Verlichting
bij
leghennen
15
LANDBOUW LOONWERK 1000 HA
VOLLEDIGE INTEGRATIE
IERBIJ wordt van dezelfde groepen van bedrijven uitgegaan als bij de gedeel
telijke onderlinge samenwerking. Deze samenwerking onderscheidt zich echter
van de vorige doordat er slechts één gemeenschappelijke basisinventaris per groep
aanwezig is, afgestemd op de grootte van de samenweriringsvorm van resp. 125, 140
en 150 ha. Deze samenwerkingsvorm onderscheidt zich echter voornamelijk door de
volledige eigen mechanisatie: alle specifieke venzorgjngs- en oogstmachines zijn ge
meenschappelijk. Deze zijn afgestemd op de te verrichten werkzaamheden, die voort
vloeien uit de bedrijfsplannen na optimalisering. Bij deze samenwerking evenals bij
de gedeeltelijke onderlinge samenwerking is het arbeidsaanbod variabel gesteld bin
nen een bepaalde traject. Hier buiten is geen verbetering van het bedrijfsresultaat te
verwachten.
Ter illustratie en in vergelijking met bedrijven die samenwerken met het loonbedrijf
wordt hier een overzicht gegeven van groepen van telkens 3 bedrijven van 50 ha, die
tot een volledige integratie zijn gekomen en die als eenheid van 150 ha worden ge
ëxploiteerd 'bij een variabel arbeidsaanbod.
Kosten en opbrengsten
gewassen
saldo
50 ha
4 man
5 man
6 man
7 man
per
bouw
bouw
bouw
'bouw
ha
plan
saldo
plan
saldo
plan
saldo
plan
saldo
ha
ha
ha
ha
wintertarwe
1556
46.00
71576
50.00
77800
50.00
77800
50.00
77800
zomertarwe
1506
29.00
43674
20.00
30120
zomergerst
1257
4.00
5028
1.50
1885
erwten
1397
12.50
17462
12.50
17462
12.50
17462
12.50
17462
vlas
1319
7.00
9233
graszaad
1664
12.50
20800
12.50
20800
9.50
15808
luzerne
950
16.50
15675
zaaiuien
3295
6.00
19770
plant-uien
2795
2.00
5590
3.00
8385
5.00
13975
Cons .-aardappelen
2955
8.50
25118
22.50
66488
37.50
110812
37.50
110812
suikerbieten
2252
18.00
40536
26.50
50678
37.50
84450
37.50
84450
totaal saldo
244074
282966
314717
325854
idem per bedrijf
81358
94322
104905
108618
niet toegekende kosten
per bedrijf
arbeid 20000
werktuigen/trekkers 22367
grond en gebouwen 20000
groenbemesting 1000
algemeen 5000
totaal
netto overschot per bedrijf
is per ha
arbeidsinkomen ondernemer
velduren in van <het
netto arbeidsaanbod in de
knelperiode mei/nov.
25000
22300
20000
1000
5000
30000
22300
20000
1000
5000
35000
22800
20000
1000
5000
68367
12991
260
27991
77
73300
21022
420
36022
87
78300
26605
532
41605
92
83800
24818
496
39818
93
Voor de hand liggend is dat in vergelijking met de bedrijven van 50 ha met 2 man,
die samenwerken met de loonwerker, de behoefte aan arbeid in de knelperiode groot
is, vooral bij het intensieve bouwplan op de samenwerkende bedrijven van 6 en 7 man
op 150 ha.
In deze studie komt duidelijk naar voren, dat met volledige onderlinge samenwer
king en eigen mechanisatie de hoogste financiële resultaten worden bereikt, gegeven
de gestelde uitgangspunten, grootte en groepen van bedrijven. Omtrent de vraag
welke grootte een samenwerkingsvorm moet hebben om tot de hoogst mogelijke
winst te komen, wordt in deze studie geen uitspraak gedaan.
|N deze studie is uitgegaan van een BTW van 12 op het BOVAL-tarief, daar mei
de jongste voorstellen tot een BTW-tariefsverlaging op de diensten van de
loonwerker geen rekening is kunnen worden gehouden. Hierdoor zouden de verschil
len in bedrijfsresultaten tussen bedrijven die met een loonwerker samenwerken en
bedrijven die onderling samenwerken geringer zijn geweest.
