Oogsten en bewaren van zaai-uien
Vicon 10 jaar fabrikant
van bietenrooiers
y.<, J} -
h
--
IPfr^ V. 'l
Evenals bij het machinaal rooien moet de rijsnelheid bij het zwadverleggen beperkt
blijven tot 4 km per uur.
Bij het machinaal oprapen van de uien moeten de rijsnelheid en het toerental van
de nftakas zo op elkaar zijn afgestemd, dat de zeefkettingen steeds vol met uien
liggen.
L. N. BAX
Konsulentschap Akkerbouw
en Rundveehouderij in Zeeland
regelmatige opname kan dan voor de zeefketting
een opraaprol of haspel worden aangebracht. De
draaisnelheid van deze haspel moet dan wel aange
past zijn aan de rijsnelheid van de machine.
Vanzelfsprekend moet het uiteinde van de zij
transporteur, bij het gebruik van een wagenrooier
zo laag mogelijk hangen om beschadiging bij een
grotere valhoogte te voorkomen. Dit geldt vooral als
de wagen leeg is. Om vlot te kunnen werken behoort
het 'transport goed georganiseerd te zijn en de ont-
vangstkapaciteit in de bewaarplaats te zijn aange
past aan die van de opraapmachine op het land.
KUNSTMATIG DROGEN
Voordat de uien droog genoeg zijn om bewaard
te kunnen worden, dienen ze, afhankelijk van de
weersomstandigheden, voor kortere of langere tijd
op het veld na te drogen.
Vooral in regénrijke jaren kan dit tot gevolg
hebben dat de kleur belangrijk minder wordt. Nog
interessanter Is echter de mogelijkheid om door
middel van kunstmatig drogen de kans op koprot
belangrijk te verkleinen. De gunstige resultaten
hiermee" worden dan ook bereikt als 710 dagen
na het rooien deze kunstmatige droging plaats vindt.
Tijdens de koprotdroging moet de lucht verhitter de
temperatuur van de drooglucht konstant op 30° C.
houden Bij een storthoogte van 33% meter moet
de ventilator een kapaciteit hebben van tenminste
150 m3 luchtverplaatsing per uur per m3 uien bij
een tegendruk van 30 mm waterkolom. Is de tempe
ratuur in de bovenlaag van de uien opgelopen tot
25° C. dan moet worden gestopt met het doorblazen
van verwarmde lucht. Hierna wordt door interne
ventilatie de temperatuur in de droogruimte overal
gelijk gemaakt. Daarna wordt dan weer met bui
tenlucht geventileerd.
Een koprotdroging mag maximaal 3 dagen duren,
daar de kans op kale uien anders sterk toeneemt.
Wordt na een langere veldperiode dan 10 dagen
kunstmatig gedroogd om kleurverlies tegen te gaan,
dan is het ter voorkoming van kale uien gewenst de
lucht niet hoger op te warmen dan 20° C. Evenals
bij een koprotdroging wordt hierna eerst intern en
dan met buitenlucht geventileerd.
BEWAREN
Als de uien niet kunstmatig gedroogd worden is
het gewenst dat het loof en de uien op het veld
voldoende zijn ingedroogd. Eerst wanneer bij wrij
ving tussen de vingers de hals niet meer glijdt en
vettig aanvoelt is het ogenblik voor bewaren aan
gebroken.
Uitgaande van een storthoogte van 3SV2 m.
moet de ventilator een kapaciteit hebben van 150
m3 luchtverplaatsing per uur per m3 uien bij een
tegendruk van 15 mm waterkolom.
Verder moeten de uitstraalopeningen in het ka
naal minstens gelijk zijn aan het ventilatoropper
vlak. Direkt na het binnenbrengen, hetwelk gelijk
matig moet geschieden, stortkegels mogen niet voor
komen, moet gedurende 3—4 weken konstant wor
den geventileerd.
Pas wanneer de uien volkomen droog zijn kan
aan een verlaging van de temperatuur worden ge
dacht. De beste bewaartemperatuur voor ui&n is
IV2 tot 2° C. Gedurende de gehele bewaarperio
de moet echter nog steeds 2030 uren per week
worden geventileerd. Dit betekent dat bij langdu
rige strenge vorst intern moet worden geventileerd.
Zodra de bietencampagne 1969 inzet, zullen voor het 10e jaar in successie
Vicon bietenrooiers in aktie komen. Vanaf de start zijn deze machines her
kenbaar aan de roterende Steketee lichters die ook het rooien onder moei
lijke omstandigheden mogelijk maken en zodoende meer rooibare dagen schep
pen.
De bekende 2-rijige getrokken Vicon bietenrooier is, vergeleken met 1968,
op een aantal punten verder geperfectioneerd met als gevolg:
belangrijk minder tarra
zeer gelijkmatige vulling van de meerijdende wagen
ook bij natte omstandigheden een vaste gang van de machine omdat het
middenwiel in een vers gerooide bietenrij loopt.
De constructieve wijzigingen die deze pluspunten veroorzaken, zullen door
Vicon in samenwerking met de dealers ook worden aangebracht bij de ma
chines die vorig jaar in gebruik werden genomen,.
Voor wat de toekomst betreft geldt als richtlijn voor de Vicon construc
teurs in korte tijd zoveel mogelijk rooien en afvoeren met zo min moge
lijk mensen en kosten. Een voorbeeld hiervan is de ontwikkelde zelfrijden-
de 2-rijige bunkerrooier.