Ook veiligheid bij
bemesting
Inkomensmogelijkheden
voor het weidebedrijf
14
Landbouwkundig Bureau voor
Thomasmeel - Wageningen.
EER dan ooit moet men tegenwoordig een maxi
male veiligheid nastreven. In het verkeer dient
men zich hiermede elk moment bezig te houden. Bij de
luchtverontreiniging komt de veiligheid in het geding in
verband met de gezondheidstoestand van mens, plant en
dier.
Ook op het landbouwbedrijf komt het begrip veiligheid
telkenmale om de hoek kijken. We denken bijvoorbeeld
aan het gebruik van bestrijdingsmiddelen, het optreden
van besmettelijke ziekten bij het vee en van planten
ziekten, de risico's bij het onjuist omgaan met die tractor
enz.
Bij de bemesting geldt dit eveneens. Het is hierbij van
groot belang dat de faktoren die de vruohtbaarheidstoe-
stand van de grond bepalen zo gunstig mogelijk zijn. De
aanwezigheid van voldoende hoeveelheden plantenvoe-
dende stoffen is een eerste vereiste om de plantengroei
te bevorderen en hoge opbrengsten van prima kwaliteit
te verkrijgen.
Wil deze plantenvoeding echter goed funktioneren,
dan dient de struktuur van dè grond in orde te zijn. Bij
een slechte bodemstruktuur worden de plantenvoedende
stoffen niet of in onvoldoende mate door het gewas op
genomen, waardoor het rendement van de bemesting
maar gering is.
De boer dient er dus voor te zorgen dat hij zijn grond
door een harmonische bemesting niet alleen van voldoen
de plantenvoedsel voorziet, maar dat dit ook gemakke
lijk door de plant kan worden opgenomen. Voor dit laat
ste is o.a. een goede bodemstruktuur noodzakelijk. Heeft
hij aan deze voorwaarde voldaan, dèn pas is de bemes
tingstoestand van zijn bedrijf veilig gesteld.
WAAROP DIENT MEN DAN VOORAL TE LETEN?
a. Dat de fosfaatvoorziening van het gewas in orde is.
Fosforzuur bevordert de wortelvorming, is noodzake
lijk voor de afrijping van het gewas en heeft een be
langrijke rol te vervullen bij de opbouw en funktie
van het dierlijk lichaam. Fosforzuur heeft ook een
gunstige invloed op de struktuur van de grond.
b. Dat de pH van de grond op peil is. Een goede kalk-
toestand is noodzakelijk voor de kalkvoorziening van
het gewas, terwijl de opname van de andere planten
voedende stoffen erdoor wordt bevorderd. Kalk is
verder onmisbaar voor een goede bodemstruktuur.
De kalktoestand van het bouwland op de zand-, dal
en rivierkleigronden is ontstellend! laag. Hier dient
dus alle aandacht te worden besteed aan de verho
ging van het kalkniveau.
c. Dat het gewas de beschikking krijgt over magnesium.
Vele Nederlandse gronden zijn niet alleen kalk-,
maar ook magnesiumbehoeftig. Een tekort aan mag
nesium verlaagt de opbrengst en de kwaliteit van
het produkt. Op grasland verhoogt magnesiumgebrek
het risico voor het optreden van kopziekte.
d. Dat ook de voorziening van het gewas met sporen
elementen gewaarborgd is. Sporenelementen zijn on
misbaar zowel voor het gewas (mangaan, koper) als
voor het vee (koper, cobalt, mangaan).
THOMASMEEL VEILIG
yyANNEER de boer ervoor zorgt dat aan boven
staande bemestingsvoorwfarden wordt voldaan
en tevens de stikstof- en kalivoorziening van het gewas
optimaal is, dan kan hij ervan verzekerd zijn dat de op
brengsten en de kwaliteit van zijn produkten zo hoog
mogelijk zijn. Een meststof die onder andere veiligheid
geeft aan de bemesting is Thomasmeel.
