UIT DE PRAKTIJK Ongezonde situatie De tijd voor CCC bespuiting op wintertarwe nadert alweer Hoe gras inkuilen Niet te veel werken in de aardappelen Veehouders door koud voorjaar met handen in het haarl HET is reeds het derde weekend van april dat we voor WEST ZEEUWS-VLAANDEREN aan deze rubriek onze bijdrage leveren. Alhoewel we een lange, door ongunstig weer, een trage zaaiperiode hebben gehad, zij we nu alweer aan een rustperiode toe. Het werk op de akkerbouw bedrijven is, meer nog dan vroeger het geval was, seizoenwerk geworden. We mogen wel zeggen kort seizoenwerk! Als gevolg van de steeds verder gaande mechanisatie en de vele mogelijkheden met chemische middelen doen we met minder men sen en een intensiever bouwplan, het zaaien, ver plegen en de oogst van de gewassen in een kor tere tijd. We kunnen niet ontkennen dat we soms moe ten zeggen: „Wat zal ik nu eens gaan doen?" On gunstig weer kan de arbeidsorganisatie nog wel in de knel brengen. Denken we maar aan najaar 1968, waarvan de meeste zorgen nog niet zijn ver geten. Het is meestal daarom zo zorgelijk, omdat het extra kosten en kwaliteitsverliezen meebrengt. Steeds meer zullen we begrip moeten kunnen opbrengen voor eikaars moeilijkheden en de nu eenmaal ongunstige positie waarin we als agra riërs in de huidige tijd verkeren. Stijgende kosten van levensonderhoud worden bij de werknemers gecompenseerd door een aan gepaste loonsverhoging. De ondernemer-boer heeft behalve stijgende kosten van levensonderhoud voor zijn gezin, tevens te maken met stijgende prod.uk- tiekosten. Kostenverhoging komt dus van twee kanten op hem af. En dat terwijl de prijzen voor slechts enkele produkten iets stijgen. Voor de meeste echter blijven ze gelijk of dalen zelfs, on der meer als gevolg van het overschotprobleem. Een boer moet dus wel een goed ondernemer zijn en over voldoende produktie-eenheden beschikken wil hij zich kunnen handhaven Dat nog zo betrekkelijk de landbouw verlaten is dan ook veelal toe te schrijven aan het relatief (te) lage ingomen waarmee hij als boer genoegen neemt, het feit dat voor vele boeren hun „neven inkomen" van him elders werkende kinderen, het gezin nog aan een leefbaar klimaat helpen. Wanneer deze kinderen echter na verloop van tijd hun eigen weg gaan, komt men tot de ontdek king dat het bedrijf geen bestaanskansen meer heeft. Intussen is dan omschakeling door de ver ouderde leeftijd nog moeilijker geworden. Het kan een treurige schets genoemd worden, die ook in onze streek, voornamelijk langs de grenskant, nog veel voorkomt. Met alleen er over te praten komt men er niet 1WET het mooie weer tijdens de Paasdagen dach- ten we dat de groei van de gewassen wel snel zou gaan. Nadien werden de weersomstandig heden echter heel anders, nogal wat regen, plaat selijk wat hagel, veel koud weer en enkele nacht vorsten. Deze waren weinig bevorderlijk voor de groei van de gewassen. Bij de wintertarwe en het graszaad is het op ZUID-BEVELAND zichtbaar dat ze de kunstmest te pakken hebben, beide zijn de laatste weken dan ook snel veranderd. De andere gewassen als zomer - tarwe, erwten en vlas zijn goed bovengekomen, de groei gaat echter nog wat langzaam. Na de paasdagen leek het er even op dat de vroeg gezaaide bieten zeer vlot boven zouden ko men, nadien is de opkomst door het koude weer nogal wat vertraagd. De mening is wel dat de op komst voldoende zal zijn, om straks een voldoend dikke stand te kunnen bewerkstelligen. Door de regen zijn de werkzaamheden veel min der snel gegaan dan aanvankelijk werd verwacht. Nu, aan het begin van deze week (21 april) moes ten er plaatselijk nog wat aardappelen gepoot worden. Ook de uitzaai van groenbemesters in de vorm van klavers is hierdoor achterop geraakt. De wintertarwe heeft nog maar net het gehele veld bedekt en toch moeten we weer al gaan den ken over de toepassing van C.C.C. De meest ge wenste ontwikkeling van de tarwe is dit te doen wanneer het gewas volgens de Feekes-schaal in stadium 5 a 6 verkeert. De meeste jaren ligt dit stadium zo tussen 5 en 10 mei. Hoewel de groei, mede door de late uitzaai op dit moment nog wat achter is t.o.v. andere jaren moeten we toch wel aannemen dat de toepassing zeer wellicht rond die tijd of slechts even later uitgevoerd dient te wor den. Hier en daar zal het wel moeilijk zijn om de noodzaak van een C.C.C.