Pacht en het inplanten van fruit
WIE WORDT
KAMPIOEN
Enige mogelijkheden betreffende
samenwerking binnen een fruitteeltbedrijf
IN DIT NUMMER
V
VRIJDAG 23 AUGUSTUS 1963
Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering van Land enïuinbouwenVeeteelt in Zeeland
De prijsvraag van de
Kon. Ver. „Het Ned. Trekpaard"
Frankering bij abonnement: 'Ierneuzen
51e Jaargang No. 269$
LRANNEER de eigenaar van de grond (en de opstand)
niet dezelfde is als degene, die het bedrijf geheel of
grotendeels voert of leidt, dan vloeien uit de tussen hen
gesloten overeenkomst wederzijdse rechten en plichten
voort. We onderscheiden:
a. de pachtovereenkomst,
b. de maatschap.
c. de arbeidsovereenkomst.
De fruitteelt verkeert om.meer dan een reden in een bij
zondere positie omdat:
a. de investering in de boomopstand omvangrijk en lang
durig is,
b. deze investering betrekking heeft öp levend materiaal,
c. dit levend materiaal is aan een bepaalde plaats gebon
den.
Deze omstandigheden komen elders in de tuinbouw ook
wel voor (kas-teelten, bollen), maar niet alle tegelijk.
De aard van het materiaal (b) heeft tot gevolg dat de
investeringen in de eerste jaren toenemen. Voorts betreft
het een zeer kwetsbaar produktie-middel, waarvan ver
waarlozing door de bedrijfsvoerder voor de eigenaar fu
nest is.
Het langdurige van de investering en het aan een be
paalde plaats gebonden zijn (c) schept problemen bij de
beëindiging van de overeenkomst; vooral bij tussentijdse
beëindiging (sterfgeval, invaliditeit). Bij het begin van een
bepaalde samenwerkingsvorm moet men hiervoor dan ook
een goede regeling treffen.
PACHTOVEREENKOMST
We onderscheiden drie mogelijkheden;
1. Pachter krijgt grond en volwassen boomgaard
in pacht.
2. Hij pacht alleen de grond, steekt de bomen in
en kweekt ze op.
3. Pachter en verpachter werken samen bij het
insteken en opkweken, dus een tussenvorm
van 1 en 2, (dit laatste geval blijft hier verder
buiten beschouwing).
PACHT VAN GROND OPSTAND
a. Verpachter ontvangt pacht voor de grond en
boomopstand. Verpachter heeft belang bij een
zeer vakbekwame pachter, die alles goed on
derhoudt. Bij verwaarlozing kan verpachter
een beroep doen op art. 55 van de Pachtwet.
De Pachtkamer stelt dan een onderzoek in en
kan aan pachter aanwijzingen geven. Volgt hij
deze niet op, dan kan ontbinding van de pacht
volgen (art. 56).
b. De pachter brengt vaak verbeteringen aan. Hij
loopt kans later een hogere pacht te moeten
betalen. Als hij met een boomgaard begint die
niet al te best is, dan dient een lage pacht te
worden overeengekomen en er kan worden
vastgelegd dat. deze bijv. de eerste twaalf jaar
niet zal worden verhoogd.
PACHT VAN GROND
Verpachter ontvangt pacht voor fruitteeltgrond,
die veel hoger kan zijn dan voor akker- of weide
grond. Pachter behoeft niet in de grond te in
vesteren, kan zelf het beplantingsplan (laten)
maken en zelf exploiteren.
Om akker- of weiland te veranderen tot fruit-
tuin heeft de pachter volgens art. 30 van de Pacht
wet de schriftelijke toestemm'ng nodilg van de
verpachter. Weigert verpachter deze toestemming
dan kan pachter machtiging vragen aan de
Grondkamer op grond van art. 30 lid 3 van de
Pachtwet.
VERGOEDING BIJ BEËINDIGING
AM bij beëindiging van de pacht recht te hebben
op vergoeding moet pachter vóór het inplan
ten aan de verpachter schriftelijk mededeling doen
van de geschatte kosten. Verzet verpachter zich
tegen de plannen dan kan pachter aan de Grond
IN de laatste jaren komen er nogal eens
vragen rondom het pachten van fruit-
bedrijven en de mogelijkheden van samen
werking binnen een fruitteeltbedrijf. De
moeilijkheden zijn er nog niet zozeer als een
fruitbedrijf in zijn geheel wordt verpacht.
Deze problemen komen vooral wanneer
een pachter zelf fruit wil gaan inplanten op
het „blote" land dat hij pacht,' als hij een
verouderde boomgaard van verpaehter „op
knapt" en nog meer als hij als pachter rooit
en opnieuw inplant. Het probleem komt
dan vooral in de toekomst, als de pachter
zijn ingeplante percelen om een bepaalde
reden moet verlaten.
