Golden op type IX A gekeurd met garantie prijs f 1.25
Nederlandse fruitteelt
vecht om behoud
De appel- en
pereoogstraming
PINGEN VAN DE WEEK
Aangeboden:
Tel.01158-1492
8
CONCURRENTIEVERVALSING
IN DE E.E.G. FUNEST
De vergadering van de commissie Fruitteelt ,ran
het Koninklijk Nederlands Landbouw-Comité d.d.
13 november jl. stond in het teken van de slechte
bedrijfsuitkomsten die velen doen twijfelen aan de
mogelijkheden van een rendabele teelt voor de toe
komst.
De op initiatief van het K.N.L.C. ingestelde Werk
groep Toekomstperspektief Nederlandse Fruitteelt-
bedrijf, samengesteld uit vertegenwoordigers van
de verschillende betrokken organisaties, verdiept
zich intensief in deze problematiek.
De commissie verzet zich krachtig tegen de te
neur van overheidswege, welke erop is gebaseerd
dat men weinig toekomst ziet in de Nederlandse
fruitteelt. Een dergelijke tendens houdt tevens een
gevaar in voor de bepaling van onteigeningsnormen
en betekent dus een nadeel voor de telers die hier
mede te maken krijgen.
GELIJKE CONCURRENTIE
VOORWAARDEN DRINGENDE EIS
Het EEG-Verdrag biedt in het algemeen gunstige
voorwaarden voor de economie van ons land. De
aanwezigheid van ongelijke concurrentievoorwaar
den op het gebied van de fruitteelt betekent echter
voor de Nederlandse teler een bittere pil.
De commissie blijft bij zijn reeds herhaalde ma
len gedane uitspraak dat afschaffing van de concur
rentievervalsende maatregelen in de EEG gewenst
is. De vervulling van deze wens laat nog steeds op
zich wachten en men is wel zo realistisch dat men
op dit gebied voorlopig weinig soulaas mag ver
wachten. Inmiddels blijven vele collega's over de
grens bevoordeeld door tegemoetkoming bij hun
investeringen, hetgeen hun een kostenvoordeel op
levert met een jarenlange nawerking.
Het prijspeil, dat in ons land dikwijls hoger ligt
dan in de andere EEG-landen kan dit kostenvoor
deel onvoldoende opheffen.
Men verwacht thans ook een realistisch beleid
van de Nederlandse overheid, een beleid dat is ge
baseerd op een zo spoedig mogelijke gelijktrekking
van de concurrentievoorwaarden. Men vraagt dit
uit rechtvaardigheidsoverwegingen. Men vraagt
geen aalmoes. Onder gelijke concurrentievoorwaar
den durft men de strijd met de buitenlandse teelt-
gebieden wel aan.
LIQUIDITEITSMOEILIJKHEDEN ZIJN GROOT
Als men zich de nadelen voor de tuinbouw voor
ogen stelt die door het Nederlandse overheidsbeleid
worden bewerkstelligd d.m.v. de subsidiëring van
de bouw van kassen in de Oost.blokstaten, kan men
dit alles des te moeilijker verwerken. De liquidi
teitsmoeilijkheden blijken in de praktijk steeds gro
ter te worden. Men kan nog wel moed voor de toe
komst opbrengen, maar snelle, daadwerkelijke hulp
van de overheid is geboden.
De commissie constateerde dat de interventie
regeling het effekt van de verlening van rooipre-
mies voor verouderde boomgaarden voor een deel
teniet doet. Minderwaardige rassen en slechte kwa
liteiten worden thans bevoordeeld bij interventie.
Verandering van het interventiesysteem is daarom
gewenst, terwijl uitbreiding van de verlening van
rooipremies over het hele EEG-gebied noodzakelijk
is voor een succesvolle sanering.
C. G. T.
Het C.B.S. heeft de uitkomsten bekend gemaakt
van de derde oogstraming van appelen en peren.
Deze raming werd opgesteld in samenwerking met
de voorlichtingsdienst van het ministerie van land
bouw en visserij. De periode waarin de raming werd
gehouden lag begin november.