-toepassing vast te stel len. De grasgroei is tot op dit moment nog vrij traag. Hier en daar loopt al wat jongvee buiten. De voorraad weidegras is echter nog te gering om ook reeds het melkvee naar buiten te doen. Het wordt op deze wijze wel een lang stalseizoen. Door het late voorjaar en daarmee samenhan gende de trage grasgroei zal de voeder winning dit jaar in het bijzonder de volle aandacht van onze veehouders vragen. Meimaand - grasmaand Maar dan zal ook in Zee land mei meer benut moeten worden voor de ruwvoederwinning dan tot op heden het geval is. De vorige week stond in ons blad een uitvoe rig artikel op welke wij ze het beste ingekuild kon worden. Voor dro gen en een goede voor- droogkuïl geven een smakelijk voer dat de melkproduktie bevor dert. AP SCHOUWEN-DUIVELAND b men ondanks wat regen nu wel klaargekomen met het zaaien en poten. De suikerbieten zijn hier allemaal op of tot 7 cm in de rij gezaaid; jammer genoeg nog niet alles op 50 cm rij-afstand. Gelukkig is de animo voor grotere afstand in de rij, hetgeen meer risico met zich mee brengt, afgenomen. Van de opkomst is momenteel nog geen zuiver beeld te geven. Vocht voor slaging van de bodem middelen is er wel, dus dat lijkt gunstig. Denk wel aan de thripsaantasting. Spuiten tegen dit insect is geen overbodige luxe. Voorkomen is beter dan genezen Bij de aardappelteelt is een minimale bewer king gunstig. Veel werken in de grond kan bij aardappelen veel vochtverlies geven en boven dien kunnen veel wortels beschadigd worden. Gunstig is het streven vrij spoedig na het poten de definitieve rug te maken en daarna met che mische middelen het onkruid te bestrijden. Alle middelen moeten kort voor opkomst van de aard appelen gespoten worden. Welk middel, dat hangt ten dele af van 't aanwezige onkruid ten tijde van de behandeling. Staat er voor opkomst reeds veel onkruid boven de grond, dan is D.N.O.C. éen goedkoop middel. Zo niet, dan verdient een mid- mel met langere werkingsduur de voorkeur, o.a. Aarduron, Aalinoc, Linuron, Maloran, Patoran. Ook de chemische onkruidbestrijding in andere gewassen vereist alle aandacht. Er zijn vele moge lijkheden. Met een juiste, oordeelkundige toepas sing kan heel wat bereikt worden. Voor vele landbouwers zullen er bij de komen de oogst gunstiger transportmiddelen ontstaan daar de C.A.V. opslagruimte (loods mechanische koeling) bouwt te Brouwershaven en de firma Landegent een loods bouwt bij Kerkwerve. Op vele bedrijven is het jongvee reeds naar buiten gebracht. De grasgroei was ongunstig door het koude weer. Laten we hopen dat er spoedig verandering komt en het aspect vee-weide een gunstiger beeld geeft. UET voorjaarswerk is ook op THOLEN en ST. PHILIPS LAND enigszins met horten en sto ten verlopen, de weken met goed en slecht weer wisselden elkaar met een onverwachte regelmaat af. Dit gaf de boer de gelegenheid regelmatig weer wat op adem te komen en misschien was dit nog niet eens zo onwelkom. Want het personeelsbe stand op onze bedrijven is zo ongeveer tot het mi nimale ingekrompen waardoor de boer en tuinder steeds langer moet werken om zijn zaakje rond te krijgen. Op deze wijze proberen zij het onder ste regeltje nog in evenwicht te houden maar dat lukt dan helaas nog nauwelijks. De netto-bedrijfs resultaten dalen de laatste jaren steeds, en daar kan de meerdere werkust(!) van de ondernemer (buiten de B.T.W.) geen verandering in brengen. Gelukkig zijn de aardappelprijzen dit jaar aan zienlijk beter dan het vorige jaar, vermoedelijk beweegt het jaargemiddelde van de prijs zich toch wel zo ongeveer op anderhalf maal de prijs van 1967. En dat helpt in ieder geval heel wat. Zeker als we in aanmerking nemen dat de Thoolse en Fliplandse boer, en dan vooral de eerste, ongeveer 25 van zijn oppervlakte akkerbouwgrond voor aardappels bestemt. Door de verbeterde situatie op de aardappel- markt is de stemming onder de akkerbouwers be slist verbeterd. En nu de voorjaarswerkzaamheden practisch gebeurd zijn, moppert hij niet zo heel erg over het te koude en daardoor late voorjaar. De veehouders zitten flink met de handen in het haar. De grasgroei laat lang op zich wachten en daardoor kan het vee laat naar de weide. Daar door möet er nogal wat voer bij gekocht worden. De prijzen daarvan zijn flink aan de maat. Men heeft al reeds wat jongvee in de weide gebracht, doch deze dieren hebben nu al heel wat koude dagen achter de rug. Door nog wat stro in de wei te brengen helpt men deze dieren nog wat tegen de kou en bovendien eten ze daarvan nog wat op ook. Vele vruchten komen er uit, maar ook hier drukt het koude weer zijn stempel op de ontwikkeling. Vooral de bovenstaande bieten en uien staan er belabberd bij. We hebben zelfs de indruk dat er hier en daar wel bietenplantjes wegvallen. Het suikerbietenareaal lijkt ongeveer hetzelfde als vorig jaar. De uitbetaling van de bieten viel na de sombere verwachtingen toch nog niet tegen. Ook van oogst 1967 kregen we nog een rijksdaal der bijbetaald. Daar was helemaal niet op gere kend, we dachten omdat er vorig jaar reeds zo'n groot kwantum halfvette suiker was gebruikt dat er niet veel kans meer was op een nabetaling. De oppervlakte uien heeft beslist uitbreiding ondergaan, de prijzen van dit jaar lokten daartoe uit. Toch is dit zeker voor uien een gevaarlijk uit gangspunt. Want de prijsontwikkeling bij dit ge was blijft steeds wispelturig en de magere en vette uien jaren plegen elkaar nogal eens snel af te wisselen, alhoewel een lang jaarlijks gemiddel de hoopvolle uitkomsten heeft gegeven. (Zie verder volgende pag.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 5