De maand juli op het zuidwestelijk landbouwbedrijf 8 CAJl. - Goes C. GOVERS M. A. DE HOND Een zogenaamd klein gewas dat het landschap in deze maand siert GRASZAAD Alexandrijnse klaver te zaaien. Voor de omzetting van de graszode is dan in het volgende jaar geen extra N-gift meer nodig. Ook kan op een dergelijke stoppel stalmest, kippen- of varkensmest worden uitgereden. Jong graszaad, dat onder een dekvrucht vandaan komt, dient zo snel mogelijk een eerste stikstofgift te krijgen; na erwten 40 N, na vlas 60 N, na granen 70 N. Gebleken is dat 'het tijdstip van toediening een grotere invloed heeft op de opbrengst dan de hoeveelheid. Hoe vroeger hoe beter. Het jonge gewas kan dan eerder en beter een chemische onkruidbestrijding verdragen. KARWIJ QIT gewas wordt overwegend uit het zwad gedorst. Om het zwad voldoende van de grond te laten liggen en ook om wegwaaien zoveel mogelijk te voor komen is het gewenst te maaien met een lange stoppel. Het oogstrisico is bij zwadmaaien wat groter dan bij hinderen, maar de arbeidsbesparing is aanzienlijk. Er is nog steeds geen goed zaadvast karwijras, waardoor van stam dorsen mogelijk zou zijn. Onkruid in het jonge gewas graszaad kan sneller en met des te meer resultaat be streden worden, naarmate het gras beter ontwikkeld is. Om dit te bevorderen is het van belang, dat de eerste stikstof zo vroeg mogelijk wordt toegediend. Controle op eventuele luchttoetreding bij voordroogkuilen blijft belangrijk. Niet goed ingegraven zijn van het plastiek, het voorkomen van gaatjes of scheurtjes kunnen er oorzaak van zijn, dat de kwaliteit van de kuil sterk achteruit gaat stand van de gewassen is over het algemeen redelijk goed. Herzaaide bieten en laat geplante aardappelen komen uiteraard in groei wat achterop. Ook zijn er enige minder goede karwijpercelen. Er is dit jaar bijzonder veel vogelschade geweèst, waarvan de gevolgen nu nog te zien zijn. Gedurende de laatste weken is er op de meeste plaatsen veel regen geval len. In enkele gevallen kwam het zelfs tot flinke slag regens, waarbij een aantal percelen flink van water schade te lijden had, met name bonen, uien en vlas. Ondanks de gulle groei van de granen dit voorjaar is het opvallend dat tot nog toe slechts enkele perce len legering van betekenis vertonen. Er is wel veel tar we met CCC en zomergerst met mangaansulfaat ge spoten. Op de meeste akkerbouwbedrijven kan het in deze maand weer behoorlijk druk worden. Dit hangt uiteraard van het bouwplan af. Zo zijn we weer niet ver meer van de oogst van graszaad, karwij, vlas en kool zaad af. Allemaal gewassen, waarbij evenals in de hooibouw, droog, zonnig weer zeer welkom is willen we een goed kwaliteitsprodukt verkrijgen. In een aan tal andere gewassen zal nog de nodige zorg moeten worden besteed aan ziekten- en eventuele insekten- bestrijding. wezig, wat tot opbrengstdepressies leidt. Een chemische bestrijding, mits tijdig uitgevoerd, kan de schade beper ken. Late bespuitingen (na het melkrijpheidsstadium, ofwel korter dan 4 5 weken voor de oogst) hebben geen gunstige invloed op de opbrengst. Ter begeleiding van deze zaak worden door de medewerkers van het C.A.R. wekelijks tellingen verricht. Zodra de situatie hiertoe aanleiding geeft, zullen de telers worden gewaar schuwd. Controleer ook zelf uw gewas voordat u een beslissing tot bestrijding neemt. De toegelaten middelen Dimethoaat en Formothion zijn reeds eerder vermeld. Percelen, die kleiner zijn dan 2 ha, komen slechts bij uitzondering voor een viiegtuigbespuiting in aanmerking. I^EEDS Jang is gebleken, dat de oogst van dit gewas vakmanschap vraagt. Om een goed saldo te be halen is het zaak om de hoogst mogelijke kwantiteit en kwaliteit te