Bram uit de Slikhoek
op de
vlasstudiedag 1969
te Roosendaal
J\E veredeling van vezelvlas werd besproken
12
Kapellen van het gerote vlas-langs de Leie (België).
r\ EZE vlasstudiedag was goed bezocht, door
personen uit Noord-Brabant, Zuidhollandse
«ilanden, Zeeland en enkele uit de noordelijke pro
vincies. Ook waren er Fransen en Belgen aanwezig.
De voorzitter, de heer Wijffels, voorzitter Bedrijfs-
schap voor de Vlasindustrie, wees in zijn openings
woord op de moeilijke tijden, die de vlastelers en
vlassers meemaken. Er is, aldus de heer Wijffels,
dalende produktie in alle sektoren. Was de teelt in
1964 nog 136.000 ha in West-Europa, voor dit jaar
is de prognose 60.000 ha. De vlasverwerking, de
vezelwinning met zeer vele bedrijfssluitingen door
schaalvergroting, maar vooral door de grote verlie
zen veroorzaakt door een afzet beneden de kost
prijs, zit in het slop. Ook de vlasspin- en weverij
worstelt met grote strukturele en konjunkturele
moeilijkheden.
Niettemin is de aktiviteit de laatste maanden in
deze sektor flink opgelopen en beweegt zich op
hoog niveau. In 1966 werd een studiegroep inge
steld omdat we toen reeds zagen dat er geheel nieu
we wegen, voor vlas en linnenproduktie moesten
worden gezocht.
Redding van het vlas is alleen te bereiken door
een radicale nieuwe aenpak. Ja, het is zelfs zo, dat
door de bijkomende ernstige konjunkturele moei
lijkheden, ons nauwelijks de tijd gegeven 'ordt de
nieuwe strukturen, die met veel inspanning, moeite
en kosten gerealiseerd moeten worden, klaar te
krijgen.
HET mag en het moet hier gezegd worden, dat
we dit uit eigen kracht niet meer zouden kun
nen tot stand brengen. Gelukkig is er op onze mi
nisteries van Landbouw en Visserij, Economische
Zaken en Financiën begrip voor de situatie en be
reidheid om met daadwerkelijke en financiële hulp
het onderzoek te steunen en te stimuleren, om te
bereiken, dat het vlas weer op een reële economi
sche basis terecht komt.
Wij, in Nederland, menen dat slechts op deze
wijze een situatie kan worden geschapen, die het
vlas weer leefbaar maakt en een toekomst kan
geven en het haar mogelijk zal maken, haar inkom
sten uit de markt te halen, de enige gezonde basis
voor iedere produktie!
Dit in tegenstelling met onze Franse vrienden,
die de betekenis van het bovenstaande zeker niet
ontkennen, maai- voor ons gevoel meer het accent
leggen op direkte subsidies en planning van de
produktie.
W ij zijn echter van mening,dat een produktie-
controle leidt tot verstarring en een administratieve
rompslomp, die onaanvaardbaar is. Wij verhelen
ons intussen niet dat de herstrukturering van de
economische en technische situatie van het vlas een
omvangrijke opgave is die pas na jarenlange in»
spanriing tot volledig succes kan leiden. Meenden
we aanvankelijk, dat de hoofdproblemen bij ons, de
vezelwinning lagen, het is gaandeweg duidelijk ge
worden dat er in de andere fasten nog meer arbeid
te verrichten is en door de grote achterstand nog
meer in te halen is.
Door de onderzoekers van T.N.O. werd het aldus
geformeerd: in de vlasserij zijn dubbeltjes te ver®
dienen, maar in de spinnerij guldens. Ook op het
terrein van de vlas weefsel veredeling liggen be
langrijke taken op een oplossing te wachten. Ook
zal de presentatie en marketting volgens geheel
nieuwe moderne methoden dienen te geschieden.
We hebben een nieuw projekt bij de Coöp. Vlas»
fabriek „Dinteloord" te Steenbergen en een proef
fabriek van T.N.O. te Rijsoord. Het vezelinstituut
van T.N.O. heeft het principe van het twistloos
spinnen geïntroduceerd bij het vlas en er zijn con
crete plannen en goede vorderingen gemaakt voor
finishing en veredeling.
In Rijsoord en Delft komen de laatste weken veel
bezoekers van buitenlandse delegaties uit Oosten
rijk, Frankrijk, België, Italië en Spanje. Het en
thousiasme van deze vakmensen wettigt het ver
trouwen dat we op de goede weg zijn.
WANNEER we zo het terrein en de situatie van
het vlas overzien, onze achterstand, onze pro
blemen en moeilijkheden, aldus de heer Wijffels,
zou men haast geneigd zijn om het vlas maar te
laten rusten! Wij hebben immers genoeg oude wol,
katoen en nieuwe synthetische en plastic textiel
grondstoffen en weefsels dat we het vlas rustig
kunnen missen. Wij zijn echter van mening, dat
zowel door de betekenis, die het vlas heeft voor
onze landbouw, als door de eigen hoogwaardige en
specifieke eigenschappen, die het vlas van nature
heeft, een strijd om het bestaan van het vlas zeker
rechtvaardigen. We kunnen in deze strijd rekenen
op de hulp en inbreng van onze eigen wetenschap
pelijke instituten, als het N.S.V.V., P.A.W. en het
I.B. v. L., het vezelinstituut van T.N.O. te Delft.
Daarnaast zijn er ook vele instituten in de ons om
ringende landen, die zich ernstig bezig houden met
de problemen van het vlas. Zo hebben de Fransen
een groot projekt om de marketing te verbeteren,
We hebben niet het recht de weg van de minste
weerstand te bewandelen, maar de taak om met
mobilisatie van onze financiële mogelijkheden en
arbeid, met toepassing van de wetenschap, de oude
verworvenheden in deze nieuwe tijd in te passen,
om zo het waardevolle door te geven aan de komen
de generatie.
VEREDELING VAN VLAS
U door M. Jongmans (SVP). In 1950 begon het
SVP aan haar eerste opdracht, het kweken van een
ras met resistentie tegen vlasroest en vlasbrand.
Uit de literatuur was bekend dat in het vlas erf-
faktoren aanwezig kunnen zijn, die een volledige
resistentie tegen roest waarborgen. Een vlasras dat
©ver één resistentie-faktor beschikt is reeds resis
tent. Het introduceren van zo'n resistentie-erffak-
tor is niet moeilijk. Men kruist een in cultuur zijnd
vatbaar ras met een resistent olie- of vezelvlasras.
De eerste generatie is resistent. In de volgende
generatie treedt splitsing op. Na infektie met roest-
sporen kan er op resistentie worden geselekteerd.
De gebruikte infektieroestsporen zijn een mengsel
van acht in ons land voorkomende roestrassen.
Moderne zwingelturbine te vervanging va» het hanc