Tuin- en
Landschapsinrichting
ONDERWIJS
NOTITIES
W ie Boskoop zegt roept onmiddellijk het beeld op van kwekerijen voor sierbomen, heesters en bloeiende planten. Als
daar dan een hogere tuinbouwschool is dan zal die school wel alles te maken hebben met die kwekerijen. Bij navraag blijkt
dan echter dat die school daar wel mee te maken heeft maar dan alleen zoals een school voor bouwkunde te maken heeft
met steenfabrieken. Meer niet."
N a vier jaar komt de afgestudeerde die niet verder wil stude
ren in Wageningen of bij bouwkunde aan de T.H.-Delft, op die
manier wel zwaar bepakt op de arbeidsmarkt, waar er dan ook
heel wat zijn die hem niet alleen graag zien komen maar nog
graag willen hebben ook zoals de plantsoenen- en planologische
diensten, de stedenbouwkundige adviesbureaus, de kuituur
maatschappijen, grote aannemingsbedrijven voor totaalprojek-
ten in binnen- en buitenland, de grote hovenbedrijven, archi-
tektenbureaus enz.
M et deze wat willekeurige greep uit wat een tuin- of land-
schapsarchitekt wel of niet is krijgt men wel een indruk van hoe
boeiend dat vak toch is, maar ook hoe veelomvattend. Waarmee
dan meteen is aangegeven hoe zwaar de studie daarvoor zal
moeten zijn. Net als het vak zelf is de studie een bonte menge
ling van kreativiteit, techniek en gevoel voor de natuur. Die drie
elementen heeft hij nodig om een stadstuin of een landschap
spark te bouwen en zelfs om een landbouwgebied of waterschap
in te richten. Daar komt dan nog bij dat hij de maatschappelijke
behoeften tenminste globaal moet kennen om er op zijn minst
met maatschappelijke deskundigen zinnig over te kunnen pra
ten, want met die maatschappelijke behoeften - zoals rekreatie,
milieuhygiëne, verkeer, geluidsoverlast, dierenbescherming enz.
- zal hij terdege rekening moeten houden.
D e kwekerijen leveren een deel van de ingrediënten
waarmee ze op die school moeten leren werken. Wie dus de
bedoeling heeft om boom-, struik- of plantenkweker te
worden moet vooral niet naar die hogere agrarische school
in Boskoop gaan. De officiële naam van de school is overi
gens Rijkshogere school voor tuin- en landschapsinrichting.
Met die naam ligt de vergissing niet zo voor de hand als met
de onjuiste maar wel gemakkelijk in de mond liggende
aanduiding Hogere Tuinbouwschool. Die aanduiding houdt
bovendien nog een tweede vergissing in. Er is namelijk
tuinbouw en tuinbouw, de een houdt zich bezig met het
kweken van groenten, de ander met het verzorgen van tui
nen. De school in Boskoop heeft nog minder met kwekerijen
te maken dan met groente, maar wel alles met tuinen.
D e direktie van de R.H.S.T.L. in Boskoop wil eerst die mis
verstanden wel opgeruimd hebben alvorens er dieper op in te
gaan wat er op die hogere agrarische school dan in feite wel
gebeurt. De min of meer droeve ervaring is namelijk dat steeds
meer jongens en de laatste jaren nog veel meer meisjes graag in
Boskoop willen gaan studeren doch daarmee iets anders be
doelen dan de school behoort te zijn. Tot wanhoop toe wordt bij
aanmelding geprobeerd ze uit te leggen waarvoor men op die
school wel en niet moet zijn. Doch het wil er maar niet in dat de
Boskoopse ingenieur meer achter de tekentafel zit dan in de
bloemperken.
M et deze bemerking zijn we dan bij de vraag gekomen waar
zo'n Boskoopse ingenieur dan zijn werkkring vindt. Het ant
woord is niet moeilijk: overal waar men een tuin of landschap
deskundig ingericht wil hebben. Dat varieert dan wel van de
gelukkige nieuwe bezitter van een vervallen landgoed, dat hij
wil laten opknappen, tot aan het Ministerie van Ruimtelijke
Ordening en alles wat daartussen ligt aan partikuliere, gemeen
telijke en provinciale instanties en dan van de ruilverkaveling
tot aan de stedelijke groenstroken, de rekreatieparken en mo
gelijk zelfs de kantoortuinen.
Kapucijners, stevige maar lekkere kost!
