PRIJSVOORSTELLEN 1974-75
maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
zlm
land- en
tuinbouwblad
VRIJDAG 25 JANUARI 1974
62e Jaargang - No. 3215
AANTASTING BOERENINKOMEN
WORIGE week schreven wij al dat naar verwachting
de Europese Commissie met prijsvoorstellen zou
komen die voor de landbouw weinig perspectieven bie
den.
Nu de exacte cijfers ter tafel liggen, blijkt er inderdaad
van een verhoging, die ook meer enigermate de realiteit
benadert, geen sprake te zijn.
Weliswaar heeft Lardinois gepoogd een aantal kosten
verhogingen als uitgangspunt voor zijn prijsvoorstellen
te nemen. Daar doorheen zijn evenwel zoveel politieke
verlangens verweven dat er uiteindelijk maar weinig van
een op reële kostenstijgingen gebaseerde prijsaanpas
sing overblijft.
Daarbij kornt dan nog dat de sterke kostenstijgingen
van vooral het laatste jaar volledig worden uitgeschakeld
door als uitgangspunt te nemen het gemiddelde van de
kostenstijgingen over 19701973. Ook de extra kosten
stijging als gevolg van de energiecrisis vinden wij ner
gens terug. Wij kunnen ons overigens niet voorstellen
dat bij de komende prijsonderhandelingen in de Minister
raad dit aspect geen belangrijke rol zal spelen.
De nadrukkelijk aangekondigde gemiddelde prijsverho
ging van 7 is in feite natuurlijk je reinste .boerenbe
drog"! Immers juist dit cijfer komt vetgedrukt in de kran
ten, terwijl een nadere bestudering uitwijst dat b.v. de
Noord-Euorpese akkerbouwer en melkveehouder nauwe
lijks 1 2 meer krijgt!
Immers het gemiddelde percentage van 7 wordt voor
al bereikt door een verhoging van de basisprijzen voor
rund- en varkensvlees met resp. 10 en 8%. Maar dat
brengt de boer veelal geen cent extra op, omdat de wer
kelijke marktprijzen immers, vooral voor varkensvlees,
aanmerkelijk hoger liggen. Wanneer de commissie dan
ook stelt dat de invloed van deze prijsvoorstellen voor
de consumentenprijzen zeer gering zal zijn is dat onge
twijfeld juist.
Maar dat betekent dan ook meteen dat de commissie
daarmee zelf toegeeft dat ook de werkelijke inkomsten
van de boer via deze prijsvoorstellen nauwelijks zullen
toenemen!
AKKERBOUW 0—3
V/OOR de zachte tarwe wordt voorgesteld alleen de
richtprijs met 2 te verhogen. Doordat men de in-
ONS COMMENTAAR
terventieprijs op hetzelfde niveau handhaaft en de dena-
turatiepremie wil afschaffen, betekent dit in feite voor de
boer eerder een verlaging dan een verhoging van het
prijsniveau. Immers de kans dat het werkelijke prijsniveau
wordt teruggedrukt tot het interventieniveau neemt toe.
Mogelijk nog onbegrijpelijker zijn vervolgens de suiker
prijsvoorstellen. Waar de hele wereld met een, over lan
gere termijn bezien, schreeuwend suikertekort wordt ge
confronteerd, waardoor de wereldmarktprijzen tot onge
kend hoogten zijn gestegen, komt de commissie nota bene
met een schamele verhoging van 3 van de minimum-
bietenprijs.
Weliswaar wordt voorgesteld de richtprijs en interven
tieprijs voor witsuiker met 6 te verhogen, maar dat al
leen in het kader van een aan de suikerfabrieken op te
leggen verplichting 10% van de jaarproduktie als buffer
voorraad aan te houden.
In feite komt het erop neer dat op grond van deze mini
male verhoging ook voor de suikerbieten nauwelijks nog
van een rendabele teelt gesproken zal kunnen worden.
Zeker gezien de sterke kostenstijgingen van de laatste
tijd.
Van de kleine akkerbouwprodukten wordt voor kool
zaad een verhoging van 3 van zowel richt- als interven
tieprijs voorgesteld. Doordat men tevens de regionalisatie
wil afschaffen komt daar voor ons land nog eens 2 bij.
De vlastoeslag zou verhoogd moeten worden met 6,7
of 34 gld per ha, terwijl hier juist een voorzichtig be
leid, met het oog op eventuele overproduktie in relatie
tot de verwerkingscapaciteit, geboden zou zijn. De gras
zaadtoeslagen blijven onveranderd gehandhaafd op het
niveau van 1973/74.