halen. Wordt te vroeg gemaaid, dan valt door het te lage 1.000-korrelgewicht de opbrengst tegen. Te laat maaien GRANEN ^ERSCHUJLENDE tarwepercelen zijn door meeldauw aangetast. Enkele graantelers besloten daarom 4 5 weken geleden te spuiten met Calixin. Of zij hiermede dit jaar effect zullen sorteren in de kg-opbrengst, is nu nog moeilijk te zeggen. De meeldauw heeft zich name lijk tot nu toe maar weinig meer uitgebreid als gevolg van het veel minder gunstige weer in vergelijking met vorig jaar. Een droge, zonnige julimaand kan nog voor enige verbreiding zorgen. Dit zal dan evenwel ook op bespoten percelen plaatsvinden, aangezien de Calixin reeds is uitgewerkt. Bekend is, dat bij meeldauw vooral de mate van aantasting boven in de plant de omvang van de schade bepaalt Ook in de zomergerst komt met uitzondering van de rassen Cambrinus en Zephyr weinig meeldauw voor. Dit is ook het geval in die per celen, waar geen zaaizaadbehandeling hiertegen werd uitgevoerd. Het begint erop te lijken dat een preventieve bestrijding dit jaar dus alleen maar geld heeft gekost. Ter bestrijding van luizen in granen zijn er dit jaar voor het eerst middelen toegelaten. Wanneer massaal blad luizen voorkomen is kans op ernstige zuigschade aan- verhoogt de kans op uitval. Pleeg overleg met de betrok ken teeltdeskundiige van uw graszaadfirima. Het zwadmaaien gebeurt met een messenbalk van minimaal 5 h 6 voet. Een stoppel van 7 h 8 cm is het meest gunstig otm het zwad zo luchtig mogelijk te laten liggen, en om bij het oprapen zoveel mogelijk ondergras te mijden. Als de zwaden nat regenen is opluchten met een zwadverlegger meestal nodig. Voor bepaalde soorten gaat men steeds meer over tot het van stam dorsen. Het over het algemeen meer vochtige zaad dient zo snel mo gelijk gedroogd te worden. Snelle afvoer naar handel of drogerij is dan ook meestal noodzakelijk. Wil men zelf dirogen, dan kan dat alleen in aardappelbewaarplaatsen waar niet met kiemreimimingsmiddelen is gewerkt. Dit met het oog op kiembeschadiging. Wanneer het graszaad niet voor het volgende oogst jaar moet blijven liggen, is het gewenst om de stoppel zo snel mogelijk van boven af aan fijn te maken. Hierbij is de frees het meest geschikte werktuig om tevens een zo goed mogelijk zaaibed voor het uitgevallen graszaad te verkrijgen. Later kunnen dan met andere grondbewer kingswerktuigen diepergaande bewerkingen worden uit gevoerd. Het is goed om in de graszaadstoppel een vlinderbloe mig groenbeimestingsgewas als wikken of éénsnedige VLAS |N deze maand moet ook het vlas worden geplukt. Op een aantal percelen zal dit vanwege de nu al reeds voorkomende legering met de nodige moeilijkheden gepaard gaan. Ook het kwaliteitsaspect komt dan aan de orde. Als de vlasstengels voor de helft zijn opge schoond^ is het de juiste tijd om te gaan plukken. Het ge was heeft dan meestal een lichte kleur. Bij een te grote snelheid met de oogstmachine is er veel kans op bescha diging. Maak de bossen niet te groot en zet ze zo snel mogelijk overeind. Als het gewas voldoende droog is, moet het om verkleuring tegen te gaan, geschelfd of ge- ruiterd worden. Deze traditionele oogst- en verwerkingsmethoden van vlas vragen veel arbeid. Tijd kost tegenwoordig veel geld, terwijl 'bovendien de benodigde arbeidskrachten vrijwel niet meer beschikbaar zijn. Niet voor niets wordt dan ook naarstig naar arbeidsbesparende verwerkingsmethoden gezocht. In verband hiermee is op Noord-Beveland één van de vier in ons land opgerichte vlaskernen werkzaam, waarbij het vlas in een iets rijper stadium op zwaden wordt gelegd; na 4 5 dagen wordt gekeerd, waarna het,

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1972 | | pagina 8