1* Selektie op resistentie tegen vlasbrand heeft bij natuurlijke besmetting plaats. De infektieomstan- digheden hebben we niet in de hand, daar vlas- brand veroorzaakt wordt door een bodemschimmel, i Daarom treedt de aantasting niet uniform op omdat de grondbesmetting nooit gelijkmatig is. Vlas reageert zeer sterk op uitwendige omstandigheden* zoals de weersgesteldheid tijdens de groei, grond soort, standplaats en standruirpte. Men heeft ook geen garantie dat de resistentie van een uitgezochte mooie plant beter zal zijn dan die van een minder .mooie. Beoordeling op kwaliteit en type is pas mo gelijk als men van elke selektie een paar m2 heeft. Met de selektie van lijnen begonnen we in de vijfde tot de zevende generatie. Na enkele jaren selektie worden de lijnen waarvan we wat ver wachten door middel van loting aan de Nederlandse vlaskwekers afgegeven. De kweker kan, ook weer na enkele jaren selektie en observatie, de meest be lovende lijnen ter beproeving voor de opname in de rassenlijst bij het Instituut voor Rassenonder- zoek aanbieden. De commissie van samenstelling der rassenlijst beslist na beproeving of het aangebodene wel of niet in de lijst wordt opgenomen. Tot op heden is de vlasveredeling uitgevoerd volgens een schema dat ons de ziekteresistentie zo goed moge lijk verzekerde. De selektie geschiedde naar de landbouwkundige kwaliteit en daarna kwam de be paling van het vezelgehalte volgens de klassieke methode, n.l. die van biologisch roten en daarna op rie Vlaamse stermolen, zwingelen. Voor deze beoordeling had men minstens 1 kg strovlas nodig. In 1967 zijn we gestart met het onderzoek van het vezelgehalte in zeer kleine monsters. Dank zij het proto-type van het door 't Vitno ontworpen groen- onthoutingsapparaat was dit mogelijk. Van de mon sters, bestaande uit tien planten, wordt de top onder de laatste vertakking en de wortels bij de aanhech tingsplaats van de kiembladen afgeknipt. Het ma teriaal wordt daarna geconditioneerd, gewogen en groenonthout. De grootste moeilijkheid is het verkrijgen van goed vergelijkbare monsters. De standdichtheid heeft veel invloed op het vezelgehalte. Stro van veldjes met de grootste standdichtheid bevatten het hoogste vezelgehalte. Door uit te gaan van plan ten met. een gelijk aantal vertakkingen, is het be zwaar van de invloed van de standdichtheid op het vezelgehalte in grote mate gestimuleerd. Men kan ïau van zeer jong selektiemateriaal monsters nemen »m ze in de richting van een hoger vezelgehalte te sel'ekteren. iZAAIKLAAR MAKEN VAN VLASLAND »E heer G. Blink (P.A.W.) sprak over het zaai- klaar maken van vlasland, zonder op alle om standigheden om een goed zaaibed te krijgen in te kunnen gaan, daar je dan op alle grondsoorten onder alle omstandigheden ervaring met het vlas»» zaaien zou moeten hebben. Hij was er zich van be wust, dat er onder zijn gehoor praktijkmensen aan wezig waren, die hem nog wel wat konden leren op dit gebied en hoopte dat ze straks de nodige vragen ter aanvulling zouden voorleggen aan het forum. Het klaarmaken van een zaaibed is niet alleen «en werk in het voorjaai', maar evenzeer een zorg het handzwingelen. a van grondbewerking na de voorvrucht, de najaars grondbewerking. Het perceel moet ten aanzien van voorvrucht, ontwatering, grondsoort, bemesting en onkruidbestrijding geschikt zijn voor de vlasteelt; veelal zijn het graanstoppels. Eén of twee keer ploegen en meerdere keren cultiveren om de bo vengrond goed los te krijgen is nodig, waardoor het mogelijk wordt om op wintervoor te ploegen met een vrij gesloten ploegvoor. Belangrijk is vooral ook het zoveel mogelijk op wintervoor ploegen wanneer het droog is. Iets min der diep op wintervoor ploegen dan gewoonlijk om wat minder onkruidzaden boven te brengen was zijn advies. Tegenwoordig worden er in het voor jaar veel schud- en roucombi-eggen hiervoor ge bruikt. Met deze werktuigen is bijna altijd een goe de bovengrond te verkrijgen, maar of er dan ook van een goed zaaibed kan worden gesproken, is voor mij altijd een grote vraag, zo zei de heer Blink. Een mooie deken op een bed is nog geen