KNLC KOMMENTAAR
gropatax
Over Grond
en
Pachtzaken
«j»
D e vraag wordt nog al eens gesteld, of een pachtverhou-
ding door de dood van de pachter of verpachter eindigt. Dit
is niet het geval; artikel 54 van de Pachtwet bepaalt uit
drukkelijk, dat de pachtovereenkomst in die gevallen niet
van rechtswege teniet gaat.
Mr. H. van Es
Politieke besluitvorming
Wy nemen aan dat het inflatiepercentage wordt vastges
teld op 5%. Dan wordt de winst over het jaar waarmede de
vorenstaande balans aanvangt verminderd met 5% van het
beginvermogen, is 5% van f 90.000,— is f 4.500,—
Dit gebeurd door de beginwaarden te verhogen met 5% en
De Groningse tarweprijs is niet hoger
Er is nog grond
te koop voor
90,— per ha
Artikel 54 bepaalt voorts, dat binnen 6 maanden na het
overlijden van de pachter diens echtgenoot, ieder van diens
bloed- en aanverwanten in de rechte lijn, ieder van diens
pleegkinderen en iedere mede-pachter zich tot de pacht-
kamer kan wenden met het verzoek, dat één of meer van
hen in de plaats van de overleden pachter de pachtove
reenkomst zal mogen voortzetten en de overigen uit de
pacht zullen worden ontslagen, of dat de pachtovereen
komst zal worden ontbonden.
De verpachter kan binnen 6 maanden na het overlijden van de
pachter een gelijke vordering doen. Wordt geen vordering bin
nen de gestelde termijn ingesteld of wordt een vordering afge-
wezen, dan blijft de pachtovereenkomst met de ertgenamen
doorlopen.
De pachtkamer beslist op de vordering(en) naar billijkheid met
dien verstande, dat zij in 2 gevallen tot afwijzing van het verzoek
verplicht is: als de voorgestelde pachter niet voldoende waar
borgen voor een behoorlijke-bedrijfsvoering biedt en als een
nieuwe met de voorgestelde pachter te sluiten overeenkomst
door de Grondkamer op landbouw-ekonomische gronden niet
zou kunnen worden goedgekeurd. Tevens kan zij de toewijzing
van de vordering afhankelijk stellen van de vervulling van
voorwaarden.
Het is uiteraard^ ook mogelijk, dat tijdens het leven van de
pachter de pacht aan een derde wordt overgedragen. In beginsel
kan dit echter alleen met medewerking van de verpachter.
Indien de verpachter weigert medewerking te verlenen, dan kan
artikel 49 van de Pachtwet wellicht uitkomst bieden. Dit artikel
bepaalt namelijk dat de pachter, die de leeftijd van 65 jaar heeft
bereikt of tengevolge van ziekte of van invaliditeit niet meer in
staat is het gepachte op behoorlijke wijze te exploiteren, zich tot
de pachtkamer kan wenden met de vordering zijn echtgenoot,
een of meer van zijn bloed- of aanverwanten in de rechte lijn,
een of meer van zijn pleegkinderen of een of meer van zijn
medepachters - of een of meer van deze gezamenlijk - in zijn
plaats als pachter te stellen.
Indien de pachter een dergelijke vordering heeft gedaan is de
verpachter bevoegd zich tot de pachtkamer te wenden met de
vordering een of meer anderen van de genoemde belangheb
benden in de plaats van de pachter te stellen.
Ook hier beslist de pachtkamer weer naar billijkheid met de
mogelijkheid tot afwijzing van het verzoek het stellen van
voorwaarden.
Zoals uit het vorenstaande blijkt zijn er mogelijkheden, de be
drijfsopvolging reeds bij leven te regelen.
Wij adviseren u echter dringend in voorkomende gevallen - ieder
geval is weer anders en zal op zich beoordeeld moeten worden -
eerst deskundige informatie in te winnen.
wel in de volgorde van de aktiva zoals die is voorgeschreven
in het rapport die wij in onze opstelling hebben aangehou
den:
De beginbalans wordt dan alsvolgt gekorrigeerd:
Aktiva:
Voorraden f 10.000- x 1.05 f 10.500,-
Veldinventaris f 10.000,— x 1.05 f 10.500,—
Werktuigen en gereedschappen f 50.000,— x 1.05
f 52.500-
Onroerende goederen was f 300.000,—
Totale vrijstelling is f 4.500,—
Reeds toegerekend f 3.500,—
(zie boven)
f 1.000-
Achteraf bezien mogen we blij zijn als Landbouwschap uitvoerig
met de minister-president te hebben gesproken. Immers land
bouw bleek, hoewel de monetaire zaken geregeld waren, toch nog
een belangrijk onderdeel van de beraadslagingen van de Eurotop
uit te maken. Uiteindelijk heeft dat tot een slotkonklusie geleid
die weliswaar niet erg duidelijk is, maar toch voldoende ruimte
geeft aan de landbouwministers om niet zonder meer de weg van
de prijsbevriezing op te gaan. Wel is nog eens duidelijk geworden
dat deze Engelse regering en zeker ook deze Engelse voorzitter
van de EG-Kommissie, steeds meer een bedreiging voor het ge
meenschappelijk landbouwbeleid gaat vormen.
