West-Brabant aan rand van randstad
Groengordels als symptomen
van groeistuipen
verdere gevolgen
het moerdijkplan
DE Zekluza-gemeenten onder leiding van burgemees
ter Schaminee zagen deze kansen liggen en Zeven
bergen, Klundert en Hooge- en Lage-Zwaluwe ontwier
pen in 1964 een plan voor een merendeels buitendijks
industrieterrein van plm. 400 ha, gelegen nabij het dorp
Moerdijk, waaraan het plan ook nu nog zijn naam ont
leent. Nadat dit plan was ingepast in het streekplan
West-Brabant, deed zich een nieuwe ontwikkeling voor.
Shell-chemie zag namelijk in Pernis geen mogelijkheden
voor verdere uitbreiding van dit bedrijf en zocht naar
een nieuwe vestigingsplaats. Van de diverse mogelijk
heden om een nieuw chemisch bedrijf te bouwen bleven
er twee over, n.l. Moerdijk en Antwerpen. De beslissing
viel op nationaal niveau, het werd Moerdijk. Uiteraard
was het het goed recht van Shell om bij de onderhande
lingen over de vestiging van een miljoenenbedrijf diverse
faciliteiten te bedingen, immers de overheid zag niet
graag een bedrijf van dergelijke omvang zich vestigen
buiten de landsgrenzen.
industrie- en havenschap moerdijk
industrieschap moerdijk in moeilijkheden
het bedrijf van Shell-Moerdijk omvat een oppervlak
te van 200 ha, er is optie op een aansluitend ter
rein van 300 ha. Het terrein wordt op het spoorwegnet
aangesloten door de aanleg van een spoorlijn naar sta
tion Lage-Zwaluwe. Deze spoorlijn een miljoenenlijntje
i.v.m. de venige ondergrond is thans bijna klaar. Het
industrieplan Moerdijk voorziet in een netto-oppervlakte
bedrijfsterrein van ca. 1300 ha, voorts is ca. 350 ha nodig
voor die infrastructuur (wegen, spoorlijn enz.) terwijl ca.
600 ha een niet-industriële bestemming krijgt (landbouw,
beplantingen e.d.). De verwachting was, dat met de ves
tiging van Shell-chemie zich na korte tijd een reeks an
dere bedrijven als gegadigden zouden melden. Wel heb
ben zich een aantal belangstellenden gemeld, maar over
eenstemming inzake vestiging kwam tot nu toe niet tot
stand. De conjunctuur van de laatste jaren zal daarbij
ongetwijfeld een rol spelen. Voorts staat wel vast, dat
aan nieuwe gegadigden een belangrijk hogere grondprijs
zal worden berekend dan met Shell-chemie werd over
eengekomen.
offers
het offer van de landbouwgronden is intussen reeds
gebracht, als boer moet men maar niet teveel naar
deze zandwoestijn gaan kijken en daarbij herinneringen
boven halen aan de vruchtbare polder die hier tot voor
enkele jaren was! De verstoring van de agrarische struc
tuur van het voor de landbouw overgebleven gebied kan
alleen worden gecorrigeerd door het uitvoeren van ruil
verkaveling. Daaraan wordt gewerkt, het blok Zonzeel
komt dit jaar in stemming, het blok Willemstad gaat aan
het voorbereidingsstadium beginnen. De ingrijpende ver
andering van het landschap is zonder meer duidelijk en
zal niet te verhelpen zijn. Of men nu vanuit Breda, vanaf
Fijnaart, vanaf Roosendaal of de Langstraat richting
Moerdijk rijdt, vanuit die verte ziet men de gigantische
contouren van Shell-chemie met zijn 120 meter hoge
schoorsteen boven het landschap uitsteken. Bij avond is
het gehele bedrijf verlicht en lijkt het of een reusachtig
geïllumineerd slagschip ligplaats heeft gekozen in het
Hollands Diep. Dit slagschip zal blijven en we zullen er
mee moeten leren leven.
de kwaliteit van het leefmilieu
groenstroken, uitvoering en kosten
Dn experiment strookt met de publieke opinie en
zal voorlopig meer een psychologisch dan een
landschappelijk effect hebben. Overigens zullen deze
groenplannen gezien moeten worden als een onder
deel van het totale industrieplan. Voor het Moerdijk-ge-
bied wordt uitgegaan van groenstroken tot een opper
vlakte van 400 tot 680 ha. De kosten variëren dan tussen
15 en 25 miljoen gulden. De landbouwbedrijven in de om
geving van het industrieterrein zullen binnenkort met
deze plannen tot aanleg van groenstroken worden gecon
fronteerd. In het ruilverkavelingsplan Zonzeel is reeds
met een oppervlakte van plm. 20 ha groenstroken bij
Moerdijk rekening gehouden. Ook in het gebied' ten wes
ten van Klundert' en ten noorden van Zevenbergen zullen
groenstroken worden aangelegd. De plannen hiervoor
zijn in voorbereiding.
