Voor de herfstbuien binnen....
Verder kijken
zegge en schrijve
Zeer goede
akkerbouwoogst in 1982
zuidelijke landbouw maatschappij
Pachtnormen
Onderzoek - praktijk
Dit jaar wordt de zogenaamde Rondgang langs de krin
gen op een andere wijze gehouden dan voorheen. Deze
nieuwe stijl houdt in dat de voorzitter en de sekretaris in
eerste instantie uitsluitend met "het kader" bijeen ko
men en dat er later een tweede bijeenkomst wordt ge
houden met de hoofden van de diensten en instellingen
van de Z.L.M. waarop dan alle leden welkom zijn. Let dus
op de aankondigingen. Aan deze rondgang nieuwe stijl
doen de meeste kringen mee. Voor wat betreft de bij
eenkomsten met het kader zijn we nu ruim over de helft
zodat we al redelijk goed weten wat er momenteel leeft
onder de Z.L.M.-ers. Dat is vooral een redelijke mate van
tevredenheid over en met de huidige positie. Men heeft
het werk goed rond kunnen zetten en het werk is bepaald
niet voor niets geweest omdat de opbrengsten over het
algemeen hoog waren. Het valt daarom bij lang niet
iedereen even goed als wij van onze kant niettemin onze
bezorgdheid uitspreken over de algemene situatie in de
land- en tuinbouw. Deze bezorgdheid wordt vooral inge
geven door de nog steeds zeer gespannen verhouding op
handelsgebied tussen de Verenigde Staten van Amerika
en de Europese Gemeenschap, het toenemende protek-
tionisme tussen de Europese staten en de forse bezuini
gingen op het nationale vlak waaraan ook de land- en
tuinbouw zijn deel zal moeten bijdragen. Al deze ontwik
kelingen kunnen - afzonderlijk of bij elkaar - van grote
invloed zijn op de positie van de individuele boer of tuin
der. Ik kan me daarbij heel goed voorstellen dat er men
sen zijn die zich ergeren aan onze bezorgdheid, die vin
den dat je nu ook eens een keer tevreden moet zijn. Aan
I
De bietenoogst is zo goed als binnen d.w.z. uit de grond en op een hoop. Aan kilo's een zeer goed bietenjaar
getuige de gemiddelde forse exemplaren waaruit de honderden bietenhopen op erven en langs wegen zijn
opgebouwd. De tarra viel in het begin van de oogst mee. Later na het omslaan van het weer kan bepaald niet
meer van een schone oogst worden gesproken. Gelukkig had toen het overgrote deel van de telers de bieten al
grooid. De campagne is tot nu toe voorspoedig verlopen.
m m VRIJDAG 19 NOVEMBER 9182
land- en
tuinbouwblad
Het jaar 1982 is voor de meeste akkerbouwgewassen een
erg goed oogstjaar gebleken. Met name de granen, peul
vruchten en suikerbieten hadden niet alleen een zeer
hoge ha-opbrengst t.o.v. 1981, maar kwamen ook qua
totale produktie aanzienlijk hoger uit dan vorig jaar. Ook
voor consumptie-aardappelen wordt een ruime oogst ge
raamd. Een en ander blijkt uit de definitieve oogstraming
akkerbouwgewassen van het C.B.S., die is samengesteld
met behulp van produktieramingen van regionale oogst-
ramingscommissies.
De produktie van granen wordt 8% hoger geraamd dan in
1981 als gevolg van een hogere opbrengst per ha 13%)
gepaard gaande met een inkrimping van de geoogste
oppervlakte met ongeveer 9.000 ha. Van peulvruchten is
de produktie 69% hoger t.o.v. het vorige jaar als gevolg
van veel hogere ha-opbrengsten 21%) en een areaal
uitbreiding van 2.800 ha. De produktie van handelsge
wassen wordt ongeveer even hoog geraamd als in 1981
1 Een uitbreiding van de geoogste oppervlakte met
1.200 ha compenseerde de gemiddelde lagere opbreng
sten van de belangrijkste handelsgewassen ten opzichte
van het vorig jaar. De oogst van knol, bol- en wortelge
wassen viel op de droogtegevoelige gronden lager uit dan
vorig jaar. De oogst van consumptieaardappelen op
kleigrond was echter 7% hoger en de suikerbieten kenden
'n recordoogst van gemiddeld bijna 60 ton per ha en een
totale produktie, die bijna 900 min kg hoger was dan
vorig jaar (+13%). (zie voor gedetailleerde informatie
elders in dit nummer).
de andere kant mogen we onze ogen niet sluiten voor
ontwikkelingen die de positie van onze land- en tuinbouw
sterk kunnen ondergraven. Ontwikkelingen - om niet te
zeggen problemen - die niet door de individuele boer of
tuinder het hoofd kunnen worden geboden, ook al is het
nog zo n goede ondernemer. Het is daarom zeer belang
rijk dat we daarom de moeilijkheden tijdig onderkennen
en dat we gezamenlijk proberen voor deze problemen
oplossingen te vinden. Waarmee ik eigenlijk maar wil
zeggen dat we als daar reden voor is natuurlijk best te
vreden mogen zijn als we onze ogen maar wijd open
houden.
Want een ondernemer is het nu eenmaal niet toegestaan
in slaap te vallen.
Een ander "heet" onderwerp tijdens de rondgang is de
voorgestelde verhoging van de pachtnormen. Ik heb de
indruk dat de voorgestelde verhoging van de basispacht -
met de nodige nuances - wel wordt geaksepteerd, zij het
uiteraard node. Met de bijstellingen van de toeslagen
heeft men aanmerkelijk meer moeite en de invoering van
een ekstra klasse wordt zonder meer afgewezen. Dat
laatste vooral omdat wij ons lesje geleerd hebben: ook het
zuidwestelijk zeekleigebied zal dan ongetwijfeld weer
worden opgetrokken naar het hoogste nivo. Die poets is
ons immers al eens eerder gebakken. De betrokkenen
hebben daar duidelijk - en terecht - geen trek meer in.
Terzijde: Wat te denken van een aktie ter verlaging van de
eigenaarslasten?
De laatste tijd ben ik enkele keren betrokken geweest bij
diskussies over de doorstroming van onderzoeksresulta
Ook de oogst van peulvruchten stemt tot tevredenheid!
ten naar de praktijk. De snelheid en de doeltreffendheid
van deze informatiestromen is van levensbelang voor de
konkurrentiepositie van onze Nederlandse land- en tuin
bouw. Na het horen van de diverse verhalen ben ik tot de
konklusie gekomen dat het goed zou zijn dat de diverse
onderzoekers meer kontakt zouden hebben met de prak
tijk. Niet zozeer om de onderzoeker aan de praktijk te
laten vertellen waar hij mee bezig is maar juist om de
praktijk aan de onderzoeker te laten weten wat er nodig
is. De onderzoeker kan op deze manier meer praktijkge
richt aan de slag en de resultaten komen via het voor
lichtingsapparaat bij de praktijk terug. Ik zou daarom aan
onze afdelingen en kringen de suggestie willen doen bij
het uitnodigen van inleiders voor vergaderingen ook eens
te denken aan medewerkers van de Landbouwhoge
school, de instituten en verdere centra van onderzoek en
wetenschap. Met een beetje goede wil kunnen daar best
mooie dingen uit voortkomen.
Verder kijken dankan immers nooit kwaad.
Oggel