Is de bemesting inderdaad in veilige banen geleid, dan
zijn de kansen dat er gebreksverschijnselen en als gevolg
hiervan oogstdepressies zullen optreden, tot een mini
mum beperkt. Een veilig gestelde bemesting verhoogt de
zekerheid voor een rendabele bedrijfsvoering. De lage
kosten van de bemesting betekenen in feite een zeer lage
premie voor het verkrijgen van zekere bedrijfsresultaten.
IN de melkveehouderij doen zich de laatste jaren talrijke nieuwe mogelijk
heden voor om via mechanisatie en invoering van arbeidsbesparende werk
methoden de arbeidsproduktiviteit op te voeren. Deze mogelijkheden hebben
vooral betrekking op melken en veeverzorging, welke werkzaamheden onge
veer 60 van de arbeidsbehoefte op een weidebedrijf uitmaken.
De toepassing van deze nieuwe mogelijkheden wordt echter belemmerd door
een tweetal knelpunten. In de eerste plaats zijn de meeste bedrijfsgebouwen
ondoelmatig ingericht voor toepassing van de moderne arbeidsbesparende syste
men van melken en veeverzorging, waardoor kostbare verbouwingen of ver
nieuwing van de bedrijfsgebouwen noodzakelijk zijn. De hiervoor benodigde
investeringen zijn in de meeste gevallen slechts rendabel te maken indien de
veestapel wordt uitgebreid. Uitbreiding van de veestapel is slechts mogelijk
bij vergroting van de bedrijfsoppervlakte. Reële mogelijkheden tot oppervlakte-
vergroting doen zich echter op veel bedrijven niet voor, zodat de bestaande
bedrijfsoppervlakte het tweede belangrijke knelpunt vormt.
De twee genoemde knelpunten, de bedrijfsgebouwen en de bedrijfsoppervlakte
hangen dus in de praktijk nauw met elkaar samen. Dit was voor het L.E.I. aan
leiding om de bedrijfseconomische mogelijkheden te onderzoeken van weide-
bedrijven bij verschillende inrichting van de bedrijfsgebouwen (grupstal en
ligboxenstal). In publikatie no. 313 wordt op de gegevens uit dit onderzoek nader
ingegaan.
DEHALVE in verschillen tussen de genoemde staltypen geeft de studie een
inzicht in de verschillen tussen eenmans-, tweemans- en driemansbedrijven
en in de invloed van arbeidstijdverkorting (8- en 16-urige werkdag).
Bij dit onderzoek is steeds uitgegaan van een doelmatige bedrijfsvoering en
gunstige produktieomstandigheden. Het gevolg van dit uitgangspunt is, dat de
arbeidsproduktiviteit op een niveau ligt, dat in de praktijk op slechts weinig
bedrijven wordt bereikt. Een groot deel van de melkveehouders moet echter in
staat worden geacht dezelfde arbeidsproduktiviteit te realiseren, indien deze
over dezelfde bedrijfsuitrusting zou beschikken als waarvan is uitgegaan. Dus
een verkenning van mogelijkheden, zonder dat nog veel aandacht is besteed aan
de vraag, hoe deze mogelijkheden vanuit de bestaande bedrijfssituatie met
een minder doelmatige bedrijfsuitrusting en minder gunstige produktieomstan
digheden tot ontwikkeling kunnen worden gebracht. In een volgende publi
katie zullen de consequenties van de uitkomsten van deze studie voor de be
staande bedrijven aan de orde worden gesteld.
De bedrijf suit komsten van eenmans-, tweemans- en driemansbedrijven met
grupstal en ligboxenstal bij een 8-urige werkdag worden in het kort samenge
vat in onderstaande tabel.
