UIT DE PRAKTIJK
Kalksalpeter op bieten
werkt snel en goed
l
Onder hoogspanning
Het werk gaat door!
Machinaal dunnen
is in
IIET opéénzetten van de suikerbieten was wel
de hoofdmoot van de werkzaamheden op
SCHOUWEN-DUIVELAND in de eerse helft van
mei. Dit jaar is aanmerkelijk meer gebruik ge
maakt van de dunmachine, waar wij blij mee kun
nen, zijn, daar deze machine o.i. in zijn mogelijk
heden voorheen veelal te kort gedaan is.
Na 't dunnen wordt normaliter N gegeven. De
vraag kan gesteld worden, welke meststof Het
antwoord is: kalksalpeter. Waarom kalksalpeter
boven kalkammonsalpeter De stikstof in kalk
salpeter is geheel in nitraatvorm aanwezig. In
kalkammonsalpeter is dit half nitraat en half
ammoniak. De nitraat-N wordt vlugger opgeno
men als de ammoniak-N. Dit is vooral van belang
bieten omdat we moeten zorgen zo snel als
mogelijk is voldoende blad en wortel te hebben.
De periode van afrijping, waarin de suiker wordt
gevormd, is dan lang. Mede hierdoor kan een
gunstig gehalte bereikt worden. Waarom kalksal
peter boven chilisalpeter? In deze beide meststof
fen is de N in nitraatvorm aanwezig, met een on
geveer gelijk gehalte. Met chili worden ook an
dere voedingsstoffen gegeven als natrium en spo
renelementen. Wanneer we de vereiste kaligift
hebben gegeven is de natrium overbodig. De
mooiere kleur van 't blad na chilibemesting moet
worden toegeschreven aan de luxe consumptie van
de natrium. Bij de oogst wordt hiervan niets te
ruggevonden. De sporenelementen hebben we op
de zavel niet nodig, daar deze in voldoende mate
aanwezig zijn.
Het koude weer na half mei zal de groei van de
kleinere gewassen niet gunstig beïnvloeden. An
dere gewassen, zoals granen en gras, groeien wel.
Voor verschillende percelen wintertarwe is het
koude weer gunstig t.a.v. de stevigheid. Dit jaar
ial er in de granen, behalve zomergerst, meer met
CCC gespoten worden dan vorig jaar, meer gezien
als verzekeringspremie. Jammer is het dat 't mo
menteel, nu het 't juiste moment is, geen gunstig
Spuitweer is (dit geldt dan voor de wintertarwe).
De opkomst van de aardappelen lijkt gunstig.
De praktijk gaat vaak tot vlak voor het sluiten
van het gewas door met het bewerken van de
aardappelruggen. Vooral tijdens een droogte-
fög 'pl; V- s V.
periode moet men hiermede oppassen. Iedere be
werking van de ruggen geeft vochtverlies. Boven
dien zitten de wortels van het gewas al vrij spoe
dig vlak aan de buitenkant van de bedden, waar
door zij bij een bewerking kunnen word^ be
schadigd. Bij het aanaarden moet er op worden ge
let dat de planten niet te veel onder de grond wor
den gereden.
Denk om Mangaangebrek in granen. In suiker
bieten is een bestrijding in de regel niet rendabel,
maar in granen wel. Het ziektebeeld is een slap
voddig gewas met lichte kleur (50100 kg Man-
gaansulfaat strooien of spuiten met 15 kg Man-
gaansulfaat in 800 1. water).
Daar de aardappelafvalhopen een belangrijke
infectiebron zijn voor het optreden van de aard
appelziekte, is het nodig deze op te ruimen.
In de maanden mei en juni is het N-effect op
grasland het grootst m.a.w. direct na het afweiden
of maaien een flinke N-bemesting geven.
AP WALCHEREN wordt onder hoogspanning
gewerkt om de suiker- en voederbieten weer
zo snel mogelijk op één te krijgen. De groei van
de bietenplantjes is goed. Door de precisiezaai is
het niet zo dat ze elkaar staan te verdringen,
maar het geeft pas weer een geruststellend gevoel
wanneer alles weer opééngezet is. De weersom
standigheden zijn niet bepaald gunstig voor een
vlot verloop. Bovendien is het percentage twee
lingen of beter gezegd meerlingen zodanig hoog
dat het werktempo bij het opéénzetten hierdoor
danig wordt gestagneerd. Het ziet er dan ook naar
uit dat er een achterstand komt in de werkzaam
heden. Door het ongunstige weer kan ook het
spuitschema wel eens wat in de knel komen zodat
de chemische onkruidbestrijding niet naar wens
verloopt. Dit kan o.a. het geval zijn in de uien.
Mogelijk is uw overzichtschrijver wat te pessimis
tisch gestemd, maar de huidige weersomstandig
heden geven daar wel aanleiding toe.
Bij de voederwinning zitten we met hetzelfde
euvel. De grasgroei is bevredigend, maar het in
kuilen kan niet onder gunstige omstandigheden
plaatsvinden. Vooral bij voordrogen is zonnig en
drogend weer gewenst.
Voor de bestrijding van de akkerdistel is nu
weer de meest gunstige tijd aangebroken. Voor
zover dit nog niet heeft plaatsgehad in kombinatie
met een CCC-bespuiting dient een bespuiting in
granen met M.C.P.A. nu wel op korte termijn uit
gevoerd te worden. Het bloeien van de distels kan
daardoor worden voorkomen terwijl een groot ge
deelte van de bestaande planten tegronde gaan.
