Erf
en
akker
Aardappelproducentengroepering in oprichting
Voorsprong van vroege inzaai te niet gedaan
.SAMEN VERDER"
19
UIT DE PRAKTIJK
Deze dagen werd in WEST ZEEUWS-VLAANDE-
REN onder grote belangstelling een eerste vergade
ring gehouden om te komen tot de oprichting van een
producentengroepering voor aardappelen in ons ge
west, samen met het bedrijf van de fa. Gebr. De Feij-
ter te Breskens.
De laatste jaren en zeker deze winter is er wel
geschreven en gediscussieerd over nieuwe afzetme-
thoden van vooral onze vrije produkten, zoals aard
appelen. Ook in Brussel is het woord „producenten-
groepering" een bekend begrip.
Ziehier een eerste stap in deze ontwikkeling, die
het gevoerde overleg nu in daden wil omzetten. Een
zeer belangrijke stap, die vergaande gevolgen kan
hebben en voor Nederland als een zekere primeur
kan gelden naast datgene wat onze coöperaties in
deze reeds doen.
Na een gedegen voorbereiding door een aantal te
lers waren de eerste reakties op dit initiatief positief.
Getracht wordt om nog dit voorjaar als zodanig te
starten met een groot aantal telers, zowel met hen
die zelf rooien en bewaren, als met hen die dat laten
verzorgen door de producentengroepering. Het mo
derne bedrijf van de fa. Gebr. De Feijter staat met
zijn outillage en afzetrelaties ter beschikking van de
producentengroepering. Een zeer belangrijke stap dus
die getuigd van durf en initiatief en wellicht nog
slechts het begin is van een veel verdergaande ont
wikkeling in deze.
De stand van de gewassen is de laatste weken veel
veranderd. Het opéénzetten van de bieten is het be
gin van een drukke voor jaarsperiode. Toch nog heel
wat bietentelers hebben hun bieten gehhel of ge
deeltelijk overgezaaid. Het zaaien op heel wijde- en
eindafstand in de rij geeft vele risico's en wij vragen
ons af of nauwer zaaien, gevolgd door mechanisch
dunnen, niet minder risico geeft en uiteindelijk een
goed resultaat wat door jarenlang onderzoek be
vestigd is.
Boven de vele gele koolzaadpercelen in ons ge
west hebben wij de laatste dagen het sproeivliegtuig
zijn banen zier. trekken. De koolzaadsnuitkever was
op veel percelen in zodanige aantallen aanwezig dat
schade valt te verwachten. Dat is 'bij de snuitkever
veel eerder het geval dan bij de glanskever. Een
bezetting van 2 snuitkevers per plant aan de rand
van het perceel en 1 snuitkever per plant in het mid
den van het perceel is een bezetting die een bestrij
ding noodzakelijk maakt.
Met het begin van de meimaand hebben we in
WALCHEREN ook wat milder en groeizamer weer
gekregen. Hopelijk komt er nu wat meer schot in de
groei van de gewassen. De laatste weken was er wei
nig van te bespeuren. Vooral de suikerbieten lieten
het op veel percelen afweten. Daarop lieten zowel
standdichtheid als groei veel te wensen over. In het
algemeen mogen we wel stellen dat de bieten op
70 van de totale oppervlakte aan de dunne kant
staan. Er zijn een aantal percelen opnieuw gezaaid.
Welke percentage dit betreft durven we moeilijk
schatten. We dachten dat het toch wel beneden de
5 bleef dus ca. 125<130 ha. De precisiezaaimachi-
nes zijn dan ook eind april nogal eens uitgerukt. Soms
bleek dit voor herinzaai van kleinere perceelsgedeel
ten te zijn. Al met al wachten we nu in spanning af
hoe de ontwikkeling zal zijn. Bij een gunstig groei
seizoen kan de opbrengst nog goéd zijn, ook bij een
wat dunne stand. De praktijk heeft dat de laatste
jaren wel bewezen. Eén ding staat vast, ondanks de
vroege voorjaarsinzaai kunnen de verdere verzor
gingswerkzaamheden niet vroeger dan normaal
plaats vinden. De voorsprong die we bij de inzaai
hadden is door de trage groei geheel teniet gedaan.
