ZITDAGEN
De opfok van het jonge paard
RECTIFICATIE.
RASSENLIJST
voor landbouwgewassen 1955
594
De Rijkscommissie voor de Samenstelling van
de Rassenlijst voor Landbouwgewassen maakt be
kend, dat bij wintertarwe de volgende rassen voor
het eerst in de Rassenlijst zullen worden opge
nomen:
Carsten's VI.
Kweker: R. Carsten, Duitsland. Vertegenwoor
diger van de kweker: De samenwerkende kweek-
bedrijven Fa. G. Geertsema te Groningen, Kon.
Kweekbedrijf en Zaadhandel D. J. v. d. Have te
Kapelle-Biezelinge en Dr. R. J. Mansholt's Ver-
edelingsbedrijf N.V. te Westpolder (Gr.).
Roodzadige tarwe met een vrij goede tot goede
wintervastheid. Stelt geen hoge eisen aan de
grond. Vrij trage voorjaarsontwikkeling. Het vrij
korte stro is niet stevig, maar wel veerkrachtig.
Iets vatbaar voor gele roest. Rijpt vroeg en gezond
af. De opbrengst is goed. De korrel is vrij klein en
nogal gevoelig voor schot.
Leda.
Kweker: Prof. A. G. Dumon, Leuven, België.
Vertegenwoordiger van de kweker: de Z. P. C. te
Leeuwarden.
Roodzadige tarwe met een vrij goede wintervast
heid. Geeft door de steile bladstand een matige
grondbedekking. Het stro is middelmatig lang en
tamelijk stevig. Weinig vatbaar voor gele roest.
Rijpt middenlaat.
De opbrengst is goed. De korrel is rood, kort en
goed gevuld.
Capelle Desprez.
Kweker: Florimond Desprez, Capelle par Temp-
leuve, Frankrijk. Vertegenwoordiger van de kwe
ker: De samenwerkende kweekbedrijven Fa. G.
Geertsema te Groningen, Kon. Kweèkbedriif en
Zaadhandel D. J. v. d. Have te Kapelle-Biezelinge
en Dr. R. J. Manholt's Veredelingsbedrijf N.V. te
Westpolder (Gr.).
Weinig wintervaste, roodzadige tarwe. Zeer kort
en stevig stro. Werd weinig door roest en voetziek-
ten aangetast.
De opbrengst is zeer goed. De korrel is zeer
groot en van goede kwaliteit.
Over opname van nieuwe rassen bij zomergewas
sen zal later mededeling worden gedaan.
ZEEUWS VOORLICHTINGSINSTITUUT OP
VERZEKERINGSGEBIED (Z.V.V,)
OOSTBURG: Woensdag 22 September a:s. in Cafe
„De Vuijst" van 1416 uur (de heer Cevaal).
KORTGENE: Donderdag 23 September a.s. in ,,De
Korenbeurs" van 11—13 uur (de heer
Wegner).
MIDDELBURG: Donderdag 23 September a.s. in
Café „De Eendracht" van 1316 uur (de
heer Cevaal).
AXEL: Zaterdag 25 September a.s. in Hotel „De
Graanhandel" van 15—17 uur (de heer
Wegner).
GOES: Iedere Dinsdag op het Landbouwhuis.
Laat Uw polissen op het gebied van de kapitaal-,
pensioen-, lijfrente-, studie- en uitzetverzekering
controleren en vraagt bemiddeling bij het afsluiten
van nieuwe posten.
ZEEUWS VOORLICHTINGSINSTITUUT VOOR
DE BRANDVERZEKERING. (Z. V. B.)
ST. MAARTENSDIJK: Donderdag 23 September
a.s. in Hotel „Hof van Holland" van 10.30
12.30 uur (de heer Van Burg).
GOES: Iedere Dinsdag op het Landbouwhuis.
Laat Uw brandpolissen controleren en vraagt
bemiddeling bij het afsluiten van nieuwe posten.
ADVIESBUREAU VOOR OORLOGS-
EN RAMPSCHADE.
