"Nederlandse overheid zal starre
houding t.a.v. akkerbouw
moeten versoepelen!
BLOEMENPRACHT IN BERLIJN
COPA vindt
prijsvoorstellen Europese
kommissie onaanvaardbaar
zuidelijke landbouw maatschappij
Z.L.M.-Hoofdbestuur vreest anders bedrijfsbeëindigingen
Evenwicht
Uitholling.
Klap in gezicht
VRIJDAG 5 FEBRUARI 1982
68e JAARGANG NO. 3618
tuinbouwblad
Op de internationale Grüne Woche die van 22 - 31 januari in Berlijn werd gehouden, viel deze werkelijk schitterende
aangeklede hal te bewonderen. Temidden van deze bloemenpracht echte bomen die via het dak de hal zijn binnenge
bracht. Onder de brug een kunstmatig aangebrachte beek. Behalve ons land dat met een eigen bloemenstand ook
bijzonder veel belangstelling trok, waren 33 andere landen met een stand in Berlijn vertegenwoordigd.
"Wanneer de Nederlandse overheid haar starre hou
ding ten opzichte van de akkerbouw handhaaft zal
dat verstrekkende gevolgen kunnen hebben:
bedrijven zullen genoodzaakt zijn de bedrijfsvoe
ring te beëindigen
het evenwicht in het bouwplan zal in gevaar komen
en daarmee de konditie van de bodemstruktuur
- er zal op andere produkten worden overgegaan wat
extra spanningen op de markt kan veroorzaken".
Met deze woorden maakte de voorzitter van de
Z.L.M., de heer A.J.G. Doeleman zijn medebestuur
sleden op de maandag jl., in het Landbouwhuis te
Goes gehouden hoofdbestuursvergadering deelge
noot van zijn ernstige verontrusting over de situatie in
de Nederlandse akkerbouwsektor waar nog niet als in
Frankrijk met inkomenstoeslagen wordt gewerkt. Wij
zijn daar ook geen voorstander van, maar willen we
onze konkurrentiepositie handhaven dan zal een ak-
tief overheidsbeleid beslist noodzakelijk zijn", aldus
de heer Doeleman.
Juist voor de akkerbouw blijkt nl. dat in het afgelopen jaar
de prijsontwikkeling voor de gegarandeerde akkerbouw-
produkten sterk is achtergebleven bij de kostenontwik
keling.
"Voor het zuivere akkerbouwbedrijf, zoals wij dat in N.O.
Groningen kennen blijkt zelfs dat op een bedrijf van 60 ha
geen arbeidsinkomen behaald kan worden, indien de
Brusselse plannen voor het graanbeleid doorgevoerd
worden". Volgens Doeleman rechtvaardigt de enorme
bijdrage die de Nederlandse land- en tuinbouw levert aan
onze ekonomie een aktief overheidsbeleid, óók voor de
akkerbouw. Zijns inziens dient er m.b.t. de overheidshulp
een zeker evenwicht in stand te blijven tussen de ver
schillende sektoren.
"Het is onbegrijpelijk, zo meent hij, dat de Nederlandse
overheid zich niet harder opstelt ten opzichte van de
graanprijsvoorstellen. Maar ook het graanbeleid wat in
Nederland zelf gevoerd wordt, zowel het exportbeleid als
ook het interventiebeleid laat nog steeds veel te wensen
over". Het wordt volgens de Z.L.M.-voorzitter dan ook
steeds dringender dat de akkerbouw zich bij de belan
genbehartiging harder op gaat stellen, overigens zonder
dat er een konfliktsituatie ontstaat met de andere sekto
ren. "Alleen met een evenwichtige afweging van de be
langen en eenheid in optreden kunnen wij een vuist ma
ken".
Naar de mening van de heer Doeleman betekenen de
nieuwe prijsvoorstellen uit Brussel een verdere uitholling
van de positie van de land- en tuinbouw. Niet alleen de
prijsverhogingen blijven achter bij de kostenontwikke
ling, maar ook de afbraak van de M.C.B.'s (monetaire
compensaties) met 3% betekent een extra achterstelling
Klap in gezicht producenten
De voorzitter van C.O.P.A., de heer Emo, heeft de prijsvoor
stellen van de Europese Kommissie voor het prijsjaar
1982/1983 als volstrekt onaanvaardbaar voor de boeren in de
E.G. verworpen.
Niet alleen is de gemiddelde verhoging van het prijsniveau
totaal onvoldoende, maar ook worden de "richtsnoeren voor
de landbouw" in de kommissievoorstellen onvoldoende uit
gewerkt.
De voorstellen verbeteren op geen enkele manier de zeer
moeilijke situatie van de boeren, wier gemiddeld inkomen in
de afgelopen drie jaar met 25^ is verminderd. Door deze
voorstellen zullen de boeren moeilijker kunnen investeren en
aankopen, wat gevolgen zal hebben voor de werkgelegenheid
in de landbouw en aanverwante bedrijven. En dat terwijl de
E.G. al 10 miljoen werklozen heeft. De voorstellen zullen
uiteindelijk leiden tot een volledige ondermijning van het
vertrouwen dat de boeren hebben zowel in het E.G.-land
bouwbeleid als in de wil van de E.G.-instanties om hun pro
blemen op te lossen en als gevolg daarvan in de E.G. zelf.
"Om deze redenen", aldus de voorzitter van C.O.P.A., "be
schouw ik de voorstellen van de Europese Kommissie als een
klap in het gezicht van alle producenten in de E.G. en ik richt
een dringend verzoek tot de Raad van Ministers om bij het
vaststellen van de prijzen vóór 1 april 1982 recht te doen aan
de rechtvaardige eisen van C.O.P.A., die met name geba
seerd zijn op de objektieve methode. Alleen dan zal de aan
zienlijke kloof tussen de agrarische en niet-agrarische inko
mens niet weer worden vergroot". "Het gaat", zo konklu-
deert de voorzitter van C.O.P.A.", om de sociale en politieke
stabiliteit van een groot aantal regio's in de gemeenschap".
De voorstellen van de Europese Commissie zijn met name
een klap in het gezicht van de akkerbouwers.
die niet voldoende wordt gekompenseerd door de lagere
inflatie. Vooral onze konkurrentiepositie ten opzichte van
Frankrijk zo meent de voorzitter wordt extra ongunstig.
Met name ook de kollektieve en fiskale lasten drukken
onevenredig zwaar op de schouders van het Nederlandse
bedrijfsleven. "Voor de land- en tuinbouw is dat extra
ongunstig, omdat wij in sterke mate afhankelijk zijn van
het E.E.G.-beleid".
Vooral voor de akkerbouw zijn de prijsvoorstellen bijzon
der slecht. Wel wordt de suikerprijs met 9% verhoogd
maar deze kan sterk beïnvloed worden door een even
tuele extra heffing tot 37,5% op de B-suiker.
De prijsverhoging voor de tarwe blijft met ruim 3% achter
met daarbij voor de volgende oogst de dreiging van een
medeverantwoordelijkheidsheffing tot ten hoogste 5%
wanneer er in de E.E.G. meer dan 119,5 miljoen ton
tarwe wordt geproduceerd.
(vervolg zie pag. 1 7)