MF 20 Wel of niet voorkiemen? Mestveehouderij op een groot akkerbouwbednjf Uien zaaien met een precisiezaaimachine een balenpers van topklasse met brede plck-up voor maximum capaciteit in alle soorten gewas. 15 (Slot.) Ir. J. A. HOENDERKEN R.L.V.D. WAT TE DOEN MET IN ZAKKEN AFGELEVERD POOTGOED TIE meeste poters worden in Zeeland in het voorjaar in zakken afgeleverd. Wat kan er dan worden gedaan en wat dient men beslist te doen? Uiteraard kan men besluiten helemaal niets te doen. Dit is echter minder juist. Daarover later echter meer. Men kan ook nog trachten goed voor- gekiemd pootgoed te verkrijgen. De beste methode daarvoor is de aardappelen bij de ontvangst direkt overstorten in bakjes en deze dan dezelfde fasen laten doorlopen als bij de aardappelen die permanent in bakjes zijn be waard. Een tweede methode is de zakken in een afge sloten ruimte op te warmen („warmtestoot"), ten einde de ogen te aktiveren. Op zichzelf geen on juiste methode maar. wanneer het poten on verhoopt enkele weken later geschiedt, kan dit betekenen dat de kiemen al te lang zijn geworden. Bij deze methode is kontrole beslist nodig en moet de mogelijkheid van terugbrengen van de tempe ratuur aanwezig zijn. Het blijkt daarom een wat gevaarlijke methode. De derde methode is de eenvoudigste. Men zet de zakken na de ontvangst in rijen op de vloer van de schuur en maakt deze open. Men zorgt daarbij dat de deuren van de schuur bij dooi altijd geopend zijn, zodat de lucht ruim kan toetreden De temperatuur van de aardappelen kan dan lang zaam stijgen, waardoor de ogen zullen worden geaktiveerd. Doet men dit niet dan zullen de aardappelen te lang nog de temperatuur van de koelcel van de aardappelhandelaar behouden, het geen de ontwikkeling niet ten goede komt. Wat is nu het verschil tussen alle genoemde bruikbare methoden Voor wat betreft de pri meur- en poterteelt is al het een en ander opge merkt. Voor de konsumptieteelt kunnen de vol gende faktoren van invloed zijn: 1. de totale opbrengst behoeft niet te verschillen. 2. goed voorgekiemd pootgoed zal in het alge meen iets vroeger rijpen dan niet voorgekiemd pootgoed. 3. pootgoed, behandeld met een warmtestoot, zal in het algemeen een groter aantal ogen doen uitlopen, dan dat pootgoed, dat geleidelijk is opgewarmd. Hierop dient vooral te worden ge let wanneer men aan de sortering een hoge prioriteit toekent. Meer geaktiveerde ogen be tekent meer stengels/plant. Samenvattend kan het volgende worden ver meld: goed voorkiemen heeft bepaalde aantrekkelijk heden goed voorgekiemd pootgoed moet ook bij het poten goed behandeld worden goed voorgekiemd pootgoed heeft korte, ste vige kiemen pas op met het uitvoeren van bepaalde hande lingen. Verkeerd voorkiemen betekent in. vele gevallen achteraan komen. De slotkonklusie is derhalve: Voorkiemen: akkoord, maar. doe het goed. Doe het anders helemaal niet en zet de zakken open in de schuur. (Vervolg van pag. 13) Vooral wat het wegen van vee betreft heeft de heer Brooymans een ruime ervaring. Hij doet n.l. al een aantal jaren mee aan een rentabiliteitsonderzoek voor de rundveemesterij van het P. A. W. Hierbij worden alle dieren aan het begin en aan het einde van de stalperiode gewogen, zodat men de gewichts toename per dag en per dier gedurende de stal- en weideperiode kan berekenen. Op deze manier kan hij nagaan welk veeslag het aantrekkelijkst is, zwart- of roodbont, of een royale of een schrale opfok 'd? voorkeur geniet, enz. Kortom hieruit valt veel