Miljoenennota en landbouwbegroting 1974 officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant In dit nummer o.m.: De ongevallen verzekering voor inzittenden Pagina 8 Omschakeling van melkvee op rundvleesproduktie Pagina 9 Aandacht voor het grasland in de herfst Pagina 10 Kalibemesting op bouwland in het najaar Pagina 11 Het aankopen van veevoeders Pagina 12 Landbouwtelling veehouderij- en tuinbouw sector Pagina 15/16 Markt Pagina 17 Met Troonrede en Miljoenennota 1974 is het nieuwe parlementaire jaar weer begonnen. Deze week be steden wij vanzelfsprekend veel aandacht aan hetgeen minister T. Brouwer in zijn Memorie van Toelich ting op de Landbouwbegroting 1974 naar voren brengt (pagina 4 t/m 7). VRIJDAG 21 SEPTEMBER 1973 61e Jaargang - No. 3198 land en tuinbouwblad miljoenennota 1974 van de regering Den Uyl biedt aanzienlijk meer nieuws, ook voor de landbouw, dan de landbouwbegroting 1974 van Minister Brouwer. Vandaar dat wij ons commentaar voor een belangrijk gedeelte aan de miljoenennota willen besteden. Drie hoofdzaken springen uit deze miljoenennota dui delijk naar voren. In de eerste plaats de aangekondigde en ten dele reeds ingevoerde maatregelen om een effek- tieve inflatiebestrijding mogelijk te maken. Daarnaast de duidelijke verzwaring van de druk der belastingen en sociale premies, die enerzijds de regering meer ruimte voor noodzakelijk geachte uitgaven moet bezorgen en anderzijds duidelijk wordt gebruikt als instrument ter verkleining van de inkomens- en vermogensverschillen. In de derde plaats valt het ons op dat deze regering nauwelijks aandacht schenkt aan internationale aangele genheden als de E.E.G., de GATT-besprekingen, de mo netaire problemen en het wereldvoedselvraagstuk. Za ken die toch juist voor ons land, met zijn enorme afhan kelijkheid van import en export, van eminent belang zijn. OPWAARDERING GULDEN WOORUITLOPEND op de Rijksbegroting werd op 15 september een opwaardering van de gulden met 5 bekend gemaakt. Men zou- dit als een eerste stap kunnen zien in het kader van een nieuwe methode om te trachten de inflatie terug te dringen. Immers door deze maatregel worden al onze importen 5 goedkoper, ter wijl onze exportartikelen voor het buitenland 5% duur der worden. Door via een aanvullende prijsmaatregel de bedrijven te dwingen de lagere invoerprijzen door te be rekenen aan de consument, zou enige afremming van de binnenlandse prijsstijgingen mogelijk worden. En waar de verhoging van de lonen voor een belangrijk deel ge koppeld is aan de prijsstijging, zou dit op langere ter mijn ook enige afremming van de loonstijging kunnen inhouden. Daarmee zou dan de zo noodzakelijke door breking van de loon- en prijsspiraal bereikt zijn. Het ei van Columbus, is men geneigd te denken! Helaas zitten er ook een aantal negatieve kanten aan deze zaak. In de eerste plaats komt deze hele kunstgreep er in feite op neer dat we in één klap een deel van onze infla tie naar het buitenland en met name de andere EEG-part- ners, exporteren. Terecht heeft de Europese Commissie dan ook geprotesteerd dat vooraf geen overleg met alle partners is gepleegd. We moeten dan ook maar afwach ten hoeveel van de aldus geëxporteerde inflatie straks weer terugkomt. In ieder geval betekent het wel dat het Nederlands streven naar monetaire eenheid, zo belang rijk voor onze buitenlandse handel, er niet geloofwaar diger op is geworden! Een tweede gevolg van de revaluc.tio is dat de positie van de bedrijfstakken die sterk op de export zijn gericht ongunstiger wordt. Lagere bedrijfsresultaten en kans op meer werkloosheid kunnen daarvan het gevolg zijn. De regering heeft dan ook onmiddellijk een nieuw werkge legenheidsprogramma aangekondigd. De hiervoor be schikbaar gestelde 750 miljoen gulden, zal evenwel de inflatie zeker weer aanwakkeren. In feite komt het er op neer dat de regering de infla tie wil bestrijden zonder de kern van de zaak aan te pak ken. Essentieel