11
WIE de ontwikkeling van West-Brabant van nabij
heeft gevolgd, zal moeten toegeven, dat daar
de laatste jaren grote veranderingen op gang zijn ge
komen. De aanleg van rijks- en provinciale wegen
en van industrieterreinen getuigt niet alleen van een
drastische ontsluiting van met name het kleigebied,
maar is vooral ook gebaseerd op uitbreiding van de
werkgelegenheid in dit gebied, dat na de tweede we
reldoorlog voornamelijk functioneerde als arbeisre-
servoir voor de randstad Holland.
Jarenlang is dan ook vanuit de streek door diverse
organen en organisaties gepleit voor het scheppen
van werkgelegenheid in eigen gebied, opdat daar
mee de noodzaak van pendel naar het Rotterdamse
industriegebied zou kunnen worden opgeheven. Ja
renlang bleef dit kloppen aan dovemans,.deuren",
omdat West-Brabant blijkbaar als vestigingsgebied
v— voor zover niet vallend onder de faciliteiten van
kerngemeenten als Etten onaantrekkelijk was.
De Zekluza-gemeenten zagen in de vestiging van deze
reus in hun gebied eeri machtige motor voor het aantrek
ken van andere vestigingen en pasten hun industrieplan
aan aan de nieuwe perspectieven. Het nieuwe plan ging
nu 'n oppervlakte van plm. 2400 ha omvatten en beteken
de o.a. dat het streekplan West-Brabant, dat intussen
was vastgesteld, dienovereenkomstig gewijzigd diende te
worden.
^LDUS geschiedde, waarna de aanleg van industrie
terreinen door het industrie- en havenschap Moer
dijk op voortvarende wijze werd aangepakt. De onder
handelingen over de aankoop van gronden vergemakke
lijkt door het feit, dat het overgrote deel van het voor
industrie bestemde gebied staatseigendom was.
Ruim 60 landbouwbedrijven, merendeels in pacht bij de
domeinen, moesten worden gelikwideerd. Voor 7 van
deze pachters kon een bedrijf beschikbaar worden ge
steld in Oostelijk-Flevoland en de Wieringermeer, voor
die overigen werd in overleg met de hiervoor gevormde
vertrouwenscommissie een vergoedingsregeling getrof
fen op basis van bedrijfsbeëindiging.
Het opspuiten van de terreinen buitendijks en in de
grote polder van Klundert geschiedde vaksgewijs en is
intussen reeds in een vergevorderd stadium.
Als gevolg van de aanleg van de waterspaarbekkens
in de Zuidelijke Biesbosch kon over grote hoeveelheden
zand worden beschikt uit de naaste omgeving. Slechts
één boerderij staat nu nog troosteloos temidden van de
immense zandvlakten, de anderen zijn afgebroken en hun
stand-plaats is onder 4 meter zand verdwenen De in
richting van de terreinen en de opbouw van Shell-chemie
heeft tot nu toe aan ruim 3.000 arbeiders werk verschaft,
waarvan plm. 500 buitenlandse technici.
Shell chemie Nederland heeft te Pernis fabrieken voor
de vervaardiging van diiverse soorten chemicaliën, zoals
gewasbeschermingsmiddelen (insecticiden, herbiciden
e.d.), industriechemicaliën (oplosmiddelen, glycerine,
zwavel ep synthetische wasmiddelen), plastics, harsen en
synthetische rubbers. De uitbreiding te Moerdijk, die met
pijpleidingen verbonden is met het bedrijf te Pernis, zal
per jaar 450,000 ton etheen gaan produceren.
Etheen iö een grondstof voor diverse andiere produkten
als antivries, cosmetica, produkten voor de vezelindus
trie en de fabricage van plastics.
Het Shell-bedrijf te Moerdijk zal over enkele maanden
met de produktie aanvangen. Op dit continubedrijf zullen
straks 450 geschoolde arbeidskrachten werkzaam zijn.
