijven aanzitten (90 kg mais 16
kwacha of 48 gulden).
Na dertien jaar ontginnen zijn we er
nog lang niet, vertelt Willem. We
houden er de moed in en we gaan stug
door met de verdere uitbouw van de
landbouw. Ik heb er alle vertrouwen in
om er mee verder te gaan. Zambia
moet en zal aandacht aan de landbouw
gaan besteden. Wat dat betreft hebben
wij als reeds gevestigde bedrijven dan
een grote voorsprong.
SCHRIJFKOUTER
Via de veiling Hefshuizen en Om
streken is voor het eerst een
zending onbespoten groente en fruit
naar West-Duitsland geëxporteerd.
Het betrof zo'n 2,5 ton witlof, sprui
ten en appels.
De veiling meent dat dit eerste tran
sport, bedoeld voor een keten van
reformhuizen, het begin is van een
omvangrijke export. "Er is in Duits
land een grote vraag naar biologi
sche produkten". aldus een woord
voerster.
Deze veiling, die eind 1980 na de
opheffing van die in Uithuizen werd
opgericht, legt zich vooral toe op het
veilen van onbespoten produkten.
Nu Duitsland deze wil afnemen
tegen interessante prijzen, wordt ook
een betere positie verwacht op de
Nederlandse markt.
(Telegraaf)
15