Bescherming suikerbieten tegen vorst Deze week. 3 Dat het exploiteren van een kampeerterrein niet ro'n eenvoudige zaak is als velen denken en dat een camping opzetten en beheren beslist geen ^goudmijntje*' is, bleek overduidelijk in de twee weken geleden gehouden vergadering van de Re- Creatie Commissie der Z. L. M. Onder voorzitter- schap van mr. E. Wage werden door de leden van deze commissie praktijkmensen en alle direkt betrokken bij de recreatiesector een agenda af gewerkt waarin een aantal belangrijke aspecten aan de orde kwamen. Interessantste punt was ongetwijfeld het concept van een investeringsplan en de daarbij behorende exploitatierekening voor de inrichting en exploi tatie van een camping van 4 ha. De heer J. Mar- kusse, opsteller van een en ander, had met veel hulp van ter zake kundigen deze gegevens met veel moeite by elkaar gezocht. Alhoewel bij de opzet van bepaalde plaatselijke omstandigheden moest worden uitgegaan en een aantal posten dientengevolge onder andere om standigheden een enigszins afwijkend beeld kun nen geven, was de algemene indruk van de leden van de Commissie toch wel dat een 4 ha grote cam ping in te richten volgens de nu gangbare eisen een eerste investering zal vergen van rond de 265.000,Men beschikt dan over de nodige toe gangswegen tot het terrein en de kampeerplaat sen, een meldingsbureautje met enige woonruimte, een kampwinkel en cantine (zonder inventaris!), toiletgebouw, riolering, waterleiding, elektriciteits net, vuilafvoerorganisatie, speelveldjes en speelter rein en de nodige beplanting in en om het betref fende terrein. De opzet is dan bepaald nog niet luxueus en zal in volgende jaren nog verder aan gepast en uitgebreid moeten worden. Ook begroot werden de exploitatie-inkomsten en uitgaven gedurende een seizoen. Daaruit bleek, het werd reeds hiervoor in het kort aangeduid, dat deze opzet geen dik belegde boterham kon opleveren. Aan uitgaven, zoals onderhoud gebouwen, water en elektriciteitsverbruik, verzekeringen, lonen vreemd personeel en de kosten van rente en af schrijving, werd een bedrag van circa ƒ48.000 ge raamd. De inkomsten werden globaal begroot op circa 70.000. Van deze cijfers uitgaande resteer de voor het echtpaar dat op deze camping toch in elk geval in het seizoen lange werkdagen maakt, slechts een betrekkelijk gering arbeidsinkomen waarbij er bij deze cijfers rekening gehou den moet worden dat voor het gebruik van de 4 ha geen pacht ingecalculeerd werd. Zou deze wel betaald moeten worden, dan daalt het arbeidsinko men met het voor de pacht te betalen bedrag, dan wel met de rente van het in de grond geïnvesteerde vermogen ƒ40.000 a 6^ f 2700). En bQ de opbrengsten werd rekening .gehouden met een volledige bezetting van het terrein gedurende zestig dagen. Bij slechte weersomstandigheden tijdens het seizoen, zoals in zomer 1068, kon dit nog wel eens tegenvallen! Kantine en kampwinkel werden ver pacht en de verpachtingssommen werden als in komsten ingecalculeerd. Vooropgesteld dat een en ander slechts een zeer globale calculatie kon zijn, waarvan verschillende posten bijzonder moeilijk begrootbaar waren, kan toch wel de conclusie getrokken worden dat naar mate van overheidswege de aan de campings te stel len eisen hoger worden een lonende exploitatie een bijzonder moeilijke zaak wordt. In dit verband besteedde de vergadering ook de nodige aandacht aan de onlangs verschenen Memo rie van Antwoord op het ontwerp van wet „Hygiëne kampeerterreinen", waarin, indien deze wet tot stand komt, een groot aantal eisen aan de kam peerterreinen zullen worden gesteld. Onder meer per Algemene Maatregel van Bestuur betreffende de per kampeerder beschikbare oppervlakte, de voorzieningen met drink- en waswater, de wasge legenheden, de toiletgebouwen, vuilnisafvoer enz. De door de kampeerraad gehanteerde norm van 200 gasten per ha, waarvan verwacht kan worden dat deze door de overheid overgenomen zal worden, achtte men te laag en diende naar de mening van de commissie in ieder geval op 300 gasten per ha gesteld te worden. Ook de in de memorie genoem de overgangsperiode, om de bestaande campings aan de voorschriften aan te passen, achtte men veel te kort. Een periode van twee jaar met de mogelijk heid tot uitstel in bijzondere gevallen achtte men tenminste nodig om financieel de konsekwenties van de verwachte maatregelen te kunnen dragen. Wij konden in dit verslag niet volledig zijn en op slechts enkele punten die ter vergadering aan de orde kwamen hier nader ingaan. Het secretariaat van de Recreatiecommissie, dat voorlopig wordt waargenomen door de heer J. F. Blanksma, be schikt nu echter over meer concrete gegevens dan voorheen het geval was. In voorkomende gevallen kunnen belangstellenden zich tot Goes wenden voor nadere inlichtingen. BI. Het slechte weer in september en begin oktober is er oorzaak van dat de suikerbietencampagne een week langer zal kunnen duren dan werd verwacht. Door deze vertraging en de grote hoeveelheid te verwerken bieten zullen de leveringen tot ver iu december doorgaan. De bieten moeten dus langer blijven liggen, juist in een periode met veel kans op vorst. De teler kan de schade beperken door onder staande punten