LANDBOUW IN EERSTE KAMER officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant In dit nummer o*m.: Geen overeen stemming aan wie (gras)- zaaizaad-subsidie ten goede moet komen Pagina 3 Uit de praktijk Pagina 5-19 Chemische vruchtdunning bij Cox Pagina 7 Voor- en nadelen van gespecialiseerde bedrijven Pagina 9 Mechanisatie- en akkerbouwnieuws Pagina 10-11 Nationaal plan kwaliteitsbewakingconc. aardappelen Pagina 12 ■fc „Samen verder" Pagina 13 Varkens in 1972 Pagina 14 T& Vee en vlees Pagina 17 zlm VRIJDAG 12 MEI 1972 60e Jaargang - No. 3131 land en tuinbouwblad Dank zij de gunstige weersomstandigheden van de laatste weken ie de groei op de bietenpercelen snel ler verlopen dan het zich in de koude gure weken in april liet aanzien. Al naar de stand van het gewas, dat plaatselijk grote verschillen laat zien, is men hier en daar alweer druk bezig met het op één zetten en zijn de dunners in aktie gekomen. Hier een pneumatische tastdunner in een mooi ontwikkeld gewas. TIJDENS het beleidsdebat in de Eerste Kamer op 2 mei j.l. met de minister van landbouw en vis serij, is veel aandacht besteed aan het E.E.G.-struc tuurbeleid, waarover onlangs te Brussel overeenstem ming is bereikt. Ook de nationale structuuraangele genheden, met name het ruilverkavelingsbeleid kwam uitvoerig aan de orde. Wat dit laatste betreft was mi nister Lardinois van oordeel dat in het licht van de komende beslissingen naar aanleiding van de herbe zinning over het ruilverkavelingsbeleid (waarover de Staten Generaal nog deze maand een nota zal ont vangen) gerekend kan worden met een voortzetting van de ruilverkaveling, met dien verstande dat in tweeërlei opzicht veranderingen voorzien zijn. In de eerste plaats betreft dit zoals bekend de finan ciële methodiek. De wijzigingen in de betalingscon-- dities e.d., die de regering in deze nota zal voorstel len, zullen uiteraard alleen geldig zijn voorzover het ruilverkavelingen betreft die worden gestemd nadat de wetswijziging van kracht is geworden. De verho ging van het rentepercentage van 5 naar 6 noem de de bewindsman relatief gering. Dit houdt in dat de rentevoet waarop de annuïteit is gebaseerd wordt ver hoogd van 2% naar 35/8 De reden waarom dit ni veau sinds 1954 laag werd gehandhaafd is dat in de Nederlandse landbouw op geen enkel ander beleid het systeem van rentesubsidies van toepassing was. BU AFSTEMMEN RUILVERKAVELING „EXTRA BLOKKEN" pi de tweede plaats is er de invoering van de ge- wijzigde stemprocedure bij ruilverkavelingen. Het is te verwachten dat wat meer ruilverkavelingen zul len worden afgestemd dan nu het geval is. Dat is na tuurlijk jammer, omdat in de voorbereidende periode al heel wat mankracht en dus ook geld in zo'n ruil verkaveling is gestoken. Te hopen is echter dat deze investering niet geheel verloren is en dat na een be paalde periode teruggekomen kan worden, als de streek meer rijp voor het denkbeeld van ruilverkave ling is geworden, zo meende de minister. Over de mate waarin onder de nieuwe procedure zal worden afgestemd lopen de opinies sterk uiteen. Naar de me ning van de minister kan er. indien meer dan 20 zou worden afgestemd, niet aan worden ontkomen extra „blokken" aan de orde te doen komen, teneinde tè grote inbreuk op het gehele programma te voor komen. Overigens rekent hij erop in 1973 en 1974 90.000 ha tezamen in uitvoering te doen nemen. Dit bij een jaarlijks gereed te komen oppervlakte van 50.000 ha op een totaal uitvoeringsschema van thans bijna 600.000 ha. HET S.B.L. BELEID TEN aanzien van de grondaankopen door de Stich- ting Beheer Landbouwgronden ligt het niet meer in de bedoeling, in de toekomst deze volgens de hui dige financieringsmethoden aan particuliere eigena ren over te cTragen, behalve in geval van afronding van percelen, e.d. Voorzover drastische bedrijfsver- grotingen in het geding zijn, zullen deze grondaan