TUINBOUWKLANKEN
Samenwerking blijft geboden
Waarschuwing II
DINGEN VAN DE WEEK
Geef mij maar stoofperen
en Bramley
6
In onze al reeds veel gehouden jaar- en voor
lichtingsvergaderingen in dit winterseizoen is er
in het THOOLSE organisatiewezen iedere keer
weer de nadruk gelegd op steeds méér samen
werking. Men zou haast kunnen zeggen, dat het
ons met de paplepel wordt ingegeven en iedereen
wordt hiermee op zijn tijd geconfronteerd.
Steeds kan men dan ook merken of aanvoelen
dat iedereen daar wel van overtuigd is, maar bij
allen leeft min of meer een zekere huiver voor de
moeilijkheden die daaraan verbonden zijn. Zodra
men met iets samenwerkt, heeft men óók geza
menlijke verplichtingen en daar zijn wij, als
boer en tuinder, dikwijls te individualistisch voor
aangelegd.
De gedachte aan meer samenwerking is echter
niet nieuw, getuige het feit dat de meeste aan-
en verkoopverenigingen nog in de vorige eeuw
zijn gesticht! Nog steeds doen diezelfde vereni
gingen, ofschoon soms wat in gewijzigde vorm,
hun nut voor bedrijven, hetzij groot of klein. Daar
zijn wij allen van overtuigd
Nu wij in de tweede helft der twintigste eeuw
zijn gekomen, doet zich de noodzaak voor, dat wij
het in onze aparte verenigingen, óók niet meer
klaar spelen om een houdbare positie in te kun
nen nemen, bij de afzet van onze produkten en
aankoop van bedrijfsbenodigdheden.
Als voorloper van méér geconcentreerd samen
werken kan in deze wel genoemd worden Cebeco
en Cavetho. Ook ons af zetsysteem via onze nu
reeds jaren gevestigde Thoolse veilingen heeft
buitengewoon nuttig werk verricht.
Nog thans hoort men dikwijls stemmen opgaan,
dat ook onze plaatselijke veilingen eigenlijk uit
de tijd geraken. Een spreker op een jaarvergade
ring ontlokte^ toen hij hoorde dat er op dit
eiland nog stééds vijf veilingen praktisch op zich
zelf stonden dit tot de uitspraak, dat dit wel
een bezienswaardigheid was.
Wij laten natuurlijk in het midden of hij dit
zei als sprekende over een „achtergebleven ge
bied" In ieder geval zullen sommige veilingbe
stuurders en leden om deze uitdrukking hebben
gelachen, in de wetenschap dat onze bestaande
veilingen voor het overgrote deel een kerngezond
bestaan leiden. Toch wordt er nu en dan met de
gedachte gespeeld of het geen tijd wordt om onze
vijf Thoolse veilingen om te zetten in één grote
veiling. Zelfs de grote jongens uit 't Centraal
Bureau van Veilingen blazen geregeld in de rich
ting van veilingfusies. Men is dus wel genood
zaakt, als men met het huidige afzetbeleid mee
leeft, zijn gedachten in die richting te laten gaan.
Eén onzer WALCHERSE kennissen had een vrij
duur object overcompleet, n.l. een grote woning
met een aangrenzend perceel bouwland. Nu wor
den de Walchenaren nogal eens voor te spaarzaam
aangezien. O.i. volkomen ten onrechte.
Hoe het zij, onze kennis schreef op een adver
tentie waarin beleggingsobjecten werden gevraagd,
denkende: 't kost-maar een postzegel en de hoog
ste prijs is welkom Prompt kreeg hij na enige
dagen bezoek van twee „heren" uit Heerlen. Na
wat heen en weer bieden kwam hun bod uit de
doeken, n.l. voor de gevraagde prijs wisten ze een
grote beleggingsmaatschappij, die genegen was te
kopen. Maar ze wilden wel een voorschot van
800,voor hun bemiddeling. Dit zou men terug
krijgen als het met de koop toch nog onverhoopt
zou misgaan. Onze kennis was zó verstandig voor
de eer te bedanken en zou zelf wel een bona fide
koper zoeken.