voor een reële inflatiebestrijding is im mers een matiging van lonen en prijzen aan de basis. Maar daarvoor is de medewerking van werkgevers en werknemers vereist. Wie kennis heeft genomen van de recente beleidsnota der werknemers zal moeten conclu deren dat van die zijde weinig te verwachten valt. En ook bij de werkgevers zal na de jongste eenzijdige prijsbeschikkingen de bereidheid tot matiging zeker niet zijn toegenomen. Wij zien op langere termijn dan ook geen reële beperking van het inflatietempo optreden. COMPENSATIE VOOR DE LANDBOUW A ANGEZIEN voor meer dan de helft van de land- bouwprodukten de prijs wordt uitgedrukt in Euro pese Rekeneenheden, zou de opwaardering van de gul den voor de Nederlandse boer een aanzienlijke verla ging van het inkomen betekenen. Weliswaar niet voor de volle 5 aangezien ook vrije produkten op de binnenlandse markt worden verkocht en daarnaast de importprijzen (o.a. van veevoer) ook 5 lager komen te liggen. Om deze inkomensderving zo goed mogelijk te com penseren heeft de regering besloten op alle land- en tuinbouwprodukten die onder het verlaagde BTW-tarief vallen een toeslag van 2 te verstrekken. De afnemer van landbouwprodukten zal in plaats van 4,25 tijdelijk 6,25 BTW over de prijs inclusief BTW 6,67 over de prijs exclusief BTW) met de staat kunnen verrekenen. Daardoor wordt hij in staat gesteld 2 extra aan de boer uit te betalen. Deze regeling zal met terugwerken de kracht tot één dezer dagen van toepassing worden. Nodig is namelijk een wijziging van de Wet omzetbe lasting 1968. VOORRANG VOOR INFLATIEBESTRIJDING ZWAARDERE BELASTINGDRUK VAAG LANDBOUWBELEID Wil de boer dus zoveel mogelijk compensatie ontvan gen voor het verlaagde prijsniveau, dan zal hij van nu af aan bij zijn verkopen moeten bedingen dat op de prijs exclusief BTW 6,67 omzetbelasting door de koper wordt betaald. Ook bij het afsluiten van verkoopkon- trakten inclusief BTW dient met een verhoging van 2% rekening te worden gehouden. Voorlopig zal deze compensatie gelden tot 1 april 1974, waarna de situatie opnieuw bezien zal worden. Wij heb ben dë indruk dat, mits deze 2 extra BTW ook in alle gevallen bij de boer terecht komt, in zijn totaliteit de in komensderving voor de agrarische sector beperkt zal blijven. Niettemin zullen in de akkerbouw en vooral ook in de tuinbouw toch in een aantal individuele gevallen de gevolgen duidelijk merkbaar zijn. Gelukkig met deze revaluatie en de extra BTW-toeslag voor de landbouw zijn wij dan ook allerminst. VERHOGING BELASTINGDRUK VOALS te verwachten heeft de miljoenennota een aantal nogal ingrijpende belastingmaatregelen aan gekondigd. Ook de Handbouw zal daarvan de gevolgen ondervinden. De wijzigingen binnen de inkomstenbelasting, zoals het vervallen van de inflatiecorrectie en het verhogen van de belastingvrije voet met 5 hebben per saldo nauwe lijks gevolgen. Veel sterker zullen de zwaardere lasten drukken voor bezitters van eigen woningen (verdubbe ling netto-huurwaarde) en bedrijfsauto's die gedeelte lijk ook privé worden gebruikt. Daarnaast wordt het rijden in auto's en met machines aanzienlijk duurder door een verhoging van de benzine en dieselolieaccijns. Al deze, op zich betrekkelijk kleine, wijzigingen zullen vooral ook voor de kleine zelfstandi gen met eigen woning, in zijn totaliteit toch een aanzien lijke lastenverzwaring tot gevolg hebben. De verhoging van de vermogensbelasting met 1 %o tot 8 %o is langzamerhand een jaarlijks terugkerend ver schijnsel. Ondertussen betekent dit evenwel dat de ver mogensbelasting in drie jaar van 5 op 8 %o is gebracht. Een stijging met 60 dus! Waar de belastingvrije sommen niet worden aange past, betekent dit voor vele eigenaren en eigenaren/ge bruikers een aanzielijke verzwaring van de eigenaarslas- ten. Wij vrezen dat dit de animo om in grond te beleg gen nadelig zal beïnvloeden. (Zie verder pagina 3.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 1