BOUWEN MET AARDE, WA TER EN GROEN
J.W.M. van Spaandonl^J
Hij kan wel een mooi landschap met palmen en kembang spa-
toes ontwerpen maar dat kan niet voor de IJsselmeerpolder,
want die groeien daar niet. Afgezien nog van het feit dat de
bestemming van die polders landbouw is en niet toerisme. Als
een partikuliere of overheidsinstantie een bepaald gebied bes
temt tot landschapspark ten gerieve van de rekreatie en de
Boskoopse architekt vraagt daar een ontwerp voor te maken,
dan moet hij daar ook geen aardappel-, bieten-, mais- of rog
gevelden in ópnemen, hoe nuttig hij die persoonlijk dan ook
mag vinden.
doorlopen van het rooster voor de vierjarige studie opgedeeld in
acht semesters komen we daar achtereenvolgens tegen Neder
lands en Duits en Engels, wis-, natuur- en scheikunde' biologie
en plantenkennis, algemene ekonomie, sociologie, bodemkun
de, kuituurtechniek, planologie, landschapsbouw, beplantings-
leer, bouwkunde, weg- en waterbouwkunde, bedrijfsekonomie,
informatika, technisch tekenen, bedrijfsorganisatie, techniek
van aanleg en onderhoud, vegetatieleer, landmeten en dan door
alle semesters heen expressie, ontwerpen en gymnastiek. Dat
alles bij elkaar ziende, weet men wel waar men aan begint.
Er zijn binnen dat geheel drie richtingen mogelijk die vooral in
het laatste jaar benadrukt worden: A voor hoofdzakelijk ex
pressie en ontwerpen en B en C voor een van de vakken kui
tuurtechniek, landmeten of bedrijfsekonomie. Er is een prak
tijkperiode (stage) ingebouwd van negen maanden gedeeltelijk
in het derde en vierdejaar, waarin de verschillende kanten van
de praktijk aan bod moeten komen.
Zwaar bepakt
Boeiend werk na een boeiende studie. Zeker in de tijd die voor
ons ligt. Het is namelijk in de meeste gevallen al lang niet meer
zo dat men een polder eerst droogmaak en vol bouwt of een stad
uit de grond stampt rond éen nieuw te ontginnen gas- of olieveld
en er dan ook gauw even nog een tuin- of landschapsinrichter bij
haalt om het betonnen monster met hier en daar wat groen te
versieren. Nee, nog voor er een streep op het tekenbord staat of
een spa in de grond gaat voor zo'n projekt wordt de tuin- en
landschapsinrichter aan tafel genood om zijn deskundigheid in
te brengen en zo een evenwichtig en maatschappelijk verant
woord leefgebied op te bouwen naar de doelstellingen, waaraan
het moet voldoen. Welke doelstellingen dan doorgaans zijn dat
men er in moet kunnen werken maar ook leven.
In onze overbevolkte geïndustrialiseerde landen is het in tegen
stelling tot nieuw te ontginnen gebieden meer zo dat de Bos
koopse ingenieurs nodig zijn om te proberen de overgeëxploi-
teerde gebieden weer leefbaar te maken. Ook een zware opgave,
maar wel een aantrekkelijke. Zoals de Boskoopse studie een
zware is maar wel een waar je plezier aan kunt beleven mits je
over de juiste instelling en voldoende karakter beschikt om
achter een bureau of tekentafel er mede voor te zorgen dat onze
samenleving geen pakhuis wordt.
Adres: Rijks Hogere School
voor Tuin- en Landschapsinrichting
Azalealaan 115 Boskoop.
Tel.: (01727) 3883
Bont en zwaar
De Boskoopse ingenieur is hier al herhaaldelijk als architekt
betiteld. Dat is gedaan om enigszins duidelijk te maken wat er
met de studie precies wordt bedoeld. Hij zal zich echter zo nooit
mogen aandienen. Om die beroepstitel te mogen voeren is een
studie aan een landbouwhogeschool vereist. Een kniesoor die
daar op let, jawel, maar Nederland loopt nog vol kniesoren met
hele lange tenen. Maar die Boskoopse ingenieur (afgekort ing.)
doet bijvoorbeeld wel het architektenwerk in een niet al te grote
gemeente die zich niet de luxe kan veroorloven om er naast hem
ook nog een academicus op na te houden. Zo'n niet al te grote
werk- of opdrachtgever beschikt vaak ook niet over de middelen
om nog een hele stoet anderssoortige deskundigen in te schake
len zoais plantkundigen, sociologen, ekonomen, waterbouw
kundigen enz. om de landschapsontwerper te adviseren en te
assisteren. Die zal dat vaak op zijn eentje moeten opknappen ea
dat moet hij dan toch wel in aanleg hebben geleerd.
