DRAKA
VENTIFOL
Ongelijke kansen in de E.E.G.
bet drogen van
stambonen
in het veld
9
Verzamelbak
250©
i
830
435
Wagen
3000
1
1000
52©
Wagen
4000
1
1330
685
Wagen
5000
1
1660
855
Wagen
3000
2
500
270
Wagen
4000
2
660
350
Wagen
6000
2
1G00
520
Wagen
8000
2
1330
685
B. TWEERÏJ1GE MACHINE
MET NA A STRIJDENDE WAGEN
Hiervan is de gemiddelde kapaciteit bepaakï op 2 ha
per 8 werkuren. Dit betekent dat in 16 minuten een
viertons wagen wordt gevuld. Naast transport op 't
land (5 min.) en 'ossen (5 min.) zijn nog zes minuten
beschikbaar voor transport over de weg. In die tijd
kan 500 m (1000 m heen en terug) worden afgelegd.
Als deze rooimethode met twee wagens wordt uitge
voerd kan de losplaats dus maximaal op een afstand
van 500 m van de peroeelsingang liggen. Deze situatie
ie opgenomen m voorgaande kostenberekening. Is de
transportafstand groter dan zijn óf meer wagens no
dig óf er ontstaan wachttijden voor de rooimachine.
Bij gebruik van drie wagens (drie transporteenheden)
kan een afstand perceelsingang-losplaats van 1800
m worden overbrugd.
Voor deze oogstmefchode is in totaal nodig:
1 tweerijige rooimachine met
afvoertransporteur
3 trekkers (rooien en transport);
2 kip- of loswagens k 6,5 m3 (4000 kg); j m
3 personen (rooien en transport) afstand
Opgemerkt wordt dat bij een éénrijiige wagenrooier
de kapaciteit steeds lager zal zijn. De vultijd voor
een wagen is dan uiteraard ook langer. Bij iedere
wagenrooier zijn echter steeds minstens twee wa
gens nodig, wil de machine zonder wachttijden kun
nen werken. Met een éénrijige machine en twee wa
gens kunnen r' larom grotere transportafstanden wor
den overbrugd.
Het transport is in al zijn facetten een belangrijk onderdeel van de suikerbieten oogst. Aantal, soort
en grootte kunnen van grote betekenis zijn.
C ZESRIJIGE VOORRAADROOIERS
Hierbij onderscheiden we twee typen n.l. gelhok-
ken en ze'.frijdende machines. Be zelfrijdende ma*
ohine kopt en rooit in één werkgang; in principe ge
beurt dit door één man. Daarbij komen de bieten op
voorraad te liggen, in langszwaden van 12 rijen.
De getrokken machines zijn veelal van Franse ori
gine. Daarbij worden voor koppen (of ontbladeren)
twee afzonderlijke bewerkingen toegepast. Voor kon-
tinu werken zijn daarvoor twee personen nodig. Hier
bij worden die bieten in langszwaden van 6 rijen op
voorraad gerooid.
Bij beide systemen is het transport en de afvoer
van de bieten losgemaakt van koppen en rooien. Het
koppen en rooien levert organisatorisch vrijwel geen
problemen op. Anders ligt dit bij de afvoer. Uit een
oogpunt van transportorganisatie kunnen beide syste
men dan ongeveer gelijkgesteld worden.
Een verschil is we] dat het aantal zwaden per
oppervlakte-eenheid1 bij de getrokken (Franse) syste
men tweemaal zo groot is dan bij het zelfrijdend
(Volvo-Kuiken) systeem. In het eerste geval zal' iets
meer tijd nodig zijn voor draaien op wendakkers. De
laadkapaciteit en dus de vultijd voor de wagens, loopt
echter niet vee] uiteen.
Tijdstip van laden. Bij voorkeur zal men meestal
»iet direkt na het rooien gaan laden. Enkele uren of
enkele dagen nadrogen is gunstig voor de reiniging.
Uiteraard wordt dit mede door de situatie van grond
en weer bepaald. Terloops willen we er op wijzen
dat aan de laders veelal een belangrijke taak is toe
gedacht met betrekking tot de reiniging van de bie
ten. Het is gewenst deze ook zo goed mogelijk te be
nutten.
De kapaciteit van de laders is onge'yeer gelijk aan
(bij getrokken machines) of groter dan (bij zelfrijden
de machines) de rooikapaciteit. Daarom kunnen we
als uitgangspunt stellen dat de kapaciteit van laden
en transport gelijk moet zijn aan de rooikapaciteit.
Evenals bij de zgn. wagenrooiers zullen voor kontinu
werken steeds minstens twee wagens nodig zijn, ter
wijl de transportafstand bepalend is voor het totaal
aantal wagens. Het aantal wagens kan worden be
rekend op basis van de volgende uitgangspunten:
Te laden hoeveelheid per ha 60.000 kg (bruto).