Reden waarom we dit, voor velen zo belangrijk
feit releveren, is meer een aanloop om té con
stateren hoe „bij de tijd" ons Zeeuws Land- en
Tuinbouwblad is. Want juist toen we vrijdagmor
gen van bovenaangehaalde handelspraktijk hoor
den, lazen we 's middags een opvallende waar
schuwing tegen deze praktijken van z.g.n. „bemid
delaars".. Als deze heren bijv. slechts eenmaal
een project aanbieden aan een totaal ongeïnte
resseerde, dan hebben ze bemiddeld, is men het
haasje en zijn voorschot kwijt. Nu er een waar
schuwing in ons veel gelezen agrarisch blad staat,
hopen we dat men op zijn hoede is. Hulde voor
deze snelle S.O.S.-dienst
We hopen dat de landelijke agrarische pers
die groot en krachtig is het Z.L.M.-voorbeeld
volgt of reeds gevolgd heeft.
We zijn ook op bezoek geweest op de groente
teeltdag in de Schouwburg te Middelburg. In
tegenstelling met wat we in de pers lazen vonden
we de belangstelling toch niet onbevredigend en
beslist hoger dan vermeld. Natuurlijk konden er
veel meer zijn, maar onze tuinders zijn nu een
maal hokvast. Wel vinden we het totaal onbe
grijpelijk dat sommigen als motief noemen: geen
tijd te hebben. Voor iets. dergelijks moet men toch
beslist tijd kunnen vinden
De lezing van de heer Opstelten was voor ons
buitengewoon interessant. Wel waren we in de
koffiepauze, tussen en na afloop in de fraaie
foyer, in de gelegenheid vele kritische geluiden
te horen. In de trant van: Als er één tarief komt,
maar de diverse regeringen geven zoveel subsidie
op 'n andere manier dat er toch een oneerlijke
concurrentie blijft, dan schieten we niets op. Nu
is Keulen en Aken ook niet op één dag gebouwd
en juist het werk van de heer Opstelten en con
sorten dragen de bouwstenen aan waaruit Keulen
en Aken gebouwd wordt.
De andere reden vonden we, persoonlijk althans,
zonder enige pretentie. Dat we onze bedrijven
zuinig moeten leiden, goede produkten moeten
telen en liefst voor zéér lage prijzen, zo mogelijk
verantwoord (dat mag en moet nog wel) dat
weten we al lang.
In minder geleerde termen werd ons dit reeds
vele tientallen jaren terug al verteld. We willen
beslist niet pedant zijn en hoewel we het nut
en zelfs de noodzaak van schaalvergroting zeer
goed inzien; toch wel stellen dat er nog vele kleine
bedrijven zijn waar men zeer redelijk aan zijn
trekken komt! En dat beslist niet alleen in de
groenteteelt. Ook in de fruitteelt en akkerbouw
plus veeteelt vindt men overal kleine en grote
bedrijven met zeer variabele bedrijfsuitkomsten
en kan men soms de grens niet vinden wat het
meest verantwoorde bedrijfstype is.
belangstelling hebben we deze week Ken
nis genomen van de omzetcijfers van de
veilingen die zijn aangesloten bij het Centraal Bu
reau van de Tuinbouwveilingen. De totale veiling-
omzet heeft in 1967 ruim 1 miljard gulden bedra
gen en was 2 miljoen gulden hoger dan het jaar
daarvoor (toen 1043 miljoen gulden).
