De commissie landbouwkrediet over
KREDIETVERRUIMING
r
ROERENDE GOEDEREN ALS ZEKERHEID
ZATERDAG 21 MEI I960
'N
Ifo. 2530 Frankerïng bij abonnement; Terneuzen
48e Jaargang
U7E mogen konstateren, dat de pers veel aandacht heeft besteed aan het rapport van de commissie
landbouwkrediet. Inmiddels zijn de persstemmen praktisch geheel verstomd. Maar daarmee is
de kous natuurlijk niet af. Wij nemen aan, dat het lijvige rapport intern naarstig wordt bestudeerd.
Zeker door de beide centrale boerenleenbanken „Utrecht en „Eindhoven".
In dit blad is enige tijd geleden melding gemaakt van de studie-conferentie, die door het K. N. L. C.
in Utrecht werd gehouden. Het rapport werd toen doorgelicht door een deel van het kader van het
K. N. L. C„ waaronder voormannen van de Z. L. M. Met name de centrale bank „Utrecht" had er be
hoefte aan de meningen van organisatie-mensen uit de Nederlandse land- en tuinbouw te horen. Ook
deze meningen zijn aan het studie-materiaal toegevoegd.
EEN belangrijke vraag kwam aan de hand van
het rapport in het middelpunt te staan. De
vraag of er in het landbouwkrediet mogelijkheden
zijn om te komen tot het verruimen van de krediet
verlening. In het bijzonder ten aanzien van de ge
pachte akkerbouwbedrijven en van de tuinbouw
bedrijven kwam de commissie namelijk tot de con
clusie, dat er een reële behoefte aan verruiming
van de kredietverlening bestaat. Voor de boeren
leenbanken is dit natuurlijk eveneens een uiter
mate belangrijk punt. Waarbij de eisen van zake
lijke of persoonlijke zekerheid centraal komen te
staan.
BLANCO-KREDIET
MOMENTEEL is bij de boerenleenbanken op be-
perkte schaal blanco-krediet-verlening mo.
gelijk. Bij de „Utrecht"-banken tot maximaal
3.000,per kredietnemer. Bij deze kredietvorm
ontbreekt dus de zakelijke of persoonlijke zeker
heid. Is dit nu voor uitbreiding vatbaar?
Blanco kredietverlening vraagt een nauwkeurig
inzicht in de balanspositie van de geldverkrijger.
Bovendien is tevens een regelmatige controle nood
zakelijk. Dat gaat uiteraard met kosten gepaard
én de boerenleenbanken moeten hierop ingesteld
zijn. Het is duidelijk dat ook de persoon van de
blanco-kredietvrager en de rentabiliteit van zijn
bedrijf in de beoordeling betrokken moeten wor
den. Aan een en ander zit nogal wat vast en het
eist omschakeling. Uitbreiding van het blanco kre
diet lijkt daarom slechts geleidelijk aan mogelijk.
De commissie meent dat de besturen van de plaat
selijke banken nog niet voldoende vertrouwd zijn
met kredietverlening op basis van uitsluitend be-
drijfs-economische gegevens. Maar er komt nog
wat anders bij. Blanco krediet betekent voor de
bank meer risico. In de rente moet daarom een
risico-premie geïncalculeerd worden en een bedrag
voor de hogere kosten. Met andere woorden, blanco
krediet zal duurder zijn dan krediet op basis van
de normale zekerheden. Is deze hogere rente voor
de kredietvrager aanvaardbaar? Wil of kan hij
deze rente opbrengen?
BANKTECHNISCH gezien speelt ook de risico
spreiding een rol. De vraag kan gesteld wor
den of elke bank afzonderlijk deze spreiding bij de
blanco-kredietverlening in voldoende mate kan
toepassen. Voor de meeste plaatselijke banken lijkt
dit niet goed mogelijk. Wel voor de gezamenlijke
banken met inschakeling van de onderlinge waar
borgfondsen van de centrales of door het instel
len van een gezamenlijk financieringsinstituut.
Vanzelfsprekend kan de reserve van de plaatse
lijke bank een belangrijke functie vervullen bij
blanco-krediet. Voldoende reserve is daarom een
eerste vereiste en het opvoeren daarvan vraagt d€
voortdurende aandacht. Want hoewel de onbe
perkte aansprakelijkheid van de leden der bank
eveneens dient om de terugbetaling van de aange
trokken spaargelden te garanderen mag hiervan
toch slechts als laatste redmiddel gebruik worden
gemaakt. Wij kunnen inmiddels wel constateren,
dat krediet zonder zekerheid vele vraagstukken op
roept, waarover het laatste woord niet is gevallen.
