toeten of iedere kapitaalsinvestering, bed rijf secmomisch verantwoord is, Is noodzakelijk Voor de goede ondernemer, die de tijd aandurft, met voldoende wilskracht en werklust zullen er steeds reële mogelijkheden blijven ongeacht de bedrijfs- grootte. CONCLUSIES BIJ RAPPORT „DE TOEKOMST VAN DE LAND- EN TUINBOUW' 1» De land- en tuinbouw is en blijft bereid zich aan te passen aan de omstandigheden, die zich in deze be drijfstak bijzonder snel wijzigen. Onder geen enkele voorwaarde kan accoord gegaan worden met een ver laging of een bevriezing van de prijzen. 2. De nationale overheid heeft tot taak de onder 1 ge noemde aanpassing mogelijk te maken, door met ver schillende maatregelen de helpende hand te bieden bij het verkrijgen voor de moderne boer- en tuinder van een evenredig aandeel in de algemene welvaart. 3. De concurrentievervalsende maatregelen in de andere E.E.G.-landen dienen zo snel mogelijk te worden afge schaft, willen we in Nederland onder gelijke voorwaar den kunnen produceren. voor alle zelfstandigen dienen betere sociale voorzie ningen te komen. 4. Om nu en in de toekomst een zelfstandig bedrijf te be ginnen, zal men over een behoorlijk percentage eigen vermogen dienen te beschikken. 5- Een volledige bundeling van krachten bij de afzet van onze produkten is voor nu en in de toekomst een ge biedende eis, de landbouw zal hieraan in haar geheel nog meer aandacht dienen te besteden, dan nu het ge val is. 6- Men acht als eerste stap een nauwere bestuurlijke sa menwerking tussen de verschillende afzetorganisaties in onze streek gewenst, om op deze manier geleidelijk tot een nauwere samenwerking te komen. 7. De voorlichting, over het hoe en waarom van de wijzi ging op afzetgebied en de achtergronden van eventuele fusies en samenwerking, dient zo goed mogelijk te ge schieden. Volledige openheid op dit terrein acht men noodzakelijk. 8. Aan het op de markt brengen van zo goed mogelijke kwaliteitsprodukten, dient meer aandacht besteed te worden. Tevens zal een goed opgezette reclamecam pagne noodzakelijk zijn. 9. Slechts 38 van de afdelingen ziet perspectief in de contractteelt. De inspraak van de boer bij het opstel len van contracten zal groter dien te worden. De con- tracttelersvereniging zal een grotere plaats bij de boer moeten gaan innemen, wil er op dit terrein iets bereikt kunnen worden. ¥0. Een verdere en goed opgezette samenwerking met ma chines en personeel met behoud van ieders zelfstan digheid, wordt noodzakelijk geacht; dit geldt voor zo wel boeren onderling als voor loonwerkers en boeren. 11. Er wordt een bed rijfsv erg roting verwacht in de toe komst, maar niet zo snel als velen wel denken, omdat er nog zeer veel grond uit de produktie zal worden ge nomen voor industrieterreinen, wegenaanleg, woning bouw e.d. 12. Door de meerderheid wordt de financiering in de land bouw als het grote knelpunt gezien voor nu en in de toekomst. Het georganiseerde bedrijfsleven, de banken en de overheid zullen steeds moeten blijven zoeken naar nieuwe financieringsmogelijkheden. 13. Aan de afvloeiing uit de landbouw zal de hoogst moge lijke aandacht dienen te worden besteed. Een betere saneringsregeling is zonder meer gewenst. Het schep pen van een aangepaste regionale werkgelegenheid eveneens. 14. Over de toekomstige bedrijfsgrootte van de verschillen de bedrijfstypes wordt zeer verschillend gedacht. Er kan echter zonder meer gesteld worden, dat we naar grotere eenheden toe zulten groeien. Voor de goede ondernemer, die de tijd aandurft met vol doende wilskracht en werklust, zullen er steeds reële mogelijkheden aanwezig blijven, ongeacht de bedrijfs grootte. De rapporteur, J. MARKUSSE.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 9