l yv
Herfstjiora
"Zoet water studie
Grevelingen en Zoommeer
als één projekt aanpakken"
Extra bezuiniging op
"Landbouw" slecht voor
's lands ekonomie
van
zuidelijke landbouw maatschappij
ZLM-voorzitter op ledenraad:
zoet water
Bacterievuur
Z
VRIJDAG 5 NOVEMBER 1982
68e JAARGANG NO. 3655
land- en
tuinbouwblad
Koninklijk Nederlands Landbouw-Comité:
De Herfstjiora in het Singer Museum is één van de bekendste en oudste bloemententoonstellingen in Holland.
Al voor de 24ste keer is dit najaar weer deze kleurrijke expositie, een aaneenschakeling van schitterend
gearrangeerde bloemstukken, gehouden. Naast deze bloemen en planten uit Neêrlands landbouw, was er ook
veel kunst en kunstnijverheid te bewonderen.
Herfstflora '82 stond in het teken van de herdenking van de 200-jarige vriendschapsbanden met Amerika en de
tentoonstelling is een onderdeel van de officiële viering. Er werd met behulp van bloemen, planten, kunst,
kunstnijverheid en historische gegevens een beeld geschapen van enkele Amerikaanse aspecten. Dat kunst en
landbouw heel goed kunnen samengaan blijkt uit deze foto.
sche konkurrentie-positie. Dat is een bedreiging voor de
export en voor de werkgelegenheid in de levensmidde-
lensektor. De bezuinigingen zullen er o.a. toe leiden dat
het bedrijfsleven meer zal moeten betalen voor de kwa-
liteitskontrole. In de ons omringende landen komen deze
kosten voor rekening van de overheid.
Op langere termijn vreest het KNLC verslechtering van
de omstandigheden waaronder land- en tuinbouw moe
ten produceren. Met name een verlenging van de uit
voeringsduur van ruilverkavelingen vindt het KNLC
onjuist.
Het KNLC-bestuur hoopt dat het kabinetsbeleid straks
beter afgestemd zal zijn op de belangrijke rol van land
en tuinbouw in de samenleving.
Vertegenwoordigers van het KNLC zullen woensdag a.s.
in de openbare bestuursvergadering van het Landbouw
schap hun zorgen omtrent deze extra bezuiniging duide
lijk maken.
Het is triest dat je je als landbouwbedrijfsleven erg veel
inspanning moet getroosten om 450.000,op tafel te
krijgen om een onderzoek te bekostigen naar het voorko
men van zoetwatervoorraden in de ondergrond van Zee
land. Immers dit onderzoek (dat als innovatieprojekt bij
het ministerie van Landbouw is aangemeld) is ook van
grote betekenis voor de rest van ons land en zal ook van
belang zijn voor het oppervlaktewaterbeheer. Triest te
meer als je weet dat dit onderzoek nodig is door een
wijziging van het Deltaplan dat nu weer 1 62 miljoen extra
gaat kosten....'' aldus de heer A.J.G. Doeleman vrijdag
29 oktober j.l. op de Ledenraadsvergadering van de Zui
delijke Landbouw Maatschappij (de ledenraad is een ad
viesorgaan binnen de ZLM) die bijeen was in de Prins van
Oranje te Goes.
Wat de strijd om het zoete water voor Zeeland en Brabant
betreft, stelde de ZLM-voorzitter vast dat het steeds drin
gender wordt dat de landbouw zich daarbij harder op gaat
stellen. Hij haakte in op een opmerking van het hoofd van
de Deltadienst ir. Engelen waaruit blijkt dat ook vanuit
Waterstaatskringen te eenzijdig wordt gedacht in de
richting van een zoute Grevelingen. Van groot belang is,
zei de heer Doeleman, een gezamenlijke aanpak van het
onderzoek voor de Grevelingen én het Zoommeer. Dat dit
niet gebeurt betekent volgens hem dat de objektiviteit
geweld wordt aangedaan, een mening die zijns inziens
nog wordt versterkt nu er vraagtekens gezet worden bij
de kwaliteit en de hoeveelheid zoet water die beschikbaar
kan komen voor de land- en tuinbouw in Zeeland en
Noord-Brabant. Doeleman pleitte voor extra opslagcapa
citeit zodat in tijden waarin de waterkwaliteit goed is er
extra kan worden opgeslagen. Hij zei te vrezen dat er
onder druk van de milieuorganisaties bij de Grevelingen
zoet-zout op politiek niveau een beslissing zal worden
genomen die later een grote vergissing zal blijken te zijn
geweest. Positief uitte de ZLM-voorzitter zich over het
Tot 1986 zal het Ministerie van Landbouw extra moeten
bezuinigen, zo blijkt uit het regeerakkoord.
Het Koninklijk Nederlands Landbouw-Comité (KNLC)
verzet zich fel tegen deze besnoeiing, die het dubbele is van
wat andere departementen moeten inleveren. Het bestuur
van het KNLC kwam dinsdag 2 november in een bijzon
dere vergadering te Utrecht bijeen.
Het KNLC vreest voor een verzwakkine van de aerari-
Provinciaal Bestuur van Zeeland dat bereid is aandacht en
geld beschikbaar te stellen voor de problematiek van het
zoete water.
De heer Doeleman onderstreepte nog eens duidelijk de
noodzaak van het blijven bestrijden van bacterievuur.
Want hoewel er het afgelopen najaar veel aangetaste
meidoorns en andere waardplanten zijn opgeruimd, is
zeker dat daarmee nog doorgegaan moet worden. Hij
verweet het Zeeuws Coördinatieorgaan dat zij in een brief
aan het Provinciaal bestuur te zijn gekomen op eerder
gedane uitspraken van zijn voorzitter de heer van Oosten
waarbij werd gepleit voor het opruimen van alle zieke
meidoorns: "Bij natuur en landschap is men misschien in
verwarring geraakt bij het aanschouwen van de resulta
ten van het opruimen van zieke meidoorns maar dat is
mede een gevolg van een beleid dat door natuurbe
schermingsorganisaties is voorgestaan, aldus Doeleman,
die het de hoogste tijd achtte_yoor een planmatige aanpak
zodat de opgelopen schade zo snel mogelijk hersteld kan
worden. Sprekend over de teruggaande economie stelde
de ZLM-voorzitter dat het belangrijk is kennis te nemen
van wat anderen over de land- en tuinbouw denkenDat
wij dan als voorbeeld gesteld worden is verheugend maar
daarbij moet wel bedacht worden dat dit te danken is aan
gezinsbedrijven die flexibel zijn bij het opvangen van
tegenslagen en die de mogelijkheid en de wil hebben snel
op veranderingen in te spelen".
"Als deze opmerking gemaakt wordt mogen niet de pro
blemen van het individuele bedrijf en de gezinnen uit het
oog verloren wordenMaar dat houdt ook direct het gevaar
in, dat men ervan uit gaat dat wij ons zelf wel kunnen
redden Te gemakkelijk wordt er volgens Doeleman de
laatste tijd over privatisering van o.a. het onderzoek en de
voorlichting gesproken die niets anders kan betekenen
dan zelf betalen. Het gevaar is levensgroot dat het gat
tussen het gemiddelde bedrijf en de koplopers nog groter
zal worden. Dat is niet alleen sociaal onaanvaardbaar,
maar ook in economisch opzicht ongewenst
Het wordt hoog tijd dat ook bij de bedrijfsopvolging de
fiskale problemen tot een maatschappelijk aanvaardbaar
niveau teruggebracht wordt, aldus de heer Doeleman.