Bij appels op IX heeft men veel late bloei op het éénjarige hout.
Hier is „zwarte strook" geheel bedekt met ee«
isolerende laag afgemaaid gras.
kan precies bepaald worden dat men bijv. op 8 en
11 mei 's nachts van 2 uur tot 7 uur maatregelen had
moeten nemen, maar om dat op het moment zelf vast
te stellen is uiterst moeilijk. Vaak wordt nachtvorst
voorspeld en is men in de weer zonder dat het nodig
is. En na al die vergeefse moeite wordt men wat zor-
gelozer. 's Avonds is het bewolkt en niemand denkt
aan nachtvorst, maar iets later wordt het helder en
het is mis. Terwijl men slaapt bevriest de boel. Daar
komt nog bij dat nachtvorstwekkers op de kritische
momenten falen en ook de pompen voor de berege
ning op de ongelukkigste ogenblikken inklaar raken.
BESTRIJDING DOOR JUISTE
BODEMVERZORGING
Verreweg het beste is daarom in Zeeland om te
proberen het gevaar voor nachtvorst te beperken door
middel van een juiste bodemverzorging. De heer
Scharringa heeft daar al herhaaldelijk op gewezen en
hij heeft inmiddels gelijk gekregen. Deze methode is
goedkoop en eenvoudig, terwijl de toepassing niet
gaat ten koste van de nachtrust.
Het uitgangspunt, waar alles om draait, is de isole
rende werking van stilstaande lucht.
Hoe ontstaat nachtvorst? Overdag neemt de grond
warmte op. 's Nachts wordt die warmte geleidelijk
weer afgestaan. Als er bewolking is blijft deze warm
te onder de wolkendeken bewaard, doch bij helder
weer verdwijnt de warmte in het onmetelijke lucht
ruim. Vandaar dat het bij helder weer harder vriest.
Hoe meer warmte de grond 's nachts afstaat, hoe
kleiner de kans op nachtvorst. Daarom moet gestreefd
worden naar een toestand, waarbij de grond overdag
veel warmte op kan nemen en tijdelijk vast kan leg
gen, om daarna 's nachts weer langzamerhand los te
laten.
Die toestand heeft men bij gesloten zwarte grond,
dus onbegroeid.
Ongunstig is het als er een isolerende laag van
stilstaande lucht aanwezig is, in de vorm van een
losse bovenlaag (laat bewerkte grond), van gras, stro,
mulch (half verteerd gras), dood gespoten onkruid,
enz. Hierbij is altijd sprake van stilstaande lucht, op
gesloten in kleine holten. Ideaal om koude en warm
te te weren, uitermate geschikt om aardappels tegen
vorst af te dekken, maar bij nachtvorst juist funest.
boomstrook zodanig met de cirkelmaaier te bewerken,
dat al het dode materiaal van de grond wordt „ge
veegd" en dus kale grond overblijft.
Grasstroken kunnen moeilijk worden gemist, maar
ook hierbij kan men de nadelen sterk verkleinen. Men
kan de grasstrook breed of smal maken; hoe smaller,
hoe minder gevaar voor nachtvorst. Men kan het om
rekenen. De heer Scharringa stelt het zo voor: als
de temperatuur bij geheel zwarte grond tot 1° C
daalt, tegenover 3 C bij geheel gras, zal de tem
peratuur bij half zwart en half gras 2 C bedragen
en bij driekwart zwart en een kwart gras 11% C.
GRAS KORT HOUDEN
Verder is er zeer veel verschil tussen gras en gras.
De lengte speelt een rol; kort maaien is vanzelfspre
kend gunstig. Op de proeftuin te Numansdorp is die
invloed vorig jaar nog duidelijk vastgesteld.
Nog belangrijker is de toestand van de zode en het
voorkomen van een eventuele mulchlaag. Een jonge
grasmat, waarbij men overal nog zwarte grond tussen
ziet, is vrij onschuldig. Maar een oude, zware mat
met een dikke laag half verteerde grasresten is bij
zonder gevaarlijk. De heer Scharringa heeft zelfs ver
schillen van 6 graden Celsius opgemeten tussen zwar
te grond en een zware grasmatIn bepaalde gevallen
kan de grasmat bij het schuiven van het snoeihout
door de snoeihoutschuif uitgekamd worden.
In 't algemeen treedt bij appels en peren schade op
van betekenis als de temperatuur lager dan 2 graden
onder nul daalt. Bij 34 graden onder nul wordt het
kritiek. Daarbij spelen echter diverse, ten dele nog
onbekende factoren een rol, bijv. de tijdsduur van
de koude, al dan niet afgehard gewas, luchtvochtig
heid (natte of droge nachtvorst), de „sterkte" der
bloemen, enz. De indruk is wel dat in Zeeland vlug
ger vorstschade optreedt dan in het oosten van ons
land, althans bij gelijke temperatuur. Mogelijk een
kwestie van hogere luchtvochtigheid
Hoe 't ook zij, hoofdzaak is dat men er zich van
bewust is dat het gevaar voor nachtvorst ook in Zee
land aanwezig is, en dat men het kan beperken door
een juiste bodemverzorging. Door logisch te berede-,
neren is het mogelijk zelf voor het eigen bedrijf na
te gaan hoe het beste gehandeld kan worden.
WIKKEN EN WEGEN
Als men alles vanuit de isolatie-materiaal theorie
bekijkt, is het mogelijk zelf te beoordelen hoe de.
bodemtoestand moet zijn.
De grond zwart maken is prima, maar als het door
middel van ploegen of frezen gebeurt, moet de be
werking zo ondiep mogelijk en zo vroeg uitgevoerd
worden dat de grond weer tijdig bezakt is. Anders
krijgt men isolatie van de lucht in de losse boven
grond.
Chemische onkruidbestrijding op de boomstroken
is eveneens goed, mits het in het najaar gebeurt,
zodat de .vegetatie volgend voorjaar zover verteerd
is dat men kan spreken van „schone" grond.
Als men pas in april spuit, schermt het dode onkruid
de grond af; te vergelijken met licht afdekken met
stro, hooi of ruigte. Ieder weet dat dit de kans op
nachtvorst vergroot. Ook een laag van dood bladeren
is ongunstig. Vandaar dat wel geadviseerd wordt de
Een gesloten zwarte grond is gunstig.
u