Overigens het gebrek aan konkrete besluitkracht en vooral poli
tieke wil om adequate besluiten te nemen bedreigt toch wel
duidelijk de toekomst van de Europese landbouw.
Zowel voor de zuivel, als voor de granen, liggen er in feite vol
doende nuttige voorstellen ter tafel om het produktie-evenwicht
in de komende jaren te herstellen zonder dat de boeren daarvan in
hun inkomen de dupe behoeven te worden. Ik denk daarbij aan de
voorstellen voor afzet-verruiming, voor beperking van de pro-
duktiegroei via een aantal regelingen, alsmede opschorting van
produktie-verhogende subsidies en het beter afschermen van de
EG-markt tegen ongewenste importen van buitenaf. Waar het in
feite op aankomt is de politieke wil om een evenwichtig pakket
van maatregelen vast te stellen. Gebleken is immers dat de
melkveehouderij in dat geval en indien de prijsaanpassingen dat
toelaten, beslist bereid is enige financiële medeverantwoorde
lijkheid te dragen. Uiteraard niet de strafheffing van Gundelach;
maar die is nu dan ook wel volledig van tafel. Waar we vooral
voor moeten waken is, dat er niet een besluitvorming komt
waarbij er toch een paar procent melkheffing komt, maar in feite
verder de problematiek niet voldoende wordt aangepakt.
Overigens zou het de diskussie verdiepen indien ook de voor
standers van vormen van stringente produktie-regulering als
contingentering onderkenden dat ook hun mooie theoretische
plannen aan de politieke besluitvorming en touwtrekkerij van
Brussel onderhevig zijn.
Binnen onze KNLC-gelederen hebben we intussen gekonklu-
deerd dat indien de politieke Brusselse besluitvorming onvol-
doendeuitpakt,weonsgeziendesituatiein'naantalsektoren,zonder
meer tot de nationale politici zullen moeten wenden. Daarbij is
het licht op groen gezet om in dit kader alvast de nodige voorbe
reidingen te treffen. We moeten immers klaar staan voor het
geval de landbouwministers tot een snelle besluitvorming zouden
komen. En de wonderen zijn de wereld nog niet uit; dus je weet
het maar nooit.
Men heeft ons gevraagd een konkreet voorbeeld te geven
van de berekening van de inflatieneutralebelastinghef
fing als het rapport Hofstra wordt gevolgd en de daarin
weergegeven principes in een wet worden neergelegd.
Gaarne voldoen wij hieraan, met de nadrukkelijke medede
ling dat er zelfs nog geen ontwerp van wet is maar dat alles
wordt gebaseerd op het door professor Hofstra uitgebracht
rapport.
Zoals in vorige artikeltjes is uiteengezet wordt de winst
gekorrigeerd door het eigen beginvermogen te vermenig
vuldigen met een vastgesteld inflatiepercentage.
Stelt U zich de volgende beginbalans voor:
Aktiva:
Voorraden f 10.000,—
Veldinventaris f 10.000,—
Werktuigen en gereedschappen f 50.000,—
Onroerende goederen f 300.000,—
Kas en Bank f 20.000,—
f 301.000Grondbeleid
f 390.000,-
Passiva:
Schulden
Af: Kas en Bank
Monetair saldo
Eigen vermogen
f 300.000,-
f 20.000-
f 280.000,-
90.000,-
f 374.500-
Passiva:
Schulden f 300.000,-
Af: Kas en Bank f 20.000,—
Monetair saldo f 280.000,—
Gekorrigeerd beginvermogen f 94.500,—
Het systeem van de wet is dat het beginvermogen wordt
afgetrokken van het eindvermogen. Het beginvermogen is
belastingvrij opgewaardeerd met f 4.500,— zodat de bere
kende winst f 4.500,— lager is dan zonder toepassing van
de inflatie-korrektie.
Zou er geen vreemd vermogen geweest zijn, dan zou de
inflatiekorrektie zijn toegepast op het totale eigen vermo
gen, dus op alle aktiva en dus op f 390.000,— oftewel
f 15.000,— meer inflatiekorrektie en een gelijk bedrag
minder winst.
Vandaar mijn ongerustheid ten aanzien van jonge onder
nemers.
Het systeem toch is:
Geen eigen vermogen, dan geen inflatiekorrektie.
De motivering hiervoor is dat de inflatie evenzo doorwerkt
op schulden als op aktiva en aflossing van schulden plaats
kan vinden met gedevalueerde guldens.
