Geen onverdeeld gunstig beeld.
PIROLINEGERST
Algemene Vergadering
der Z. L. M.
ZITDAGEN
BOEKHOUDBUREAU
CONTRACTTELERS
D. J. VAN DER HAVE
No. 2253. Frankering bij abonnement: Terneuzen
jonomlach-Technologisch Insötuui
voor Zeeland
•MIDDEL BURd
ZATERDAG 11 DECEMBER 1954.
42e Jaargaag
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
WAARIN OPGENOMEN HET NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD
Officieel Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z. L. M.)
de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Verenigingen
y o beoordeelden de leden van de Tweede Kamer 'de toestand van de landbouw en we begrijpen allen
wat voor redenen ze gehad hebben om deze uitspraak in het Voorlopig Verslag te doen opne
men. Daarna heeft de Minister zijn Memorie van antwoord ingezonden en hebben de leden de gele-
geheid gehad hun mening kenbaar te maken bij de behandeling van de begroting. Inmiddels isi de
Landbouwbegroting de vorige week zonder veel moeite door dezelfde Kamerleden aangenomen, die
het Minister Mansholt niet erg moeilijk gemaakt hebben bij de behandeling van zijn tiende begro
ting. Kan dit als een compliment worden gezien voor de minister, anderzijds hadden we,gezien
bovenstaande uitspraak, wel een wat levendiger debat verwacht.
Enkele van de belangrijkste punten die bij1 de behandeling naar voren zijn gesprongen, willen we
hier nog in het kort bespreken.
DE TOESTAND IN CIJFERS.
In de Memorie van Antwoord heeft de Minister
de toestand van de landbouw beoordeeld aan de
hand van de bedrijfsuitkomsten over de laatste 4
jaren. Voor de akkerbouwgebieden zien deze cijfers
er als volgt uit
Netto overschotten in guldens per ha
1950/51 1951/52 1952/53 1953/54
N Bouwstreek 259 577 526 231
Oldambt 265 443 343 107
Veenkoloniën 390 574 341 114
Z.W. Kleigebied 500 511 573 547
Aan deze cijfers verbindt de Minister de volgen
de conclusie: „Uit de gegeven cijfers blijkt een
kentering, welke naar de mening van de onderge
tekende wel maant tot voorzichtigheid, doch niet
onrustbarend is te noemen". Het geruststellende
geluid van de Minister verdient echter nog wel een
aantal opmerkingen, daar reeds Ibij het eerste ge
zicht de gunstige resultaten van de zeeklei in het
Zuid-Westen opvalt. Hierbij moet in de eerste
plaats gedacht worden aan de vele bedrijven die
tengevolge van de inundaties aanmerkelijk slech
tere resultaten geboekt hebben.
op MAANDAG 13 DECEMBER 1954, te 2 uur, in
het „Schuttershof" te Middelburg.
Agenda:
1. Opening en openingsrede door de Voor
zitter.
2. Notulen van de Algemene Vergadering van
17 Juni 1954.
3. Mededelingen en ingekomen stukken.
4. Begroting 1955 en contributievaststelling voor
1955. (De begroting, werd aan de Afdelingen
toegezonden.)
5. Rondvraag.
6. Inleiding door de heer Ir P. W. Bakker Arke-
ma over het onderwerp„De practjtfk der land
bouwmechanisatie."
7. Gedachtenwisseling.
8. Sluiting.
TERNEUZEN: Woensdag 15 December in Hotel
„Des Pays-Bas.'
ZIERIKZEE: Donderdag 16 December in Hotel
„Huis van Nassau."
ST. MAARTENSDIJKDonderdag 16 December in
Hotel „Hof van Holland."
MIDDELBURG: Donderdag 16 December in Café
„De Eendracht."
ST. PHILJPSLAND: Zaterdag 18 December in
Hotel „De Druiventros."
Daarnaast hebben we ons met enige zorg af te
vragen of'het intensieve bouwplan, dat aan deze
resultaten ten grondslag ligt, in het komende jaar
wel gehandhaafd zatl kunnen worden. De bedrijfs
uitkomsten van hen die steeds veel aardappelen,
suikerbieten en andere arbeidsintensieve gewas
sen verbouwen, zouden dit jaar wel eens wat on
gunstiger af kunnen steken tegenover die van be
drijven met een wat gemakkelijker 'bouwplan. Ook
de arbeidsvoorziening zal velen in deze richting
drijven. De Minister heeft in de Memorie van Ant
woord hierover medegedeeld dat veel aandacht
wordt geschonken aan de intensieve landbouwpro
ducten. Daar met de factor arbeid en de gestegen
loonkosten rekening wordt gehouden, kan de Mi
nister niet inzien dat door het prijslbele'd van de
producten waarvoor een garantieprijs geldt, de ex
tensieve vorm meer rendabel zou worden. Wel zou
extensivering een gevolg kunnen zijn van de
schaarste aan arbeidskrachten. We hopen dat de
Minister gelijk krijgt, al vrezen we er wel voor.
Vooral als we op een andere plaats lezen dat door
het L. E. I. geen rekening gehouden kan worden
met de z.g. „zwarte" lonen die betaald worden.