ST. PHILIPSLAND: Zaterdag 18 September van
1113 uur in Café „De Druiventros".
ZIERIKZEE: Donderdag 30 September van 1113
uur in het „Huis van Nassau".
De zittingen te GOES vervallen voorlopig.
ALGEMENE EMIGRATIE CENTRALE (A. E. C.)
AFDELING GOES.
Iedere Maandag van 20—21 uur op het Land
bouwhuis te Goes.
CONTRACTTEELT.
Brengt of zendt uw teeltcontracten vóór het af
sluiten ter beoordeling aan het Secretariaat der
Z. L. M., Landhouwhuis, Goes.
Dit geldt óók voor de afrekeningen, t-
- >li t\- as
EEN van de belangrijkste factoren voor de opfok van het jonge paard vormt de weide. Wie
beschikt over goed ontwaterd grasland op kalkrijke grond, kan van een succesvolle paarden
fokkerij verzekerd zijn, mits hij dit weiland met voldoende fosfaat bemest en het een niet te gefor
ceerde stikstofbemesting geeft. Zodanig grasland is rijk aan klaver.
Rantsoenbeweiding is voor de jonge paarden niet het meest aanbevelenswaardig. De ervaring leert,
dat een ruimere oppervlakte dienstig is voor een regelmatige ontwikkeling van spieren en botten
(beweging); bovendien is dan waarschijnlijk ook een betere voorziening met mineralen (ook sporen
elementen) en vitamines gewaarborgd. Bekend is dat een weide, die hoofdzakelijk door paarden beweid
wordt, achteruitgaat in kwaliteit. Het wordt daarom van belang geacht, dat er per paard 4 a 5 stuks
rundvee worden geweid. Éénzijdige paardenfokkerij, zonder daarnaast voldoende rundvee, is dus dik
wijls teleurstellend.
Een goede weide
paardenfokkerij
vormt de grondslag
Foto K. V. N. T.
voor' een succesvolle
In Zeeland ligt veel grasland, dat aan de hier
genoemde eisen voor de paardenfokkerij voldoet;
vele weiden zelfs zijn uitstekend voor dit doel ge
schikt en komen vooral in Zeeuwsch-Vlajanderen
voor. Het is daarom geenszins te verwonderen, dat
Zeeland tot op de huidige dag een vooraanstaande
plaats in de trekpaardfokkerij heeft ingenomen. Het
scheuren van goed, oud grasland en daardoor de
oppervlakte beschikbaar grasland al te zeer beper
ken heeft wel bedenkingen, die men, wanneer men
scheuren van grasland overweegt, terdege onder
ogen moet zien.
Naarmate het grasland minder geschikt is voor
de opfok van jonge paarden, moet men aan de bij-^
voedering van deze dieren hogere eisen stellen. Ge
makkelijk is dit niet altijd, maar dank zij de vorde
ringen op het g§£ied van de- voedingsleer, is het
tegenwoordig dok op plaatsen, die Vafn nature Inihder
geschikt zijn, mogeiijk beste, jonge paarden op te
fokken. Het is dan nodig, door middel van mine
ralen- en vitamine-rijke voedermiddelen, te zorgen,
dat het jonge dier geen der noodzakelijke voedings
stoffen tekort komt.
Het is echter niet zo gemakkelijk te zeggen, wat
het jonge paard van de verschillende voedingsstoffen
(zoals eiwit, kalk, fosfor, koper, kobalt, vitamine
A en D, enz.) precies nodig heeft. Bovendien ver
schilt de behoefte aan voedingsstoffen met het in
dividu. Bij een geforceerde opfok, zonder voldoende
beweging, komt deze niet tot zijn recht. Dikwijls
krijgen de veulens en 18-maanders dan te veel eiwit;
dit is zeer gevaarlijk voor de beenderen en ge
wrichten. Al té dikwijls zijn jonge, veelbelovende
dieren door eèn geforceerde voeding bedorven. Het
noodzakelijke evenwicht tussen de diverse voedings
stoffen was dan verbroken.