Appelen. De totale bruto-produktie van appelen
voor het seizoen 1968/'69 wordt geraamd op 395 min
kg 26% t.o.v. 1967/'68). De handelsproduktie wordt
geraamd op 360 min kg. Voor een aantal rassen Is
de raming van de handelsproduktie als volgt:
1967/1968
appelen (totaal) 488
Yellow Transparant 11
James Grieve 37
Cox's Orange Pippin 61
Jonathan 46
Schone van Boskoop 90
Golden Delicious 113
x 1 min kg
1968/196»
360
10
29
45
34
36
100
Peren. De bruto-produktie van peren wordt voor
het seizoen 1968/'69 geraamd op 175 min kg. De
handelsproduktie wordt geraamd op 160 min kg,
tegen 72 min kg in 1967/'68 (+122%). Voor een aan
tal afzonderlijke rassen ziet de te verwachten han
delsproduktie er als volgt uit:
x 1 min kg
1967/1968
1968/196»
peren (totaal) 72
160
Clapp's Favourite 6.5
14
Bonne Louise d'Avranches 6.5
12
Légipont (Charneux) 7.0
20
Conference 18,5
29
Doyenné du Cornice 3,0
7
f)EZE week was het heerlijk avondje gekomen.
In de meeste gezinnen zal Sint Nicolaas, al
dan niet in eigen persoon, een bezoek hebben ge
bracht. Enorm veel geschenken zijn er deze week
gegeven. Duidelijk was dat Nederland Sint Nicolaas
vierde onder zeer gunstige economische omstan
digheden. In een groot warenhuis was een afdeling
ingericht „voor mannen die alles al hebben". Het
liep er storm, dikwijls was er geen bijkomen aanl
Juist voor Nederland het Sinterklaasfeest ging
vieren, kwam het S.E.R.-rapport waarin nog eens
werd verteld hoe goed het wel gaat in ons land.
Over de economische situatie in ons land werd ver
teld dat deze gunstig is en het herstel van de kon-
junktuur na de inzinking van het vorig jaar is aan
zienlijk sneller verlopen dan men voor mogelijk had
gehouden.
Op grond hiervan sprak de meerderheid van de
S.E.R. als haar mening uit dat voor 1969 een grotere
loonstijging dan 4 wel verantwoord is. Tot nu toe
werd steeds uitgegaan van een maximum stijging
van de lonen met 4 Door verhoging van de so
ciale lasten en nog enkele bijkomende kosten zou
dat in 1969 een loonkostenstijging hebben betekend
van 6,5 Dit werd het maximum toelaatbare ge
acht.
Nu wordt daar door velen kennelijk anders over
gedacht. Een minderheid van de S.E.R. zou het wel
bij deze 6,5 willen houden omdat voor een krach
tige groei van de Nederlandse economie in de toe
komst een beheersing van het loonpeil belangrijk is.
Deze groep vindt echter weinig gehoor.
WOOR wat onze bedrijfstak betreft hebben we
al kunnen horen dat van vakbondszijde een
loonsverhoging van 7 wordt gevraagd met daar
naast nog werktijdverkorting. Dat zou betekenen
dat we in 1969 te maken krijgen met een loonkos
tenstijging van meer dan 10%. Het is duidelijk dat
dergelijke berichten in een tijd waarin zelfs de goe
de bedrijven verliezen lijden, althans voor wat de
fruitteelt betreft, de ondernemers extra zorgen
geeft. Ook de Zeeuwse tuinders zijn nuchter ge
noeg om te beseffen dat ze wat het loonpeil betreft
niet achter kunnen blijven bij de algemene ontwik
keling in ons land, maar het zou mogelijk moeten
zijn dit ook te kunnen betalen uit hetgeen bedrijven
opbrengen en dat kan de laatste jaren helaas niet.
Het pessimisme in de fruitteelt neemt hand over
hand toe. Het is wel te hopen dat er op korte ter
mijn wat zal gaan gebeuren in de vorm van steun
van overheidszijde want het ziet er anders maar
somber uit.