Om brokken in de toekomst te vermpden
is het dus noodzakelijk enkele problemen
vooraf te weten en daarmee rekening te
houden. Als de verpaehter weinig genegen
is om mee te werken, kan men misschien
maar beter van inplanten afzien. Men neemt
dan immers een groot risico. Ook wanneer
het land dat men pachten wil in een goed
gekeurd uitbreidingsplan ligt, waar het een
niet-agrarische bestemming krijgt, is liet
beter om niet in te planten.
kamer vragen dit verzet ongegrond te verklaren.
Laat men die sehr'ftelijke mededeling enz. acliter-
dan heeft men later geen reeht op vergoe
ding!
Deze regeling blijkt echter niet altijd geheel be
vredigend te zijn. Het is beter bij notariële akte
erfpacht en/of recht van opstal op het perceel te
vestigen. Erfpachter of pachter blijft dan door
het opstalrecht eigenaar van de bomen en gebou
wen. Beide rechten kan hij aan anderen overdra
gen (verkopen) en deze zijn te vererven, of en
kunnen zelfs met hypotheek bezwaard worden.
Wil de eigenaar deze twee rechten niet verlenen,
dan kan de pachter trachten een langdurige
pachttermijn bijv. van 24 jaar aan te gaan, en een
regeling te bedingen voor de vergoed'ng van de
opstand bij eventuele beëindiging van de pacht.
Volgen» art. 31 van de Pachtwet wordt bij be
ëindiging van de overeenkomst alleen vergoeding
gegeven voor verbeteringen in de laatste 20 jaar.
Het is nog niet duidelijk of deze termijn geldt van
af het insteken of vanaf het tijdstip dat de boom
gaard rendphoi wordt.
Bij de exploitatie worden voortdurend allerlei
verbeteringen aangebracht zodat er meestal per
celen van verschillende leeftijd zijn. De vergoeding
bij beëindiging neemt echter af naarmate de pach
ter meer van de verbeteringen geprofiteerd heeft.
Toch zal bij beëindiging van de pachtovereen
komst altijd een gedeelte van de beplanting een
flinke waarde hebben.
Wanneer de pachter het gepachte verlaat, kan
verpachter in plaats van grond nu grond -op
stand verpachten en dus een veel hogere pacht
prijs maken. Het is dus billijk dat hij de pachter
hiervoor een vergoeding geeft. Kan of wil hij dit
niet, dan is het billijk dat hij er aan meewerkt,
dat de oude pachter zijn rechten overdraagt aan
de nieuwe pachter. Deze betaalt daarvoor een ver
goeding en aan de vroegere pachter verder alleen
pacht voor de grond aan de verpachter. Voor de
nieuwe pachter gaan de rechten op de opstand
dan op zijn naam over.
BEPALINGEN
IN DE PACHTOVEREENKOMST
RESUMEREND zouden in de pachtovereen
komst, waarbij er sprake is van het planten
van vruchtbomen op gepacht land, dus de volgen
de bepalingen opgenomen dienen te worden wil
men trachten te voorkomen dat later moeilijk
heden kunnen ontstaan;
a. dat paenter de bomen insteekt en opkweekt
(hij is economisch eigenaar van de bomen).
b. dat bij verkoop van het bedrijf aan de pachter
de waarde der bomen buiten beschouwing
blijft.
c. dat bij beëindiging van de pacht de waarde van
de opstand wordt vastgesteld door drie taxa
teurs, te benoemen door: le verpachter resp.
nieuwe pachter, 2e oude pachter of zijn recht
verkrijgenden, 3e de twee benoemde taxateurs.
d. dat verpachter de waarde aan pachter ver
goedt of
e. dat de nieuwe pachter deze waarde vergoedt.
Dit laatste wordt in het paehtkontrakt met de
nieuwe pachter opgenomen.
MAATSCHAP
Bij een maatschap brengen beide partijen iels
in om hét daaruit verkregen voordeel samen te
.delen. Voorbeelden:
1. Fruitteler A rooit een boomgaard en wil een
jaar wachten met inplanten. Hij gaat nu een
maatschap aan met akkerbouwer B. Telkens
voor een jaar brengt A de grond in en B zijn
vakkennis, arbeid en machines. A betaalt de
helft van zaad en mest en eventueel verricht
hij ook nog wat werk. Van de opbrengst krij
gen ze bijvoorbeeld ieder de helft. Deze ver
houding kan echter ook anders zijn. Dit is geen
pacht. Zij zijn compagnons, gelijkwaardige par
tijen. A kan elk jaar beslissen wat hij met het
land wil doen.
2. Boer-fruitteler C met een „heel gewone" boom
gaard gaat een maatschap aan mei bijv. buur
man fruitkweker-loonwerker D. C brengt de
boomgaard in en maait gras, zorgt voor stal
mest en helpt plukken. D snoeit, spuit, dunt,
(Zie verder pag. 715)