GEZOND ONDERNEMERSKLIMAAT NOODZAKELIJK Na de dreigende zuivelstaking officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant VRIJDAG 18 MEI 1973 1e Jaargang - No. 3182 land- en tuinbouwblad Op 11 mei j.l. vond de overdracht plaats van de portefeuille van het Ministerie van Landbouw en Visserij door drs. J. Boersma aan de nieuwe minister mr. T. Brouwer. Links achter drs. Boersma drs. P. Looije en rechtsachter minister Brou wer de secretaris-generaal mr. G. van Setten. Bijzonderheden over mr. Brouwer op pagina 7. T)E dagelijkse gang van zaken op onze bedrijven wordt vooral de laatste weken voornamelijk bepaald door de weersomstandigheden. Na een kou de en overwegend natte maand april heeft ook de meimaand ons tot nu toe in de steek gelaten. De in vele gebieden enorme regenval van 3 mei j.l., op diver se plaatsen 70 mm, en het daarop volgende koude en natte weer heeft veel schade aangericht en de werkzaamheden ernstig vertraagd. Vanuit verschil lende plaatsen in Zuid-Beveland, Zeeuws-Vlaanderen en West-Brabant werd zelfs hagelschade gemeld. Het slechte weer is tevens oorzaak, dat hier en daar nog percelen aardappelen gepoot moeten wor den, terwijl ook het zaaien van conservengewassen stagneert. Intussen werden we ook nu weer gedwon gen onze bedrijfsvoering aan te passen aan het weer en onze beslissingen, die we als ondernemer moeten nemen, daarop af te stemmen. Ook buiten onze bedrijven vallen intussen beslis singen, die voor onze agrarische sector van groot be- ang zijn. Allereerst de vaststelling van de E.E.G.- 'ichtprijzen met, na eindeloos getouwtrek, een met name voor de akkerbouwsector teleurstellend resul taat. De huidige hoge aardappel- en uienprijzen, waar van trouwens slechts een beperkt aantal telers nu nog profiteert, mogen onze aandacht allerminst aflei den van de werkelijke situatie, waarin met name deze sector de laatste jaren verkeert. F EN andere beslissing, waarmee wij ook als agra rische ondernemers direct te maken hebben, is de totstandkoming van de regering Den Uyl. Na een ongekend lange periode van kabinetscrisis is dan eindelijk een nieuwe regering tot stand gekomen, een regering die zich als progressief aandient en waar in naast 10 ministers van de drie linkse partijen (P.v. d.A. D'66 en P.P.R.) ook een zestal ministers van K.V.P. en A.R. zitting hebben genomen. 'Hebben we vroeger een rooms-rood kabinet ge- In dit nummer o m.: Concept advies Landbouwschap wijziging Pachtnormenbesluit Pagina 6 Uit de praktijk Pagina 5/7 Mechanisatienieuws Pagina 10 Nog een 2e stikstofgift op tarwe en onkruid- en ziektebestrijding Pagina 11 Beelden uit het I.L.R.-onderzoek Pagina 12-13 Vee en vlees Tuintips Pagina 14 Pagina 17 ONS COMMENTAAR kend, deze regering is aangeduid als een rood kabi net met een witte rand. Nu worden in de partijpolitiek vaak andere aanduidingen gehanteerd dan in de nor male omgangstaal! Begrippen als rechts of links, con servatief of progressief, rood, wit of zwart zijn evenzo veel etiketten, die voor zover men die niet graag aan zichzelf toekent, deze dan met het grootste genoegen op zijn politieke tegenstander plakt. Zo hebben de z.g. „linkse drie" zich het etiket progressief toege- eigend, daarbij de suggestie wekkend, dat een voor uitstrevend beleid alleen van hen te verwachten zou zijn! De andere partijen zijn dan conservatief, een aanduiding die in Nederland zo erfelijk belast is ge raakt, dat deze voor velen als een belediging wordt ervaren. In Engeland echter is de conservatieve par tij onder deze naam toonaangevend. En eigenlijk hebben de Engelsen gelijk, immers „what is in a name?" Het gaat immers in wezen niet om de naam van dit kabinet Den Uyl, het gaat om de daden! En wanneer dit kabinet zich maatschappij vernieuwing ten doel stelt, dan is voor ons belang rijk, of een van de uitgangspunten daarbij is, dat er in ons land een gezond ondernemersklimaat noodza kelijk is. Het bedrijfsleven en daaronder zeker ook het agra risch bedrijfsleven vormt de ruggegraat van deze welvaart. Ook deze regering zal zich niet kunnen ver oorloven deze belangen te verwaarlozen. Een al te sterk vertrouwen op de almacht van de staat, wij den ken daarbij o.a. aan de landinrichting en de grond- politiek, zou dit kabinet wel eens in conflict kunnen doen komen met de agrarische belangen, zoals die ook door onze organisaties worden voorgestaan. Graag wensen wij minister Brouwer sterkte toe in dit heterogene gzelschap, waarvan ook de georganiseer de landbouw het beleid zakelijk zal bevorderen. KORTEWEG. IR. C. S. KNOTTNERUS K.N.L.C. jQE emoties rond de dreigende zuivelstaking lij- ken zo langzamerhand te zijn verdwenen. Het zou echter niet goed zijn om daarmee ook de hele zaak maar te vergeten. Natuurlijk zullen er velen wel zo over denken, maar tijdens deze spannende pe riode bleek toch wel dat hier gevaren dreigden, die men niet onverhoeds op zich mag laten afkomen. Er bleken naar mijn mening een paar fundamentele kwesties, die ook na enige tijd nog niet zullen zijn veranderd. In de eerste-plaats produceren wij op een kleine oppervlakte een geweldige hoeveelheid melk, die het koste wat kost moet worden verwerkt. Aller lei middeltjes, die in de emotionele sfeer van dat ogenblik bij iedereen opborrelden, zijn natuurlijk geen reëele mogelijkheden. Bij het stilleggen van fabrieken kunnen natuurlijk wel enkele veehouders een gedeelte van hun melk in de buurt of zelfs in een nabij gelegen plaats kwijt als consumptie-melk. Maar de rest moet ergens an ders terecht komen en zal daardoor onnoemelijke schade brengen aan het milieu, hetzij op het land of in de sloten. In een land met onze bevolkingsdicht heid is dat ontoelaatbaar. De ministers Boersma en Stuyt probeerden zelfs te suggereren dat boeren, die de melk in de sloot zouden laten lopen, bestraft kon den worden. Het lijkt mij dat in de eerste plaats de koe gemolken moet worden, anders doet men aan dierenmishandeling. Als er dan geen verwerkingsmo gelijkheid is, ontstaat gewoon overmacht als de boel (Zie verder pag. 4.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 1