Aardappel-
varia
Oogst 1963
Oogst 1964
Oogst 1965
Oogst 1966
Oogst 1967
Gemiddeld
per 100 kg
11,60
13,90
ƒ20,90
17,35
8,10
14,35
OOGST 1968
de laatste maanden steile beïnvloed zijn door ener
zijds hoge opbrengstverwachtingen in ons land en
andere Europese landen en anderzijds door het slech
te weer, waardoor onzekerheid bestond of de gehele
oogst wel kon worden binnengehaald en de vraag
hoe of het met de houdbaarheid gesteld zou zijn.
Zowel de R'damse noteringen als de noteringen op
de termijrrmarkt reageerden gelijkelijk op de baro
meter,
Rotterdamse doorsneenoteringen in guldens per
Dat de financiële resultaten van aardappeloogst
1967 een grote tegenvaller is geweest, Is bepaald
geen nieuws. De aardappeltelers onder onze lezers
kunnen daarover meepraten! Hoe slecht het ge
weest is blijkt eens te meer uit het overzicht dat het
secretariaat van het Produktschap voor Aardappe
len over de telersprijzen van consumptie-aardappe
len oogst 1967 samenstelde. Daaruit blijkt dat de
gemiddelde financiële uitkomsten per ha voor de
kleiaardappelen uitkwamen op f 2.775,en voor
de zapdaardappelen op f 2.210,In de praktijk
zullen individuele telers betere dan wel slechtere
resultaten hebben bereikt, afhankelijk van tijdstip
van verkoop, kwaliteit, kg-opbrengst per ha, ras enz.
Telers b.v. die hun aardappelen overwegend In de
nazomer en herfst hebben afgezet, zullen nog wel
een redelijk resultaat hebben bereikt, maar de
telers die hun oogst goeddeels tot in het voorjaar
hebben bewaard moesten met veel lagere finan
ciële uitkomsten genoegen nemen. In meerdere ge
vallen zal de financiële opbrengst zelfs beneden de
f1.000,per ha zijn gebleven, d.w.z. lager dan
overeenkomt met de gemaakte bewaarkosten.
yüLGENS de becijferingen van het L. E. 1. zou de
kostprijs per ha kleiconsumptieaardappelen in
de buurt van de 3800,per ha liggen en voor de
zandaardappelen op omstreeks 3200,per ha zijn
becijferd. Daaruit volgt dat zowel voor de kleicon
sumptieaardappelen als de zandconsumptieaardappe-
len d£ doorsnee uitkomsten ca. 1000,per ha be
neden de kostprijs zijn gebleven; dit niettegenstaande
de zeer hoge ha-opbrengsten. In vergelijking tot de
voorafgaande jaren, waren de uitkomsten voor klei
consumptieaardappelen als volgt:
per ha
3050,—
4460,—
5900,—
5155,—
2770,—
4270,—
Niettegenstaande de gestegen kostprijzen zijn de
financiële uitkomsten van de kleiconsumptieaardanoe.
len van oogst 1967 nog lager dan van oogst 1963.
Voor de zandconsumptieaardappelen steekt de uit
komst van oogst 1967 eveneens, maar in wat mindere
mate, ongunstig af bij de financiële opbrengsten in
de voorafgaande drie jaren.
Uitgaandfe van een gemiddelde kostprijs in de
periode 1963/1967 van ca. 3600,voor kleicon
sumptieaardappelen en ca. 3000,voor zandcon
sumptieaardappelen, blijkt dat de financiële uitkomr
sten in deze 5 jaren dooreengenomen toch nog een
redelijke winst voor de kleiconsumptieaardappelen
hebben opgeleverd, die in de buurt van de 750,—
per ha zou liggen. In dezelfde periode zijn de door
snee uitkomsten van de zandconsumptieaardappelen
300,tot 400,beneden de kostprijs gebleven.
Ook over aardappeloogst 1968 geeft het secreta
riaat van het Produktschap voor Aardappelen in een
overzicht een aantal nadere gegevens. Onder meer
wordt er wat betreft de prijzen op gewezen, dat deze
100 kg.
30 sept.
14 okt.
28 okt.
4 nov.
Bintje 35/55
8.75
13,50
11,25
10,50
Bintje 40/opw.
9,75
14,75
11,75
11,25
Bintje 55/op\».
10,—
14,50
12,25
11,50
Eigenheimer
13,—
18,—
17,—
16,75
Zand Bintje
8,—
12,—
9,50
9,—
Voeraardappelen
3,—
3,50
3,75
4,-—
Week
3e week
3e week
3e week
3e week
3e week
3e week
4e week
le week
mei
juni
juli
augustus
september
oktober
oktober
november
Oogst '66
f 17,30
17 55
17,35
ƒ1715
f 17.30
15.75
15.35
14.80
Oogst '67
f 17,80
17.05
17,40
f 16,45
ƒ14,10
f 11,35
f 11,10
11,55
Oogst '68
14,55
14.55
14,20
f 14.65
ƒ12.10
f 17,25
f 14,15
F. X PORT EN IMPORT
De export ontwikkelde zich tot nu toe gunstig.
