Voordracht: J. B. Becu nieuwe voorzitter ZLM
D.B. ernstig teleurgesteld over landbouwbegroting
officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
In dit nummer o.m.:
Er is weer geld te
besparen bij de O.V.M.!
Pagina 3
Geld en goed deze
week op Pagina 4
Koolzaadaktualiteiten
en onkruidbestrijding
in wintertarwe Pagina 5
Hinderwet en
agrarische bedrijven
Pagina 5
Tuinbouw - Open oog
voor nieuwe ontwikkelingen
Pagina 7
Achtergronden en
betekenis van
kontraktproduktie
Pagina 9/10/11
De toekomst van de
Ned. melkveehouderij
Pagina 13
Kopziekte en
nitraatvergiftiging
Pagina 15
VRIJDAG 8 OKTOBER 1971
59e Jaargang - No. 3101
land
en tuinbouwblad
Alhoewel de ramingen over de Nederlandse suikerbietenoogst nog wel eens iets willen
verschillen, zeker is dat deze dit jaar bijzonder groot zal zijn. Een record van min
stens 5,25 miljoen ton wordt verwacht. De verwachtingen voor de Europese bieten-
oogst liggen eveneens hoger dan die van het vorige jaar n.l. 26,5 miljoen ton dit jaar
tegen 24,7 miljoen ton seizoen 70/71.
WAN de verschillende punten en aktuele zaken die
v tijdens de op maandag 4 oktober te Bergen op
Zoom gehouden vergadering van het Dagelijks be
stuur der ZLM aan de orde zijn geweest, moet in de
eerste plaats de beslissing van het Dagelijks bestuur
genoemd worden om de heer J. B. Becu te Groede
voor te dragen in de funktie van algemeen-voorzitter
van onze Maatschappij.
De heer Becu heeft zich, zo kon voorzitter ir. J.
Prins, mededelen, bereid verklaard de kandidatuur te
aanvaarden. In de op maandag 22 november te houden
Hoofdbestuursvergadering zal deze voordracht aan de
orde komen en de benoeming plaats kunnen vinden.
LANDBOUWBEGROTING 1972
IN de bespreking over de landbouwbegroting
1972 plaatste het Dagelijks bestuur deze be
groting tegen de achtergrond van de moeilijke eco
nomische situatie in Nederland. Het bestuur tekende
daarbij evenwel aan dat land- en tuinbouw al jaren
lang het slachtoffer zijn van de inflatoire kostenont
wikkeling, zonder dat van enige doorberekening of
afwenteling van betekenis sprake was. Voorts moet
naar het oordeel van het bestuur in acht worden ge
nomen dat de agrarische sector geenszins heeft bij
gedragen tot spanningen op de arbeidsmarkt, maar
integendeel door investeringen in staat is aan ont
spanning verder mee te werken. De agrarische onder
nemer zal voorts de lastenverzwaringen, die voor
iedereen van kracht worden, moeten ondergaan, zo
als de verhogingen ten aanzien van gas, electriciteit
en die der wiebeltax, terwijl juist met betrekking tot
de belastingen door de erkenning van de essentie van
het rapport van de Commissie-van Soest door de rege
ring toegegeven wordt, dat de zelfstandige op dit ter
rein oneerlijk wordt behandeld.
De belastingvrije pensioenreservering, die de Com
missie-van Soest bepleitte, zal bovendien uitgesteld
worden tot 1 januari 1973.
Het zal geen verder betoog behoeven dat de ver
ruiming van de investeringsaftrek voor zelfstandigen
slechts een tegemoetkoming is. Gezien deze uitgangs
punten is het bestuur van oordeel dat de oude in
strumenten van structuurbeleid met kracht voortzet
ting behoeven en de nieuwe instrumenten moeten wor
den ontwikkeld.
Wat dit laatste betreft zijn zowel uit Brussel als Na
tionaal voorstellen gedaan (b.v. rentesubsidie en
grondbank), waar deze begroting evenwel geldelijk
geen tot weinig plaats voor inruimt. Dit doet verwach
tingen over de structuurnota die de minister toezegt,
bij voorbaat niet hooggespannen zijn, terwijl er toch
op dit stuk van zaken een gelijktrekking met andere
landen moet komen.
Met betrekking tot het grondbeleid toonde het be
stuur zich verontrust over de feitelijke geringere arm
slag die de S.B.L. heeft verkregen. Ook in dit licht be
zien moeten er dan ook vraagtekens achter een proef
neming met de Grondbank geplaatst worden. Het be
stuur vroeg zich bovendien af waarom, indien dan
volstaan zou moeten worden met een proef, deze niet
gericht zou kunnen worden op beginnende jonge boe
ren, waarvan blijkens eerdere uitlatingen van de minis
ter erkend wordt dat de grondfinanciering juist déér
klemt! Een territoriale beperking van een proef wees
het bestuur af.
Met betrekking tot de ruilverkaveling moet naar de
mening van het bestuur geconstateerd worden dat het
gelijke 'bedrag, wat hiervoor in 1972 zal worden uitge
trokken in feite een achteruitgang van werken bete
kent terwijl, ondanks de toezegging van handhaving
van het stemmingsprogramma, dit alles met nogal
onzekerheden is omgeven, omdat men ook anderszins
de ruilverkaveling onmogelijk zou kunnen maken.
Ten aanzien van de monetaire verwikkelingen wordt
door de minister in de Memorie van Toelichting de
verklaring gegeven, dat hierdoor de Nederlandse land
en tuinbouw niet in een relatief ongunstiger positie
mag komen. De vergadering vroeg zich af hoe dit ver
staan moet worden nu er bijvoorbeeld berichten uit
Duitsland komen, waaruit blijkt dat daar vanuit fond
sen, die kennelijk in de monetaire verwikkelingen een
oorsprong hebben, omvangrijke investeringen in de
aardappelopslag worden gesubsidieerd, die een recht
streekse aanval op de positie van de Nederlandse
aardappelteler kunnen betekenen.
Blijkt uit voornoemde onderdelen, die het bestuur
in besohouwing nam, reeds de ernstige teleurstelling
met betrekking tot deze begroting, uit de globale cij
fers waaruit blijkt dat de toeneming voor landbouw
4 is, terwijl de totale toeneming var, alle begrotin
gen 8,5 is komt volgens het bestuur de vraag
naar voren in hoeverre ook van redelijke lastenverde
ling sprake is.
In het bestuur gingen in het verband van deze be
sprekingen dan ook stemmen op om de meer syndicale
aanpak, zoals door de organisaties in België wordt
toegepast, nader te volgen en zonodig ook hier toe te
passen.
(Zie verder pagina 3)