Op veel percelen aardappelen'moet nog tussen
de ruggen worden gefreesd. Wanneer de aard
appelen reeds boven staan is het wortelstelsel al
flink ontwikkeld in de bestaande rug. Beschadi
ging van het wortelstelsel dient zoveel mogelijk
te worden voorkomen, daar dit de groei aanzien
lijk remt. Nu het frezen door de ongunstige weers
omstandigheden wat verlaat is zal overwogen moe
ten worden of alsnog een dergelijke bewerking
noodzakelijk is. In ieder geval zal er, welke be
werking er ook nog moet worden uitgevoerd, naar
gestreefd moeten worden het wortelstelsel zo
weinig mogelijk te beschadigen.
AP vele bedrijven op ZUID-BE VEL AND is men
reeds een heel eind gevorderd met het op
éénzetten van de suikerbieten. Het leek er op dat
met Pinksteren het meeste werk hieraan wel ge
beurd zou zijn, de regen heeft het werk wel even
wat vertraagd. In het algemeen is de veldopkomst
van de bieten goed geweest. Er wordt nogal ge
mopperd over het (te) grote aantal dubbele, het
zij voortgekomen als tweeling uit één zaadje,
maar ook wel uit dubbel vullingen bij het zaaien.
Het liefst ziet men toch dat de bieten geheel al
leen staan, het wegwieden of wegplukken van een
dubbele vraagt extra arbeid (bukken) en te veel
tijd. De chemische onkruidbestrijding heeft in het
algemeen goed gewerkt. Ook van de Betanal toe
gepast nadat de bieten goed boven stonden zijn
goede resultaten te zien.
Reeds heel wat wintertarwe is in de afgelopen
weken met CCC gespoten. De stand is goed, toch
tonen verschillende percelen zich minder zwaar,
dan ze enkele weken terug deden verwachten.
Een deel van de wintertarwe is al met MCPA
tegen het onkruid gespoten. Nadat aanvankelijk de
werking van de Tribunil al wat tegenviel, men
wilde snel resultaat zien, blijkt uiteindelijk dit mid
del toch niet geheel aan de wel hooggestelde ver
wachtingen te hebben voldaan. Lang niet overal
is de werking op de grotere grassen en kamille
afdoende geweest.
Vorige week is een begin gemaakt met het uit
zaaien van de witte bonen voor de conserven-
industrie. Mogelijk dat met het mooie weer van
vorige week de opkomst vrij vlot kan zijn.
De opkomst van de voegst gepote aardappelen
is vrij vlot gegaan. Duidelijk komen thans wel de
verschillen in pootdata naar voren. In het alge
meen heeft men vrij snel de aardappelruggen op
hoogte gebracht. Dit jaar is er weer een flinke
toename te constateren van de chemische onkruid
bestrijding in dit gewas. Mede door regelmatig
nogal wat regen lijken de resultaten zeer goed te
zijn.
Ook in WEST ZEEUWS-VLAANDEREN is de tijd
van bieten opeen zetten weer in volle gang. Voor
vele werkers in de landbouw is in deze periode van
46 weken 't dagelijks bieten dunnen in handwerk
de voornaamste bezigheid. De kapaciteit ligt tegen
woordig meestal hoog, soms 40 are per man per dag.
Dit, dank zij precisiezaad en chemische onkruid
bestrijdingsmiddelen. Bij warme dagen is het ech
ter, ondanks dat veelvuldig bukken niet meer nodig
is, toch nog een zwaar werk.
Wanneer de opkomst van de bieten zoals dit jaar,
over het algemeen goed en regelmatig is, dan vra
gen wij ons af. of het wel veel zin heeft, gezien de
geringe opbrengstdepressie die machinaal dunnen
dan geeft, om dit nog in handwerk te doen.
Jammer is het, dat er dit jaar veel tweelingen
voorkomen. Vooral bij sommige rassen is dit erg.
Wil men deze tweelingen toch nog op één zetten,
dan zal er na het mechanisch dunnen, toch nog een
keer met de hak moeten worden doorgelopen.
Machinaal dunnen is verder weinig arbeidsbespa
rend als er veel wortelonkruiden voorkomen. Er
mag gesteld worden dat de situatie de laatste 5 jaren
veel is verslechterd.
Goede dunresulaten zijn dus te verwachten bij
een veldopkomst van plm. 20 BBD (=8 plant-
plaatsen per strekkende meter), die regelmatig ver
deeld staan en waarin weinig tweelingen voor
komen. Dergelijke percelen komen er veel voor. Het
valt op dat de bietendunner, meer dan in voor
gaande jaren het geval was, van stal wordt gehaald.
Veelal wordt teruggedund tot 12 BBD, waarna
in handwerk gecorrigeerd wordt tot plm. 10 BBD.
Voor het eerste jaar zijn er hier een paar zgn. tast-
dunners in werking getreden. Doorheen lijkt het
werk beter, de kosten per ha liggen echter hoger.
Niet alleen de bieten, maar ook de stand van de
meeste andere gewassen is over het algemeen goed
te noemen. In tarwe wordt veel gespoten met CCC
en 2,4 D.
Er zullen nog een paar drukke spuit- en hak-
weken komen. We hopen maar dat de zon ons niet in
de steek zal laten.