Lucerne
als hoofdgewas
18
R.L.V.D. Goes
M. MURRE
Do stand en de eerste ontwikkeling van de in 1968
onder dekvrucht ingezaaide percelen luzerne is in
een aantal gevallen matig tot slecht. Dit betreft
hoofdzakelijk de percelen ingezaaid onder dekvrucht
graan. De tweede jaars percelen vertonen eveneens
een matige stand, verdronken plekken, etc. Een aan
tal van deze percelen zullen straks uitgereden en/of
bijgezaaid moeten worden. Een en ander betekent
o.m. dat a.s. voorjaar luzerne als hoofdgewas inge
zaaid moet worden om aan de kontraktuele verplich
ting van de groenvoederdrogerij te kunnen voldoen.
In dit verband lijkt het gewenst de verschillende
teeltmogelijkheden nader te bezien. Naast voorjaars-
inzaai als hoofdgewas, zal aan het inzaaien onder
dekvrucht graan nogmaals enige regels worden ge
wijd. Voor meer informatie dienaangaande wordt
naar „Landbouwaktualiteiten 1967" verwezen.
VOORJAARSINZAAI ZONDER DEKVRUCHT
Deze wijze van inzaai komt tot op heden vrijwel
uitsluitend voor wanneer door een of andere oorzaak
niet aan de kontraktuele verplichting van de groen
voederdrogerij kan worden voldaan.
Gezien de proefveldresultaten in 1967/1968 ver
dient deze teeltwijze echter de volle aandacht van
de luzerneteler.
Bij deze teeltwijze kan zowel gemengd met b.v.
alexandrijnse klaver als alleen luzernezaad mono
kuituur ingezaaid worden. Zowel in 1967 als in
1968 zijn de verschillende mogelijkheden in het land-
bouwkonsulentschap voor de Zeeuwse Eilanden op
bescheiden schaal beproefd. Het zou te ver voeren
alle objekten (8) in dit artikel te behandelen. Alleen
de objekten die, na overleg met de groenvoederdro
gerij, van belang geacht kunnen worden, zullen in
het kort genoemd worden.
Het a~s. voorjaar zullen er gr oenvoedergewassen als hoofdgewas gezaaid
moeten worden om aan de kontraktuele verplichtingen van de
groenvoederdrogerijen te kunnen voldoen.
onder ongunstige weersomstandigheden (nat)
heeft het luzerneplantje, bij het oogsten van
de le snede, veel te lijden.
De opbrengst valt, in vergelijking met de onder a
en b genoemde mogelijkheden, ook iets tegen. Dit
zowel wat betreft de droge stof als het ruw eiwit
rode klaver (tetra-ploïde) Italiaans raaigras
(tetra-ploïde), benodigde zaaizaadhoeveelheid per
ha circa 15 kg rode klaver en 15 kg Italiaans raai
gras. Zowel in 1967 als in 1968 gaf dit mengsel de
hoogste opbrengst aan droge stof en ruw eiwit.
Totale opbrengst twee oogstjaren 5 sneden
27.990 kg droge stof met 5,11 kg ruw eiwit per ha;
wat globaal overeenkomt met 31 ton droog pro-
dukt.
Voorkom vooral als er een gr oen voeder ge was is te zware dek vruchten.
Zaaitijd: zo vroeg mogelijk, d.w.z. zodra de grond
geschikt is, inzaaien.
a. monokuituur: het luzernezaad wordt zonder bij
mengsel ingezaaid. Benodigd zaaizaad circa 30
kg/ha. De opbrengst valt veelal het eerste jaar te
gen (zie tabel). De onkruidbestrijding vraagt ex
tra aandacht zie or.der onkruidbestrijding.
Op eerder genoemde proefvelden was de totale
opbrengst per ha over twee oogstjaren 5 sne
den 22.360 kg droge stof, dit komt overeen met
circa 24,5 ton droog produkt en 4.350 kg ruw eiwit.
b. luzerne alexandrijnse klaver (éénsnedige), het
zaad wordt gemengd uitgezaaid in de verhouding
5 3 of b.v. 25 kg luzerne en 15 kg alexandrijnse
klaver per ha. Het voordeel van deze teeltwijze
is o.m. een grotere opbrengst le snede en minder
kans dat het onkruid sterk op de voorgrond komt.
De totale opbrengst is zowel wat betreft droog
produkt als ruw eiwit vrijwel gelijk te stellen met
de „monokuituur" luzerne.
