Iets doen voor
aardappelen
KNLC
Melkpri j sberaad
Kortzichtig beleid
VRIJDAG 13 SEPTEMBER 1963
„Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering van land en Tuinbouw en Veeteelt in Zeeland
Denaturatie-toeslag voor
inlandse tarwe met meer
dan 15 °/o schot
Frankering bij abonnement: Terneuzera
51e Jaargang No 2697
DE Minister van Landbouw vindt de situatie op de aard-
appelmarkt te onoverzichtelijk en kan nog niet beoor
delen of speciale maatregelen van overheidszijde nodig zijn
tot steun aan de Nederlandse aardappelexport; hij zal deze
kwestie echter nader bezien.
Aldus luidde ongeveer het antwoord, dat het Landbouw
schap kreeg op zijn tot de overheid gerichte dringende ver
zoek om tegenmaatregelen in de vorm van exportsubsidies
in verband met de oneerlijke concurrentie van landen als
België en Frankrijk voor onze aardappelexport.
Maar elke dag, die wordt gewacht tot wel een overzicht mogelijk zal zijn, kost Nederland afzet
mogelijkheden voor aardappelen, vooral in landen buiten Europa. Franse en Belgische aardappelen
dringen zich aldaar met subsidie van ca. 3,70 per 100 kg op de min of meer traditionele plaats van
het Nederlandse produkt. De door dumpingpraktijken van anderen verloren gaande exportkansen
uiten zich in een druk op de Nederlandse telersprij zen. Snelle hulp is hier van het grootste belang.
UET bestuur van het Produktschap voor Aard-
appelen heeft zich ook over de situatie be
raden. In deze kolommen is wel eens kritiek op
dat produktschap geleverd. Het heeft ons echter
nu goed gedaan te horen, dat het Produktschaps-
bestuur eveneens heeft geconcludeerd, dat met
spoed de Nederlandse export moet worden ge
steund.
De commissie Marktregeling van het Produkt
schap heeft een regeling voorgesteld, waarbij Over
heid en Produktschap (Egalisatiefonds Consumptie
aardappelen) samen voor twee maanden een export
subsidie van 4,per 100 kg zouden bekostigen.
Ook het Produktschap kreeg echter het antwoord
van de zijde van het Ministerie van Landbouw, dat
hierboven werd weergegeven. Het Produktschap
besloot de Overheid nog eens met nadruk tot (mee)-
betalen te overreden.
INDERDAAD ligt het op de weg van de Overheid
om het Nederlandse bedrijfsleven te bescher
men tegen onjuiste en funeste concurrentie als ge
volg van steunmaatregelen van andere overheden.
Het is te hopen, dat de Minister van Landbouw
zich snel zal laten overtuigen door het klemmende
betoog van de zijde van Landbouwschap en Pro
duktschap' en tot steun zal besluiten, al moet hij
dan wat onoverzichtelijkheid negeren. De aardap-
pelmarkt moet overeind gehouden worden, nu ook
al door maatregelen van andere zijde Duitse
minimuminvoerprijzen de prijsvorming voor de
aardappeltelers in ernstig gevaar komt.
Het Produktschap voor Aardappelen meent dat
er iets moet gebeuren. Overigens heeft het zich over
de aangekondigde Duitse importbelemmeringen ook
reeds tot de Overheid gewend. Wij hopen met be
trekking tot de exportsubsidiëring echter wel, dat
het Produktschap niet te lang op de Minister zal
wachten.
Er is overeenstemming over de noodzaak om
tot daden over te gaan. Er is ook een saldo van
bijna 4,5 miljoen in het Consumptie-aardappel-
egalisatiefonds. Laat het Produktschap dan be
sluiten om alvast de subsidiëring van de export
ter hand te nemen voor eigen rekening en laat
dan de Minister van Landbouw hieruit begrij
pen dat het het bedrijfsleven ernst is om de
Nederlandse aardappelteelt en -handel te be
schermen en dat hij alsnog financieel behoort
bij te springen.
