Prijzengesprek in COPA officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant K. N. L. C. In dit nummer o.m.: Problemen rond de rooipremie Pagina 3 Afzet en prijzen tarwe, brouwgerst en peulvruch ten Pagina 4 Uit de praktijk Pagina 5 Dingen van de week Pagina 6 Kwaliteitsverbetering wintergroenten Pagina 7 Verse aardappelen als i/eevoer en rundveevoeding in de herfst Pagina 8/9 Engeland nadert Euro pa en Nogmaals de extra uitkering van f 400, Pagina 12 Omzet aardappelpro- dukten te hoog Pagina 13 De Provinciale Raad voor de Bedrijfsontwikkeling in de land- entjf"inbouw in Noord-Brabant heeft in een Structuurnota 4 x S - 1970 zijn visie gegeven over het Brabants agrarisch klimaat en de voortgaande en versnelde ontwikkeling die de Brabantse land- en tuinbouw in de komende jaren te wachten staat. Enkele bijzonderheden hierover op de middenpagina's van dit nummer. Over de rundveehouderij wordt de ver wachting uitgesproken dat in de komende 5 jaren het aantal melkveehouders van 20.000 op 10.000 zal ko men en dus zal worden gehalveerd. Daarbij vanzelfsprekend moderne bedrijfsexploitatie waardoor lage produktiekosten, om in de E.E.G. mee te kunnen komen. VRIJDAG 7 NOVEMBER 1970 58e Jaargang - No. 3055 land en tuinbouwblad De vorige week hebt u in dit blad al kennis kun nen nemen van enkele algemene punten rondom het standpunt van het COPA (comité van de landbouw organisaties van de zes EEG-landen) over het EEG- prijsbeleid voor 1971/72. Het lijkt ons goed om toch ook nog op de bij de verschillende produkten in het COPA naar voren gekomen opvattingen in te gaan. Het is namelijk naar onze mening een goede zaak dat het COPA dit jaar een zo konkreet mogelijk stand punt aan de heer Mansholt heeft willen en kunnen voorleggen. Dat standpunt is niet helemaal eenstem mig. maar het is bepaald in het gesprek met de EEG- autoriteiten veel meer waard dan een stel algemene .kreten", zoals dat b.v. verleden jaar werd geslaakt. Overigens zal het nog wel enkele weken duren voor we wat van prijsvoorstellen van de EEG-Commissie voor volgend jaar horen. Enkele weken geleden heeft de Commissie bij monde van dr. Mansholt aan de EEG-landbouwministers zijn grote moeilijkheden met die prijsvoorstellen voorgelegd, ongeveer aldus: „Wat zal ik prijsvoorstellen doen, als u maar steeds nalaat om iets te besluiten over mijn grootse struktuurplan- nen, waaraan ik het prijsbeleid graag gebonden zie. Gezien de inflatie zouden de prijzen omhoog moeten ter verbetering van het EEG-boeren-inkomen, maar dat past weer niet bij het overleg over toetreding van een paar lage-prijs-landen en bij de nog bestaande Franse achterstand. Moet ik dan inkomenstoeslagen gaan voorstellen? U gelieve het maar te zeggen". Maar de Ministerraad zei het nog niet. Hij stelde alleen nog eens de procedure van het overleg vast: De heer Mansholt gaat eerst de nationale boerenor- ganisaties horen (is inmiddels gebeurd) en dan elke landbouwminister. Dan komt er een onderonsje van de ministers samen met dr. Mansholt om de grote lij nen vast te stellen. En op grondslag van dit alles kan de Commissie dan prijsvoorstellen uitwerken. Het zal dus wel half november of later worden voor er prijs voorstellen komen. Vóór die tijd zullen we ook wel geen nieuws horen over het hoe of wat van het meng- prijsstelsel in de EEG-suikerregeling. REDELIJKE OVEREENSTEMMING In die hele procedure van overleg kan natuurlijk een zo precies mogelijk gemeenschappelijk geluid van de EEG-boeren geen kwaad. Wie zich nog stoot aan het feit dat het COPA niet op alle punten overeenstem ming heeft weten