De grote discrepantie tussen enerzijds de mogelijkheden ❖an het individuele akker
bouwbedrijf met een oppervlakte in deze studie gesteld van 20 tot 60 ha en ander
zijds de benutting van de belangrijke technische ontwikkelingen om tot een zo hoog
mogelijk inkomen te komen, stelt de individuele ondernemer voor ingrijpende beslis
singen. Hij zal dan ook afhankelijk van zijn omstandigheden, die in dit rapport uiter
aard onmogelijk aan de orde konden worden gesteld, een doelbewuste keuze moeten
doen in een bepaalde vorm van samenwerking, die voor hem ook op langere termijn
perspectieven biedt
Consulentschap Varkens- en Pluimvee
houderij Noord-Brabant en Zeeland,
A. WUGERGANGS.
Vooral omdat de kosten laag zijn
biedt de schemerschakelaar mogelijk
heden. Het belangrijkste voordeel is
dat de lampen niet overbodig branden
en bijveftichten alleen als het nodig
is. Het regelmatig verstellen van de
tijdklok is overbodig en voorkomt
hierdoor fouten. U moet alleen zor
gen dat de schemerschakelaar sneeuw
vrij blijft.
Na een warme zomer zijn we in de herfst aangeland.
We zullen weer even moeten wennen aan het gebrui
kelijke trieste weer en de kortere daglengte. Deze
wisselende daglengte komt niet van pas bij onze leg
kippen. Daarom neemt iedere pluimveehouder met de
bijverlichting zijn maatregelen. Dit heeft hij al onge
veer 2 maanden geleden gedaan door de tijdklok in
te stellen. Hierdoor is de dag voor de leghen op 17
uur gehandhaafd gebleven. Deze 17 uur wordt alge
meen voor leggende koppels aangehouden. In het
begin van de leg kunnen we met minder volstaan.
Voor deze dieren zijn in de eerste 6 weken van de
produktie 14 uur voldoende. Hierna moet de daglengte
om de 6 weken met een uur toenemen totdat 17 uur
wordt bereikt. Als de hennen 4 maanden leggen komt
u met dit schema op 17 uur.
VERLICHTINGSSCHEMA'S
In de praktijk komen we een groot aantal verlichtings
schema's tegen. Deze geven aan hoe de verlichting op
een bepaalde leeftijd moet zijn. Deze schema's zijn in het
algemeen goed en geven de pluimveehouder een rugge-
steuntje. We moeten echter wel bedenken dat het alge
mene regels zijn. Als alles normaal verloopt is er bij het
volgen van zo'n schema geen vuiltje aan die lucht. Het
komt echter nogal eens voor dat vooral in het begin
van de leg een of andere stoornis optreedt. Wat meestal
resulteert in een verlaagde voederopname. Naast andere
maatregelen kunt U in zo'n geval beter van het schema
afwijken, in die zin dat er vroeger licht bijgegeven wordt.
Doordat de dag verlengdi wordt krijgen de dieren een
betere gelegenheid zich te herstellen.
HET BUSTELLEN VAN DE VERLICHTING
to hokken met ramen vormt het bijstellen van de ver-
lichtingsklok nogal wat aandacht. Tevens is het de ene
avond vroeg donker en de andere weer wat later, afhan
kelijk van de weersgesteldheid. Dit werkt het optreden
van fouten in de hand. De verlichtingsklok moet n.l.
's morgens en 's avonds bijna wekelijks bijgesteld wor
den. In het voorjaar bij het langer worden van de dagen
en in het najaar bij het korter worden. Om de aanpas
sing automatisch te laten verlopen is reeds jaren ge
leden apparatuur ontworpen. We kennen hiervoor twee
verschillende apparaten, n.l. de astronomische klok en de
z.g. schemerschakelaar.
ASTRONOMISCHE KLOK
Dit is een klok die de normale daglengte volgt. Deze
klok ontsteekt de verlichting dus, naargelang het jaar
getijde, elke dag iets vroeger of later. De kosten van zo'n
klok bedragen ongeveer 300,
SCHEMERSCHAKELAAR
Van de twee mogelijkheden heeft de schemerschake
laar de voorkeur. Vooral omdat de schakelaar reageert
op de lichtintensiteit. Dit betekent, de naam zegt het
al, dat de verlichting automatisch ontstoken wordt zodra
het buiten gaat schemeren. Het omgekeerde gebeurt
's morgens, zodra het voldoende licht is worden de lam
pen gedoofd. 'Een verder voordeel is dat de lampen ook
ontstoken worden bij erg donker weer overdag. Vooral
november is rijk aan zulke dagen. De vaak door sommige
geprezen konstante lichtsterkte van de donkere hokken
kunnen we op deze manier 'benaderen. In die zin dat de
lichtsterkte niet beneden een bepaald minimum komt,
waar het in wezen toch om te doen is. De wisseling in
de lichtsterkte, wat volgens weer anderen gunstig is, blij
ven we houden. De schemerschakelaar is een klein en
vrij goedikoop apparaatje. Dat het in de pluimveehouderij
zo weinig gebruikt wordt is niet goed te begrijpen. Bij
terreinverlichting en werkplaatsen zien we ze veelvuldig
in gebruik.