Pachtbasis:
Eenmansbedrijf Tweemansbedrijf Driemansbedrijf
grupstal ligb.stal grupstal ligb.stal grupstal ligb.st.
optimale bed rij fsg rootte in ha 20 25 40 45 60 70
aantal melkkoeien 20,2 36,5 54,4 65,8 86,6 103,5
arbeidsinkomen per bedrijf 12.792 16.603 35.967 41.444 65.283 72.910
arbeidsinkomen per v.a.k. 12.792 15.603 17.983 20.722 21.761 24.303
arbeidsinkomen per uur 5,24 6,39 7,82 9,01 9,71 10,85
kostprijs van de melk 35,54 34,88 31,58 30,63 28,68 28,36
rentabiliteit v. h. verm, (in 6,74 9,47 13,17 15,03 18,20 18,73
~"Eigendomsbasis:
optimale bedrijfsgrootte in ha
17,5
20
35
40
55
65
aantal melkkoeien
29,6
36,9
55,9
67,7
87,1
105,0
arbeidsinkomen per bedrijf
9.708
11.857
29.987
34.444
55.838
61.811
arbeidsinkomen per v.a.k.
9.708
11.857
14.993
17.222
18.613
20.604
arbeidsinkomen per uur
3,98
4,86
6,52
7,49
8,31
9,20
kostprijs van de melk
38,91
37,20
34,16
33,16
31,20
30,89
rentabiliteit v. h. verm, (in
3,99
5,21
6,39
7,29
8,00
8,45
UIERUIT blijkt in de eerste plaats duidelijk dat de bedrijfsuitkomsten van
driemansbedrijven gunstiger zijn dan van tweemans- en eenmansbedrijven.
Deze conclusie geldt bij een doelmatige bedrijfsvoering, een doelmatige stalin
richting en gunstige overige produktieomstandigheden. Voor de bestaande be
drijven wil dit echter nog niet zeggen, dat eten aanpassingsproces naar twee-
en driemansbedrijven het meest aantrekkelijk is. Bij dit aanpassingsproces kun
nen zich namelijk tal van knelpunten voordoen, die ertoe zouden kunnen lei
den dat een streven naar doelmatige eenmansbedrijven in eerste instantie aan
trekkelijker is. In het reeds aangekondigde vervolgrapport zal op deze proble
matiek worden ingegaan.
In de tweede plaats blijkt dat bedrijven met een ligboxenstal betere bedrijfs
uitkomsten hebben dan bedrijven met grupstal. Bij deze verschillen tussen grup
stal en ligboxenstal moet bedacht worden^ dat voor bedrijven met grupstal rela
tief lage gebouwenkosten in rekening zijn gebracht, omdat van een relatief lage
gebruikswaarde is uitgegaan, terwijl de gebouwenkosten bij liigboxenstallen
zijn gebaseerd op nieuwbouw. Wanneer de gebouwenkosten bij beide staltypen
op nieuwbouw zouden zijn gebaseerd, zouden de verschillen tussen grupstal en
ligboxenstal derhalve nog groter zijn geweest.
DÉ vraag of de financiering moeilijkheden oplevert kan slechts volledig wor
den beantwoord als gegevens bekend zijn over de grootte van het eigen
vermogen en over de aflossingsverplichtingen. De resultaten geven de indruk
dat op pachtbasis de twee- en driemansbedrijven de minste financieringsmoei
lijkheden zullen hebben, omdat op grond van de gunstige rentabiliteit van het
vermogen gefinancierd kan worden met relatief veel vreemd vermogen. Hier
staat tegenover dat ook de omvang van de vermogensbehoefte op twee- en drie
mansbedrijven groter is dan op eenmansbedrijven .Op eigendomsbasis is de ren
tabiliteit van het vermogen op eenmansbedrijven onvoldoende en op twee- en
driemansbedrijven zo matig, dat zonder een groot percentage eigen vermogen
financieringsmoeilijkheden gevreesd moeten worden. De verschillen in bedrijfs
uitkomsten tussen ligboxenstal en grupstal lijken in de meeste gevallen voldoen
de groot om de bouw van een ligboxenstal te rechtvaardigen.