te bereiken, mag wel even beden ken dat nu eenmaal ondanks de eenheidsmarkt de diverse belangen nog niet helemaal parallel lopen. Er is verschil in uitgangspunt. Overigens zijn wij het hier thuis b.v. in het Landbouwschap ook nog niet helemaal eens over de mate waarin de officiële voer- graanprijzen zouden moeten stijgen. Om in grote lijnen een paar verschillen van benade ring van mogelijke en wenselijke prijsverhogingen aan te duiden het volgende: De Italianen zijn huiverig voor te grote prijsstijgingen. Zij hopen hun landbouw met de vele kleine bedrijven verder te ontwikkelen in de richting van de veredeling. Prijsverhoging van grond stoffen (veevoeder, jonge mestdieren) past hun slecht. Italië is dé grote importeur geworden; feit is dus dat tot nu toe relatief veel geld via de schatkist aan Brussel moest worden afgedragen. Hogere EEG-prij- zen betekenen meer uitgaven voor het markt- en prijs beleid en naar de Italianen (overheid en organisaties) vrezen minder voor het struktuurbeleid. Aan de andere kant zijn het begrijpelijkerwijs de Duitsers, die de grootste kampioenen voor prijsverhoging zjjn. Zij brachten indertijd al een offer in hun graanprijzen. Zij beleefden vorig jaar een opwaardering van hun mark met tenslotte lagere richtprijzen. Ze bedongen wel een ruime schadeloosstelling maar ze merkten dat niet dadelijk in hun portemonnee. De andere landen nemen een tussenpositie in, waar bij de Fransen dan vooral graag de verhouding van de prijzen van akkerbouw- en dierlijke produkten naar hun hand willen zetten. D.w.z. relatief hogere EEG- prijzen voor rundvlees, varkensvlees en melk. Voor de akkerbouw denken ze eigenlijk niet veel verder dan het inhalen van de 7 tot 9 achterstand, die ze daar nu nog tot het EEG-niveau hebben. DIERLIJKE PRODUKTEN De grootste eenstemmigheid bestaat in het COPA over de gewenste verhoging van de richtprijs van melk. Zes procent wordt hier aangegeven. Over de wijze van verwezenlijken daarvan, dus over de hoog te van de bodemprijzen van boter en mager melk poeder etc. moet nog gesproken worden. Menings verschil over de boterprijs is nog mogelijk en mis schien hebben de Duitsers nog de moed om weer een garantiekontingentering (per bedrijf en uiteinde lijk ook per land) ter sprake te brengen. Groot ook was de overeenstemming waar het de oriëntatieprijs van slachtrunderen betrof. Overal wil men wel duidelijk tot uiting brengen dat een 10% verhoging op deze tekortmarkt mogelijk moet zijn, om ook een alternatief voor de melkproduktie meer kans te geven. Alleen Italië gaat het te ver om dit hele maal via het prijsbeleid te doen: de helft zou in de vorm van mestpremies moeten worden verstrekt. Wat de basisprijs van geslachte varkens betreft be staat er een groot verschil van opvatting tussen de Fransen en de rest. De meerderheid houdt de aard en de situatie van de varkensmarkt in het oog en durft niet verder te gaan dan doorberekening van de voer- graanprijsverhoging. In Frankrijk wil men als het ware met alle geweld de varkensfokkerij en -mesterij op peppen om die zodoende mee te laten doen bij het stijgende verbruik. Al zo'n 45 min stelde de Franse overheid beschikbaar, vooral voor stallenbouw. On langs kwam daar nog eens f 10 min bij voor leningen aan biggenprijsegalisatiefondsen. Dè Franse regering verlangde in Brussel 4 verhoging van de basis prijs, die bovendien in Frankrijk als het ware eerder van kracht zou moeten worden. De Franse COPA- leden vroegèn zelfs 10% basisprijsverhoging. (Zie verder pagina 12)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1970 | | pagina 1