H. B. - K.N.L.C. IN EXTRA VERGADERING BIJEEN
IN de jongste regeringsverklaring en de bijbehorende stukken konden wij geen duidelijke aanwijzing
vinden, dat de regering op korte termijn in het prijsbeleid tegemoet zou komen aan de verlangens
van de georganiseerde landbouw. Wij hebben nu kennis kunnen nemen van de mededeling van de Minis
ter van Landbouw, dat hij overweegt om gedeeltelijk te voldoen aan de wensen van de georganiseerde
landbouw aangaande de melkprijs voor het lopende melkprijsjaar. Zoals bekend heeft het Landbouw
schap nogmaals met nadruk op een verhoging van de richtprijs van 27 tot 28 cent aangedrongen, samen
met een verhoging van de geldende industriemelktoeslag, die al voort zou vloeien uit een nog aan te
brengen correctie in de berekening van die toeslag. Gezien de diepe inzinking, die het inkomen van de
veehouders in het afgelopen jaar heeft getoond, zou het bepaald lang nog geen luxe zijn geweest, als dc
Minister helemaal aan de wensen van het Landbouwschap had voldaan; de resultaten van het goed ge
leide. verantwoorde bedrijf met melkveehouderij waren bedroevend. Hopelijk levert het nadere overleg
hierover nog meer op.
I\E Minister heeft volgens persberichten ook suggesties gedaan ten aanzien van het melkprijsbeleid
voor het volgende jaar. Naar verluidt zou ook gedacht worden aan een verschuiving van het melk
prijsjaar naar april—april in plaats van november—november. Dat zou betekenen, dat eerst per 1 novem
ber a.s. en naderhand per 1 april 1964 maatregelen kunnen worden genomen, die een verbetering van de
melkopbrengst voor de Nederlandse veehouders beogen.
Het Landbouwschap heeft in zijn brief aan de kabinetsformateur al ongeveer gezegd welke factoren
het bij de vaststelling van de nieuwe richt- en garantieprijzen graag in aanmerking genomen zag. We
noemen hier de betere doorberekening van gebouwenkosten, de opname van een marge voor moder
nisering en risico-dekking en van de voor loonmaatregelen noodzakelijke extra-ruimte, alsmede uiter
aard de optredende netto-kostenverhoging. Deze elementen moeten nog nader worden uitgewerkt, ook
al omdat L. E. I.-gegevens nog ontbreken.
Een vrij behoorlijke verhoging van de richtprijs van de melk ligt echter wel in de rede. Hier kan
een verhoging van de consumptiemelkprijs ook van dienst zijn. Als toch al,s het ware in twee étappes
tot een nieuw melkprijsbeleid in een nieuw melkprijsjaar moet worden gekomen, kan deze situatie
heel geschikt worden benut om met een zekere geleidelijkheid die maatregelen te nemen, die de nood
zakelijke verbetering van de melkprijs moeten brengen.
UET Hoofdbestuur van het K. N. L. C. heeft zich deze week in een extra vergadering over de slechte
situatie in de veehouderij en de voorstellen van de Minister t.a.-v. het melkprijsbeleid beraden.
Het Bestuur was van oordeel
dat voor het lopende melkprijsjaar alsnog 28,per 100 kg ais richtprijs moet worden gerealiseerd,
waarvoor een minstens 1,40 hogere industriemelktoeslag nodig is;
dat per 1 november a.s. een nieuw melkprijsbeleid op basis van de Landbouwschapsverlangens dient in
te gaan:
dat ook gedacht moet worden aan het verband melkbeteidvlees beleid.
I\E Voorzitter van de Bond van Aannemers in
de Bouwnijverheid, de heer Ir. Sorgdrager,
heeft zo meldt de N. R. C. van 4 dezer in een
vergadering van zijn organisatie verklaard, dat een
hogere beloning van de bouwvakarbeiders nood
zakelijk is om te bereiken dat het regeringsprograsw
voor de woningbouw kan worden gerealiseerd.
Het bouwbedrijf kan zijn arbeiders niet houden
en dient daarom in staat te worden gesteld op de
arbeidsmarkt beter met andere bedrijfstakken te
kunnen concurreren.