Van juni t/m oktober is 90.000 ton uitgevoerd (1967:
81.00*0 ton). In verband met de druk on de markt in
de andere E.E.G.-landen onder andere door de houd
baarheid van twijfelachtige partijen lijkt het niet
waarsohiinliik dat de novemberexoort de oktober-
export (52.000 ton) zal overtreffen. Naar West-Dults-
land wordt in toenemende mate kleinverpakte gewas
sen aardappelen uitgevoerd, een exoort van meer be
tekenis dan die voor de gewone Duitse consumptie-
aardappelmarkt.
VOORLOPIGE RAMING
DE, voorlopig geraamde ha-opbrengsten in verge
lijking met de definitieve oogstraming van
vorig jaar, geven de volgende cijfers.
Per ha
definitief
1967
voorlopig
1968
1968 lager
Kleiconsumptieaard
bruto
40 ton
37 ton
7 X
netto
33 ton
31,5 ton
5 X
uitschot,
7 ton
5,5 ton
uitschot in
17,5
15
2,5
Zandconsumptieaard
6
bruto
32,5 ton
30,5 ton
netto
26 ton
25,5 ton
2 X
uitschot
6,5 ton
5 ton
uitschot in
20
16,5
3,3%
Fabrieksaardappelen
36 ton
34 ton
6
Het valt bij deze cijfers onder meer op, dat dit jaar
het uitschotpercentage lager is geraamd dan vorig
jaar, terwijl het bedrijfsleven het er over eens is (Jat
dit ten tijde van de oogstraming wel ca. 5 hoger
was.
Een reconstruktle van de voorlopige oogstramingen
voor pootaardappelen, kleiconsumptieaardappelen,
zandconsumptieaardappelen en fabrieksaardappelen
tot cijfers die vergelijkbaar zijn met de defintieve
oogstramingen van vorige jaren geeft het volgende
overzicht
x 1000 ton
kleiaard. zandaard. fabrieksaard.
1964
1965
1966
1967
1968
1610
1355
1640
2030
1980
020
440
615
640
520
1508
1035
1360
1630
1960
Termijnmarkt doorsnee weeknoteringen voor op
april (van volgend jaar) gedane zaken voor Bintje
klei 40/opw.
Deze gemiddelde weeknoteringen laten nogal wat
schommelingen zien. De laagste noteringen kwamen
op 19 september tot stand toen op april zaken zijn
gedaan voor ƒ11,80. Onder invloed van de aanhou
dende regen gingen de prijzen In de daarop vozende
weken omhoog tot als hoogste notering 18.60 per
100 kg op 16 oktober. Door het daaropvolgende rooi-
bare weer zijn de noteringen weer gedaald.
Het valt op, dat oo 4 novemb°r de effectieve prij
zen voor Bintje 0.50 tot 0,75 per 100 kg lager
waren dan op 28 oktober, terwiil in dezelfde week
de termiinmarktnoteringen met f 1.25 stegen. Dit ver
schijnsel Is te wijten aan de druk op de markt van
partijen waarvoor geen goede bewaarruimte beschik
baar is of aan de houdbaarheid waaraan getwijfeld
wordt. Ook de moeilijke liquiditeitspositie van vele
telers is hierop van invloed.
Voor^de klei- en zandaardappelen Is het uitschot
buiten beschouwing gelaten. Deze cijfers hebben dus
betrekking op de marktwaardige opbrengsten klei- en
zandaardappelen (incl. pootaardappelen).
Zoals opgemerkt is, moet aan de juistheid van de
voorlopige oogstramingen worden getwijfeld gezien
het te laag geraamde percentage uitschot. Door de
wateroverlast in de periode van half september tot
half oktober en de daardoor ontstane verliezen, zijn
deze cijfers van nog minder waarde geworden. Hoe
groot deze verliezen zijn is nog niet te zeggen, maar
ze zijn wel van betekenis. De verliezen bestaan niet
alleen uit natrot en phytopthora, die ieder op zichzelf
van niet zoveel betekenis zijn, maar ook doordat hier
en daar niet alle aardappelen geoogst konden worden.
Bovendien is het uitschotpercentage verder toegeno
men. Ook zijn er partijen met rooibeschadigingen,
terwijl het gebrek blauw zich weer voordoet. Een en
ander heeft in hoofdzaak betrekking op de ca. 50
van de oogst die na de regenperiode is geoogst en
waarvan thans (6 november) naar schatting nog ca.
1500 ha niet geoogst zijn.
In Groningen zouden op die datum nog enkele hon
derden ha consumptieaardappelen nog niet gerooid
zijn. In Friesland was dit ca. 50 ha. In de N. O. P. is
men praktisch klaargekomen, maar in Flevoland moet
nog 10 of ca. 300 ha van de consumptieaardappelen
worden geoogst. In Noord-Holland moest nog 200
ha worden gerooid en in Zuió-Holland 50 tot 109 ha.