Een lichtpuntje daarbij is dat door de dunne stand
het opéénzetten over een lange periode uitgesmeerd
kan worden.
De inzaai van de laatste gewassen zoals stambonen
en mais is nu ook weer klaargekomen. De opper
vlakte snijmais zal dit jaar ongeveer 50 ha bedragen
in ons gebied. Door een loonwerker is reeds een hak
selmachine voor de snijmaisoogst aangeschaft.
Voor een eventuele overbemesting met stikstof op
wintertarwe is rond half mei wel de geschikste tijd.
Vooral voor de matig strorijke gewassen kan dit
gunstig zijn voor de korrelopbrengst. Er liggen in
ons gebied nog wel enkele percelen die voor een
dergelijke bemesting in aanmerking komen. De gras-
groei is goed. Het is nu de kunst om het vele gras
zo rendabel mogelijk te benutten, zodat men er het
hoogst mogelijke rendement van krijgt.
(Vervolg van pag. 13).
De gebondenheid aan het bedrijf wordt ongetwijfeld
minder, hetgeen uit sociaal oogpunt aantrekkelijk is.
Vooral op het gemengde bedrijf met de dagelijks terug
kerende veeverzorging is van groot belang dat anderen
de taak kunnen overnemen wanneer dit nodig is door
ziekte, vakantie, en ook door arbeidsongeschiktheid! bij
het vorderen van de leeftijd. Anderzijds zal de mentale
gebondenheid aan het bedrijf wellicht toenemen door het
overleg dat gepleegd moet worden voordat men een
„dagje uit" gaat. Naar de mening van de kommissie ver
dient samenwerking in een wat groter verband) de voor
keur. Wanneer er bijvoorbeeld vier partners zijn, zal
men in grote mate gelijkgericht moeten denken, men zal
elkaar moeten liggen. Bij zeer verschillende karakters
zal gauw een eenzijdige visie kunnen domineren en tot
ontevredenheid bij de anderen aanleiding geven. Wan
neer bijvoorbeeld negen partners aanwezig zijn, wordt
een enkele afwijkende mening gemakkelijker gekompen-
seerd. Het beleid zal meer kontinu worden en menings
verschillen blijven gemakkelijker buiten de persoonlijke
sfeer. Wel zal ook hier de keuze van de partners met de
grootste zorg moeten gebeuren.
WELKE JURIDISCHE VORM?
i
In het rapport wordt ingegaan op de juridische aspec
ten die bij de verschillende vormen van samenwerking
als Maatschap, Vennootschap onder firma (v.o.f.), Com
manditaire vennootschap (C.V.), Coöp. Vereniging, Naam
loze Vennootschap (N.V.) en Besloten Vennootschap
(B.V.) van belang kunnen zijn. Wij komen hierop, mede
aan de hand van de onlangs verschenen brochure van
het Landbouwschap „Rechtsvorm van de Landbouw
onderneming", in een volgend nummer op terug. Uit de
bespreking blijkt dat in feite alleen de V.O.V., en de N.V.
of B.V. in aanmerking komen. Bij volledige samenwerking
lijkt uit fiscaal oogpunt de B.V. de meest voor de hand
liggende vorm.
BEDRIJFSOVERNAME EN KONTINUÏTEIT
Ook bij een samenwerkingsvorm krijgt imen, evenals
bij het individueel geleide landbouwbedrijf te maken
met bedrijfsopvolging of overname. In een normale
pachtsituatie moet er rekening mee gehouden worden
dat juridisch slechts één kind kan opvolgen daar de
pachtrechten niet deelbaar zijn. Rekening gehouden moet
onder meer worden met wie van de kinderen opvolgt en
het in staat stellen van de andere kinderen een goede
schoolopleiding te volgen. Het opvolgend kind moet in
de gelegenheid gesteld worden, door het betalen van een
beloning voor het meewerken, vermogen te vormen dan
wel extra inkomsten ais winstaandeel of winstdeling.