De Minister merkte dit op n.a.v. een vraag uit de
Kamer of de berekeningen van het L. E. I. lang
zamerhand niet meer een academisch dan een prac-
tisohe waarde hadden gekregen. Daar dit bezwaar
vooral geldt voor de intensieve teelten, menen we
de uitspraak van de Minister toch wel in twijfel te
moeten blijven trekken.
De moeizame suikerbietenoogst met veel grond
en een laag suikergehalte, de slechte kwaliteit van
de consumptie-aardappelen, de hoge rooikosten en
de vooral in verhouding daarmee matige prijzen
tengevolge van de trage export vormen niet be
paald een stimulans om met een dergelijk bouw
plan ongewijzigd verder te gaan. Ook al zijn de ge
varen van een extensief bouwplan gemakkelijk ge
noeg te onderkennen.
De oplossing van de moeilijkheden met betrek
king tot de arbeidsbezetting van de bedrijven zal
volgens de Minister moeten worden gevonden door:
a. een zo groot mogelijke vaste kern;
b. werkgelegenheid voor tenminste 6 maanden
voor de losse arbeiders;
c. machinale uitvoering van de meeste oogst-
werkzaamheden
d. aanpassing van het bouwplan aan de arbeids
voorziening.
Rechtstreekse arbeidshulp zal ook het volgend
jaar mogelijk blijven voor de bijzondere gevallen.
Hierbij zullen, naast het normale tarief, de sociale
IN ZEEUWS-VLAANDEREN.
Bezoekt op Woensdag 16 December de
speciale bijeenkomsten die belegd worden
ter bespreking van de moeilijkheden die
zich bij contractteelten kunnen voordoen.
De bijeenkomsten hebben plaats:
10 uur: Kloosterzande, Café Raes.
13.30 u.: Terneuzen, Hotel „Des Pays Bas".
17 uur: Oostburg, Café „De Eenhoorn".
Voor nadere bijzonderheden zie men
pag. 790 van dit blad.
lasten berekend worden, evenals een klein gedeelte
van de onkosten.
Wellicht zijn de moeilijkheden, die zich dit jaar-
bij het binnenhalen van de oogst hebben voorge
daan, de oorzaak van deze toezegging, die we graag
nog wat positiever hadden gezien.
Een schrale troost is het overigens, dat de Minis
ter heeft medegedeeld, dat er van beperking van
het suikerbietenareaal alleen dén sprake behoeft
te zijn als de productie de behoefte in het binnen
land gaat overtreffen. Dit jaar zullen, volgens de
mededelingen van de Minister, beide ongeveer
gelijk zijn. Ook vestigde hij er de aandacht op, dat
bij een mogelijke beperking de teelt in de goed
koopst producerende gebieden gehandhaafd dient
te worden. In dezen neemt de Minister dus een
ander standpunt in, dan bij de melk, waar hij niet
onwelwillend staat tegenover het voorstel van de
Stichting om een twee-prijzensysteem in te gaan
voeren.
DE KOSTPRIJSVERSCHILLEN
Het vraagstuk van de verschillen in kostprijs is
vanzelfsprekend ook door vele leden van de Twee
de Kamer aan een beschouwing onderworpen.
In de Memorie van Antwoord heeft de Minister
een aantal interessante gegevens verstrekt over de
verschillen in kostprijs tussen de goedkoopst en
de duurst producerende gebieden.
In onderstaand overzichtje staat aangegeven
hoeveel procent de hoogste kostprijs boven de
laagste gelegen is.
1952 1953 1954
Wintertarwe 3 5 4
Zomertarwe 18 22 22
Zomergerst 17 15 14
Suikerbieten 38 39 39
Melk (Nederland) 24 37 28
Men ziet hieruit dus, dat naast de melk, vooral
de suikerbieten enorme verschillen in kostprijs te
zien geven. De Minister verwacht overigens, dat
het volgend jaar de verschillen voor de arbeids
intensieve teelten nog groter zullen zijn. Voor de
suikerbietentelers in het Noorden van het land,
die de bieten dit jaar, wegens de grote oogstmoei-
lijkheden, al vele malen verwenst zullen hebben, is
dit een weinig opwekkende mededeling.
Het Hollandsch Landbouwweekblad gaf deze
kostprijsverschillen onlangs in ronde cijfers, waar
door ze nog méér spreken.
Hoogste Laagste
kostprijs kostprijs
Wintertarwe 20,40 19,65
Zomertarwe 27,70 22,65
Zomergerst 25,45 22,30
Suikerbieten 49,25 35,20
Wat de melk betreft lijkt het er dus wel op, dat
de Minister niet afwijzend staat tegenover een twee
prijzensysteem, ondanks al de bezwaren die daar
aan, zoals hijzelf ook heeft opgemerkt, verbonden
zijn, al ziet hij deze als een noodoplossing, zodat
ook naar andere oplossingen gezocht zal moeten
worden.
Voor een toeslag per ha in de duurstproduceren-
de gebieden, bleek de Minister weinig te gevoelen,
omdat: „men in zekere zin de geringere arbeids
productiviteit gaat honoreren."
Het enige punt, waarin de Minister dienaangaan
de vrij positief is geweest, betreft een regeling via
de pachtprijzen.
(Vervolg op blz. 790.)
(Advertentie)
KONINKLIJK KWEEKBEDRIJF
EN ZAADHANDEL
KAPELLE-BIEZELINGE
hoge opbrengst