In Zeeland gaat het om nog enkele honderden ha,
voornamelijk in Zeeuws-Vlaanderen. In Brabant en
het rivierkleigebied van Gelderland moest eveneens
nog een paar honderd ha worden gerooid. De zand-
consumptie- en pootaardappelen zijn vrijwel geheel
gerooid. Met betrekking tot de kleiconsumptieaard
appelen kan men zich afvragen of deze nog wel ge
oogst kunnen worden Het betreft hier vaak de natste
percelen. Een aantal percelen is inmiddels zodanig
door natrot aangetast, dat ze niet meer geoogst zul
len worden. Het gaat hier om naar schatting enkele
honderden ha. Voor de nog goede percelen hangt
alles van de verdere weersomstandigheden af.
|NTUSSEN zijn er betere cijfers beschikbaar ge
komen over de oppervlakten in de E. E. G.
Nederland
België/Luxemburg
Frankrijk
West -Du its l and
Italië
Samen
Oogst 1967
149.000 ha
57.000 ha
498.000 ha
659.000 ha
322.000 ha
minder/meer
dan in 1967
-f- 8,1
13,4
6,1 X
6,7
5,2
1.685.000 ha 5,3
Dit betekent een daling met rond 100.000 ha t.o.v.
1967. In vergelijking tot de voorafgaande 5 jaren is
het E. E. G.-areaal in 1968 met ruim 15 of 300.000
ha ingekrompen. Produktledaling in de E. E. G. wil
echter niet zeggen, dat de produktle van consumptie
aardappelen eveneens is ingekrompen. Integendeel,
aangenomen moet worden dat de consumptieaard-
appelproduktie In feite is toegenomen en de areaal
inkrimping uitsluitend betrekking heeft op voeraard-
appelen. Uit ontvangen informaties en cijfers blijkt
echter dat de werkelijke bruto-oogst toch lager zal"
zijn en de marktbare opbrengst waarschijnlijk nog
meer omdat verwacht kan worden dat gedurende de
bewaring een aanzienlijk deel van de consumptie-
markt voorraden ongeschikt zullen blijken te zijn. De
marktvooruitzichten voor de tweede helft van het af-
zetseizoen lijken dan ook veel minder somber dan
vorig jaar. Voorlopig zal de Europese markt nog
onder druk blijven staan van de vele partijen waar
voor geen geschikte opslagruimte beschikbaar is en
van zwakke partijen die men liever niet bewaart, ter
wijl ook de slechter geworden liquiditeitspositie van
de Europese telers hierbij een rol kan spelen.
POOTAARDAPPELBELEID OOGST 1969
Elk jaar wordt getracht om in de periode decem
ber/januari het gehele beleid van de garantierege
ling pootaardappelen voor de volgende oogst vast
te stellen en te publiceren, zodat de belanghebben
den zo vroeg mogelijk op de hoogte zijn van de ge
garandeerde prijzen en de heffingen. In verband
met het tekort van circa 4 miljoen garantierege
ling oogst 1967 en de tendens van een toenemende
pootgoedproduktie is met betrekking tot de prijzen
de Pootgoedcommissie/P.C.C. van mening, dat deze
voor de kern van de pootgoedteelt, namelijk 28-45
mm, ongeveer op het huidige gemiddelde niveau
moet worden gehandhaafd. Daartegenover staat dat
de garantie moet worden beperkt door deze in het
algemeen boven de 45 mm af te schaffen. Hi erby
doet zich thans nog de vraag voor of het redelijker
wijs mogelijk is dit voor alle rassen te doen of een
uitzondering te maken voor een aantal rassen waar
voor de garantie tot 50 mm zou moeten worden ge
handhaafd. Dit laatste zal nog nader worden bezien.
Op grond hiervan overweegt de Pootgoedcom-
missie als garantieprijzen voor 28-45 mm: S en SE
19; E en A 18 en B en C 13, welke prijzen
voortaan inclusief de denaturatievergoedingen zul
len zijn.
Met betrekking tot de heffingen wordt overwo
gen te werken met een maximum- en een minimum-
areaalheffing van resp. 250 en ƒ175 per ha, af
hankelijk van het door het betreffende ras geprodu
ceerde STOPA-overschot. Het kriterium hiervoor
moet eveneens nog nader worden vastgesteld. Hier
bij is het voorts de bedoeling de telers reeds bij de
aangifte voor de keuring te confronteren met het
maximum-bedrag, dit bedrag in een later stadium
te innen en nog later, nadat de STOP A-resultaten
bekend zijn per ras al dan niet 75 per ha te resti
tueren. Daarnaast zal, rekening houdende met de
wensen omtrent een andere verhouding tussen
areaal- en plombeheffing, de laatste worden ver
hoogd van 0,70 tot 0,85 per 100 kg.
Met dit samenstel van prijzen en heffingen hoopt
men te bereiken, dat de uitgaven enigszins worden
beperkt en de inkomsten met name in overschot
jaren worden verhoogd. Dit terwijl hierdoor de bo
dem in de markt niet wezenlijk wordt aangetast.
Het ligt in de bedoeling om deze voorstellen na
verdere behandeling af te ronden en vóór het eind
van het jaar te doen vaststellen.