BETANAL
De suikerbiet hij sprak:
„Aan elk onkruidje stoot
ik mijn neus,
voor mij is er geen enkele
keus
Spuit daarom in elk geval
direct na opkomst
Bijdrageregeling omscholing vanondernemers
Klei- en Zavelgronden (20-40°/0 slib)
Zandgronden (3-5 °/0 humus)
Na opkomst: 61 Betanal 3/4 kg Venzar
of (bij grassen en veelknopigen)
61 Betanal 2 kg Pyramin
(bij veel kamille)
Op percelen waar veel duist, windhalm of
straatgras voorkomt is een toepassing direct
na zaai: 3-4 kg Orga-IPC, gewenst.
BETANAL en ORGA-IPC -
Orga-produkten
11
Begin van dit jaar heeft het Bestuur van het Ontwikkelings. en Saneringsfonds
een bijdrageregeling vastgesteld voor omscholing van ondernemers. Het is de
bedoeling dat deze bijdrageregeling de overgang van ondernemers in de landbouw
naar een ander beroep bevordert. Helaas geldt deze bijdrageregeling alleen nog
maar voor ondernemers die hun bedrijf beëindigen in het kader van de thans gel
dende saneringsregeling van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds. Wil deze
regeling werkelijk effect gaan sorteren, dan zou o.i. iedere ondernemer in de land
bouw hiervan gebruik moeten kunnen maken.
Ondernemers, die in het kader van het Saneringsfonds een bedrijfsbeëindigings-
vergoeding ontvangen, kunnen bij omscholing, studie of training naast de normale
vergoeding voor extra bijdragen in aanmerking komen. Het normale pakket van
scholingsvoorzieningen, welke zijn getroffen door het Ministerie van Sociale Zaken
en Volksgezondheid, bestaat uit het volgende:
a. de scholing op een centrum voor vakopleiding van volwassenen;
b. de studiekostenregeling;
c. de scholing in bedrijven waarbij een trainingstoeslag wordt gegeven.
DE BIJDRAGEN EN PREMIES BIJ DE OMSCHOLINGSREGELING
Waaruit bestaan nu de extra bijdragen en premies, welke door het O.- en S.fonds
worden verstrekt?
Ieder die gebruik maakt van de centrum-opleiding voor volwassenen om een
ander vak te leren, ontvangt een loondervingsvergoeding. Deze vergoeding is te
beschouwen als loon en wordt wekelijks uitgekeerd, alhoewel er geen arbeidsover
eenkomst bestaat en de cursist dus geen werknemer is.
Voor ondernemers in de landbouw, die hun bedrijf beëindigen in het kader van
de saneringsregeling wordt door het O.- en S.fonds deze loondervingstoeslag aan
gevuld tot het bruto-weekloon van bv. een industriearbeider. Van deze aanvulling
wordt iedere week 10,ingehouden en na voltooiing van de opleiding uitge
keerd. Indien de opleiding met succes is voltooid dan ontvangt men een premie
van 10,per week. Deze premie is dus gelijk aan de zo juist genoemde inhou
ding van 10,per week. En tenslotte ontvangt de ondernemer nog een extra
premie van 10,per week wanneer hij na voltooiing van de opleiding aanslui
tend een half jaar in het nieuwe beroep heeft gewerkt. Ter verduidelijking mag
op het voorbeeld worden gewezen van de berekening in het geval gebruik wordt
gemaakt van het centrum voor vakopleiding van volwassenen.
STUDIEKOSTENREGELING
Van deze scholingsmaatregel wordt in steeds meerdere mate gebruik gemaakt.
Deze regeling houdt in dat, indien men voor deze studie in aanmerking komt, op
kosten van het rijk een opleiding bij een erkende onderwijsinstelling of bij bona
fide leerkrachten gevolgd kan worden. De door het rijk te betalen kosten bestaan
uit: inschrijvingsgeld, lesgeld, leermiddelen, examengeld, noodzakelijke reiskosten.
In het kader van deze studiekostenregeling krijgt men dus geen loondervingsver
goeding.
Een loondervingsvergoeding op basis van het bruto-weekloon van een nijver
heidswerknemer wordt in dit geval wel door het O.- en S.fonds gegeven indien
een ondernemer in de landbouw zijn bedrijf beëindigt in het kader van het sane
ringsfonds en gebruik maakt van deze studiekostenregeling. Ook bij deze regeling
wordt 10,per week ingehouden en aan het einde van de opleiding uitgekeerd
en verdubbeld, teneinde het voltooien van de studie te stimuleren. En indien men
na voltooiing van de opleiding aansluitend een half jaar in het nieuwe beroep
heeft gewerkt, wordt ook in dit geval een extra premie van 10,per week
betaald. Het cijfer-voorbeeld onder Studiekostenregeling kan een en ander ver
duidelijken.
TRAININGSTOESLAG
Bij de scholing in bedrijven onder toekenning van een trainingstoeslag zal da
bijdrage aan de werkgever worden uitgekeerd. De beëindigende ondernemer ver
dient n.l. tijdens zijn opleidingsperiode hij de werkgever een volwaardig loon.
AANVRAAG
Een aanvraag voor bijdragen betreffende de omscholingsregeling en de studie
kostenregeling moet door de ondernemer zelf worden ingediend bij de districts
bureauhouder in wiens werkgebied de aanvrager woont. Men kan een aanvraag
indienen, wanneer men ook een aanvraag tot bedrijfsbeëindiging in het kader van
het O.- en S.fonds heeft ingediend en er door het Bestuur van het O.- en S.fonds
op deze aanvraag nog geen beslissing is genomen. Indien nog geen aanvraag tot
een bedrijfsbeëindigingsvergoeding is ingediend, kan dit tegelijk met de indiening
van de aanvraag om een bijdrage voor omscholing geschieden.
v. d. T.
VOORBEELD VAN EEN BEREKENING
Uitgaande van een bruto weekloon van 203,en een scholingsduur van
36 weken Centrum voor vakopleiding (omscholing volwassenen).
Beoogd inkomen (bruto weekloon van een nijverheids
werknemer van 25 jaar en ouder; per 1 okt. 1968
bedroeg dit 203,19 per week) 203,per week
Loondervingsvergoeding van de zijde van het Centrum 151,per week
Fondssuppletie
Waarvan in te houden tot het cursuseinde
52,per week
10,per week
f 42,per week
Uit te betalen van fondswege
Zulks betekent in totaal over de periode van 36
weken: 36 x 42,1.512,
Na beëindiging omscholing: uitkering ingehouden
bedrag ad 36 x 10,360,
Toeslag (verdubbeling) 360,—
Premie na half jaar werken in beroep waarvoor geschoold 360,—
Totaal van fondswege te betalen
2.592,—
Studiekostenregeling (uitgaande van volledig dagonderwijs)
Additionele uitgaven van fondswege
Weekbedrag 203,waarvan wekelijks uit te betalen
193,—. Totaal 36 x 193,— 6.948,—
In te houden tot cursuseinde 36 x f 10,360,
Toeslag (verdubbeling) 360,
Premie na half jaar werkzaam in beroep waarvoor
geschoold 360,
Totaal van fondswege te betalen 8.028,
N.B. Ter vermijding van mogelijke misverstanden wordt er nadrukkelijk
op gewezen, dat het hier slechts gaat om voorbeelden.
In de gevallen, dat geen dagonderwijs noodzakelijk is, zal rekening
gehouden worden met verworven inkomsten.
w
«www»