kopen via normaal bankkrediet moeten worden ge financierd. De regeringsvoorstellen met betrekking tot het ruilverkavelingsbeleid houden verder o.m. in, dat een subsidie van 50 a fonds perdu zal worden gegeven bij kavelinrichtingswerken, over de uitvoe ring waarvan de grondeigenaar zelf beslist en voorts dat de werken ten behoeve van het landschap e.d. voor 100 door de overheid zullen worden gedra gen. De wet zal zodanig worden gewijzigd dat grond- kortingen voor wegen en waterlopen onder het ge middelde percentage zullen vallen dat voor de ruil verkavelingen in zijn totaliteit geldt. Hierbij wordt uitgegaan van de schattingswaarde van de ruilver kaveling, die momenteel vrijwel gelijk aan de agra rische grondwaarde in het gebied is. De bewindsman acht dit een bijzonder belangrijke tegemoetkoming. LANDSCHAP EN BOOMGAARDEN VERSCHILLENDE afgevaardigden hielden een krachtig pleidooi tot behoud van het landschap, zowel bij uitvoering van ruilverkavelingen als ten aanzien van de onder de E.E.G.-regelingen nog te rooien boomgaarden. Minister Lardinois wees er nog eens op dat momenteel jaarlijks tussen 2 en 7 van alle landschapselementen verdwijnen in ons land, omdat de meeste geen enkele functie meer hebben. Als voorbeeld noemde hij heggen die als veeafraste ring werden gebruikt en nu vervangen worden door goedkoper, minder arbeid vragend schrikdraad. Waar ceen nieuwe functie kan worden verschaft, is be heersoverdracht aan de Staat de laatste mogelijkheid van behoud van zodanige landschapselementen. Over dracht aan de Staat wordt uiterst selectief toegepast en wel in geval van belangrijke natuurlijke waarden, omdat als dit niet zo zou geschieden bij wijze van spreken binnen zeer korte tijd de gehele land bouwbegroting van 1M> miljard hiervoor nodig zou zijn. In ruilverkavelingen wordt zoveel mogelijk waardevol landschap bewaard en desnoods een aan gepaste functie als windschut gegeven. Er staat in feite nog maar één jaar de mogelijkheid tot gepremieerd rooien van boomgaarden open. Voor wat betreft sommige boomgaarden, die dreigen ge rooid te worden en een strategische positie in het landschap innemen, bleek de minister bereid te be zien of er mogelijkheden voor behoud kunnen worden gevonden. Omdat de kosten van instandhouding zo hoog zijn, heeft het overleg met C.R.M. tot dusver niet meer opgeleverd dan dat de boomgaarden, die in bezit van de Stichting Beheer Landbouwgronden zijn gekomen, niet zullen worden gerooid. ROOIPREMIES STOPPEN OVERIGENS was de bewindsman van mening dat met het verstrekken van rooipremies eerst na tionaal en later in communautair verband zal moeten worden gestopt. Daarvoor pleiten drie argumenten: de tijdelijkheid van de regelingen, de ruime gelegen heid die er 5 jaar is geweest voor betrokkenen om in aanmerking voor een rooipremie te komen en ten slotte de gevoeligheid in de publieke opinie voor de plaats van boomgaarden in het landschap. In de fruit teelt zal nu sterk moeten komen te liggen op hetgeen aan de kant van de afzet, de bewaring e.d. kan wor den verbeterd. Ten aanzien van een regeling voor die fruittelers die thans overbruggingskrediet ontvangen, is de bewindsman bereid een gesprek met het Land bouwschap te voeren. Hij is geneigd hiervoor alsnog een oplossing te treffen, vóórdat in ons land wordt aangevangen met de toepassing van het Brusselse structuurbeleid. Overigens is voor de financiering van moderne fruitteeltbedrijven het normale instru mentarium van Borgstellingsfonds e.d. beschikbaar. Waar mogelijk zal getracht worden de rentesubsidies, waarin het Brusselse structuurbeleid gaat voorzien, ook voor deze bedrijven toe te passen en wel voor diepte-investeringen, samenwerkingsvormen e.d.; voor nieuwe aanplantingen is zulks, zoals bekend, niet toegestaan. fZie verder oae. 81

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1972 | | pagina 1