TUINBOUWKLANKEN
Nog steeds te koud voor de tijd van het jaar
Nogmaals de veilingfusie
II
Op het moment dat wij dit schrijven is de maand fiteren kan van de verlate groei in de buitenteel-
maart zo goed als om. Het wil met de temperatuur ten, door het maken van betere veilingprijzen.
nog steeds niet naar boven. De glastuinders op De animo om in de glastuinbouw weer een hoek
THOLEN moeten nog flink bijstoken om de groei snijbonen te telen neemt dit jaar ook weer toe,
in het gewas te houden, en het kostenpeil stijgt want er blijft toch altijd met deze teelt nog wat
hierdoor ook weer sterk. meer werk- en risicospreiding in. Voor degene die
In de buitenteelten wil het ook nog niet vlotten het past, zou het misschien óók wel verantwoord
met de hergroei in de winterbloemkool en het zou zijn om een gedeelte glasaardbeien te telen, want
wel eens kunnen zijn dat de veilingen dit seizoen voor deze primeurteelt hebben toch dikwijls veel
géén overvoerde aanvoer van dit produkt zullen mensen een wat lukse prijs over. Juist ook de pas
krijgen. De winterbloemkool die afgelopen win- begonnen warenhuistelers moeten iedere kans be
ter toch al een flinke achterstand had, is door veel nutten om hun investeringen zo rendabel moge-
bezoek van duiven in maart zeer sterk geremd in lijk te maken. In de eerste jaren moet er dikwijls
zijn hernieuwde groei. Wanneer de kool te laat boven hun krachten afgeschreven worden en dan
in zijn „kleren" komt wordt in mei, met wat heeft men alles nodig om de zaak drijvende te
zomers weer, groot gevaar gelopen dat het pro- houden.
dukt niet af te dekken is, met het gevolg: veel Nu het vandaag, 31 maart, weer is gaan regenen,
stek. Mogelijk is het wel dat de glastuinbouw pro- wordt het met het zaaien en poten in de buiten-
Van verschillende zijden is uw WALCHERSE
briefschrijver geattendeerd op zijn laatste stukje
in ons blad van 21 maart.
In ons artikeltje van 4 maart hadden we een
uitgebreid pleidooi gehouden voor de fusering
onzer veilingen. Wij waren en zijn er n.L van
overtuigd dat deze fusie nodig is. Gelukkig niet
als directe noodzaak. Maar wei waren en zijn we
het eens met de voorstanders dat men niet wach
ten moet tot de bittere noodzaak dwingt. Nu
schrijven we uiteraard voor Walcheren maar on
ze artikeltjes over de fusie zijn ook in Zuid-Beve
land gezien de reacties gelezen. Nu de fusie
verworpen is hebben we in ons laatste artikeltje
hier nog enkele woorden aan gewijd.
Tot onze spijt kennelijk niet voldoende juist, en
bij nader inzien niet duidelijk genoeg. Vandaar
dat we er nog even op terugkomen. Met géén
laaiende geestdrift werd bedoeld dat er in 't Wal-
cherse veilingbestuur geen eensgezind standpunt
was. Dit werkte verwarrend voor de „grote massa"
gewone leden.
Verder schreven we: „We hopen dat de tegen
stemmers 't gelijk aan hun kant zullen hebben en
houden". Daar wij, en dit was er niet bij ver
meld, voorstemmer waren, is het logisch dat we
de afwijzing betreurden. Alleen kan men dan
hopen dat de tegenstemmers goed gestemd hebben
en dus gelijk hebben met hun afwijzing. En wat
nog voornamer is, dat ze dit gelijk houaen. Want,
en dit was het criterium in onze beide artikeltjes:
Ziet men wat verder in de toekomst dan zullen
we vroeg of laat door de omstandigheden gedwon
gen worden tot verdere samenwerking. Ook staat
voor ons als een paal boven water dat alles dan
weer veel duurder zal zijn.
W'e eindigen deze toelichting met hetzelfde als
in ons vorig artikel, n.l. een pluspunt is dat het
voorbereidend werk der commissie van zes alsnog
een goede grondslag is om verder op te bouwen.
We lazen juist, ctat er ook in Noord-Holland
weer een grote fusie op komst is van zeven vei
lingen met een omzet van 40 miljoen, dus iets
groter omzet dan onze oorspronkelijk voorgestelde
fusie. Kennelijk dringt het overal
DURE SLA
Zachtjesaan begint er wat tekening te komen
in de voor j aars teelten. Na het koude gure weer
zitten we nu weer in een regendepressie. Toch
hebben diverse telers hun eerste vroege aardap
pelen gepoot. Ook is er al wat sla uitgepoot. 't Is
alles nog maar een begin, maar toch weer een
aanloop naar het doel, n.l. de grond vol met de
veelheid der diverse gewassen. Ook onze collega's
teelten ook weer maar later, zodat de oogst yam
vroege aardappelen ook wel eens een halve maand
later kan vallen dan voorgaande jaren. Er kan
alleen dit voordeel maar inzitten dat de oude
oogst van aardappelen dusdanig versleten is, dat
ieder graag aan de nieuwe wil beginnen. Het is
niet te hopen, dat de voorzitter van het Centraal
Bureau van de Veilingen gelijk zal hebben, daf
het in de tuinbouwwereld zo is, dat men maai:
eens in de vijf jaar een best lonend jaar heeft eB
om de drie jaar een slecht jaar. Afwisseling heelt
er in ons vak altijd bestaan en dit zal ook wel
zo blijven, maar moreel zal '4k tuinder dit toch
altijd hebben te incasseren.
