Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering van land- en Tiiinbonw ca Veeteelt in Zeeland Voorlopige indrukken van de landbouwbegroting 1970 V Pr. Door een onvoorzien verlengd embargo op de Memorie van Toe lichting bij de Landbouwbegro ting 1970, een embargo dat eerst donderdagochtend werd opge heven, verschijnt noodgedwon gen het Landbouwblad één dag later. In dit nummer naast de belang rijkste gegevens uit deze Memo rie van Toelichting, o.m.: Uit de Praktijk, Pag. 5 Bestrijding rhizoctonia bij aardappelen en de sortering rood label bij pootaardappelen ver valt. Pag. 7 Plattelandswegennota. Pag. 9 Het melkvee in de herfst en gescharrel met de consumptie melkprijs. Pag. 11 Het voorlopige regeringsoor deel over plan-Mansholt. Pag,. 12 en 13 Voor de Vrouw. Pag. 21 ONS COMMENTAAR DOER en tuinder wordt steeds niet in het minst ook van overheidszijde voorgehou den niet stil te staan maar zich aan te passen bij de snelle veranderingen. Terecht overigens, maar dit geldt voor iedereen natuurlijk. Maar wie dacht, dat er ook het laatste jaar nogal wat veranderingen waren opgetreden, waarbij een aanpassing ook van het beleid een lo gisch iets zou zijn. komt bedrogen uit. Het beeld van de begroting 1970 is er voor ons namelijk één van stilstand en achteruitgang. Niet dat er in deze begroting geen opmerkingen staan over de problemen, waar land- en tuinbouw mee worstelen. Dat zeker wel! In de bijgevoegde nota, waarin het standpunt van de Minister vermeld is over het plan-Mansholt, staat bijvoorbeeld dat er op het gebied van het mededingingsbeleid nog veel moet gebeuren. K^EN aanzien van de fruitteelt is er verwijzing 'v' naar de teleurstellende resultaten en ook met betrekking tot de akkerbouw is er uit de op merkingen in de memorie van toelichting op te ma ken dat het ook hier allemaal geen rozegeur en maneschijn is. Juiste we zouden haast zeggen vriendelijke constateringen en iedereen zou denken dat er een uiteenzetting zou volgen over de omvang en achter gronden van deze problemen en de wegen die openstaan om deze problemen ook door middel van het overheidsbeleid het ho^fd te bieden. De lezer van deze memorie van toelichting is hierop nog meer gespitst, omdat er in de aanvang van dit stuk reeds gesproken wordt over de nood zaak van een slagvaardig beleid. Als er dan over een eventuele aanpak van de problemen in fruitteelt en akkerbouw niets volgt, komt de vraag naar boven: „Maar wat verstaat de Minister dan toch wel onder een slagvaardig be leid?" Toch niet de aanpak van de onevenwichtig heid op de zuivelmarkt? Toch ook niet de verbete ring van de afvloeiingsvoorwaarden, nu de Minister op zijn oude standpunt olijft staan. Ook niet een uitbouw van het ontwikkelingsbeleid als de Minister zich alleen maar prijzend uitlaat over de op zichzelf wel belangrijke experimenten, die het fonds steunt, maar die naar de mening van velen binnen het bedrijfsleven onvoldoende aan storten bij de dagelijkse ontwikkelingsproblemen, die het land- en tuinbouwbedrijf bijvoorbeeld op het terrein van de financiering kent. T EN stelt wel eens dat kritiek leveren mak kelijk is. Het was ons evenwel liever op meerdere positieve punten in deze begroting te kunnen wijzen. Ze zijn voor ons moeilijk te vinden, of het moest zijn dat de handhaving van het stem mingsprogramma der ruilverkavelingen van 55.000 ha als zodanig moet worden beschouwd. Het begrip dat van land- en tuinbouw in de afge lopen jaren is gevraagd voor de moeilijke positie van de Nederlandse Minister in de E.E.G. en dat ook is getoond kan zeker gezien de recente histo rie in de gemeenschap, niet blijven aanduren. Het blijft onze mening dat, als het eigen beleid dat de Nederlandse overheid t.a.v. bijvoorbeeld subsidies en belastingen steeds wenste te voeren tot onnodi ge slachtoffers leidt, hier een eigen nationaal ant woord op moet worden gegeven. Dit lijkt ons bo vendien een minimum. De verontwaardiging over dit bij eerste lezing over de werkelijke problemen niets zeggende stuk, zal er naar wij hopen toe bijdragen, dat er een grondig beraad komt over een herziening van ons land- en tuinbouwbeleid en een vergroting van de financiële mogelijkheden hiervoor. Het is niet ah leen voor die bedrijfstakken, die in zware moeilijk heden zitten, een urgente zaak, maar voor de toe komst van de gehele land- en tuinbouw van bijzon der veel betekenis.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 1