spoten worden met 2 kg/liter DDT 25 per ha.
De bespuiting moet binnen een week herhaald
worden. Is het gewenst tegelijkertijd erwtetripsen
of bladluizen te bestrijden, dan 1 liter parathion
25 toevoegen. Bij deze menging echter geen
vloeibare middelen gebruiken.
Ook voor de bestrijding van de peulboorder
dient gelet te worden op de ontwikkeling van het
gewas. De bestrijding is hier gericht tegen de pas
uitgekomen rupsjes. Als de oudste peulen in de
rand van het perceel beginnen te zwellen, moet
de eerste bespuiting met 1.6 kg parathion 25
of 2.5 kg diazinon 20 worden uitgevoerd. De
bespuiting dient een week later herhaald te
worden. Konservenerwten kunnen tot 7 dagen voor
de oogst met 2 liter mevinfos (Phosdrin) per ha
worden gespoten.
Ter bestrijding van kwade harten kan men ge
lijktijdig met de bestrijding van de peulboorder
15 kg mangaansulfaat per ha toevoegen. Bij deze
menging parathion spuitpoeder gebruiken en di-
rekt na het mengen (met niet te weinig water)
verspuiten.
STAMBONEN
In de rassen die vatbaar zijn voor vetvlekken
ziekte (zie rassenlijst) dient men met de bestrij
ding hiervan te beginnen als het gewas twee echte
bladeren heeft. Afhankelijk van de weersomstan
digheden zal meestal met 6 kg koperoxychoride
per ha met 1 a 2 keer spuiten kunnen worden vol
staan. Bij de teelt van zaaizaad echter enkele
keren meer, vooral bij regenachtig weer.
Bij warm zonnig weer de bespuiting tegen de
avond uitvoeren.
In groen te plukken bonen mag niet binnen 14
dagen voor de oogst gespoten worden. Het ras
Berna is gevoelig voor vlekkenziekte, hiertegen
wordt gespoten met zineb.
VLAS
Dit gewas kan in deze maand ernstig bescha
digd worden door trips. Als dit insekt wordt waar
genomen moet er direkt een bespuiting plaats vin
den met heptachloor, dieldrin of parathion.
AARDAPPELEN
De eerste bespuiting tegen de aardappelziekte
in de vatbare rassen zoals Bintje, moet uitgevoerd
worden zodra de planten in de rij elkaar ralren.
Bij kritieke weersomstandigheden mag men tus
sen 2 bespuitingen niet meer dan 7 dagen laten
verlopen. Zonder bezwaar kan het gehele seizoen
gespoten worden met maneb/fentin of Daconil
2787. Bedenk dat de afvalhopen, waarop aard-
appelopslag voorkomt, de besmettingsbronnen
voor het nieuwe gewas zijn. Deze hopen dienen
NU te worden afgemaaid en afgedekt met zwart
plastic.
Vorig jaar kwam in de aardappelen eind juni
begin juli plaatselijk verkleuring en rolling van
de bladeren voor. Er waren aanwijzingen dat in
die gevallen waar tegen de luis gespoten was het
verschijnsel minder ernstig optrad. Of een bespui
ting dit jaar zin heeft valt met geen mogelijkheid
te zeggen, aangezien niet valt aan te geven tegen
welke luis en wannéér er gespoten dient te wor
den.
BIETEN
In de bieten kunnen de maden van de biete-
vlieg het bladmoes tussen de opperhuid wegvreten.
Bij een lichte aantasting is een bestrijding meestal
niet rendabel maar zodra de helft van de planten
de mineergangen vertoont, dient een bespuiting
te worden uitgevoerd.
De zwarte boneluis, die vooral aan de onder
kant van de bladeren voorkomt, kan ernstige zuig-
schade veroorzaken en ook de vergelingsziekte
enigszins verspreiden. De voornaamste overbren
ger van de vergelingsziekte is echter de groene
perzikbladluis. Deze groene luizen zijn door hun
onopvallende kleur moeilijk waar te nemen. Bij
kontrole van de percelen is dan ook de grootst
mogelijke nauwkeurigheid geboden. Zodra be
strijding nodig wordt geacht, zal dit via de radio
bekend worden gemaakt. Bij droog weer geeft het
gebruik van veel water en 's avonds spuiten de
beste resultaten. De systemische middelen ver
dienen voor de bestrijding van de bladluizen de
voorkeur.