Ook in een goed lonend jaar zal hij de winst
niet op mogen maken aan privé-uitgaven, want
hij kan weten dat er niet één jaar gelijk is. Zijn
beste geldbelegging is nog altijd zo vlug moge
lijk aflossen op zijn geleende kapitaal, want de
rentestandaard wil ook ieder jaar nog meer naar
boven. Iets anders ligt het altijd wanneer hij, om
tot een meer rendabele bedrijfsvoering te komen,
zijn bedrijfswinst of meerdere investeringen in
zijn bedrijf moet steken.
Ook in onze bedrijfsvoering (om tot een ge
zonde produktie te geraken) moeten wij helaas
nog schrijven, dat het nog steeds te koud is om
tot een gelijkwaardige welstand te komen, in ver
gelijking met de rest van onze landgenoten.
boeren zijn met „groot tuig" er op uitgetrokken!
En mocht de regendepressie van korte duur zijn,
dan kan in deze week vóór Pasen nog heel wat
geplant en gezaaid zijn. Vandaag weten we het!
Een opmerkelijk feit vonden we, dat ondanks
de koude de slaprijs zo sterk aantrok. Zo noteer
den we praktisch in 't veilingdagverschil n.l. van
woensdag 26 naar vrijdag 28 maart een prijsstij
ging van 10 tot 15 ct. per krop. Voor onze grotere
slatelers is dit al gauw een verschil van enkele
duizenden guldens per veiling. En evenals in een
gezinnetje, de laatste guldens laten je gemakke
lijker leven!
Toch ziet men uit dit onverwachte prijsverloop
weer eens hoe onberekenbaar een marktsituatie
kan zijn en een week verschil in aanvoer voor de
slatelers, en niet alleen geldt dit voor sla, een
verschil van 30 of meer procent op kan leveren.
Deze stijging was gelukkig landelijk en opent dus
goede afzetperspectieven.
We hopen dat onze lezers een goede Goede Vrij
dag mogen hebben, gevolgd door rijk gezegende
Paasdagen met onze gezinnen, familie en vrien
den en na deze bezinningsdagen weer opgewekt
aan 't werk mogen gaan.
OlUGEfl VAN PE WEEK
BESTEK OPMAKEN
W ORIGE week donderdag is in Scheveningen
v de jaarvergadering van het Centraal Bureau
van de Tuinbouwveilingen gehouden.
Bij die gelegenheid heeft de voorzitter van deze
overkoepelende veilingorganisatie een bijzonder
belangwekkende rede gehouden welke waard is
bestudeerd en overdacht te worden door ieder die
tuinder is en dat hoopt te blijven en ook door hen
die er het liefst maar zo gauw mogelijk mee zouden
stoppen.
Het thema van zijn rede was „Bestek opmaken"
en dat deed hij eerst voor de verschillende groepen
van produkten en vervolgens voor de tuinbouw in
het algemeen en de veilingen in het bijzonder.
Over het kleinfruit zei de heer Prins dat deze
sektor in ons land per saldo nauwelijks zal kunnen
groeien. Voor de verse markt zijn er ongetwijfeld
wel uitbreidingsmogelijkheden, ten dele onder glas.
De kasgroenten is geen kansloze sektor maar wel
een zeer moeilijke. De teler moet niet alleen vak
man zijn maar ook ondernemer!
De fundamentele positie van de groenteteelt on
der glas in ons land zal voorlopig sterk blijven. Een
uitbreiding van het areaal is voorlopig niet nodig
om de produktie gelijke tred te doen houden met de
verdere ontwikkeling aan de vraagzijde.
Het perspectief voor het hardfruit is niet opwek
kend. Nederland behoort niet tot de optimale groei-
zone van alle moderne rassen. Toch bleef de heer
Prins van mening dat er in Nederland plaats is voor
fruitteelt, zeker met een sortiment dat in onze groei-
omstandigheden past. Aanplanten blijft nodig in de
fruitteelt, al behoeft het zwaartepunt niet meer bij
Golden Delicious te liggen. Een ,,down"-periode
ontneemt velen de moed en de middelen om door
te zetten; toch kunnen alleen de doorzetters de vol
gend „up"-periode bereiken.