Te !aden oppervlakte per 8 werkuren 4.50 ha
rooikapaciteit).
Benodigde laadkapaciteit 5 a 600 kg per minuut.
Transported op het land 5 minuten per vracht.
Lostijd, kip- of loswagens, 5 minuten per vracht.
Hoeveelheid per wagen 4000 kg.
Rijsnelheid over de weg 10 km/uur.
Uit deze gegevens is af te leiden dat een wagen
in ca. zeven minuten gevuld is. Alleen als de los
plaats op hetzelfde perceel, en dan nog in de nabij
heid van die lader is gelegen, kan met twee wagens
worden gewerkt. Dit zal slechts sporadisch voor
komen. Vrijwel steeds zullen minstens drie wagens
nodig zijn. Daarmee kan een afstand perceel-losplaats
van 300 meter worden overbrugd. Voor elke 5 a 600
meter dat de transportafstand langer is dan genoemde
300 meter zal een extra wagen nodig rijn.
In cms rfiwvmer van de vol
gende week het slot van deze
bijdrage. Daarin wordt nader
ingegaan op de grootte van de
wagens, het aantal dat daar
van nodig is en de produktivi-
teit van het personeel, afhan
kelijk van de gevolgde oogst-
methode.
(Vervolg van pagina 4.)
moet worden op de groeiende behoefte van stede
lingen om zich ook op het platteland te vestigen.
Wat het landbouwstructuurbeieid zelf dan betreft
wordt gewezen op de noodzaak meer te doen aan
onderwijs, voorlichting en onderzoek. Op het ge
bied van de z.g. marktstructuur wordt er een con
creet voorstel gedaan: er zou een maatschappij
ter bevordering van de afzet van landbouwpro-
dukten moeten worden opgericht, waarin alle be
trokken centrale organisaties van landbouw, agra
rische handel en industrie deelnemen. Deze maat
schappij zou aan produktontwikkeling en markt
onderzoek moeten gaan doen.
Ten aanzien van het „produktiebeleid" moet het
cultuurtechnische werk op dezelfde voet voort
gaan, maar. bij de verbetering van de bedrijfs
structuur zou de aanpak wat veranderd moeten
worden. Vooral deze laatste soort subsidiëring in
de Duitse landbouw heeft altijd nogal de aan
dacht (en de afgunst) van de Nederlandse boer
gewekt. In het Duitse landbouwprogramma wordt
thans gesteld, dat het vestigingsbeleid ten behoeve
van. vluchtelingen met alle daarbij behorende sub
sidiëring op kan en moet houden. Verder zullen
m de toekomst strengere maatstaven worden aan
gelegd voor investeringssteun aan echte land
bouw bedrijven (bij landbouw als nevenbedrijf
wordt deze steun niet meer gegeven, wel andere
soorten hulp in verband met niet-agrarische bezig-
ïandse actie in Brussel om één lijn te krijgen in
het subsidiebeleid in de E.E.G.-land- en tuinbouw.
Het verschil in het subsidiebeleid, met name ten
behoeve van individuele landbouwbedrijven, van
heden). De bedrijven moeten boekhouden en na
de verbetering moet er op lange termijn voldoen
de bestaansmogelijkheid zijn.
Het lijkt er dus op, dat de Duitsers tot het
inzicht gekomen zijn dat de subsidiëring van in
dividuele bedrijven voortaan alleen moet plaats
hebben ais deze economisch verantwoord is.
Als men het Duitse landbouwprogramma leest,
lijken de Duitsers onze medestanders te kunnen
zijn bij het Brusselse overleg over de onzet van
het E.E.G-landbouwstructuurbeleid.
OOK NEDERLANDSE ACTIE?
Wij hebben even stil gestaan bij onlangs ge
uite Franse en Duitse ideeën omdat ze misschien
aanknopingspunten bieden voor hernieuwde Neder -
de E.E.G.-landen wordt voor de Nederlandse boer
schrijnender, nu de vrije markt verder wordt vol
tooid en één prijsniveau wordt verwezenlijkt.
De constatering dat dat éne prijsniveau dan nog
nauwelijks of niet kan worden verhoogd, moet ook
voor de Nederlandse boer aanvaardbaar gemaakt
worden. Als de marktsituatie dan echt geen moge
lijkheden voor prijsverhoging biedt, wil en kan
hij het wel tegen zijn E.E.G.-collega's opnemen.
Maar dan moeten de kansen ook zoveel mogelijk
gelijk zijn. En daarom is de beteugeling van
storende subsidiepraktijken zo belangrijk. Naast
pogingen om ook op het gebied van de belastin
gen tot meer gelijkheid te komen. Maar daar
voor komen wij later nog wel eens te spreken.
STR.
ventilerende
afdek kingsloiie
voor s
pp ui i»
Vla&f üingeiOafiB 11, P.bus 8165, Adam W.a. TeL (020)17 29 4b, Teles 199