Indien wij bedenken dat de vrijstelling van waardeverande
ring van landbouwgronden, zelfstandigenaftrek en bijzon
dere winstaftrekken moeten worden ingeleverd dan komen
vooral jonge ondernemers in het voorgestelde systeem er
bekaaid af
Er is nog niet beslist en daarom blijven wij hopen. Paauwe
De e Coöperatieve Zeeuwse Aan- en Verkoopvereniging
(CZAV) deelt haar leden mee, dat praatjes met betrekking tot
een zogenaamde hogere tarweprijs in Groningen eigenlijk voor
een zeer groot deel berusten op een verkeerde vergelijking.
Men vergelijkt als het ware knollen met citroenen. Zo wijzen zij
er o.a. op dat de beursnotering voor Groningse tarwe een bru
toprijs is waarop in mindering moet worden gebracht een kom
missie a 50 cent, vrachtkosten, gemiddeld 75 cent en kosten voor
bewaring, beluchten etc. a 2,25. De Groninger beursnotering
is een prijs die gebaseerd is op levering uit eigen opslag boer
derij, basis 17% vocht, waarna men verder rekening moet hou
den met de eerder genoemde kortingen. CZAV komt tot deze
ontboezeming naar aanleiding van uitlatingen die door dr.ir.
Zachariasse werden gedaan tijdens een studiemiddag in
Zeeuws-Vlaanderen afgelopen winter en waarvan verslag werd
gedaan in het Z.L.M. land- en tuinbouwblad.
Het dagelijks bestuur van het KNLC kwam maandag jl. bijelkaar
in uitgebreide samenstelling d.w.z. dat alle provinciale voorzit
ters daarbij aanwezig waren. Belangrijk punt van bespreking
vormden de prijsvoorstellen van EG-landbouwkommissaris
Gundelach,
Een onderdeel waarop in dit jaar ook een afrondende politieke
besluitvorming zal plaats vinden, betreft de grondpolitiek. Zo ligt
nu opnieuw een gewijzigd wetsontwerp "Voorkeursrecht Ge
meenten" ter tafel. Positief ervaren wij dat nu de waardebepaling
konform de huidige Onteigeningswet zal plaats vinden. Grote
bezwaren zien wij evenwel in een uitbreiding van het voorkeurs
recht. Wij waren al tegen het gemeentelijke struktuurplan als
basis, maar nu komt daar nog een vage aanwijzingsbevoegdheid
voor een tijdelijk voorkeursrecht bij. Voorts is helaas de koopp
licht zover uitgehold, dat daar in de praktijk weinig meer van zal
overschieten. Al met al een ontwerp wat ons van dit Kabinet toch
wel wat tegenvalt. Ik hoop dat men met het ontwerp "vervreem
ding landbouwgronden" een wat betere beurt zal maken. In elk
geval is er weer genoeg werk aan de winkel om deze zo belang
rijke grondpolitieke zaken in goede banen te leiden. LUTEIJN.
In deze tijd van zeer hoge grondprijzen wrijf je de ogen uit als je
een advertentie leest waarin een lap grond van 60 ha te koop
wordt aangeboden voor slechts 2950 dollar, dat is een prijs van
slechts 36 gulden per gemet. De eis is echter wel dat er minstens
60 ha gelijk wordt gekocht. Zelfs al zou je niet voldoende eigen
geld hebben om dat ineens te betalen dan neemt men toch ge
noegen met een aanbetaling van 300 dollar (600 gulden), terwijl
de rest binnen 2 jaar betaald moet zijn.
Nu ligt die grond natuurlijk niet in Europa, maar wel in Bolivia
in Zuid Amerika. De grond wordt aangeprezen als vruchtbaar
en bebost. Er heerst een gematigd klimaat, er is voldoende water
en er is gemakkelijk toegang tot algemene voorzieningen en
aankoop en afzetmarkten. Bovendien is er nog een overvloed
aan wild aanwezig. Momenteel is het gebied waar de grond te
koop wordt aangeboden volop in ontwikkeling. Deze gebeurte
nissen spelen zich af rond de stad Santa Cruz de la Sierra, de
snelgroeiende hoofdstad van de staat Santa-Cruz. Uit Japan én
andere landen zijn reeds velen naar deze streek gekomen en
hebben daar welvarende landbouwbedrijven gesticht. De ad
vertentie spreekt van rond de 1000 milimeter regenval per jaar.
Een uitstekend gebied voor de verbouw van sojabonen, katoen,
bonen, maïs en aardnoten.
Bij aankoop van groter oppervlakten dan 60 ha krijgt men ook
nog een aantrekkelijke korting. Men zegt zo zeker te zijn van de
zaak, dat wanneer men binnen één jaar na de koop zelf komt
kijken en tot de konklusie zou komen dat het toch niet is watje
ervan verwacht, en de koop ongedaan wil maken, de volledige
som inklusief rente wordt terugbetaald, 't Is een gokje en als U er
eens meer van wil weten, schrijf dan maar een briefje naar
"Anglo Bolivian Land and Cattle Co, Schiphol Airport East.
Dept U-3. Postbus 7766 Amsterdam."
3