In deze rubriek, besteden we aandacht aan een min of meer
vergeten groep nl. de peulvruchten en dan in het bijzonder de
kapucijners. Deze komen zowel in glas, blik, en gedroogd in de
handel.
De kapucijner is zeer rijk aan vitamine B eiwitten en mineralen.
Deze kostbare voedingsbestanddelen konden door het zorgvul
dige droogproces bewaard blijven.
Omdat ze goed konden worden bewaard maakten ze vroeger
ongeveer van de scheepsvoedselvoorraden uit.
U kunt wel nagaan, dat de menu's aan boord vrij eentonig
waren.
Maar schrandere koks wisten van de eentonige voorraden, door
te experimenteren, heerlijke recepten te kreëren.
Recepten, die teruggaan tot ongeveer de 17e eeuw ten tijde van
de opkomst van de scheepvaart, verhalen daarvan.
Terug in onze tijd betekenen ze een stevige winterkost!
Zo'n maal kapucijners met spek bijvoorbeeld dat werkt en geeft
weerstand!
Als je buiten wat dieper in je jas duikt is het er écht wel weer
voor en dan smaakt zo'n maaltijd soms beter als een exquise
diner.
Al met al interessant genoeg om het te proberen.
Als hoofdschotel rekent men gewoonlijk 250 gram per persoon.
Als groente 125 gram per persoon.
Indien gedroogde kapucijners, dan eerst in ruim water 12 uur
laten weken.
In het weekwater opzetten met toevoeging van de volgende
ingrediënten: 1 grof gesneden prei; 5 laurierblaadjes; xh.
teentje knoflook.
Gaarkoken in 1 k Vh uur op het laatste moment 7 k 8 gram
zout.
Schep de kapucijners zo uit het water en drapeer ze in een
schaal.
Serveer het verder met: 1 fijn gesneden rauwe ui; 4 verse var
kensworsten 250 gram plus de jus; en 4 5 grote geschaafde
appels (golden delicious). yan y/jet
onder redaktie van
L. Anderson
Inderdaad leert men in Boskoop met aarde, water en groen
bouwen zoals een architekt met stenen, mortel, staal en glas
werkt. Maar zo'n architekt bakt geen stenen, maakt geen mortel
aan, vervaardigt geen staal- en glaskonstrukties, hij ontwerpt
een bouwwerk waar dat allemaal aan te pas komt en maakt uit
hoe wat hij ontwerpt door aannemers met behulp van veel
soortige vaklieden moet worden uitgevoerd. De tuinbouw- en
landschapsarchitekt ontwerpt op dezelfde manier tuinen en
landschappen met de ingrediënten, aarde, water, groen en voor
zover het daarbij te pas komt ook kunst- en bouwwerken zoals
de noodzakelijke wegen, bruggen enz. Maar laten we elkaar
goed verstaan, hij is geen waterbouwkundige, wegen-, of brug
genbouwer. Hij bepaalt wel wat de wegen-, bruggen- en water
bouwers in het door hem ontworpen landschap hebben te doen.
Dat houdt dus in dat hij wel heel goed moet weten wat die
andere vaklieden kunnen doen zoals hij ook heel goed moet
weten wat er met gras, planten, heesters en bomen kan worden
gedaan.
Meer vraag dan plaats
Aardrijkskundig is die ingenieur net zo bruikbaar in Tanzania
als in Tjitjrekstradeel of op de Bovenwindse eilanden. Aan
plaatsingsmogelijkheden geen gebrek. Zeker niet in deze tijd,
waarin dit vak, dat in de gouden eeuw met de Franse en Engelse
tuinen zo hoog stond aangeschreven, weer lijkt te worden he
rontdekt zij het dan meer op maatschappelijke dan op estheti
sche gronden.
In Boskoop heeft men er dan ook geen moeite mee om de
afgestudeerden geplaatst te krijgen. Het is veel moeilijker om de
te weinig beschikbare studieplaatsen te bezetten met de meest
geschikte kandidaten. De selektie onder die zich aanmelden is
dan ook bijzonder zwaar. En daarbij wordt zo mogelijk nog
meer op instelling en karakter gelet dan op resultaten in de
vooropleiding. Er is een bepaalde vooropleiding met bepaalde
vakken nodig. Doch veel gewicht legt het in de schaal of men het
juiste gevoel heeft voor het vak, vooral voor de minder aan
trekkelijke kanten daarvan alsook van de zwaarte van de studie.
Vooral de zwaarte van de studie mede vanwege de veelzijdig
heid daarvan moet beslist niet worden onderschat. Bij het
7