te leren, zegt de heer Brooymans en hij zou het dan ook jammer vinden wanneer men met het onderzoek, dus ook het wegen, zou ophouden. Bij ons bezoek werden de resultaten van de laatste weging dan ook uitvoerig besproken. HUISVESTING EN ARBEIDSBEHOEFTE De stallen voor het rundvee zijn over de gehele schuur verspreid. Voor de voeding en verzorging vraagt dit bijzonder veel uren, wat speciaal in het najaar de arbeidsorganisatie er niet gemakkelijker op maakt. Wanneer bovendien nog vroeg opgestald moest worden tengevolge van de lage weiden, werd de arbeidspiek in het najaar nóg hoger opgedreven. Ook tijdens de zaaiperiode in het voorjaar veroor zaakt de verzorging van het ouder vee en de kalve ren nog wel enig werk; maar gezien de kapaciteit- waarmee gezaaid kan worden, vormt dit geen pro bleem. De heer Brooymans is er dan ook wel van overtuigd dat er t.a.v. de stalling verandering moet komen. Hij overweegt thans om een loopstal in zijn bestaande schuur te maken voor 20 a 25 stuks jaar lingen. WEIDE-EXPLOITATIE Het weilancf is door haar ligging niet erg vroeg en bovendien moet er dikwijls ook vroeg opgestald wor den. Dit komt de graslandproduktie dus niet ten goede. Om het grasland zo goed als mogelijk is te benutten, wordt er een ruime hoeveelheid stikstof gegeven, n.l. 1400 kg kas per ha. Er wordt, gezien de zware veebezetting, slechts wat hooi voor de kalvers gewonnen. Bovendien past het hooien minder goed bij het hoge percentage hakvruchten. Wat de opper vlakte grasland betreft, heeft de heer Brooymans plannen om een beperkte oppervlakte grasland in de vorm van een één- of tweejarige kunstweide in te zaaien. Dit heeft een tweeledig doel, n.l.: 1. het beschikbaar hebben van een „gezonde" wei voor de kalveren, n.l. vrij van leverbot. longworm, enz. Bovendien met een hoge opbrengst. 2. verbetering van de grond voor de akkerbouw. INVLOED RUNDVEEMESTERIJ OP DE AKKERBOUW EN DE RENTABILITEIT Vooral op de zeer matige grond oefent vooral de stalmest een gunstige invloed uit op de produktiviteit' van de akkerbouwgewassen. De heer Brooymans brengt zijn stalmest dan ook doelbewust op die per celen welke het volgend jaar bestemd zijn voor aard appelen. En dat het resultaat niet uitblijft, bewijzen de hoge opbrengsten van aardappelen over de laatste jaren. Met suikerbieten te zaaien na een stalmest-* gift, heeft de heer Brooymans minder goede ervarin gen. De loonwerker die de stalmest moest uitrijden* keek wel even op van de grote mestvaalt. Er kon n.l. 7 ha van stalmest voorzien worden, tegen een hoeveelheid van 40 a 45 ton per ha. Het onderling vergelijken van bouwland en gras* land vindt de heer Brooymans een moeilijke zaak. Slecht grasland moet dan eerst herleid worden tof normaal grasland om een vergelijking mogelijk te maken. Bovendien is de positieve invloed van het vee op de bouwlandopbrengsten, zoals reeds eerder gesteld, moeilijk in geld uit te drukken. Dit zal, aldus de heer Brooymans, van bedrijf tot bedrijf variëren, afhan kelijk van de grondkwaliteit. „Indien je echter kon berekenen wat je per uur verdient aan het rundvee mesten dan zou dit een laag uurtarief betekenen'*. Men dient het volgens onze gastheer dan ook 5n het gehele bedrijfsverband te zien en dan vindt de heer Broovmans het voor ziin bedrijf wel aantrekkelijk. Dat hier echter meer achter schuilt, blijkt uit de op merking: „Als ik geen liefhebber was dan had ik thans nog slechts de helft van het aantal stuks mest- vee als van vóór de verkaveling". Dit