zoveel mogelijk in acht te nemen. Grotere hopen met een vlakke kop zijn het best te beschermen. In deze hopen is de verhouding bui tenkantinhoud gunstiger dan bij kleine hopen. Ook de ademhalingswarmte van de bieten wordt dan beter benut. De bovenkant verdeeld over de oppervlakte kan ontwijken. De kans op invriezen is dan kleiner. Bieten in kleine hoopjes of zwaden op het veld bevriezen snel; ze zijn ook niet te beschermen. Deze vorm van opslag mag in ieder geval na 1 november niet meer voorkomen. Omdat de vorst onverwacht kan invallen, dient afdekmateriaal gereed te liggen. Dit materiaal moet snel zijn aan te brengen en ook weer gemak kelijk te verwijderen, zonder dat er resten tussen de bieten achterblijven. Als afdekmateriaal kunnen plastic zeilen, stro, riet, enz. dienst doen. Plastic zei len moeten goed worden vastgezet (wind!). De hoop moet zwaarder afgedekt worden naar mate de temperatuur lager is en de wind krachtiger. Vooral de windkant is gevoelig. Een lichte nacht vorst hoeft nog niet gevaarlijk te zijn. Wél is het dan opletten bij hopen die op beschutte plaatsen lig gen, waar een sterke uitstraling mogelijk is. Veel schade kan ontstaan door afwisselende vorst- en dooiperioden. De bovenkant van de hoop kan meestal open blii- ven, zodat de warmte kan ontwijken en broei wordt voorkomen. Bij broei ontstaan veel verliezen en gaat de verwerkbaarheid in de fabriek snel achter uit. Slechts bij strenge vorst is afdekken van de bo venkant nodig. Na de vorst moet het dek weer snel worden verwijderd. Bevroren bieten moeten niet worden afgedekt want dan gaan ze ontdooien en daarna snel rotten. Ook mogen reeds bevroren bieten niet aan de hoop worden gereden. Tijdig aanbrengen en weer op tijd verwijderen van afdekmateriaal voorkomen bevriezing èn te hoge temperatuur van de bieten. Op deze manier kan de kwaliteit van het produkt zoveel mogelijk gehandhaafd blijven. LJET blijkt ons hoe langer hoe meer dat, hoewel het voorkomt dat de bron het Ontwikkelings- en Saneringsfonds niet krachtig meer meet, de sa nering toch regelmatig voortgaat. Een sanering die een meer natuurlijke vorm heeft. Het valt ons n.l. op dat bij verkoop van gronden fel de meeste gevallen de koper een over het alge meen reeds behoorlijk groot bedrijf heeft. Bij enJcele publieke verkopingen is het ons ook al gebleken dat het de grotere bedrijven zijn, die beslag op de grond leggen. Indien deze bedrijven uitbreiden is dat op grond van de overweging dat de vaste kosten per ha wor den gedrukt, doordat de vaste kosten niet hoger worden en een groter aantal ha met hetzelfde appa raat kan worden bediend. Er moet geen man bij en geen machine worden aangeschaft. Dit is een teken van de tijd, waaruit weer blijkt hoe zwaar de faktor van de kosten van de mense lijke arbeid en de kosten van machines en werk tuigen hun stempel drukken op onze produktiekos- ten. Een vraag die dan beantwoord moet worden is. wat is de de waarde voor MIJN bedrijf, indien deze aan het bestaande bedrijf kan worden toegevoegd. Dit is een rekensom en hierbij kan de boekhouding, en veel beter nog een bedrijfseconomische boek houding, een belangrijk inzicht verschaffen. Hieruit kan toch worden afgeleid hoe hoog de vaste kosten en de variabele kosten zijn. Welk bedrag aan op brengst kan worden verwacht? Op grond van deze cijfers is dan een calculatie van koopprijs van de grond mogelijk. Dikwijls blijkt dan dat „waarde" een zeer betrekkelijk begrip is. Wat voor de vestiging van een nieuw bedrijf to taal onverantwoord is als kostprijs van de grond, is voor de uitbreiding van een bestaand bedrijf be slist wel verantwoord en kan in belangrijke male tot de winst bijdragen. (Tussen haakjes, wat is het jammer dat de fiscus zulk een gezonde ontwikke ling en schaalvergroting weer beïnvloedt door de heffing van registratierecht.) T\EZE vorm van sanering (gezondmaken) die uit de ontwikkeling voortkomt, zal naar wij verwachten in de komende jaren nog duidelijker vorm verkrijgen. Een bewust handelen in die rich ting moet zoveel mogelijk worden gestimuleerd. De splitsing van bedrijven heeft in het verleden vele malen geleid tot een bedrijfsgrootte die zijn ondernemer voor enorme moeilijkheden plaatste en een plaats bood waarop hij nauwelijks of niet mee kon met de ontwikkelingen die ook in onze be drijfstak zich voordoen. Wij menen dat investeringsfaciliteiten op het punt van bedrijfsvergroting beslist niet zouden misstaan. Hierboven wijdden wij even aandacht aan het nut van een bedrijfseconomische boekhouding. Dit wordt nog te weinig ingezien, dachten wij. De kos ten vormen dikwijls een beletsel. Wilt u eens over wegen of het voor u geen zin zou hebben eens en kele jaren mee te doen. Zij die reeds jaren meedoen kunnen het u bevestigen, de verbetering van in zichten door de vergelijking van de eigen cijfers met die van anderen heeft grote voordelen opge leverd. Het is met de bedrijfseconomische boek houding als met alles: de kost gaat voor de baat uit. Maar de „baat" overtreft de kosten. Belt u-eens op, wij komen graag bij u langs om nader over een bedrijfseconomische boekhouding te praten. PAAUWE.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1968 | | pagina 3