Voor de industriegroenten verwachtte de heer
Prins in de toekomst een verdere verschuiving naar
de akkerbouw, waaruit ook weer blijkt dat het plat
teland volop in beweging is. De positie van de win
tergroenten is zwak. Er is een krimpende vraaa
naar bewaarprodukten en een groeiende vraag naar
verse wintergroenten zoals spruiten, waspeen en
witlof. De teelt van wintergroenten biedt geen be
staan dat in onze welvaartseconomie is vol te hou
den. Afvloeiing van telers zal noodzakelijk zijn om
de produktiecapaciteit te doen afnemen. Dat is ech
ter een pijnlijk proces.
Champignons zijn een gevraagd produkt in een
koopkrachtige markt. Vraag en aanbod nemen bei
de snel toe.
Samenvattend zei de heer Prins over dit onder
werp dat er voor alle tuinders van heden, in de toe
komst geen plaats is. De produktie per bedrijf moet
veel hoger liggen dan vroeger om een bestaan op
te leveren. Als iedereen dit zou bereiken, zou de
markt onvoorstelbaar worden overvoerd. Reeds
heel wat mensen zijn uit de tuinbouwsektor ver
dwenen, hopelijk met een beter bestaan dan de
tuinbouw hen bood. Anderen slepen zich voort zon
der enig zakelijk perspectief. Dat is een uiterst som
bere zaak en een dagelijkse zorg. Hier staat het
verheugende feit tegenover dat velen wel de goede
koers in het juiste tempo kunnen volgen. Zij vor
men de harde kern van onze tuinbouw. Hiertoe
rekende de heer Prins ook nog het éénmansbedrijf,
mits goed toegerust en voldoende omvang, al vond
hij dit wel een erg kwetsbaar bedrijfstype.
W OOR de harde kern van de tuinbouw zal het
v veilingwezen zijn funktie in de afzet hebben
waar te maken, telkens opnieuw. Anders is de vei
ling een instrument dat met het oude patroon van
het platteland zal verdwijnen.
De heer Prins noemde de veilingleden zelfbe
wuste ondernemers die prijzen vergelijken, kosten
analyseren en hun zakelijke wensen hebben. Het
zijn echter altijd nog relatief kleine ondernemers,
die er een groot zakelijk belang bij hebben in een
dracht sterk te zijn. Het veilingwezen, zo meende
de heer Prins, heeft op het ogenblik niet alleen te
maken met deze ondernemers, maar ook met profi
teurs die sterk genoeg menen te zijn om geheel of
ten dele hun eigen weg te gaan. Ze laten een aantal
onvermijdelijk aan het veilingsysteem verbonden
lasten graag aan hun collega's over, maar profi
teren onbeperkt van de zeer positieve invloed op
de prijsvorming die het veilingwezen in al zijn ge
ledingen heeft.
Wat de veilingen en hun funktie betreft, merkte
de heer Prins op dat een deel van de aanvoer, voor
lopig zelfs het grootste deel, via de veilmethode
verkocht zal blijven worden. Er zijn nog teveel vei
lingen waar het aanbod te klein en te eenzijdig is
om een flinke koperskring in stand te houden. Deze
veilingen leveren zich en dus hun telers ge
leidelijk uit aan de willekeur van de resterende te
kleine kring handelaren. De concentratie van vei
lingen noemde de heer Prins een moeilijke zaak en
hij voegde eraan toe: „Maar als u niet opschiet
hoeft het in gehele streken niet meer; zakelijk in
gestelde telers zullen dan op andere veilingen of op
andere wijze afzet vinden en de veilingfunktie ter
plaatse is verloren".
De technische funktie van de veiling ontkomt niet
aan de algemene economische krachten die ieder
bedrijf raken. Zelfs het ten plattelande nog niet ge
heel uitgestorven dorpschauvinisme, dat thans
doorgaans meer op gezelligheid is afgestemd dan
op wenselijke ontwikkelingen, kan dit niet verhin
deren. De veiling is tamelijk arbeidsintensief. De
menselijke arbeid wordt snel duurder en zal nog
steeds duurder worden. Er zijn heel wat middelen
om menselijke arbeid te vervangen door mechani
sche. Dat loont eerst boven een bepaalde omvang.
Met andere woorden: te kleine veilingen zijn te duur.
Dat wil niet zeggen dat grote veilingen automatisch
beter funktioneren. Veel hangt daar af van de ge
hele opzet van het veilingcomplex en van de mate
waarin de leiding voor zijn taak is berekend. De eco
nomische basis biedt er echter perspectief. Wan
neer de groei van een veiling te gering is om boven
de kritieke streep uit te komen of te blijven, is con
centratie door fusie de enige uitweg. En laat nie
mand daarbij vergeten dat na iedere loonronde die
streep weer iets hoger getrokken moet worden!
Tenslotte pleitte de heer Prins voor stemrecht
naar omzet voor de leden der plaatselijke veiling
verenigingen. Dat gevoelige punt moet aangepakt
worden, vond hij als men het veilingwezen het af-
zetapparaat wil doen blijven van die harde kern
van de tuinbouw. De veilingverenigingen hebben
binnen het Centraal Bureau wel al stemrecht naar
omzet.