J
Schot, sanering, etcetera
VRIJDAG 12 SEPTEMBER 1969
57e Jaargang No. 2997
Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering m Land- en Tiiinbonw en Veeteelt in Zeeland 1
v.
Tc
HEL
In dit nummer o.m.
Resultaten Zeeuwse
voorlichtingsbedrijven
1966/1969. Pag. 4
Rassenkeuze winter
tarwe voor het Z.W.-
kleigebied. Pag, 5
Mechanisatie en
„Schof'-nieuws.
Pag, 6 en 7
Tuinbouwklanken en
over het „stomen".
Pag. 8 en 9
Bestrijding worm
ziekten bij rundvee en
machinaal melken zon
der eerste wachttijd.
Pag. 10 en 11
Landbouwschap-
nieuws. Pag. 15
Minimum en inter
ventieprijzen appels en
peren. Pag. 17
Over het hybryde-
varken. Pag. 13
Eén van de nieuwste ontwikkelingen bij de varkensmesterij is biggenopfok op batterijen. Een systeem dat na jarenlange
proefnemingen ontwikkeld is door de Lancfóouw Hoger,chooi te Gent in samenwerking met de Veevoederfabriek Vinco
N.V. te Eeklo. Het opfokken van biggen vanaf de vierde dag na de geboorte tot circa zes weken op batterij bleek een
succes. De investeringen om tot deze batterijopfok te komen zijn niet groot en door de versnelde biggenproduktie van
de fokzeugen, snelle groei en economisch voederverbruik kan een en ander tot een hoger arbeidsinkomen leiden. Meer
hierover op pagina 12 en 13.
VELE ZAKEN IN HET LANDBOUW-COMITé
"OEN het hoofdbestuur van het Koninklijk Ne
derlands Landbouw-Comité op 2 september
j.l. voor zijn tweemaandelijkse vergadering bijeen
kwam, was de voorzitterstafel „versierd" met een
bosje fünk geschoten en verrotte Friese tarwe. Het
was duidelijk wat één van de voornaamste onder
werpen van gesprek zou zijn. Er waren overigens
nog genoeg andere. Om bij de akkerbouw te blij
ven de situatie met betrekking tot lucerne, vlas en
graszaad. Wat de veehouderij betreft natuurlijk de
stagnatie in de totstandkoming van de grote en
dringer '.3 beslissingen in Brussel. En uiteraard de
gevolgen van de plotselinge devaluatie van de
Franse franc. Ook op sociaal terrein liet het hoofd
bestuur zich niet onbetuigd: hier waren het met
name C i arbeidsongeschiktheidsverzekering en de
afvloeiing van agrarische werknemers. Wat af
vloeiing betreft, kreeg trouwens ook de noodzake
lijke verbetering van de bedrijfsbeëindigingsrege
ling de aandacht.
SCHOT IN GRANEN
hoofdbestuur verenigde zich uiteraard
graag met de stappen, die het dagelijks be
stuur een week eerder al had doen nemen om bij
zondere voorzieningen te verkrijgen voor het in het
graan te velde zo sterk opgetreden schot. Vooral
in het noorden en costen van het land en vooral
bij de zomertarwe was als gevolg van de over
vloedige neerslag het schotpercentage zodanig ge
stegen, dat de minimum-eisen voor steun-aankoop
en voor denaturatietoeslag bij lange na niet meer
waren te halen. Een verruiming van de „schot-nor
men" werd dan ook noodzakelijk geacht om nog
een zekere steun aan de graanmarkt te geven.
Het hoofdbestuur nam met instemming van de
aktiviteiten, die inmiddels door het Landbouwschap
en het produktschap Granen waren ondernomen
om Nederlandse stappen in het E.E.G.-beheers
comité Granen in Brussel voor te bereiden.
Het werd juist geacht, dat hierbij als uitgangs
punt werden genomen de bijzondere maatregelen,
die vorig jaar in de Bondsrepubliek in soortgelijke
omstandigheden mochten worden genomen. Wel
legde het hoofdbestuur er echter de nadruk op dat
de verruiming van de normen nu beslist veel verder
diende te gaan dan toen.
In de eerste plaats zou de minimum-eis inzake
gekiemde korrels voor het ontvangen van denatu
ratietoeslag tarwe (8 verruimd moeten worden
tot b.v. 50% waarbij eveneens rekening zou moe
ten worden gehouden met een verminderd hecto
liter gewicht. Voorts zou de betreffende minimum
eis in het geval van interventie moeten worden
verlisht (van 8% tot 15%).
„KLEINE" AKKERBOUW
LIET hoofdbestuur stelde zich nadrukkelijk
achter de klemmende betogen, die van di
verse kanten momenteel worden gehouden voor
het treffen van steunmaatregelen aan de lucerne-
teelt. Hier wordt de teelt van een in het bouwplan
zeer nuttig gewas en een met veel boerengeld tot
stand gekomen droogcapaciteit met de ondergang
bedreigd. Weliswaar moet er nog een E.E.G.-markt
regeling komen (met een hopelijk daadwerkelijke
bescherming tegen dumping-invoer) en moet er naar
doelmatiger drogen en kwaliteitsverbetering met
behulp van „ontwikkelingsbijdragen" worden ge
streefd, toch moet er ondertussen ook iets gebeu
ren. Dat zal niet anders dan een tijdelijke toeslag
per hectare of, liever nog, per hoeveelheid ver=
werkt produkt kunnen en moeten zijn.
Uiteraard sprak het hoofdbestuur in dit verband
nog eens zijn grote misnoegen uit over het nog
steeds uitblijven van Brusselse voorstellen (en dus
besluiten) over de marktregeling voor de nog res
terende produkten. Voor Nederland zijn in dit ver
band vlas, aardappelen en de andere, b.g. kleine
akkerbouwproducten van belang. Het hoofdbestuur
drong er op aan dat ook de ongunstige situatie van
het vlas en het graszaad nog eens met nadruk on
der de aandacht van de minister van landbouw zou
worden gebracht
(Zie verder pagina X)