OOK VOOR LANDBOUW ONZEKERE TOEKOMST officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant 1 In dit nummer o.m.: Memorandum van Lardinois in teken van bezuiniging Pagina 3 ■fc Plannen maken? Oké, maai schade moet betaald worden Pagina 4 Uit de praktijk Pagina 5 Vee en vlees Pagina 6 Zorg voor ontwatering van uw land Pagina V Is er wel een tarwetekort Pagina 8 Bietenrooien op zware kleigrond Pagina 9 De fiscale oudedagsreserve II Pagina 11 zlm VRIJDAG 9 NOVEMBER 1973 61e Jaargang - No. 3205 land-^^^H en tuinbouwblad Na het trage begin van de campagne als gevolg van de droogte kon daarna de oogst van de suikerbieten over het algemeen vlot verlopen. In de komende wek>en moet echter nog wel het een en ander gerooid worden! Alhoe wel tot op hetfen over de temperaturen niet geklaagd mag worden, moet in de loop van november toch ernstig rekening gehouden worden met optredende nachtvorst! Het is dan ook in het belang van de bietentelers zelf de komende weken 's nachts geen bieten op het zwad te laten liggen en bieten aan de hoop dan wel op reeds gela den wagens goed of te dekken. Zorg ervoor dat de wind geen vat op het afdekmateriaal kan krijgen ONS COMMENTAAR IJOE moeilijk het was om op korte termijn binnen de tM, huidige politieke verhoudingen een nieuwe land bouwminister te vinden, is de laatste weken wel duidelijk geworden. En zoals zo vaak in dergelijke situaties houdt de uiteindelijke benoeming dan toch nog een verrassing in. Zo hebben wij de naam van de nieuwe bewindsman, mr A. van der Stee, niet in het rijtje prognoses kunnen ontdekken. Overigens is het in deze situatie natuurlijk niet zo ver wonderlijk dat het kabinet Den Uyl uiteindelijk binnen de eigen gelederen naar een oplossing heeft gezocht. Inmiddels betekent de benoeming van mr Van der Stee wel dat niet is ingegaan op het aandringen vanuit het be drijfsleven om toch vooral iemand te benoemen die de landbouwproblematiek reeds uitermate goed beheerst. Dit vooral ook met het oog op de vele belangrijke zaken die op korte termijn, met name in Europees verband, aan de orde komen. Wij vinden dat jammer. Immers een in- werkperiode van enige maanden is voor een niet-ingewij- de zonder meer noodzakelijk en juist in die periode dienen belangrijke besluiten te worden genomen. Van groot belang is daarnaast uiteraard de vraag hoe de landbouwbelangen binnen het kabinet in de komende periode verdedigd zullen worden. Terecht stelt de geor ganiseerde landbouw zich op het standpunt dat de nieuwe minister een faire kans gegund moet worden. Maar dat neemt natuurlijk niet weg dat de landbouw vanaf het be gin er kritisch op zal toezien of het „boerenbloed" van de nieuwe bewindsman ook werkelijk de boerenkant op- stroomt. BTW-COMPENSATIE N(j heeft minister Van der Stee bij de kennismaking in een eerste, naar onze mening weinig geruststellende, re actie nog eens het kabinetsstandpunt benadrukt dat de rpotie Kruisinga, waarin in feite volledige compensatie van landbouw en zelfstandigen voor de gevolgen der revalua tie wordt bepleit, volkomen overbodig wordt geacht. Overigens natuurlijk niet zo verwonderlijk, wanneer men bedenkt dat de heer Van der Stee tot 1 november als staatssecretaris van financiën speciaal met de fiscale aan gelegenheden belast was! Waar ook het gesprek tussen Landbouwschap en een delegatie van uit het kabinet niets heeft opgeleverd, blijft de landbouw dus met een aanzienlijke strop als gevolg van de revaluatie zitten. Het woord is in feite nu aan de Tweede Kamer, die de betreffende wijziging van de wet op de omzetbelasting nog zal moeten goedkeuren. Vandaar ook dat de georga niseerde landbouw nog eens een dringende oproep tot de Kamer heeft gericht. Door de 3 organisaties in ons werkgebied is dit afgelopen vrijdag, middels een tele gram zoals elders in dit blad opgenomen, aan de kamer fracties gebeurd. Daarbij is er nog eens de nadruk opge legd dat het niet alleen gaat om een volledige compen satie tot 1 april, maar vooral ook dat de compensatie na 1 april wordt voortgezet. Zeker nu het erop gaat lijken dat werknemers en werk gevers elkaar hebben gevonden in een centraal akkoord dat maar zeer weinig ruimte voor een werkelijke loon- en prijsafremming openlaat, wordt de noodzaak van volle dige compensatie voor een langere periode voor land bouw des te groter! CENTRAAL AKKOORD