Idllll" Mil
Vertraging Deltawerken
onverantwoord en onrechtvaardig
In de bonen....
Doeleman herkozen tot
voorzitter van de Z.L.M.
Hoofdbestuur Z.L.M.:
zuidelijke landbouw maatschappij
Hoofdstuk tarwe
"Kleine" veehouders
z.l.m
m mm VRIJDAG 3 SEPTEMBER 1982
I AMM 68e JAARGANG NO. 3646
tuinbouwblad
Onze landbouwers zijn al weer druk bezig met het maaien van de bruine bonen. Thans verschijnen in het
landschap weer de ruiters bij honderden. Het betreft hier een zeer arbeidsintensieve teelt, vooral omdat het
ruiteren nog met spierkracht moet gebeuren. Nadat zon en wind hun werk gedaan zullen hebben, kan met
dorsen worden begonnen.
De heer A.J.G. Doeleman
te Nieuwerkerk is maandag
30 augustus 1982 door het
hoofdbestuur van de Zui
delijke Landbouw Maat
schappij (Z.L.M.) met al
gemene stemmen herkozen
tot algemeen voorzitter
van de Z.L.M.
De nieuwe zittingsperiode
van de heer Doeleman gaat
in op 1 januari 1983 en
geldt voor een periode van
6 jaar. De heer Doeleman
heeft echter van te voren
aan het Z.L.M.-bestuur te
kennen gegeven deze zit
tingsperiode niet vol te
willen maken.
De heer A.J.G. (Ad) Doeleman is 54 jaar en van beroep
akkerbouwer. Zes jaar geleden werd hij voor de eerste
maal gekozen tot algemeen voorzitter van de Z.L.M. als
opvolger van Ir. D. Luteijn. Daarvoor was Doeleman
voorzitter van de Kring Schouwen-Duiveland van de
Z.L.M. en uit hoofde van die funktie lid - tevens akker-
bouwwoordvoerder - van het hoofdbestuur van de
Z.L.M.
De heer Doeleman vervult zowel op landelijk als pro
vinciaal niveau funkties die nauw verbonden zijn - of
voortvloeien uit - het vodrzitterscha-p van de Z.L.M.
Agrarische bedrijfsontwikkeling heeft zijn bijzondere
belangstelling: hij is voorzitter van de Kommissie Be
drijfsontwikkeling en Agrarische Voorlichting (B.O.A.V.)
van het Landbouwschap en voorzitter van de Provinciale
Raad voor de Bedrijfsontwikkeling in de provincie Zee
land. Hoewel hij aan zijn bestuurlijk werk in de land
bouworganisatie veel tijd besteedt, is de heer Doeleman
via zijn akkerbouwbedrijf onmiskenbaar een man van de
praktijk (gebleven), zodat de Z.L.M. met de heer Doele
man beschikt over een bedrijfsgenoot als voorzitter.
De heer A.J.G. Doeleman, voorzitter van de Zuidelijke
Landbouw Maatschappij (Z.L.M.) heeft op de maande
lijkse vergadering van de Maatschappij op 30 augustus
j.l. in de Prins van Oranje te Goes zijn verontwaardiging
uitgesproken over het voornemen van de Overheid de
werken in het kader van de Delta Wet verder te vertragen
Blijkbaar is 1 953 toch weer al zo lang geleden dat men
met deze voorstellen durft te komen. Doeleman: "Wij
vinden dit onverantwoord en onrechtvaardig tegenover
de mensen waar ook in Nederland, die in de polders
wonen en werken (ver) onder de zeespiegel. Geen uitstel
van dijkversterking op Deltahoogte en geen uitstel van de
verdere uitvoering van de werken in de Oosterschelde.
Hier geldt dat uitstel zeker ook in zijn totaliteit geen be
zuinigingen oplevert!"
In zijn inleiding meldde Doeleman dat,de oogstwerk-
zaamheden tot nu toe gunstig zijn verlopen terwijl de
opbrengsten goed zijn.
Het niveau van de tarweprijs ligt in ons werkgebied ten
opzichte van de referentieprijs op een redelijk niveau. Het
gevolg daarvan is dat de graantelers geen verder risiko
meer willen lopen en tot verkoop overgaan.
Daarmee zou het hoofdstuk tarwe voor dit jaar als afge
daan kunnen worden beschouwd.
De Z.L.M.-voorzitter zei echter dat dit niet verantwoord is:
"Wij zullen als georganiseerde landbouw in overleg met
de handelshuizen het exportbeleid en het interventiebe-
leid kritisch moeten blijven volgen.
Wanneer de koöperatieve of partikuliere graanbedrijven
verlies lijden is dat zeker ook geen boerenbelang"., aldus
Doeleman die er aan toevoegde dat de Nederlandse
Overheid nog steeds niet bereid is de interventievoor-
waarden op praktische wijze uit te voeren. Zo moet nog
steeds de aangeboden tarwe gewogen worden hetgeen
vooral dit jaar een probleem is doordat alle silo's vol
zitten. Deze weging is voor de opslaghouders een extra
kostenfaktor die absoluut overbodig is!
Wat betreft de besteding van de 20 miljoen zei de
Z.L.M.-voorzitter te hopen dat daarover in het Land
bouwschap een besluit genomen gaat worden. De
standpunten liggen op zich dicht bij elkaar n.l. dat het
geld terecht moet komen bij de kleine veehouders en dat
deze zoveel mogelijk mee kunnen delen.
Overigens, zo voegde Doeleman eraan toe; praten wij in
Nederland toch duidelijk over andere kleine bedrijven
dan in het overgrote deel van de rest van Europa. Dat is
mede een reden dat de meerderheid tegen een recht
streekse uitkering is. Gesproken wordt, en daar is geen
verschil van mening over, over bedrijven met een melk-
produktie tot 1 50.000 liter en sommigen willen gaan tot
200.000 liter. En wanneer dat dan 60% is van de be
drijfsomvang dan wordt toch zeker niet over echte kleine
bedrijven gesproken. Naar de mening van Doeleman is
het verantwoord en noodzakelijk dat bij de besteding van
de 20 miljoen er de zekerheid is dat dit geld geïnvesteerd
wordt op de bedrijven waardoor voor een langere periode
de arbeidsomstandigheden kunnen verbeteren. "Om dit
in goede banen te leiden zou het een goede zaak zijn dat
er overleg komt en er een aktieplan wordt opgezet met de
voorlichtingsdienst over de wijze van besteding op de
individuele bedrijven. In dit overleg kan, aldus de
Z.L.M.-voorzitter het totale bedrijfsgebeuren doorgelicht
worden en lijnen uitgezet worden voor de toekomst. Dat
kan met name nuttig zijn voor bedrijven die om welke
reden dan ook minder kontakt hebben met de voorlich
ting".
De heer Doeleman sprak tenslotte zijn bezorgdheid uit
voor de bezuinigingsplannen van de Overheid, zeker
wanneer dergelijke plannen in de politieke sfeer getrok
ken worden. "Wat betekent het uiteindelijk voor de
Overheid, zo vroeg hij zich tot slot af, wanneer er bezui
nigd wordt op de voorlichting, wanneer via sociale maat
regelen deze mensen toch bijgestaan moeten worden.
Met daartegenover het profijtbeginsel voor de Overheid
wanneer men geld steekt in de voorlichting van een sek-
tor die een bijzonder positieve bijdrage levert aan de
handelsbalans".
(vervolg verslag Hoofdbestuur pag 10)