Suiker in de E.E.G.
Paniekvoetbal
met
suiker
9
Op uitnodiging van de Suiker Unie heeft de
landbouw' 'pers de vorige week tijdens een
persconferentie kennis hunnen nemen van de
inzichten van de suikerindustrie over actuele
suikerzaken. Ir. M. A. Geuze, voorzitter van
de Suiker Unie belichtte ,jSuikerfeiten en
suikerperspectieven" terwijl ir. Geuze ook
de inleiding van de direkteur van de Sui
ker Unie ir. A. W. Luitjens over het onder
werp „E. E. G.-beleid op de hellingvoor
zijn rekening nam was in verband met het
juist op deze dag plaatshebbende gesprek van
vertegenwoordigers van de suikerbietentelers
en suikerindustrie met dr. Mansholt, verhin
derd op deze bijeenkomst aanwezig te zijn.
Ir. H. J. Louwesondervoorzitter van de
Suiker Unie, sprak over de „Suiker in de ont
wikkeling van de wereldeconomie" en behan
delde tevens de „Resultaten Suiker Confe
rentie te Genëve", een inleiding die uitge
sproken had moeten worden door mr. G. J.
de Gilde, voorzitter van de Ned. Ver. van
Suikerfabrikanten en Raffinadeurs. Ook de
heer De Gilde moest bij het gesprek bij dr.
Mansholt aanwezig zijn. Tevens werd 's mor
gens een bezoek aan de Suiker Unie-fabriek
Puttershoek" gebracht, waarook de lande
lijke pers zich persoonlijk kon overtuigen dat
onze suikerindustrie over de modernste pro-
duktiemiddelen beschikt, in hoge mate ge
automatiseerd is en industrieel op niveau
staat! De Suiker Unie gelooft in haar pro-
dukt, suiker als energiebron!
HOOGTE- EN LAAGTERECORDS
De te verwerken hoeveelheden suikerbieten zul
len dit jaar in ons land een hoogterecord bereiken,
voor het suikergehalte van de bieten daarentegen
wordt een laagterecord verwacht. De beteelde op
pervlakte was dit jaar voor het eerst meer dan
honderdduizend hectare, namelijk 103.550 hectare.
Volgens schatting zal deze oppervlakte een oogst
opleveren van 5.390.000 ton of 52 ton per hectare.
In de tienjarige periode 1959 tot en met 1969 heeft
alleen 1960 een hogere hectareopbrengst te zien
gegeven; 53,8 ton. De gemiddelde hectare-opbrengst
in die tien jaar was 44,8 ton.
Het suikergehalte zal dit jaar volgens de ver
wachtingen gemiddeld 14,8 procent zijn. Het vo
rige laagterecord in de afgelopen tien jaar 15,6
procent, is te vinden in het jaar met de hoogste
hectare-opbrengst: 1960. Het jaar 1967 deed het
met 15,62 procent trouwens niet zo heel veel beter.
Het weer is hiervan de oorzaak geweest. Het gaf
gunstige omstandigheden voor de wortelontwikke
ling, maar te weinig zon en veel te veel regen voor
een goed suikergehalte. In de periode tussen de
uitzaai en het begin van de campagne, 1 april tot 20
september, had de zon normaal 1040 uur moeten
schijnen, het waren er in werkelijkheid maar 760
of 25 procent minder. De regenval zou normaal 309
mm zijn geweest maar in werkelijkheid 490 mm
of bijna 60 procent meer. Terwijl de overdaad aan
water voor de bietengroei geen direkte nadelige
gevolgen had, bleek wel weer overduidelijk de ge
voeligheid van de biet voor gebrek aan zon.
-
Zoals bekend zijn rond 20 september alle fa
brieken gaan draaien nadat de leveringen op 16
september waren begonnen. En zoals eveneens bij
onze lezers bekend moesten door het slechte weer
en daardoor de geringe aanvoer de fabrieken van
het begin af hun verwerkingscapaciteit beperken.
In de eerste week van oktober was de verwerking
ruim zes dagen achter op het schema. Doordat half
oktober het weer verbeterde kon van 20 oktober
af iedere dag wat van de achterstand worden in
gehaald.
Deze vertraging in de verwerking betekent ech
ter dat de fabrieken deze campagne langer zullen
moeten werken dan aanvankelijk was gedacht. Ook
was het aanvoerpatroon in de war geraakt, door
dat tijdens het slechte weer aan het begin van
de campagne, sommige gebieden wel, andere moei
lijk en sommige helemaal niet konden leveren. Als
gevolg daarvan kan het zijn dat niet alle fabrieken
de campagne gelijktijdig zullen kunnen beëindi
gen. Ir. Geuze verwachtte dat een aantai fabrieken
toch nog voor Kerstmis door de campagne heen
van de verdere weersomstandigheden en met name
van het vorstrisico, dat in deze tijd van' het jaar
een woordje gaat meespreken!