Met de opleiding van jonge arbeidskrachten uit de streek
werd in 1971 reeds begonnen in een bedirijfsschool op het
Shellterrein. Voor deze opleiding wordt als basisopleiding
vereist L.T.S. of Mavo. De school is gebaseerd op een
aantal van 80 100 leerlingen en leidt op tot proces
operator en regeltechnicus.
De financiële positie van het Industrieschap Moerdijk
is immers allerminst aantrekkelijk. Wel zijn ook de ge
meente Breda en de provincie Noord-Brabant partner
geworden in de gemeenschappelijke regeling, maar voor
het verlichten van het zwaar belaste budget zet dit wei
nig zoden aan de dijk. De hoop is gevestigd op partici
patie van het Rijk, op hulp van het Ministerie van Eco
nomische Zaken, met als voorbeeld de door het Rijk be
geleide ontwikkelingen te Delfzijl, in het Zuid-Sloe en in
Terneuzen.
De industrievestiging te Moerdijk heeft uiteraard niet
alleen gevolgen voor de naaste omgeving, maar voor ge
heel Westelijk Noord-Brabant. Als positief gevolg mag
allereerst worden genoemd verbetering van de werkge-
legenheidsstructuur. Bij volledige bezetting van de ter
reinen kan dit mogelijk in de toekomst enkele tienduizen
den arbeidsplaatsen opleveren. Uiteraard zal dit afhan
gen van de aard van de bedrijven. Met prognoses zal
men dan ook voorzichtig moeten zijn, immers de auto
matisering gaat steeds verder. Bij Shell-Moerdijk werken
straks 2 arbeiders per ha met een investering van onge
veer 2 miljoen gulden per arbeidsplaats! Een verder ge
volg zal zijn een bevolkingstoename van de woonkernen
in het gebied als gevolg van immigratie van arbeids
krachten van elders.
Als nadelen moeten genoemd worden het verlies van
plm. 2000 ha agrarische cultuurgrond van prima kwali
teit, de verstoring van de agrarische structuur in de
Westhoek, de verstoring van het landschap en bedreiging
van de kwaliteit van het leefmilieu.
„Daar waar de mens uitsluitend aan produktie denkt,
richt hij zichzelf op den duur te gronde", aldus eeri
citaat van prof. dr. Westhoff. Het bestuur van het Indus
trieschap heeft dan ook aandacht geschonken aan de
diverse facetten, die verband houden met het leefmilieu.
Zo zijn met Shell-chemie in een convenant strenge voor
waarden afgesproken met betrekking tot de et. veront
reiniging van lucht en water. Van de miljoeneninveste
ringen van Shell wordt 8 besteed aan voorzieningen,
die verontreiniging, van lucht en water zoveel mogelijk
dienen te voorkomen. Voorts werd aan het adviesbureau
van de Kon. Ned. Heidemij opdracht gegeven een basis^
plan te maken voor de aanleg van groenzones rond en op
het industrieterrein. Een deel van dit plan n.l. ten oosten
van Klundert is intussen reeds uitgevoerd. Het betreft
een groenstrook van merendeels populieren, waartussen
aan het onkruid de vrije loop wordt gelaten. Van deze
nietige struikjes geplant in de polder, dus 4 meter lager
dan het industrieterrein, behoeft voorlopig weinig effect
van afscherming van geluidshinder en uitzicht verwacht
te worden! Wij zien deze beplanting dan ook als een
experiment, waarmee intussen overigens ook in het Sloe-
gebied is begonnen.
Door het adviesbureau zijn hiervoor twee variaties op
gesteld. De eerste gaat uit van een brede zone met een
beplantingsdichtheid groter dan 20 rond het industrie
terrein, de tweede gaat uit van de woonkernen rond het
industrieterrein en ruimt meer plaats in voor een na-
tuur- en prod>uktiebos. De vraag „Wie zal dat betalen"
speelt bij deze plannen overigens nog een grote rol.
Het Industrieschap gaf opdracht tot het maken van deze
ontwerpplannen. De provincie heeft zich intussen bereid
verklaard een gedeelte van deze plankosten te betalen.
De kosten van uitvoering echter zijn dusdanig hoog, dat
hierbij een beroep op een rijksbijdrage moet worden ge
daan. Trouwens, de aanleg van groengordels vormde een
van de belangrijkste voorwaarden die door het Rijk bij
de totstandkoming van het Moerdijkplan werden gesteld.
De industriële ontwikkeling in West-Brabant verkeert
nog volop in het stadium van de groeistuipen, de aanleg
van groengordels vormen de symptomen daarvan. Als
landbouw zullen wij deze plannen op de voet moeten
blijven volgen.
KORTEWEG.