Graan als drukmiddel Inspanningen NZB schaalvergroting in de afzet van aardappelen Monopolie Agressief beleid zuidelijke landbouw maatschappij Nieuw evenwicht De verhoudingen tussen West-Europa (EEG) en de Ver enigde Staten van Amerika (VS) zijn er sinds Ronald Reagan president van Amerika is niet hartelijker op ge worden. Op verschillende gebieden - defensie, buiten lands beleid en handel - zijn er meer of minder diep gaande verschillen van inzicht aan het licht gekomen. De staalkwestie en de aankoop van Russisch aardgas door verschillende west-Europese landen zijn daar voorbeelden van. Maar ook op landbouwgebied zijn de betrekkingen aanmerkelijk bekoeld. De Amerikanen zetten zich vooral af tegen het EEG-stelsel van invoerheffingen en uitvoer restituties om de west-Europese markt te beschermen. Maatregelen overigens die ook door Amerika al lang zijn aanvaard middels de internationale handelsovereen komst de "General Agreement of Trade and Tariffs (het GATT). In feite zetten de Amerikanen de betreffende GATT-afspraken nu eenzijdig op losse schroeven. Reden om aan te nemen dat er meer aan de hand moet zijn. En dat is ook zo: Amerika is lange tijd de graanschuur van de wereld geweest. Sinds de oprichting van de EEG is echter ook de graanproduktie in west-Europa (relatief) enorm toegenomen. Maar naast de EEG en enkele tradi tionele konkurrenten zoals Canada en Australië zijn er nog meer kapers op de kust gekomen. Met name Brazilië en Argentinië moeten in dit verband worden genoemd. Want niet alleen hebben deze landen een einde gemaakt aan het Amerikaanse monopolie op de sojamarkt maar ook - en vooral - heeft Argentinië aangetoond de Ameri kaanse graanboycot tegen Rusland vorig jaar te kunnen doorbreken. De Amerikaanse graanboeren hebben van dit avontuur de wrange vruchten geplukt en de machtige Amerikaanse landboüwboycot heeft de president duidelijk gemaakt dat dit soort maatregelen niet meer op prijs gesteld worden. Inmiddels heeft Reagan inderdaad bekend gemaakt dat het graankontrakt met de Russen - desgewenst op een hoger nivo- voor tenminste een jaar verlengd wordt. Maar dan nog blijft Amerika met grote hoeveelheden graanprodukten zitten die tegen (lage) wereldmarktprij zen moeten worden afgezet. Ter vergelijking: de prijzen die de Europese boeren voor hun graanprodukten ont vangen liggen ongeveer 20 procent hoger dan de wereldmarktprijzen. Het is nu juist deze overschotpositie die de Amerikanen als drukmiddel willen gebruiken om een aantal zaken zoals de staalkwestie, het Russisch gas en wellicht ook de defensie te forceren. De Amerikanen verwijten de EEG nu opeens dat door de - bij de Amerikanen al lang bekende - uitvoerrestituties de Amerikaanse graaneksport ernstig benadeeld wordt. Men moet dan weten dat alleen al de stijging van de Amerikaanse graanproduktie tussen 1979 en 1981 het dubbele was van de totale uitvoer van tarwe uit de EEG. De markt is dus sowieso overvoerd, ook zonder de EEG. Dit tekent tegelijkertijd de doorslaggevende positie van Amerika op de graanmarkt. Door ekstra subsidies - die in Amerika overigens nu al gegeven worden - kunnen de Amerikanen de wereldmarkt ekstra onder druk zetten wat de EEG en uiteindelijk de Europese graanboeren honder den miljoenen gaat kosten: het al eerder genoemde drukmiddel. De Amerikaanse minister van Landbouw, John Block, zette zijn beleid eerder dit jaar voor het Landbouw Comité van het Huis van Afgevaardigden als volgt uiteen: "Mijn departement voert een agressief beleid om de eksport I land- VRIJDAG 20 AUGUSTUS 1982 68e JAARGANG NO. 3644 rn tuinbouwblad Over een langere periode is de produktie van konsump- tieaardappelen in Nederland toegenomen. De laatste ja ren tekent zich een stabilisatie af. In 1978/1979 kwam inklusief een bescheiden import 2,5 min ton beschikbaar. De groothandel draagt zorg voor de verzameling bij de telers en de distributie naar de bestemmingen. Twee derde werd afgezet in het binnenland en was uiteindelijk be stemd voor de konsumptiehuishoudingen en de verwer