Al met al voor de akkerbouwprodukten een van elke
realiteit gespeend voorstel, wat niet alleen het inkomen
van de akkerbouwer rechtstreeks zal drukken maar te
vens het grote gevaar inhoudt van een verdere vlucht in
vrije gewassen.
MELK IN FEITE 3
terventieprijs voor boter met 6,6 te verlagen en de
interventieprijs voor magere melkpoeder met 14,5% te
verhogen. Daardoor wordt de verhouding vet-eiwit terug-
WOOR melk houdt het commissievoorstel een richt-
prijsverhoging van 4 in, te bereiken door de in-
In dit nummer o.m.:
Zeeuws-Vlaamse
Studiedag Pagina 5
Onderzoek op
blauwgevoeligheid en
bakkwaliteit consumptie
aardappelen Pagina 6
De teelt en de afzet
van graszaad Pagina 7
Herziene B.T.W.-
regeling veehandel
Pagina 10
■fc Ken Uw koeien
Pagina
Mechanisatie-nieuws
Pagina 12
Produktschap voor
aardappelen Pagina 17
Uit de praktijk
Pagina 15 - 16
gebracht tot 52,547,5. Gekoppeld aan deze melkprijs
verhoging stelt de commissie een heffing op de melk
van 1 1V2 voor, wanneer de botervoorraden meer
dan 300.000ton bedragen. En voorts een aanvullende hef
fing van eveneens 1 11/2 bij fabrieken die meer dan
15% van hun produkten inleveren ter interventie. In de
praktijk zal dit er op neer komen dat de melkprijs voor
de boer met niet meer dan ca. 3 zal worden ver
hoogd.
Het is zonder meer duidelijk dat, gezien de sterke kos
tenstijgingen waarmee ook deze sector te maken heeft
(veevoer), deze verhoging volstrekt ontoereikend is om
zelfs maar hetzelfde inkomensniveau te kunnen handha
ven.
De verhoging van de oriëntatieprijs voor slachtrunde-
ren met 10% en de basisprijs voor slachtvarkens met
8 heeft in de praktijk slechts beperkte betekenis. Voor
al voor varkensvlees ligt de werkelijke prijs immers veel
hoger. Daarnaast stelt de commissie voor de interven
tieprijs voor kalveren af te schaffen.
COPA-HERSTEL REËLER
LIET geheel van deze prijsvoorstellen overziende kun
nen we konstateren dat ze voor de landbouw zon
der meer ontoereikend zijn en op geen epkele wijze aan
sluiten bij de situatie waarin we in werkelijkheid verke
ren. In de eerste plaats wordt onvoldoende rekening ge
houden met de sterke kostenstijgingen van het laatste
jaar, terwijl de energiecrisis geheel buiten beschouwing
blijft.
Daarnaast wordt een sterke druk gelegd op het prijs
niveau van vooral de akkerbouwprodukten en de melk.
Dit betekent een verdere aantasting van de rentabiliteit
van bedrijven in deze sektoren en voor de akkerbouw
het gevaar van produktieverschuiving in de richting van
een aantal nu nog rendabele vrije produkten. Wij zijn dan
ook van mening dat de landbouw zich met alle kracht
moet opstellen achter het van heel wat meer realiteitszin
getuigende COPA-voorstel. Dit voorstel gaat immers niet
alleen uit van een prijsverhoging voor alle produkten die
de werkelijke kostenstijgingen van de laatste tijd zoveel
mogelijk dekt, maar voorziet tevens in een extra prijs
aanpassing op grond van, nu nog niet volledig te over-
ziene, extra kostenstijgingen onder invloed van de olie
crisis. Daarnaast stelt het COPA een beleid voor wat
er op gericht moet zijn dat de boer, bij hogere wereld
marktprijzen, in elk geval de richtprijs voor zijn produk
ten kan maken. Dat is met name in de huidige situatie
voor de tarwe van belang.
(Zie verder pagina 3.)
DE E E G. LANDBOUWPRIJZEN 1974/75
Voorstel Europese
Voorstel
Commissie
COPA
Tarwe
2%
7,5%
Gerst
4%
7,5%
Mais
6%
9
Suikerbieten
3%
U
Koolzaad
3%
13
Melk
3-4%
12
Rundvlees
10%
17
Varkensvlees
3-8%
13
Groenten en fruit 4- 6
11
Gemiddeld
±7%
11 a 14