10 jaar samenwerking 6 faLS grootste voordeel noemen ale 3 boeren in de eerste plaats het gemakkelijk werken terwijl een goede organisatie van het werk mogelijk is. Eerst zakelijk overleg om het later niet oneens te worden. Tien jaar geleden zetten de heren A. Salomé en gebr. O. en W. Wijffels te IJzendijke de eerste schuchtere stap op het gebied van samenwerking door gezamenlijk een aardannelzak- kenrooier aan te schaffen. Nu is deze combinatie van akker bouwbedrijven uitgegroeid tot een samenwerkingsvorm die alle grotere machines omvat. De drie bedrijven komen sterk met elkaar overeen; het zijn zuivere akkerbouwbedrnven zonder enig grasland van 32 38 ha, samen 108 ha. In dit artikel het verhaal hoe deze samenwerking gegroeid is. A. BAKKER R.L.V.D. - Axel HOE HET BEGON Het begon in 1959 met de aardappeloogst, die tot dan toe werd rondgezet met de werpradrooier en los personeel voor het oprapen. Dit werd steeds moei lijker. Toen groeide het idee om gezamenlijk een zak- kenrooier aan te schaffen en ook de oogst gezamen lijk te doen. Zonder dat men het zich op dat moment realiseerde, zou dit het begin worden van een inten sieve samenwerking die in de daaropvolgende jaren zou uitgroeien tot alle grotere machines. BOUWPLAN In 1959 zag het bouwplan en de bedrijfsopzet er geheel anders uit dan nu. Aan het begin van de sa- menwerkingsperiode en ook nu nog vertonen de drie bedrijven onderling veel overeenkomst. De samen stelling van het bouwplan heeft van bedrijf tot bedrijf niet veel verschild, zoals onderstaand tot uitdruk king komt. De per gewas of gewassengroep genoteer de percentages geven de variatie van bedrijf tot be drijf weer. Ook vermeldt het staatje iets over de arbeidsbezetting en de trekkracht van 10 jaar geleden en nu. Bouwplan 1959 1969 Granen (tarwe en gerst) 25—40 30—35 Suikerbieten 10—20 20—25 Aardappelen 8—20 12—15 Peulvruchten (erwten en bonen) 15—16 16—20 Vlas en maanzaad 15—20 10 Graszaad 7—10 Voedergewassen 4 Grasland (met mestvee of vaarzen) 7—10 Arbeidsbezetting 3 5 man 3 2 man Trekkracht 2 trekkers en 5 trekkers 7 paarden De oogstwerkzaamheden waren tot 1959 voor aard appelen en bieten nog handwerk en men is dus direkt overgegaan op eigen mechanisatie. Het maaidorsen en persen werd tot 1965 in loonwerk uitgevoerd. Ieder bedrijf heeft zijn eigen basiswerktuigen. (Gebr. Wijffels gezamenlijk) voor zaaien, verzorging van de gewassen en grondbewerking. Elk van de drie heeft één kipwagen (totaal 3) voor de aardappel- en bieten- oogst. WELKE WERKTUIGEN SAMEN? De volgende werktuigen zijn nu in gezamenlijk gebruik (in volgorde van aanschaf vanaf 1959): 1-rijige aardappelwagenrooier (reeds vervangen) Cambridgerol Erwtenmaaigarnituur 6-rijige precisiezaaimachine 1-riiige bunkerrooier voor de bieten (reeds ver vangen) maaidorser (10 voet) compressor grondwoeler 2-rijige aardappelpootmachine boxenvuller, transporteur en stortbak voor de aardappelontvangst. Er is ook nog 4 jaar een 2de trekker gezamenlijk geweest. Deze werkwijze is later verlaten omdat men bij de aardappel- en bietenoogst te kampen kreeg met gebrek aan trekkers. Od dit ogenblik heeft de heer Salomé 2 en Gebr. Wijffels 3 trekkers. PERSONEEL JTE hebben ook nog 3 jaar gezamenlijk een vreem de arbeidskracht in dienst gehad, in de over gangstijd naar minder personeel. Later is ook dit ver laten en nu heeft de heer Salomé en Gebr. Wijffels ieder één man