Vanzelfsprekend hadden we in de eerste plaats
interesse voor de Zeeuwse cijfers. De veiling in
Kapelle-Biezelinge had met 10,8 miljoen gulden de
hoogste omzet van de Zeeuwse veilingen. Het vo
rig jaar was de omzet van deze veiling 9,9 miljoen
gulden. Op de tweede plaats komt de veiling Zuid-
Beveland" te Goes met 9,6 miljoen gulden in 1967
en 9,7 miljoen gulden het jaar daarvoor. De derde
plaats wordt bezet door de veiling „Walcheren"
te Middelburg met 4,2 miljoen gulden tegen het jaar
daarvoor 3,5 miljoen gulden. En op de vierde plaats
komt de veiling K. E. O. te Krabbendijke met 3,4
miljoen gulden tegen in 1966 2,9 miljoen gulden.
De veiling „Zeeuws-Vlaanderen" te Terneuzen had
met 3,2 miljoen gulden een ƒ200.000,hogere om
zet dan het jaar daarvoor. Op Tholen neemt de vei
ling St. Annaland de eerste plaats in met 3 miljoen
gulden. Overigens was dat ƒ600.000,minder dan
het jaar daarvoor. Tesamen hadden de negen vei
lingen die Zeeland telt, in 1967 een omzet van 37,9
miljoen gulden en daarmede kwam men aan 3,6
van de landelijke veilingomzetten.
QP zichzelf zou dat een mooie omzet zijn voor
w één veiling, want gesteld dat het mogelijk
zou zijn de 37,9 miljoen gulden van de Zeeuwse
veilingen binnen één organisatie te veilen, dan zou
deze veiling op de Nederlandse veilingranglijst de
zesde plaats bezetten. Ver bovenaan staat de vei
ling in Venlo met een omzet van 69,6 miljoen gul
den. Op de tweede plaats komt de Coöperatieve
Rotterdamse veiling met 57 miljoen gulden en de
derde plaats wordt ingenomen door de veiling Delft
met 51,5 miljoen gulden. De veiling Westerlee heeft
een zelfde omzet als Delft en de veiling in Breda
kwam in 1967 aan een omzet van 39 miljoen gul
den. Ook de omzet van Utrecht met 32,2 miljoen
gulden mag er zijn.
In het lijstje van veilingomzetten vonden we zeer
opmerkelijk de stijging van de veiling Zaltbommel
van ruim 16 tot 19 miljoen gulden. In een toelich
ting schrijft het Centraal Bureau van de veilingen
dat deze drie miljoen omzetstijging komt voor re
kening van de glasaardbeien. Landelijk brachten
.deze 6 miljoen gulden meer op dan het jaar daar
voor. En uit het overzicht over enkele jaren blijkt,
dat er maar twee groepen van produkten zijn die
een constant opgaande lijn vertonen n.l. de glas
groenten en champignons.
De geldelijke opbrengst van de grote drie (sla,
komkommers en tomaten) steeg van 473 miljoen
gulden In 1966 tot 479 miljoen gulden in 1967 en
de opbrengst van champignons steeg van 22,4 mil
joen tot 26 miljoen gulden. Heel wat minder goed
zat het met de vollegrondsgroenten. Hiervan daal
Men zal zich wel eens afvragen: is ons denken
soms wat te conservatief? Willen wij niet met de
tijd mee?
Zo ligt het óók voor wat betreft het aloude
systeem van „alles over de klok", wat volgens
insiders in de tegenwoordige tyd niet meer als
het enig juiste af zetsysteem wordt gezien.
Juist de leden die in hun vereniging meeleven,
hebben hiermede wel wat moeite om alles in een
nog groter verband te zien. Eén ding kunnen wij
echter wél zien: dat onze produktenafnemers zich
tot steeds grotere lichamen hebben omgevormd,
zodat ze een steeds sterkere positie hebben ver
kregen.
Het zal er in de komende jaren weer om gaan
wat wij los moeten laten en wat vasthouden. Met
één ding zal men echter altijd rekening moeten
houden, n.l. dat men moet leven in de tijd van
het heden en regeren naar wat ons in de naaste
toekomst te wachten staat.
Veel zorg, en misschien ook teleurstelling, zul
len de nodige vernieuwingen en aanpassingen aan
onze leidinggevende personen in onze organi
saties nog tegemoet zien, want elke samenwerking
vraagt zijn individuele offers.