Voor inbreng van het gebrullc van de grond in een
samenwerkingsvorm, zoals tot hiertoe is bedoeld, is.
zowel voor pacht als erfpacht, toestemming van de ver
pachter nodig. Deze vorm geeft voor de kontinuïteit niet
voldoende waarborgen zonder meer. Er zijn ingewikkelde
konstrukties nodig, bijvoorbeeld koppeling van de in
breng van het gebruik van de grond aan een direkteurs-
schap van de N.V., hetgeen kontraktueel te regelen zou
zijn. Ook is het mogelijk een boetebeding in te voeren
en dit zo hoog te stellen dat uittreden erg onaantrekke
lijk wordt. De enige oplossing is jn feite dat een N.V.
het pachtrecht overneemt, waarmee de kontinuïteit ver
zekerd is. Dan wordt dus niet het gebruiksrecht, maar het
pachtrecht zelf ingebracht in de samenwerkingsvorm of
fusie.
Voor de verpachter is dit een stap die vrij grote kon-
sekwenties heeft, maar ook de (erf) pachter moet hiervan
de draagwijdte beseffen. Het betekent dat men dan af
stand moet doen van het persoonlijke pachtrecht.
De opvolging zal men niet meer zelfstandig kunnen
regelen; de aandeelhouders gezamenlijk zullen moeten
beslissen over de kapaciteiten van de opvolger alsmede
de direkteur van de N.V. Als de opvolger, om welke reden
dan ook, niet geschikt bevonden wordt, blijft de grond
in de N.V. en de opvolger kan eventueel zijn aandelen
verkopen. Deze situatie zal zich uiteraard niet vaak voor
doen, maar men zal met de mogelijkheid rekening moe
ten houden.
(Ontleend aan: Studierapvort
subcommissie „Samenwer
kingsvormen" van de komm's-
sie Mechanisatie en Rationr»T-
satie aid. Onderzoekcentrum
Raad voor Bedriijsontwikke-
ling in de Landbouw in de
IJsselmeerpolders
DE NIEUWE AARDAPPELOOGST
Italië In de afgelopen week is in Italië het aanbod
van nieuwe aardappelen uit alle produktiegebieden van
Apulië en Napels (Campanië) toegenomen. Het aanbod
uit Sicilië was al groot. De aanvoer uit Giarre werd
evenwel kleiner. De prijzen daalden over het algemeen
doordat de vraag kleiner was dan het aanbod. Voor nieu
we aardappelen uit Syracuse werd 55 tot 65 lire per 100
kilo franco spoor betaald en voor aardappelen uit Giarre
48 lire.
Spanje Gedurende de afgelopen week hebben de
aardappelproducenten in het gebied van Valencia hun
prijzen met 4,50 tot 5 peseta per kilo verlaagd. De han
del is daardoor aanzienlijk in omvang toegenomen. Voor
al naar Engeland werd veel meer verkocht dan in de
voorafgaande week. De aardappelen worden over het
algemeen per trein verzonden. De aardappeloogst op
Majorca zal waarschijnlijk 3.000 tot 4.000 ton kleiner uit
vallen dan was voorzien als gevolg van regen- en hagel-
schade.
Lena ons kindermeisje is eindelijk getrouwd; van kant,
zoals ze dat wel eens noemen! En dat heeft haar heel
wat moeite gekost. Ze heeft het weliswaar hogerop ge
zocht. Ze was zelf van de Pokomostam, maar in haar
ogen waren de mannen uit die groep haar te min. Te
stom, en je moet er veel te hard voor werken. Als ze
met een Juma of een Komorra was getrouwd dan zou ze
nu in een hut langs de rivier de Tana zitten en overdag
in de akker staan te ploeteren. Ze heeft het beter be
keken: ze is met een soldaat getrouwd, eentje van de
Kalenjin stam uit de buurten van Nakuru. Weliswaar
is ze nu het tweede vrouwtje van die kerel, maar dat
mag de pret in het geheel niet drukken. Nu is dat alle
maal niet vanzelf gegaan. Want als arme Pokomomeid
raak je zomaar niet aan iemand van buiten de stam.
Maar er is een weg hogerop, en die loopt via het eer
zame en deugdelijke beroep van kindermeisje bij een
blanke. Toen Lena bij ons in dienst kwam, was ze ver
legen als een bosaapje. Engels sprak ze helemaal niet.