UIEN
Na opkomst kan in uien nog een onkruid bestrij
ding worden uitgevoerd. Dit kan gebeuren met:
46 liter chloor IP, als alle een uniforme leng
te van 5 cm hebben. Op lichte grond niet meer
dan 4 liter nemen. Niet gebruiken in de om
geving van vlas of bloeiend graan en graszaad.
Herhaling van de bespuiting is in zaai-uien
mogelijk tot eind juni.
3—4 kg Alicep of 7 kg Ramrod bij een gewas-
lengte van 712 cm. Geen Alicep gebruiken op
grond met minder dan 25 afslibbare delen
of waar reeds voor opkomst Alicep werd toe
gepast. Herhaling van deze bespuiting is niet
mogelijk.
Zowel Alicep als Ramrod en in iets mindere
mate chloor IPC werken onvoldoende op reeds
bovenstaand onkruid.
Tegen reeds aanwezig jong onkruid kan nog ge
bruikt worden
bij 46 cm gewaslengte 1520 kg kalium-
cyanaat. Spuiten op een droog gewas en klein
onkruid met veel water bij een hoge lucht
vochtigheid.
bij 810 cm gewaslengte 7.5 kg Genalon 5/20
chloor IPC prometryn). Alleen spuiten op
een goed afgehard gewas. Dit middel bevat
ook chloor IPC, dus rekening houden met de
gevoeligheid van verschillende andere gewas
sen.
bij 810 cm gewaslengte 4080 liter zwavel
zuur (s.g. 1,84). Alleen spuiten op een goed af
gehard gewas en dan in 1000 liter watei». Het
gebruik van zwavelzuur stelt bijzondere eisen
aan de apparatuur en de uitvoering.
Zodra met de bespuiting van de valse meeldauw
moet worden begonnen, zal dit via de radio be
kend gemaakt worden. De bespuiting moet dan
tot eind juli om de 710 dagen worden herhaald.
Met het oog op het optreden van de bladvlekken-
ziekte worden alleen de mengsels van maneb/
zineb of Dithane M 45 aangeraden.
Ook de preimot kan veel schade in de uien ver
oorzaken. Bij een late aantasting worden ook de
bollen beschadigd. Zodra venstervreterij wordt
waargenomen, dient een bestrijding met 1.5 liter/
kg parathion 25 te worden uitgevoerd. Aange
zien de laatste bespuiting tenminste drie weken
voor de oogst mag worden uitgevoerd, kan aan
tasting van de bollen bij zaai-uien alleen voor
komen worden door een intensieve bestrijding in
de zomer.
Mangaangebrek komt ook in uien veelvuldig
voor. Een bespuiting met 15 kg mangaansulfaat
per ha geeft hierbij snel verbetering. Niet spuiten
bij warm zonnig weer. De bespuiting moet dik
wijls nog een keer herhaald worden.
GR A SL AND VERZORGING
EN VOEDERWINNING
In de maand juni zal de veehouder weer een
groot gedeelte van het ruwvoer voor de winter
periode moeten winnen; hetzij door inkuilen en/of
hooien. Wacht met het maaien voor hooi niet te
lang. Het beste tijdstip is voor het begin van de
bloei. Als direkt na het maaien vaak en regelma
tig wordt geschud, kan de veldperiode aanmerke
lijk verkort worden. Wordt het hooi daarna nog
geventileerd, dan is het mogelijk om reeds 3 a 4
dagen na het maaien in te schuren. Dit betekent
een aanzienlijke beperking van het risiko.
Ook voor kuilgras, en dan speciaal voor voor-
droogkuil, moet vroeg gemaaid worden.
De afdekkig van een voordroogkuil moet direkt
na het vastrijden plaats vinden met plastic van
minstens 0.1 mm dikte.
Bij een volledige goede afdekking" kan slechts
met weinig grond worden volstaan. Regelmatige
kontrole op eventuele beschadigingen dient dan
te worden uitgevoerd. Komen gaten in het plastic
voor, dan moeten deze direkt hermetisch dichtge
plakt worden.
roosters voor het ventileren van het hooi in de tas.
Op Schouwen-Duiveland zet men veelal een tolhout in de ruiters om het
afwaaien van de koppen te voorkomen. Ook in andere gebieden zou dat
gunstige resultaten kunnen geven.