Tijdens genoemde K. N. L. C.-studie-conferentie
werd ten aanzien hiervan nog naar voren gebracht,
dat een pas beginnende boer of tuinder geen be-
drijfs-economische gegevens kan overleggen ter
beoordeling door het bestuur van een bank bij de
aanvraag van een blanco krediet. Iemand, die pas
een bedrijf begint, heeft om het zo eens uit te druk
ken geen bedrijfs-economisch verleden. En hij kan
juist wel sterk behoefte aan blanco-krediet heb
ben, omdat voldoende persoonlijke en zakelijke
zekerheid ontbreekt. Overigens was men van me
ning, dat de boeren en tuinders in het algemeen
de voorkeur zouden geven aan voorschotten en
kredieten tegen zekerheidsstelling boven die op
basis van de rentabiliteit van hun bedrijf.
PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE
ZEKERHEID
WAT nu de zekerheidsstellingen betreft, kunnen
de bestaande zekerheidsnormen worden uit
gebreid of nieuwe gecreëerd. Om met het eerste te
beginnenmeestal wordt op onroerende goederen
tot een bedrag van 2/:; van de taxatiewaarde hy
potheek verschaft. Wordt het in plaats van 2/;! bij
voorbeeld dan betekent dit een verruiming van
de mogelijkheid om geld te lenen. Dit zou voor de
bar k betekenen, dat de overwaarde van het onder
pand geringer wordt en daarmee de zekerheid voor
de lening kleiner. De commissie heeft deze mo
gelijkheid ook bekeken, maar is tot de conclusie
gekomen, dat de toegepaste maxima gehandhaafd
dienen te blijven vooral met het oog op een even
tuele geforceerde verkoop van het onroerende
goed. Wel heeft ze gewezen op de rol, die het borg
stellingsfonds voor de landbouw kan spelen. Als
een krediet bedrijfs-economisch verantwoord is,
maar voldoende zekerheid ontbreekt, kan het borg
stellingsfonds aanvullend optreden door het ver
lenen van een borgstelling.
NIEUWE zakelijke zekerheden liggen vooral in
het vlak van de roerende goederen. Indien
deze als onderpand kunnen dienen, wordt de kre
diet-mogelijkheid aanzienlijk verruimd. Hieraan
zitten echter mede belangrijke juridische aspecten.
Momenteel wordt in Nederland gewerkt aan een
algehele herziening van het Burgerlijk Wetboek.
In verband daarmee bracht de commissie ernd 1958
een interimrapport uit om haar wensen kenbaar te
maken over een wettelijke regeling van de zake
lijke zekerheidsrechten in het nieuwe Burgerlijk
Wetboek. Zo denkt de commissie aan het instel
len van een zogenaamd register pandrecht (te ver
gelijken met het hypotheekregister bij onroerende
goederen). De verpande roerende goederen worden
dan ingeschreven in een speciaal register en blij
ven verder in de macht van de pandgever. De bank
heeft nu echter een juridische zekerheid en kan
op grond daarvan een krediet verlenen. Tot welk
bedrag van de waarde van het pand, tegen welke
prijs (rente, risico en kosten) en voor hoelang?
Dat zijn vragen, waar we ons thans niet in zullen
verdiepen.
Vooral een register pandrecht op groeiende oogst
lijkt van grote waarde, in het bijzonder voor de
akkerbouwbedrijven. Denk met name aan het
rekening-courantkrediet om de groei- en oogst-
periode te overbruggen. Overigens dient afge
wacht te worden in hoeverre de voorstellen van
de commissie in het nieuwe Burgerlijk Wetboek
opgenomen zullen worden.
Daarnaast wil de commissie het bezitloze pand
recht handhaven. We schrijven handhaven, omdat
we thans als zekerheid kennen de eigendomsover
dracht van roerende zaken als basis voor het kre
diet. Een zekerheid, die voor de geldgever nogal
betrekkelijk is, maar zich desondanks een plaats
in het landbouwkrediet verworven heeft.
IIIT het vorenstaande volgt, dat er pogingen
aangewend worden om nieuwe bronnen
voor de kredietverruiming aan te boren.
De toekomstige ontwikkeling van onze land
en tuinbouw mag niet belemmerd worden door
te geringe financieringsmogelijkheden. Natuur
lijk moet de financiering verantwoord zijn en
bezien worden tegen de achtergrond van risico
en kosten. De commissie landbouwkrediet heeft
op mogelijkheden gewezen, die alleszins de aan
dacht verdienen.
J. DIJ.
lil dit IIII3111131*2*
Het Lager landbouwonderwijs
in deze tijd. Geslaagde Z. L. VI.
leerkrachtendag te Oudelande pag. 391
De landbouw in de versnelling
van de E. E. Gpag. 391
Chemische onkruidbestrijding
in stambonen pag. 393
Boerderij en organisatie pag. 393
Het gezinsbedrijf in de toekomst pag. 391
In de tuinbouwrubriek deze
week over:
„Een slag voor onze tomaten
export" en Veiling Walcheren
had gunstig jaar pag. 395
5 .jaar Peulvruchtencentrum
Z. W. Nederland in bedrijf pag. 397
De korte wenken deze keer op pag. 397
Boeren jeugd en markt. pag. 399/403
Zitdagen Boekhoudbureau
der Z. L. Mpag. 390