VOORUITZICHTEN
Ir. Geuze wees er op dat wanneer de raming van
de suikerproduktie van 660.000 ton zou uitkomen,
Nederland daarmede dit jaar ruim 100.000 ton sui
ker méér zou produceren dan het voor Nederland
vastgestelde E. E. G.-quotum van 550.000 ton, „vette
suiker" die de volledige E.E.G.-richtprijs van
80,91 per 100 kg opbrengt.
Boven dit quotum kan Nederand dit jaar nog
maximaal 77.500 ton zogenaamde „half-vette' sui
ker" produceren, die, nadat een heffing is betaald
een prijs laat resteren van ruim 40,—. Alle suiker
die daarboven wordt geproduceerd dus boven
627.500 ton, is „magere suiker", die in beginsel de
wereldmarktprijs van ca. 24,opbrengt.
Over de vraag of en hoe het maximum van 77.500
ton half-vette suiker zal worden benut, wordt nog
overleg gepleegd met Landbouwschap en overheid.
De beslissing op deze vraag heeft namelijk con
sequenties voor de twee volgende jaren.
Nederland heeft voor de jaren 1968, 1969 en 1970
275.000 ton
115.000 ton
160.000 ton
77.500 ton
82.500 ton
toegewezen gekregen totaal
Hiervan is reeds benut voor 1967
Blijft nog te verdelen
Wanneer het maximum toelaatbare
van dit jaar n.L
wordt benut, blijft er voor 1969 en
1970 over
of per jaar 41.250 ton half-vet.
Hoe de beslising ook uitvalt, de vooruitzichten
zijn ongunstig, indien onze bietentelers de twee
volgende jaren de bietenteelt gemiddeld niet zou
den beperken tot een kleine 100.000 ha. Eeft wijze
zelfbeperking, aldus ir. Geuze, die de telers zich
zelf moeten opleggen, rekening houdende met nu
eenmaal wisselende opbrengsten eigen aan de
wisselende produktie-omstandigheden in de land
bouw. En wanneer bovendien het E.E.G.-land-
bouwbeleid ook met betrekking tot suiker dras
tisch zou worden gewijzigd, zou in de toekomst
ondanks een quotum zogenaamd vette suiker, van
magere jaren kunnen worden gesproken
WIJZIGINGEN
IN HET E.E.G.-SUIKERBELEID
Wanneer we de opbrengstschominelingen van
jaar tot jaar buiten beschouwing laten, dan is de
suikerproduktie in 1968 slechts ongeveer 2 bo-
(Zie verder pag. 18.)
Vertegenwoordigers van de suikerbietentelers en de suikerindustrie in de E.E.G. hebben
deze week in Brussel een gesprek gehad met de vice-voorzitter van de Europese Commis
sie, dr. Mansholt. De heer Mansholt wilde niet vertellen welk toekomstig suikerbeleid
hij aan de E.E.G.-ministerraad gaat voorstellen, maar wel liet hij uitkomen dat hij het
huidige beleid fout vindt: het is te duur en leidt tot overschotten. Anderhalf jaar gele
den heeft de E.E.G.-ministerraad een compromis gesloten met relatief hoge prijzen, die
hoge produkties konden bevorderen. Die beslissing van de ministerraad was fout, vond
dr. Mansholt, er zijn moeilijkheden door gekomen binnen de E.E.G. en met de UNCTAD
(de wereldhandels- en ontwikkelingsconferentie). Hij liet blijken dat zijn gedachten uit
gaan naar lagere prijzen en naar verlaging van de hoeveelheden waarvoor de volle
garantie geldt.
De woordvoerders van het E.E.G.-bedrijfs leven wierpen hem tegen dat men toch niet
zonder meer de beslissing van de ministerraad ongedaan kan maken en dat met het op die
beslissing gebaseerde beleid nog maar vier maanden ervaring is opgedaan. (Na het over
gangsjaar 1967—1968 is de verordening die de gemeenschappelijke suikermarkt regelt, op
1 juli j.l. in werking getreden). Voor dr. Mansholt bleek de wens, van de overschotten af te
komen, echter zwaar te wegen. De standpunten bleven tijdens het gesprek ver uit elkaar
liggen.