bewijs dat men op dat bed ook goed kan slapen! Ik heb nog weinig ervaring met deze eggen, maar in de praktijk tot dusver gezien, dat het vlas zowel in kleur als in groeilengte dikwijls zeer onregel matig is. Juist ter bevordering van een regelmatige groei lijkt mij een voorjaarsbewerking met o.a. een niet te zware zig-zag kromtandeg en daarna een tan- densleepbewerking nog altijd een goede bewerking om tot een goed zaaibed ie komen. Er zullen echter gevallen zijn dat een dubbele bewerkj/tig met een tandensleep, met eventueel een duizendpooteg een nog beter of goed zaaibed kan geven. Dit ligt onder meer aan de ploegvoor of die los of vast is. DE grondbewerking op het proefveld is niet pre cies zo geweest als we wensten, aldus de heer Blink. De voorvrucht was zomergerst en om on- kruidbestrijdingsredenen kon er geen najaars grondbewerking worden toegepast. Het kon alleen op wintervoor worden gereden in begin december onder vrij natte omstandigheden. (Hetgeen dan ook te zien was!) Een goed zaaibed op een hol liggende ploegvoor in 't voorjaar te krijgen valt niet mee. Er werd met de rou-combi-eg geëgd, vrij oppervlakkig. Daarna is het perceel in dwarsrichting met een verzwaarde sleepeg bewerkt en daarna gezaaid. De grondbe werking was niet voldoende en dit is nu ook dui delijk te zien aan plaatselijke onregelmatigheid in de groei van het vlas. Te diepe voorbewerking zou te veel losse grond en een te grove struktuur heb ben gegeven. Daarom ben ik een voorstander van een goede najaarsgrondbewerking en een vrij ge sloten ploegvoor, zo zei de heer Blink. Dan is de kans ook groot, dat in het voorjaar een regelmatig op diepte afgestelde grondbewerking kan worden uitgevoerd en dat is een goed fundament voor een regelmatige opkomst en ontwikkeling van het ge was. Het is ook slecht om met zware machines heen en weer te rijden na het oogsten van de voorvrucht. Dit is op het proefveld ook goed te zien. RASSENKEUZE Ir. J. C. Friederich (P.A.W.) behandelde de ras- senkeuze bij het vlas. De teler en de vlasser vra- - gen om oogstzekere en produktieve vlasrassen met een hoog vezelgehalte. De oogstzekerheid wordt bepaald door diverse factoren, waarvan de voor naamste wel zijn: vlotte ontwikkeling, stevigheid en onvatbaarheid voor de meest voorkomende vlasziekten. De Nederlandse vlaskwekers zijn er in geslaagd in de loop van de laatste 10 jaren aan deze eisen in grote mate tegemoet te komen. In het wereldvlasrassensortiment staan de Neder landse rassen dan ook vooraan op de ranglijst. Van de 5 Nederlandse vlasrassen is alleen Wiera vatbaar voor vlasroet en zijn de rassen Fibra en Primo onvatbaar voor vlasbrand. Noch het nieuwe Franse ras Tissandre noch het nieuwe Belgische ras Azur kunnen op deze gunstige eigenschappen bogen. Wat de stevigheid betreft beschikken we thans over nieuwe rassen die hierin Wiera over treffen. Vooral Fibra en Hera munten in stevig heid uit boven alle overige rassen. Eerlijkheidshalve dient ook gezegd te worden dat ook Tissandre en Azur tot de meer stevige rassen behoren. Met Reina en Primo bezitten we enkele rassen, die evenals de Wiera, gemakkelijk groeien met een behoorlijke stro-opbrengst en weinig eisen aan de grond stellen. Dit in tegenstel ling met Hera en Fibra die wat meer eisen aan de grond stellen en meer op de vruchtbare grond op hun plaats zijn. Voor het noorden staat Primo in opbrengst aan ongerepeld en gerepeld strovlas bovenaan in 1967 en 1968, voor het Centrale ge bied komt in 1967 Reina naar voren en voor het zuidwesten komen Reina en Fibra evenals in 1967 bovenaan te staan. In zaadopbrengst geeft Hera in alle gebieden de toon aan, hetgeen ook voor het vezelgehalte geldt, al komen Fibra en Reina op een goede tweede plaats. Voor de vlasser geeft een hoog vezelgehalte bij de verwerking zeker voordelen omdat dit tot een lagere kostprijs per kilo vezel leidt. Wat ten slotte de vezelopbrengst betreft, waarover het uiteinde lijk gaat, zien we verschillen optreden. In 1967 gaven Fibra en Reina voor het centrale en zuid- (Zie verder pagina 15)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 13