DEN 10-urige werkdag tenslotte blijkt een aanmerkelijk hoger arbeidsinkomen
op te leveren dan een 8-urige werkdag. Deze hoge beloning per extra ge
werkt uur kan verklaard worden uit het feit, dat binnen een bepaald traject
de vaste kosten gelijk blijven bij uitbreiding van de veestapel. De hoge grens-
opbrengst van de arbeid verklaart waarom men op weidebedrijven nog zulke
lange werkdagen maakt. Enerzijds blijkt het arbeidsinkomen op eenmansbe
drijven bij een 8-urige werkdag niet hoog te zijn, zodat langer werken een nood
zaak is en anderzijds is het langer werken binnen zekere grenzen aantrekkelijk
door de hoge grensopbrengst van de arbeid, die men kan realiseren indien men
deze extra uren produktief kan maken. Dit laatste wil zeggen dat een eventuele
arbeidstijdverkorting gepaard gaat met een aanzienlijke achteruitgang van het
arbeidsi nkomen.
Tot zover enkele resultaten uit deze studie, die verder zeer veel documentatie
materiaal bevat betreffende de uitgangspunten en de bedrijfsresultaten van de
diverse bedrijfssituaties die zijn onderzocht. Deze publikatie kan worden be
steld door overschrijving van 10,50 op giro no. 412235 ten name van het L.E.I..
Den Haag, onder vermelding: „Zend publikatie No. 3.13".
BESTEMMINGSPLANNEN
Woensdrecht. Ingaande 2 november ligt een maand
ter inzage het besluit van G.S., waarbij is goedgekeurd
het raadsbesluit tot wijziging van de overgangsbepaling
van het bestemmingsplan Oost II. Zij, die zich tijdig met
bezwaren zowel tot de gemeenteraad als tot G.S. hebben
gewend, kunnen binnen een maandi beroep instellen bij
de Kroon.
Reimerswaal. Vanaf 2 november ligt een maand ter
inzage het door G.S. goedgekeurde bestemmingsplan
Grintweg. Zij, die zich tijdig met bezwaren zowel tot de
gemeenteraad als tot G.S. hebben gewend, alsmede een
ieder dae bezwaren heeft tegen in het ontwerp aange
brachte wijzigingen, kunnen binnen een maand beroep
instellen bij de Kroon.
Brouwershaven. Met ingang van 3 november ligt een
maand ter inzage de gewijzigde voorschriften van het
bestemmingsplan „Den Osse". Zij, "die zich tijdig met be
zwaren tot die gemeenteraad hebben gewend, kunnen ge
durende bovengenoemde termijn bij G.S. bezwaren in
dienen.
Vlissingen. Met ingang van 2 november ligt een
maand ter inzage het bestemmingsplan „Groenewoud"
Gedurende deze termijn kunnen schriftelijke bezwaren
worden ingediend bij de gemeenteraad.
Goes. Met ingang van 28 oktober ligt een maand ter
inzage het door G.S. gedeeltelijk goedgekeurde bestem
mingsplan „Omgeving Kloetingseweg". Zij, die zich tijdig
met bezwaren zowel tot de gemeenteraad als tot G.S.
hebben gewend, alsmede een ieder die bezwaren heeft
tegen de gedeeltelijke onthouding van goedkeuring door
G.S., kunnen binnen een maand beroep instellen bij de
Kroon.
Tilburg. Vanaf 28 oktober ligt een maand ter inzage
het bestemmingsplan „De Hoeven", waaraan door G.S.
goedkeuring werd onthouden. Zij, die zich tijdig met be
zwaren zowel tot de gemeenteraad als tot G.S. hebben
gewend, alsmede een ieder die bezwaren heeft tegen de
onthouding van goedkeuring door G.S., kunnen binnen
een maand beroep instellen bij de Kroon.
Veldhoven. Met ingang van 2 november ligt een maand
ter inzage het ontwerp-bestemmingsplan „De Berkt". Zij,
die zich tijdig met bezwaren tot de gemeenteraad heb
ben gewend, kunnen binnen een maand bezwaren indie
nen bij G.S.