verklaart ook dat hij de gebondenheid die vee meebrengt, persoon lijk niet als een groot bezwaar ondervindt (Vervolg van pagina 7) Ook is het heel goed mogelijk om zelf voor het zaaien het grove en fijne zaad uit te zeven. Hier voor zijn zeven met een maaswijdte van 2.00 mm en 2.75 mm nodig. Bij het uitzeven zal er dan on geveer 10 a 15 aan niet voor dit doel bruikbaar zaad verwijderd worden. Met een precisiezaaima chine wordt 15 minder zaad verzaaid. Bij zelf uitzeven vraagt precisiezaai dus ongeveer even veel zaad als bij gebruik van een nokkenradma- chine. AFSTAND EN REGELMAAT IN DE RIJ BIJ het onderzoek is zoveel mogelijk gestreefd naar alleenstaande planten afstand van el kaar. De toegepaste afstanden in de rij varieerden van 1.632.50 cm. Uit de verkregen resultaten is gebleken, dat een zaaiafstand van 2.50 cm te ruim is. Bij deze afstand bleven er te weinig planten per ha over om een goede opbrengst te garande ren. Voor een aanvaardbaar aantal planten mag de zaaiafstand in de rij niet meer dan 2 cm bedra gen. Behalve de afstand is ook de regelmaat in de rij van groot belang. Deze is alleen voldoende te realiseren als de cellen in de zaaischiiven of de gaatjes in de zaaibandjes geheel zijn aangepast aan de afmeting van het zaad. DE MACHINE BIJ het onderzoek naar de mogelijkheid van precisiezaai van uien werd gewerkt met de Stanhay-machine en een speciaal voor bet zaaien van uien uitgeruste Vicon-Monodrill met norton- kast. Laatstgenoemde machine had wat betreft zaaitechniek een belangrijk voordeel boven de Stanhay. Met deze proefmachine kon n.l. met de zelfde zaaischijf op verschillende afstanden in de rij worden gezaaid. Het grote voordeel hiervan was dat de zaaizaadhoeveelheid ter plaatse geregeld kon worden naar de kwaliteit van het zaad. Tot nog toe is voor praktijkgebruik echter alleen de Stanhay-machine beschikbaar. Om met deze machine een juiste verdeling van het zaad te ver krijgen zijn in de bandjes 96 gaatjes geponst met een doorsnede van 3,3 mm. Als men normaal zaad, dus niet uitgezeefd zaad, met de Stanhay wil verzaaien, dan moeten de pons gaatjes een doorsnede van 3.5 mm hebben. De re gelmaat van de olanf.eii in de rij zal hierdoor als gevolg van dubbelvullingen en missers minder goed zijn. Een bezwaar van de Stanhay is de geringe va riatie in zaaiafstand. De kleinst mogelijke zaaiaf stand in de rij bedraagt 1.9 cm. Dit houdt in dat per strekkende meter ruim 50 zaadjes vallen. Om met dit aantal voldoende planten over te houden is goed kiemkrachtig zaad van het grootste belang. De machine moet behalve van geschikte zaai bandjes ook voorzien zijn van elementen met een glad bodemplaatje en een aparte uienchoke. De rijsnelheid tijdens het zaaien mag niet meer dan 3.2 km per uur bedragen. Een geringere snelheid bevordert vaak nog de regelmaat van zaaien. Voor het gebruik van granulaten ter bestrijding van de made van de uievlieg kan met enige hulpmidde len op de Stanhay-machine vrij gemakkelijk een granulaatstrooier worden gemonteerd. BALENPERS Snel reagerende pick-up, tctale opraapbreedte 1.6 m. Soepele afvoer naar perskanaal - grote toevoeropening. Zorgvuldig geknoopte balen - stevig en gelijk van vorm. Betrouwbaar - robuuste bouw - vele beveiligingen. Vraag ons inlichtingen Officiële MF Key-Dealer A. Tramper te 's-Gravenpolder, tel. 61103-451 M. J. Verlinde te Zaamslag, tel. 01153-227. P. C. Dhont te Nieuwvliet, tel. 01171-2941

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 15