kende industrie. Een derde van de beschikbare hoeveel heid werd geëxporteerd. Zowel bij de aardappelgroothan del als bij de industrie nam sinds 1971/1972 het aantal bedrijven af en koncentreerde de omzet zich bij een klein aantal grote bedrijven. Deze onderzoekresultaten zijn te vinden in een pas verschenen rapport van het Landbouw- Ekonomisch Instituut. Centrale rol van de groothandel In 1978/1979 waren 637 bedrijven betrokken bij de groothandel in konsumptieaardappelen. Tezamen ver zorgden zij de distributie van ca. 80% van de beschikbare hoeveelheid. De verwerkende industriën en het buiten land zijn de belangrijkste afnemers van de groothandel. De toelevering aan die afnemers is vooral een zaak van de grootste handelsondernemingen. De kleine en middel grote ondernemingen richten zich vooral op de afzet aan de binnenlandse detailhandel. De onderlinge handel is omvangrijk en omvat ongeveer een derde van de gesom meerde groothandelsomzet. De 20% die aan de groothandel voorbijgaat, betreft rechtstreekse afzet van telers aan gezinnen en verwer kende industrieën. Koncentratie en schaalvergroting De aardappelgroothandel speelde in 1978/1979 een nog belangrijker rol dan in 1971/1972 al het geval was. Het aantal groothandelaren was in 1978/1979 ongeveer 30% minder dan in 1971/1972. Deze vermindering had vooral betrekking op de bedrijven met kleine omzetten. De omzet koncentreerde zich sterker bij de grote bedrijven; hun gemiddelde omzet kwam op een hoger plan te liggen. Het aandeel van de koöperaties bleef ongeveer gelijk. De koncentratie was hier sterker dan in de partikuliere sek- tor. Meer industriële verwerking De verwerkende industrie neemt een groeiend deel van de beschikbare konsumptieaardappelen voor zijn reke ning; in 1978/1979 al 28%. De industrie betrekt de grondstof hoofdzakelijk van de groothandel. Het zijn vooral de grote handelsondernemingen die deze toeleve ring verzorgden. van landbouwprodukten uit de VS op duurzame wijze te stimuleren" en "wij zullen met de EEG in het strijdperk treden om het even waar en om het even wanneer het nodig is". Wanneer de Amerikanen dit oorlogszuchtige beleid inderdaad tot uitvoering brengen ziet het er voor de EEG en voor onze boeren niet best uit. Met deze stok achter de deur zal de EEG - zo hopen de Amerikanen - sneller bereid zijn tot het doen van konsessies op ander terrein. Gezien de haastige wijze waarop de EEG in de staalkwestie een kompromis heeft aangeboden lijkt het er op dat de Amerikanen gelijk krijgen. Eerder al besloot de Europese Raad van landbouwminis ters de Europese graanprijzen op termijn struktureel te verlagen waarmee al een deel van de kosten op de nek van de graanboeren werd geschoven. Als achtergrondinformatie is het bij dit alles goed te we ten dat de landbouwuitgaven in de EEG - relatief gezien - op gelijke hoogte liggen met die in de VS. Van oneerlijke konkurrentie is dus geen sprake. In werkelijkheid zijn de Amerikaanse landbouwproblemen te vergelijken met die in west-Europa waarbij de sterke kostenstijging in de landbouw wel de belangrijkste is. De Amerikanen zouden daarom op moeten houden hun problemen af te wentelen op anderen, in dit geval op de EEGVeel beter zou het zijn gezamelijk naar oplossingen te zoeken en wel oplossing en die gaan in de richting van een nieuw evenwicht tussen produktie en konsumptie. Amerika moet blijkbaar nog wennen aan een verenigd Europa dat zo langzamer hand op eigen benen wil - en kan - staan. Om dat in te zien is er toch waarachtig geen handelsoorlog nodig. Oggel Tijdens de Wereldkampioenschappen Vierspannen te Apeldoorn heeft ook het NZB zich gepresenteerd, door middel van het plaatsen van reklameborden, het adopteren van een hindernis in de marathon en niet in de laatste plaats door de aanwezigheid van de kaasmeisjes. Niet alleen de duizenden toeschouwers in Apeldoorn, maar ook in het buitenland kon via Eurovisie worden genoten van deze wereldkampioenschappen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1982 | | pagina 1