ONS COMMENTAAR
officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
VRIJDAG 2 APRIL 1971
59e Jaargang - No. 3075
land
en tuinbouwblad
In dit nummer o.m.:
Eindelijk K.N.L.C.
Pagina 3
Mansholt en de natio
nale voorlichting Pagina 4
De resultaten van het
Brussels EEG-overleg
Pagina 5
Chemische onkruidbe-
strijding i.d. fruitteelt
Pagina 7
X Het opkweken van
preiplanten Pagina 7
Tuinbouwklanken
Pagina S
Snijmais biedt moge
lijkheden tot intensivering
Pagina 9
Langs de melkweg
Pagina 11
Dank zij de gunstige weersomstandigheden konden de voorjaarswerkzaamheden deze week vlot verlopen.
NEGATIEF I
Natuurlijk heeft uit de vele gebeurtenissen vorige
week in Brussel, vooral de demonstratie van de tien
duizenden in hoofdzaak Belgische boeren, de aandacht
getrokken. Een post op de balans van die vorige week
met duidelijk negatieve punten. Wij kunnen ons ten
minste niet indenken dat de trieste gevolgen van de
rellen een dode, vele gewonden en grote materiële
schade aan het bezit van buitenstaanders, waaronder
velen eveneens zelfstandigen bij iemand in onze
kring tot een andere reactie dan een afwijzende kan
leider..
Weliswaar waren deze rellen slechts excessen bij
een in principe gereglementeerde betoging, maar één
en ander toont aan hoe moeilijk en gevaarlijk het is
een dergelijke manifestatie met een geprikkelde en
verbitterde groepering te organiseren, zelfs in een
land, waar de mars op Brussel geen onbekend ver
schijnsel is. Bewondering hoewel 5000 nog geen
60 a 80.000 is hebben we nog eens te meer gekre
gen voor de fruittelers zelve en de verantwoordelijke
organisatoren van de demonstratie van fruittelers enige
maanden geleden in Den Haag!
NEGATIEF II
„Maar dit alles is dan toch maar nodig geweest",
zo is de zeer algemeen gehoorde conclusie in onze
kring. Een conclusie, waarvan de volle last terugvalt
op diegenen, die ten aanzien van het overheidsbeleid
de verantwoordelijkheid dragen.
Wat is namelijk het geval: Landbouw is een der
best georganiseerde bedrijfstakken. De Overheid kan
langs allerlei wegen kennis nemen van wat er in deze
groep leeft en wat de problemen zijn. Tot gesprek,
tot overleg en tot het zoeken van de beste wegen
zijn de landbouwvoormannen steeds bereid geweest.
Aan het inhaken op deze bereidheid heeft het in de
E.E.G. schromelijk ontbroken. Nationaal is er langs
dit overleg heen geleefd, het is weggeschoven en vaak
naar Brussel. Een uiterst negatieve en gevaarlijke
zaak. Men kan namelijk niet straffeloos een belang
rijk element in het democratisch spel namelijk de
organisaties wegzetten.
POSITIEF
De reacties via de grote publiciteitsmedia op dat
gene, wat zich vorige week dinsdag in Brussel af
speelde zijn ons inziens in die zin niet ongunstig, dat
men zich nu ging afvragen wat de achtergronden van
deze gebeurtenissen toch wel waren. Men ontdekte
dat er meer is dan het wat gemakkelijker signaleren
van bergen van overschotten en alsmaar produceren
de boeren. We zagen één der aktualiteitenrubrieken
voor de televisie, vooral ook omdat we wisten dat één
onzer leden I. de Hullu uit Groede daarin zijn
duidelijke verhaal zou vertellen. Hij deed dat
voortreffelijk.
Maar ook het commentaar in deze uitzending van
de hoofdredacteur van het Financieel Dagblad en
wie zijn geschreven bijdragen in zijn blad kent, weet
dat hij een kritisch man is liet aan duidelijkheid
niets te wensen over.
„Wat wil men", daar kwam zijn toelichting zo onge
veer op neer, „als men een bedrijfstak wel voor kosten
stijgingen zet, maar niet de prijsaanpassingen geeft".
VERBIJSTEREND
De heer Mansholt heeft veel persoonlijke en soms
weinig verheffende aanvallen te verduren. Wij zouden
al deze aanvallen zeker niet voor onze rekening wil
len nemen. Maar wie nu weer heeft kennisgenomen
van een tweetal recente uitspraken kan alleen maar
vaststellen: „Hij heeft het er naar gemaakt".
In de eerste plaats verklaart deze man van de prijs
bevriezing nu ijskoud, dat de prijsaanpassing nodig
was. Wat heeft men dan eigenlijk aan zijn uitspraken
en standpunten?
Voorts is er zijn aanval op de georganiseerde land
bouw, die door hem later nog eens voor de Belgische
televisie herhaald schijnt te zijn. Een aanval, waarbij
de heer Mansholt de C.O.P.A.-organisaties verwijt
geen, onvoldoende of onjuiste voorlichting aan de le
den te hebben gegeven met als gevolg de uitbarsting
in Brussel. Het is een ronduit verbijsterende aanval.
Het probleem van de prijsbevriezing heeft namelijk
weinig met voorlichting te maken, hoogstens met het
goedpraten van onaanvaardbare zaken. Bovendien
blijkt hieruit dat de heer Mansholt geen flauw benul
heeft van wat een organisatie werkelijk doet een hele
winter lang. Professor Boon, de voorzitter van de Bel
gische Boerenbond, die zich primair achtte aangeval
len, heeft inmiddels in een uiterst scherpe reactie met
de heer Mansholt gebroken. Het blijkt steeds meer dat
de heer Mansholt zijn positie onmogelijk heeft ge
maakt,
BESCHAMEND
Wij blijven de besluiten, die nu in Brussel ten aan
zien van de prijzen zijn gevallen, beschamend vinden.
Er zijn enkele verbeteringen bij de oorspronkelijke
voorstellen, maar het ligt onder en voor de akkerbouw
ver onder de redelijke vraag van het C.O.P.A. Men
heeft wel het principe namelijk dat je de boer niet
voor de kostenstijgingen kunt laten zitten erkend,
maai er niet naar gehandeld!
Beschamend is het ook dat zulke belangrijke zaken
op een dergelijke manier via weer een marathonzitting
met compromisvoorstellen gerealiseerd moeten wor
den. Men stelt èn door het systeem én door de aard
van de besluiten ons inziens de E.E.G. in de waag
schaal. Een winstpunt is het dat nu de harmonisatie
van de concurrentievervalsing door de structuurmaat
regelen dichterbij is gekomen. Alleen, de blijvers kun
nen daarop wachten!
Het tekort van Brussel maakt de nationale maatrege
len alleen maar urgenter. Daarbij rekenen wij primair
het belastingvraagstuk.
Pr.