Gelukkig dat er in iedere tijd nog mensen
zijn geweest, die in hun streven om tot verbete
ring van onze bedrijfsorganisaties een doel voor
ogen hebben gehad, dat zich uitstrekte over vijf
entwintig jaar en dat zij met taaie volharding
hieraan hebben gewerkt.
Laten wij allen hieraan ons eigen steentje bij
dragen, gedachtig aan de spreuk „Eendracht maakt
macht"!
Op ZUID-BEVELAND schiet het winterwerk
flink op, vooral ook dank zij het gunstige weer.
Opvallend is dat op veel bedrijven vlotter wordt
gewerkt dan vroeger. Niet meer vier maal om de
boom heen draaien om hier en daar nog een klein
takje weg te knippen, maar opschieten.
Een arbeidskracht kost tien- a elfduizend gul
den per jaar, als alles wordt meegeteld. Als de
loonstijging nog een paar jaar doorgaat komt men
op een dubbeltje per minuut. Vooral op de grotere
bedrijver^ waar men met enkele mensen werkt,
is het bij de lage fruitprijzen daarom een kwestie
van rekenen geworden waar bezuinigd kan wor
den. Men probeert het dikwijls met een man
minder te doen, door bijv. als iemand aan zijn
A.O.W. toe is hiervoor geen vervanger te nemen.
Natuurlijk zit er het gevaar in van verkeerde be
zuiniging, maar anderzijds is het een noodzaak
om te zoeken en te streven naar een verantwoor
de kostenverlaging. Als men door te werken met
één man minder een paar duizend gulden minder
uit het bedrijf haalt, houdt men er toch nog door
lager uitgaven aan over. En soms zijn er nog on
gebruikte mogelijkheden om doelmatiger, vlugger
en toch goed te werken. Het is in de fruitteelt
een harde strijd geworden en alles moet in het
werk worden gesteld om de kosten in de hand
te houden. Anders dreigt voor menigeen het einde.
Met de rassen is het anders een merkwaardige
zaak. We horen van telers die het financieel het
verste komen met stoofperen en Bramley. Geen
Golden of Cox's kan er mee concurreren. De
Bramley staat al meer dan 20 jaar bij de rassen
die voor aanplant ontraden worden, maar de laat
ste 10 jaar is er regelmatig goed aan verdiend.
(Zie verder pagina 15)
de de geldelijke opbrengst met maar liefst 12,2 mil
joen gulden of 34 De kleinfruitteelt in de volle-
grond had een beter jaar. Landelijk gezien brach
ten deze produkten 5,6 miljoen gulden meer op.
Hiervan gaven de aardbeien in de vollegrond al
leen een meeropbrengst van 6 miljoen gulden, zo
dat de overige produkten in hun totaliteit iets terug
liepen.
LJ ET is nuttig van al deze cijfers kennis te ne
men. Toegepast op onze Zeeuwse situatie
zou er aanleiding toe kunnen bestaan hierop dieper
in te gaan. We laten het deze week na. We hopen
slechts dat de Zeeuwse tuinders kennis zuilen ne
men van deze landelijke ontwikkelingen.
In de afgelopen week hebben we ook vernomen,
dat er tussen het Centraal Bureau van de Tuin
bouwveilingen en de handel in groenten en fruit
overeenstemming is bereikt over enkele nieuwe
verkoopmethoden voor fruit. In de eerste plaats
kan de handel via het Centraal Bureau partijen van
minstens 100 ton appels kopen op termijn, waar
bij als voorwaarde geldt dat de levering eerst 21
dagen na verkoopdatum mag beginnen.
Verder is overeengekomen, dat het verkopen op
monster voor levering binnen veertien dagen zal
worden gestimuleerd. Daarbij is afgesproken dat
dergelijke verkopen uitsluitend via de veilingklok
zullen plaats vinden. Van de zijde van de handel
wordt verwacht dat er vooral voor laatstgenoemde
verkoopmogelijkheid belangstelling zal bestaan.