C. luzerne wikken (inlandse), in het verleden en
ook nu nog wel een veel ingezaaid mengsel. Wik-
kenzaad wordt toegevoegd om de ontwikkeling van
het zaadonkruid in de le snede beter te kunnen
onderdrukken. Wordt ingezaaid in een verhouding
5 6 of b.v. 25 kg luzerne en 30 kg wikken per ha.
Als bezwaar van deze teeltwijze kan o.a. genoemd
worden:
Als mogelijk nadeel kan genoemd worden:
minder droge stof, dus meer water te ver
dampen, hogere droog- en transportkosten;
donkerder kleur van het gedroogde produkt.
Als voordeel kan genoemd worden:
drogere stoppel, onder ongunstige omstandig
heden beter te berijden;
schoner land. zowel het zaad- als het wortel
onkruid krijgt minder kans zich te ontwikke
len.
Opbrengst in kg per ha van enkele groenvoeders")
De cijfers spreken voor zichzelf en behoeven geer
nadere toelichting. Om de opbrengst aan droog
produkt te berekenen, telt men plm. 10 pet bij de
droge stof op. De opbrengst aan droge stof is ech
ter niet zo belangrijk daar de uitbetaling meestal
plaats vindt op de geleverde hoeveelheid ruw
eiwit
BEMESTING
Naast de andere kultuurmaatregelen vraagt de
bemesting met fosfaat en kali de aandacht. Luzerne
kan als vlinderbloemige, wat de stikstofvoorziening
betreft, wel zonder kunstmeststof. Maar fosfaat er
kali moeten beslist wel gegeven worden. Per jaar te-
bij een goede fosfaat- en kalitoestand van de grond
ongeveer 400 kg superfosfaat en 200 kg kali 60 pet
nodig. Bij het gebruik van een mengmest zonder stik
stof kan plm. 450 kg van de samenstelling 0 15
30 worden gegeven.
Deze bemesting kan ook worden aangehouden
voor de gemengde uitzaai van luzerne met Alexan
drijnse klaver of met wikken. Als het mengsel van
rode klaver met Italiaans raaigras wordt gebruikt
dan moet ook stikstof worden gegeven. Bij de inzaai
en voorts na iedere keer maaien een soortgelijke hoe-
reeds een gift van plm. 60 kg zuivere stikstof per he
veelheid voor de volgende snede. Fosfaat en kali
gelijk aan de voor luzerne genoemde hoeveelheden,
CHEMISCHE ONKRUIDBESTRIJDING
Vooral muur kan in luzerne, gezaaid zonder dek
vrucht, een zware konkurrent betekenen van het jon
ge, vaak ijle gewas. Eén van de redenen van mengen
met b.v. klaver is dan ook om te komen tot een snelle
grondbedekking. Vaak is bij een goede opkomst en
eerste ontwikkeling van de luzerne, met het (tijdig
uitgevoerde) eerste keer maaien het onkruidprobleem
grotendeels opgelost. Eventueel kan in jonge luzerne
als het gewas minstens 6 blaadjes heeft ontwikkeld,
gespoten worden met plm. 6 liter dinoseb (DNBP) per
ha. Spuiten bij rustig donker weer met minstens 600
liter en een grove druppel is aan te bevelen.
Is er voor opkomst al flink wat gras aanwezig, dan
kan Gramaxone worden gebruikt. Tegen alleen breed-
bladige onkruiden is Reglone op zijn plaats. Momenteel
worden er ook bodemherbiciden beproefd. Deze kunnen
echter nog niet worden geadviseerd.
Tenslotte nog enkele regels over de inzaai van luzerne
onder dekvrucht graan.
WELK GRAANGEWAS EN ZAAITIJD
.Zowel in Zeeland als in Groningen wordt ingezaaid
onder wintertarwe en zomergerst. In Groningen komt
daar nog bij haver, wintergerst en zomertarwe. Van alk
granen staat haver als no. 1 genoteerd. Zomertarwe ach
ten we als dekvrucht minder geschikt. Dit gewas ruimt te
laat het veld.
(Zie verder pag 20.)
Objekten
le 2e snede 1967
le -f 2e 3e snede
1968
Totaal 1967 1968
droge
stof
ruw
eiwit
droge
stof
ruw
eiwit
droge
stof
ruw
eiwit
Gem.
ruw eiwit
a. Luzerne
9100
1740
13200
2610
22400
4350
19,4
b. Luzerne Alex, klaver
10700
1740
13000
2600
23800
4340
18,3
c. Luzerne wikken
8900
1610
12500
2430
21400
4040
18,9
d. Rode klaver -f It. raaigras
10200
1810
17700
3300
28000
5110
18,3
Cijfers zijn afgerond