vreemd personeel. Een stropers is niet aanwezig, daar Gebr. Wijffels het stro te velde verkopen. Bij de heer Salomé ge beurt het persen in loonwerk. De heer Salomé heeft een eigen sproeimachine, bij Gebr. Wijffels is dit nog loonwerk en dit gebeurt dus (nog) niet gezamenlijk. Het grasland is in zijn geheel gescheurd en in de veestallen hebben Gebr. Wijffels in 1967 en de heer Salomé in 1968 een aardappelbewaring gebouwd voor resp. 300 en 200 ton. De arbeidsbezetting is in tien jaar tijds teruggegaan van in totaal 8 man naar 5 man. Dit was tot 1968 nog 6 man, maar Gebr. Wijffels zijn in 1968 met 3 man gaan werken en willen dit ook in de toekomst blijven doen. Wel hebben zij nu het vervoer van de suikerbieten afgestoten. De vreemde arbeidskracht bij de heer Salomé is er van maartdecember en is over enkele jaren 65 jaar. Zijn zoon nu op de land bouwschool zal over enkele jaren ook thuis ko men, zodat dit bedrijf een 2-mansbedrijf zal blijven. DE FINANCIËLE OPZET JJE financiële opzet van de kombinatie is zo dat ieder bedrijf voor deel in de investeringen heeft bijgedragen. Het onderhoud van alle gezamen lijke machines wordt door 3 gedeeld, ongeacht, waar de reparatie is ontstaan. Het eigen onderhoud en de stalling van de machi nes gebeurt daar waar dit het beste uit komt en Dit maakt weinig uit. Bovendien gaat men er van uf dat het niet moet gaan om de laatste 10,wil mea de samenwerking blijven voortzetten. VERLOOP VAN DE SAMENWERKING QP onze vraag, hoe men er toe gekomen is samen te gaan werken, antwoordden alle 3 ongeveer hetzelfde. Het is uit zichzelf gegroeid en begonnen iü 1959, met de aardappeloogst. De problemen waren voor allen dezelfde. Voor elk bedrijf afzonderlijk was de oogst nief rond te zetten, gezamenlijk ging het wel. In deze aan looptijd met één machine samen, heeft men elkaar beter leren kennen en leren samen te werken. De heer O. Wijffels noemt dit de „verlovingstijd". „Toen bleek dat het goed ging, hebben we de samenwerking uitgebreid met meerdere machines tot hetgeen er nu is. Ze is niet direkt ontstaan om de investering per bedrijf te drukken, maar in de eerste plaats om ge makkelijk te kunnen werken en de oogstwerkzaam heden vlot te laten verlopen door ze gezamenlijk uit te voeren. Zodoende konden wij op de weinige werk bare dagen een grote kapaciteit behalen. Later gingen de investeringen natuurlijk wel meespreken". VOORDELEN VAN DE KOMBINATIE De aanwezige arbeid kunnen we beter produktief maken dan door met de loonwerker te werken. Te vens moeten wij ook niet wachten op de. loonwerker, maar natuurlijk wel overleggen met elkaar. Op de tweede plaats het financieel voordeel t.a.v. Het bedrijf van de heer A. Salomé, gelegen aan de provinciale weg tussen Biervliet en IJzendijke. wordt door allen verricht. Ze kennen elkaar en weten dat ieder dit goed doet. Een kwestie van vertrouwen. Doordat er zeer veel over en weer wordt gewerkt bij elkaar, worden de arbeidsuren bijgehouden en op het eind van het jaar verrekend, maar dit is nog nooit een groot bedrag geweest. De trekkeruren worden daarentegen niet verrekend. loonwerk of individueel mechaniseren. De jaarkosten liggen bij ons lager dan het loonwerktarief, maar we moeten natuurlijk zelf met de machines rijden. Samen met de deelgenoten aan deze vorm van samenwerking berekenen we het jaarlijks voorde*! ervan.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 6