In het bijzonder moet worden
gewezen op het gevaar, verbon
den aan een voeding, die er op is
gericht het dier in een „tentoon
stellingsconditie" te brengen. Bij
een goede opfok is het jonge
paard nooit vet. Het dier moet
steeds weliswaar krachtig gevoe
derd worden, waardoor veel mi
neralen én vitamines worden op
genomen, maar het moet gelegen
heid hebben, door volop vrije be
weging (ook 's winters), overtol
lige koolhydraten en vetten uit
de voeding de kans te ontnemen
zich als lichaamsvet a* te zetten.
Als men over een droge weide
beschikt, moeten de veulens altijd
buiten blijven; doch moeten van
een droge ligging bij nat weer
verzekerd zijn. Afhankelijk van
de kwaliteit van het gras, moet
meer of minder worden bijgevoe-
derd. In het najaar gaat de kwa
liteit van het gras voortdurend
achteruit. ÏJaarom moet men ge
legenheid geven naar behoefte
goed hooi (b.v. klaverhooi) op te
nemen. Aan de pas gespeende
veulens moet, gedurende het na-
Jaar en de daarop volgende win
ter tot in het voorjaar, de gras-
groei weer begint, minstens 2 kg,
beter is vaak tot 3 kg, kracht
voer verstrekt worden. Aan de
18-maanders 1 kg. Dit kracht
voer kan haver zijn; beter is ech
ter een deel der haver door tar
wezemelen te vervangen. Vooral
zal dat het geval zijn, wanneer
als hooi uitsluitend klaver- of
lucernehooi wordt gevoederd.
Nog beter is een meelmengsel
met 10 a 15 verteerbaar eiwit
te verstrekken, waarin een mine-
ralenmengsel en ook vitamine A
en D zijn opgenomen. Goed
(eiwitarm) kal vermeel, biks of
korrels zijn hiervoor uitnemend
-bruikbaar.
Naarmate het jaargetijde vor
dert, neemt de grasgroei af en
wordt de jaarling of de 18-maan-
der voortdurend meer aangewe
zen op bijvoeder. Naast hooi (kla
ver- of lucernehooi en goed wei-
dehooi) kan dan wat tarwekaf of
graanstro gevoederd worden en
een geleidelijk stijgende, maar
niet te grote, hoeveelheid voeder
bieten. Voor de 18-maander, die
meer eet en minder krachtvoer
nodig heeft, kan het bieten- en kafrantsoen groter
zijn.
Omstreeks December zijn de goede rantsoenen
ongeveer:
Veulen van plm. 7 a 9 maandën: 3 kg klaverhooi,
3 kg wcidehooi, plm. 1 kg tarwekaf, 8 kg voeder
bieten, 2,5 kg eiwitarm kalvermeel of biks.
18-maander: 4 kg klaverhooi, 4 kg tarwekaf (of
inplaats van deze twee 8 kg weidehooi), naar be
hoefte graanstro of -kaf, 20 kg voederbieten, 1 kg
eiwitarm kalvermeel.
Als men er de voorkeur aan geeft zelf-verbouwde
haver te vervoederen, dan is het wel goed twee kg
voederbieten door rode wortelen te vervangen; 20-40
gram fosforrijke mineralen en 1 theelepeltje
Dohyfral-olie of een ander vitamine D-preparaat
jW. tè„ voedeMM Q J* N
C. DEN ENGELSEN.
In de bijlage van ons blad van 11 Sept. is tot
onze spijt op de laatste pagina door een vergissing
bij de opmaak de vergoeding voor benzine- en die
selmotoren onder het hoofd „Herstelbare schade"
terechtgekomen. Terwijl dit onder het hoofd „Ver
loren of onherstelbaar beschadigd opgenomen
diende te worden".
De belanghebbenden zullen dit overigens wel heb
ben opgemerkt, omdat de gebruikelijke klassen
van het zoutgehalte hier ontbrak.
RED.
Drie jonge
Vlaanderen
Stamboekhmgsten
Foto K. V. N. T.
op< een fokbedrijf in Zeeuws-