\A/E zijn er nog steeds van overtuigd dat er toe
komstmogelijkheden zijn voor het goed ge
leide Nederlandse fruitbedrijf, maar we zitten op
het ogenblik in een overgangsperiode. In deze over
gangsfase zal er een grondige sanering van de
fruitteelt plaats moeten vinden, waarbij alles wat
oud en verouderd is, gaat verdwijnen. Door econo
mische noodzaken zal dat vanzelf gaan gebeuren,
maar dan duurt het lang. De rooipremie die thans
wordt gegeven is een eerste aanzet, maar er rs
meer nodig. Het is te hopen dat er op korte termijn
wat dat betreft voor de serieuze fruittelers met een
goed bedrijf, betere perspektieven zullen komen.
We vernamen deze week ook dat de E.E.G.-
mïnisterraad heeft besloten het gehele tulnbouw-
beleid van de E.E.G. aan een kritische beschouwing
te onderwerpen. Vooral het Tnterventiebefeïd en het
vernietigen van onverkoopbare hoeveelheden
groente en fruit op kosten van de regeringen en het
E.E.G.-landbouwfonds Is op bezwaren gestuit. Vóór
1 maart heeft dr. Mansholt een uitvoerig rapport
toegezegd over de ervaringen binnen de E.E.G.-
groente- en fruitsektor. Dit zal moeten dienen als
basis voor een diepgaande discussie.
INISTER Lardlnois heeft in Brussel reeds
verklaard dat men zal moeten proberen een
systeem te vinden dat beter voldoet en dat tot min
der overproduktie leidt. Nederland zal zich bij de
nieuwe discussie op het standpunt stellen, dat In
terventie en vernietiging van overschotten aan
groenten en fruit, primair een zaak is van de produ
centenorganisaties zelf en niet van de nationale of
Europese overheid. Met zeer grote belangstelling
zien we ook deze verdere ontwikkeling tegemoet
Een regeling zoals we nu hebben, met in zich het
gevaar dat onze gehele bedrijfstak wordt gesitueerd
beneden een redelijk bestaansminimum, biedt ook
geen perspektief. Wel zijn we er van overtuigd dat
van onze organisaties in de komende tijd veel ge
vergd zal worden. Het Centraal Bureau van de
Tuinbouwveilingen maakte bekend dat zij op 19
december een buitengewone algemene vergade
ring gaat houden om de goedkeuring van de veilin
gen te vragen over haar plannen om te komen tot
nieuwe strukturen bij de afzet van groenten en
fruit.
r^EZE zaak leeft sterk, vooral in Zeeland. Het is
te hopen dat de Nederlandse tuinbouw op
19 december in Den Haag voldoende eensgezind
heid zal opbrengen om dit alles voortgang te laten
vinden want ook op dit terrein dringt de tijd. We
zullen als telers niet alle hulp uitsluitend van de
overheid mogen verwachten! We zullen zelf ook
mee moeten in de nieuwe tijdsontwikkeling! Wat
we hebben kan ons lief én dierbaar zijn, maar kei
harde economische motieven dienen in deze tijd
ons bedrijfsbeleid te bepalen!
We kunnen ons niet meer laten leiden door sen
timenten. Dat geldt voor alle terreinen van onze
bedrijfstak. Het klinkt hard, maar het is de werke
lijkheid. We zullen ook in onze bedrijfstak groter
moeten gaan denken. Dat gebeurt immers ook op
alle terreinen binnen het economisch leven. Zater
dag brachten de kranten het bericht dat het Uni-
leverconcern een Engelse bierbrouwerij gaat over
nemen. Het betreft een zaak met ruim twee miljard
gulden jaaromzet, dat is tweemaal de omzet van de
gehele Nederlandse groente- en fruitteelt bij elkaar.
Het Unileverconcern zou volgens de berichten daar
een bedrag van drie miljard gulden voor op tafel
leggen. Wanneer we dan bovendien in de kranten
lezen dat de leiding van deze ondernemingen het
in een week eens zijn geworden over een fusie, dan
vraag je je als eenvoudige Zeeuwse tuinders wel
eens af: „In welk een tijd leven we toch eigenlijk?"
We weten het dan niet meer. Eén ding moeten we
echter wel beseffen: we zullen ons moeten aanpas
sen aan die tijd. Want ze is hard en meedogenloos
en niemand wordt er door ontzien!