Wij geloven niet dat de gedachte om zonder meer
het loonniveau in de bouwnijverheid op te trekken
een oplossing biedt voor het probleem, waarmee
men in deze sector en overigens niet alleen daar
worstelt.
Het moet Ir. Sorgdrager toch duidelijk zijn dat,
wanneer men onder de gegeven omstandigheden in
een bepaalde sector de teugels van de loonvorming
laat vieren, andere sectoren niet achter kunnen
blijven. Ook daar zullen looneisen naar voren ko
men, omdat men de arbeiders niet wil laten gaan.
Gebeurt dit, dan ligt de weg naar een loon- en prijs-
inflatie volledig open.
Het is overdreven te beweren dat de lonen in de
bouwnijverheid zijn achtergebleven. Er is eerder
aanleiding om te stellen dat de lonen in de bouw
nijverheid aan de kop liggen, hetgeen deels een ge
volg is van de forse loonmaatregel welke enkele
jaren geleden werd genomen met het doel een
loonsanering te bevorderen. Een maatregel overi
gens die in de praktijk niet tot het beoogde doel
heeft geleid. Ook toen werd dit door de krapte op
de arbeidsmarkt verhinderd. Het gevolg hiervan
was dat niet meer werd bereikt dan het op grote
schaal zgn. wit maken van zwart loon. Blijkbaar
heeft men van werkgeverszijde uit deze ervaring
geen lering getrokken.
Wij zouden de heer Sorgdrager beter hebben be
grepen wanneer hij voor de dag was gekomen met
een voorstel tot verhoging van de produktie in de
bouwnijverheid, gepaard gaande met een effectief
prestatiebeloningssysteem., waarvan de toepassing
in de praktijk controleerbaar is.
Aan prestatieverhoging wordt in het bouwbedrijf
blijkbaar niet in de eerste plaats gedacht. Het is
jammer dit te moeten vaststellen. Tot nog toe werd
niets ondernomen om het produktieverlies van de
afgelopen strenge winter enigermate in te lopen.
Tijdens de zomermaanden heeft hiervoor toch zeker
wel gelegenheid bestaan.
Voor de vakbeweging is de situatie er intussen
ook niet eenvoudiger op geworden nu men van
werkgeverszijde, in het openbaar, zo royaal voor de
dag is gekomen. Het is duidelijk dat dergelijke
mededelingen de individuele bouwvakarbeiders niet
ontgaan. Bij hen zijn dus verwachtingen gewekt.
Onder dergelijke omstandigheden wordt het voor
de vakbeweging moeilijk om ten behoeve van onze
nationale economie bij het stellen van looneisen
een gepaste matiging te betrachten.
Het is te hopen dat het kortzichtige beleid, dat
van werkgeverszijde met bovengenoemd voorstel Is
gevoerd, niet zal leiden tot onrust onder de bouw
vakarbeiders met nadelige gevolgen voor de bouw-
produktie. De bouwnijverheid zal intussen moeten
beseffen dat ook zij in het gareel van de loonpoli
tiek zal moeten lopen.
UET Produktschap voor Granen, Zaden en Peul-
vruchten maakt bekend, dat voor de komende
oogst voor inlandse tarwe, waarin meer dan 15
schot voorkomt, een denaturatie-toeslag kan wor
den verleend.
Ingeval de kwaliteit als gezond kan worden aan
gemerkt en overigens aan de gestelde eisen voldoet,
zullen de navolgende kortingen op de denaturatie-
toeslag worden toegepast
bij meer dan 15 t/m 20 schot 0,50 per 100 kg
bij meer dan 20 t/m 25 °/o schot 1,per 100 kg
bij meer dan 25 t/m 30 schot 1,50 per 100 kg
bij meer dan 30 schot 2,per 100 kg
Ingeval het percentage schot 15 of lager is,
wordt vanwege „schot" geen korting toegepast.
Voor de tarweregeling moge verder kortheidshalve
naar pag. 767 verwezen worden.