Een jurkje had ze nog nooit aangehad. Maar na haar
eerste maandgeld, kocht ze er tegelijk een stuk of drie,
en ook flinke stukken zeep. En al spoedig daarna kregen
de vreemde knapen diie het thuis beter gewend waren,
haar in de gaten als we dat zo mogen uitdrukken. Voor
dat ze aan haar amoureuze beslommeringen begon, wil
de Lena nog wel eens een hakmes pakken, gras kappen,
en wat wieden in de tuin. Maar plotseling kwam de dag
dat ze die gereedschappen liet vallen als stukken wit
heet ijzer, wanneer er een manspersoon over de weg
wandelde. Houthakken deed ze ook ineens niet meer.
Want, zo bleek, ze had verkering met een klerk. Die
kerel kwam om een uur of vier van het kantoor, in keu
rige witte kniekousen voorbij wandelen, en het paste
niet dat zij dan zulk ruw werk verrichtte. Op een dag
kwam ze vertellen dat ze er vandoor ging. Ze ging trou
wen. Baraza, zo heette haar man, nam haar mee naar
Kakamega, zo'n achthonderd kilometer van het Tana-
Riverdistrict. Nu hadden wij al onze twijfels toen we de
naam Baraza hoorden, want hij had al zowat ieder meis
je in de streek dat een nieuwe jurk droeg getrouwd en
dan weer vliegensvlug in de steek gelaten. Meestal bleef
dat meisje dan later niet helemaal alleen, ze had er dan
een kindi bij te verzorgen. Maar dit keer leek het alle
maal koek en ei. Ze vertrokken samen naar Mombasa,
alvorens de grote reis naar West-Kenya te ondernemen.
Een paar dagen later stond Lena ineens weer voor de
deur in Hola, Baraza was waarschijnlijk in Mombasa de
weg kwijt geraakt, in ieder geval hij was nooit meer op
komen dagen in het logement waar ze verbleven. En het
ging met Lena de zelfde weg als met de anderen. Ze had
een zoontje een poosje later, die ze zonder blikken of
blozen maar Baraza noemde. En trots dat ze er mee
was! Ze wandelde er statig mee over de weg, iedereen
mocht het zien. Maar als kindermeisje heb je een bij
zondere aantrekkingskracht. Spoedig had ze weer een
nieuwe „lover". Ditmaal de inspecteur van politie. Maar
die had wel zijn vrouw bij zich. En dat niet alleen maar
ook nog elf kinderen, van hoog te laag. Op een avond
liep het een beetje uit de hand. Fatuma de vrouw van de
inspecteur was een aantal dagen op reis geweest, en
Lena had daarvan gebruik gemaakt. E>e eerste en de
beste avondi klopte Lena aan het raam, met geen andere
bedoeling dan de eenzaamheid van die arme man wat
te verjagen. Toen Bernard dan ook werd overgeplaatst
naar Fort Hall, was zijn twaalfde spruit op komst en
Lena noemde hem later trots Bernardie.
Daarna hebben we haar de pil gegeven, want twee
van die kleine rakkers vonden we voorlopig welletjes.
Het is echter wel een feit dat de Pokomostam regel
matig op deze manier van vers bloed wordt voorzien, en
dat kan op zich helemaal geen kwaad, als je er van uit
gaat dat de stam maar veertigduizend personen omvat
en vrij geïsoleerd leeft. De twee kindertjes van Lena
groeiden als kool, en waren al aardige knaapjes toen ze
kennis kreeg aan Tiaar soldaat. Ze heeft de pil toen wel
iswaar wat veronachtzaamd, want na een poosje was
het weer raak. Maar nu mocht ze met de man mee. Hij
had wel een vrouw met zeven kinderen, doch die dame
die sprak geen Engels en bestierde het huishouden op
de traditionele manier. Lena had heel wat ervaring op
gedaan in een Europees huishouden en bovendien sprak
ze Engels en had ze zodoende heel wat meer status. De
soldaat is overgeplaatst, en hij heeft Lena met haar twee
eerste telgen, en de spruit in wording meegenomen naar
Nakuru, alwaar ze nu een net en eerzaam leven gaat
leiden.
SCHRIJFKOUTER.