TTIT de op het moment dat wij dit schrijven nog slechts in beperkte mate beschikbare informatie, blijkt in elk geval duidelijk dat de overeenstemming op de be langrijkste onderdelen van het centraal akkoord tot stand gekomen is mede onder druk van de oliecrisis. Maar dan wel in die zin dat het voornamelijk de werkgevers zijn geweest die zich de ernst der situatie bewust zijn en daardoor tot concessies bereid waren. Zo betekenen de belangrijkste uitgangspunten waar over men het eens is geworden, te weten 21/2 reële loonsverhoging en een inkomensnivellering ook via de prijscompensatie, naar onze mening nauwelijks enige werkelijke bijdrage aan de inflatiebestrijding. In flelite zien wij in grote lijnen hetzelfde als vorig jaar plaats vinden, met dien verstande dat daar nu nog de oliepro- blematiek bijkomt. Wij hebben dan ook bijzonder weinig vertrouwen in deze overeenkomst en zien er het ondernemersklimaat niet door verbeteren. In feite betekent deze overeenstemming reeds nu dat voor 1974 een loonsverhoging van meer dan 10% een feit zal worden, wat indirekt via de prijzen paragraaf van het akkoord ook ongetwijfeld een extra opwaartse druk van de prijzen zal inhouden. De blijvende hoge inflatie die hiervan een gevolg zal zijn, gevoegd bij de oliepro blemen, zullen vele bedrijven in extra moeilijkheden kun nen brengen met alle gevolgen voor de werkgelegenheid vandien. Dat zou wel weer eens de prijs kunnen worden voor de onmacht (of onwil) van werkgevers- en werknemers organisaties om zich werkelijke beperkingen in hun eisen op te leggen. Wij staan dan ook uiterst sceptisch tegenover dit cen traal akkoord en vragen ons in alle ernst af of de georga niseerde landbouw dit akkoord wel moet accepteren. Dat geldt zeker, zolang de landbouw niet in staat wordt ge steld om zelfs maar een gelijke inkomenspositie te handhaven. OLIECRISIS JUIST voor het ter perse gaan van dit commentaar werd bekend dat de achterban van de werkgevers zich niet met een aantal essentiële uitgangspunten van het centraal akkoord heeft kunnen verenigen. Daarmee is dit akkoord zo goed als zeker van de baan. Wij dach ten dat met deze stellingname der werkgevers zich ook de meerderheid van landbouw en middenstand kan aan sluiten. Naar onze mening is geen akkoord in de huidige situatie te verkiezen bovfen een akkoord dat geen enkele matiging inhoudt en grotendeels aan de eisen der werk nemers tegemoet komt! Het gesprek van de dag is natuurlijk de olieboycot en daaruit voortvloeiend meer in zijn algemeenheid de ener giecrisis. Het heeft er steeds meer de schijn van dat het hier niet alleen gaat om een incidentele boycot van een paar landen, waaronder Nederland, maar dat een nieuwe fase is ingeluid waarin doorlopend met beperkingen op het energieverbruik rekening zal moeten worden gehou den. Recente uitlatingen van grote oliemaatschappijen wijzen ook duidelijk in deze richting. Ook al zou op korte termijn de oliekraan weer volledig worden opengedraaid, dan nog lijkt een grondige herziening ten aanzien van het energieverbruik onontkoombaar. Dat daarbij de onbeperkte economische groei tot het verleden zal gaan behoren en meer gedacht moet wor den aan een geleide groei of mogelijk stabilisatie van de welvaart ligt voor de hand. Men zou kunnen stellen dat ondanks al ons menselijk vernuft, ook hier uiteindelijk de natuur het laatste woord heeft en de wal bezig is het welvaartsschip te keren. Dat dit uiteindelijk een fundamentele verandering in ons hele maatschappelijk handelen en denken zal inhou den is duidelijk. Wat de direkte gevolgen van de oliecrisis voor de landbouw betreft, dachten wij dat er de eerstkomende tijd geen enkele reden tot paniek is. Daarvoor is het olie- verbruik in akkerbouw en veehouderij in de komende wintermaanden te gering. Wel problemen zouden zich kunnen voordoen wanneer gedacht wordt over beper kingen op de leveringen van electriciteit. Veel ernstiger is de situatie voor de glastuinbouw, waar nog vele bedrijven volledig van de olie afhankelijk zijn. Terecht eist men van deze kant dan ook duidelijk heid over eventuele beperkende maatregelen. Overigens betekenen de met deze crisis gepaard gaande prijsstij gingen op zich natuurlijk al een zeer zware extra belas ting voor deze sector. (Zie verder pagina 3)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 1