DE KOSTEN
De kosten als U meteen laat inbouwen bij een nieuwe
lichtinstallatie zijn ongeveer 100,Bij een bestaande
installatie moet U op 40,extra rekenen. De genoem
de prijzen gelden e<hter alleen tot eert capaciteit van
10 ampère, wat overeenkomt met een afname van 2000
watt. Heeft U dus een hok met 33 lampen van 60 watt
of minder dan is het voorgaande van toepassing. Komt
U hierboven dan moet een relais ingeschakeld worden
zodat de kosten wat hoger worden.
WERKWIJZE VAN DE SCHEMERSCHAKELAAR
De werking berust op een foto-elektrische cel die
achter een lichfvenster gemonteerd is. De cel zet licht
stralen om in elektriciteit en vervolgens in warmte. Door
de warmte wordt een 'bimetaal gebogen welke op haar
beurt de schakeling verricht.
EENVOUDIGE AFSTELLING
Voor de afstelling van de schemerschakelaar wordt
het lichtvenster, wat sikkelvormig is, verdraaid voor de
foto-elektrische cel. Hiermee bereikt U dat er veel of
weinig lichtstralen naar de cel doordringen. Daardoor
kunt U elk gewenst lichtniveau instellen. Een algemene
regel is hiervoor niet te geven, dit is n.l. afhankelijk van
de verhouding lichtintensiteit in en buiten het hok. Het
niveau van de lichtintensiteit in het hok is natuurlijk de
maatstaf waarop de schemerschakelaar zijn werk moet
doen. Door allerlei omstandigheden is de lichtintensiteit
in bijna geen enkel hok gelijk. Denkt U maar eens aan
het aantal en de grootte van de ramen, de kleur van de
isolatie en de beschutting van de hokken. De afstelling
is in de praktijk ook geen moeilijkheid. U heeft na een
paar avonden de juiste instelling wel gevonden.
Het gebruik van een schemerschakelaar maakt natuur
lijk de tijdklok niet overbodig. Deze is n.l. nodig om de
schakelingen te verrichten welke het begin en het eind
van de nachtrust van uw kippen betekenen.
DE PLAATS VAN INSTALLEREN
De plaats waar het apparaatje buiten het hok wordt
aangebracht is niet zo belangrijk. In de meeste gevallen
zien we het direkt onder de dakoversteek vertoeven. Na
tuurlijk plaatst U de schemerschakelaar niet onder de
belichting van een buitenlamp. Voor lichtflitsen van b.v.
auto's is het niet gevoelig. In die zin dat de schakeling
pas verricht wordt na lichtinwerking van ongeveer 3
minuten.
BEDRIJFSECONOMISCH BOUWPLAN
HET Consulentschap Rundveehouderij en Akker
bouw te Tiel geeft in een artikel over het be
drijfseconomische bouwplan (waarbij gesteld wordt
dat het steeds moeilijker wordt om met de traditio
nele gewassen als aardappelen, suikerbieten en gra
nen een goed inkomen te behalen) een aantal bij
zonderheden over tuinbouw- en zaadteeltgewassen
die als welkome aanvulling op een bouwplan be
schouwd kunnen worden. Tevens wordt een saldo
berekening gegeven in vergelijking met de traditio
nele gewassen, waarbij in aanmerking moet worden
genomen dat bij de teelt van een „nieuw" gewas
aankoopmoeilijkheden kunnen voorkomen, die de
financiële resultaten nadelig kunnen beïnvloeden.
Ook moet o.m. rekening gehouden worden met ar-
beidstoppen, nieuwe investeringskosten en dat voor
bepaalde teelten een beregeningsinstallatie moeilijk
gemist kan worden.
Gewas
Bruto-opbrengst
Toege
Saldo
kg/ha
pr./kg
bedrag/
rekende
in ct.
ha
kosten
Knolselderij
28.000
21
5.880
3.110
2.770
Prei
45.000
18
8.100
3.300
5.700
Spruiten
12.000
60
7.200
2.900
4.300
Witlof
30.000
15
4.500
2.000
2.500
Aardbeien
9.000
115
10.700
7.700
3.000
Zaad
cons.erwten
2.700
75
2.185*
785
1.300
Zaad
stamslabonen
1.900
160
3.040
1.040
2.000
Zaad
tuinbonen
2.500
80
2.000
800
1.200
Aardappelen
35.000
1-4
5.060*
2.360
2.700
Suikerbieten
47.000
60
3.100*
1.250
1.850
Wintertarwe
5.000
35
2.030*
730
1.300
Zomergerst
4.500
30
1.810*
660
1.150
Inclusief bijprodukten.