Werktuigen voor het onderhoud van grasland
„SHELL"
RUGSPROEIERS
Gebrs De Jongh
jOcnen en Sociale voorzieningen
bestrijdingsmiddelen
VERNEVELING!
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
295
Net zo goed als onze landbouwgewassen behoefte aan onderhoud hebben, is dat bij het grasland ook
het geval. Dat onderhoud moet niet beperkt blijven tot wat kunstmest strooien en daarna wat eggen
in het ivoor jaar, doch dient ook in de loop van het gehele seizoen te worden voortgezet. Dit kan op en
kele manieren gebeuren. Diverse werktuigen stellen ons daartoe in staat. De voornaamste werkzaam
heden bestaan uit het maaien van bossen en het uit elkaar rijden van .mestflatten en molshopen, ter
wijl tegelijkertijd de grond wat open geëgd wordt.
De gTasmaaïmachine.
Op de meeste bedrijven is wel een grasmaaima-
chine aanwezig. Deze wordt in de eerste plaats ge
bruikt voor het maaien van gras, hetzij voor inkui
len hetzij voor hooiwinnen bestemd, en voor klaver
en lucerne. Daarnaast is zij ook even goed geschikt
voor het bossen maaien.
Veranderingen aan deze machine hebben de laat
ste jaren niet plaats gevonden en moeilijkheden
doen zich in het algemeen weinig meer voor. Toch
kan het voorkomen dat het maaien na enkele jaren
wat te wensen overlaat. De oorzaak hiervan zal
dikwijls te zoeken zijn in het snijmechanisme. De
vingerbalk moet n.l. in het verlengde van de drijf
stang liggen. In ruststand moet de buitenschoen
liefst 1 a 2 cm voor deze denkbeeldige lijn liggen.
Tijdens het maaien werken n.l. grote krachten op
de vingerbalk in, waardoor deze achteruit gedrukt
wordt. Is de afwijking groot, dan kan de meskop
zelfs breken. De vingerbalk kan bijgesteld worden
door de lengte van de benen van de V.-vormige
stang te wijzigen. Het verlengde van de drijfstang
kan men bepalen door hier een touwtje overheen te
leggen dat tot voorbij de buitenschoen reikt.
Zit er teveel speling in de verbinding tussen (vin
gerbalk en brug het draaipunt van de vinger
balk dus dan moeten de gaten uitgeboord en
daarin dikkere bouten aangebracht worden. Dit is
vakwerk, zodat de smid eraan te pas moet komen.
Vóórdat met het maaien begonnen wordt verdient
het aanbeveling de loop van het mes te controle
ren. Bij teveel speling tussen mes en glijdplaatjes
moeten deze laatste bijgesteld worden, wat moge
lijk is door de ovale gaten waarmee ze op de vin
gerbalk zijn bevestigd.
Tussen drukkers en mes mag de speling ook niet
te groot zijn, doch ook weer niet te klein. Het mes
moet zogenaamd kleven. De bijstelling kan ge
schieden door vulplaatjes onder de drukkers weg te
nemen. Het keerpunt van de mesjes kan eveneens
foutief liggen, ofschoon dit meestal alleen bij nieu
we niet goed afgestelde machines het geval zal
zijn. Het gevolg hiervan is dat er overal op strook
jes staande plukjes gras blijven staan. Een goede
afstelling, eventueel door Uw smid, voorkomt vele
teleurstellingen.
Bestrijd mestflatten en molshopen.
Mestflatten, molshopen, enz. uit elkaar rijden
kan met verschillende werktuigen gebeuren. Het
maakt niet zo'n heel groot verschil waarmee het
gebeurt, dis het maar gebeurt.'Het oudste werktuig
dat hiervoor werd gebruikt is de kettingegge. De
grond wordt hiermee wat open geëgd en de mols-*
hopen uit elkaar gereden. Vooral verse mestflatten
willen nog wel eens smeren, doch het resultaat van
de eg is toch redelijk goed te noemen. Voor dit
werk zijn de laatste jaren speciale weidesiepen in
de handel gebracht.
De speciale weidesleep heeft tussen een sledevor-
mig frame en vijftal trilstaven met voorop 'n schra
per. Deze schraper maakt de mestflatten en mols
hopen los van de grond, waana de trillende staven
ze verder uit elkaar werken. Bij dit werktuig wordt
de grond dus niet los geëgt wat wél het geval is bij
de gecombineerde weidesleep.
Na de schraper volgt hier een tussen het frame
bevestigde kleine kettingegge. Meestal is daar ach
ter dan weer een triller aangebracht. Déze twee ge
noemde weidesiepen zijn dikwijls voorzien van een
zitplaats. De aankoopprijs is niet hoog, n.l. ruim
100.—
Een ander type weidesleep bestaat uit bewegen
de delen. De trillers zijn dan vervangen door schra
pers, waarbij de breedte in vieren is gedeeld. Aan
elk vierde gedeelte komt achteraan weer een twee
tal scharnierende staven, waaraan op het eind een
plaats met tanden is bevestigd. Deze doet dus dienst
als egge.
Een heel eenvoudige en ook goedkope manier om
mestflatten en molshopen te slepen, is wel het ge-
DE HOOFDAFDELING ADVISEERT CONTRAC
TERENDE PARTIJEN IN DE PROVINCIES.
De vorige maal stonden wij stil bij de langdurige
en moeilijke besprekingen welke dit jaar vooraf
zijn gegaan aan het loonadvies dat de Hoofdafde
ling inmiddels heeft uitgebracht aan de contracte
rende partijen in de provincies.
Thans willen wij een indruk geven van dit loon
advies en hierbij enkele kanttekeningen maken.
In het advies wordt onderscheid gemaakt tussen
de loonbasis voor de losse- en vaste arbeiders. De
gedachte die hieraan ten grondslag ligt, is deze,
dat het streven er thans op gericht is een zodanig
loonverschil tussen beide groepen te bewerkstelli
gen, dat de positie van de vaste arbeiders aanzien
lijk wordt verbeterd.
LOONBASIS LOSSE ARBEIDERS.
Het uurloon van de volwassen losse vakarbei
ders in het grote loongebied bedraagt met inbegrip
van de per 3 Januari ingevoerde loonsverhoging
momenteel 90 ct. (exclusief de halve pensioen
premie en de compensatietoeslag in verband met
de wachtgeld- en werkloosheidsverzekering).
Partijen is in overweging gegeven dit looncijfer
te stellen op 94 ct.
M. b. t. de overige loongebieden heeft de Hoofd
afdeling zich op het standpunt gesteld, dat het
aanbeveling verdient de tot dusverre bestaande
toonverschillen kleiner te maken. Het advies dat
in deze is uitgebracht, kan het beste worden weer
gegeven met het navolgende overzicht.
Hierbij zij er de aandacht op gevestigd, dat de
cijfers wederom exclusief de halve pensioenpremie
en de genoemde compensatie toeslag zijn.
Loongebied: Huidig uurloon Loonadvies
1. Krimpenerwaard-Gouda
Midden Z.-Holland 92 95
2. N.-Holland (behalve de
Wieringermeer)
Westland c.a.
94
96
3.
Brabantse Biesbosch
92^2
96
4.
N.O. Polder
98
101
5.
Wieringermeer
101 y2
102
Uit dit overzicht blijkt, dat met het loonadvies
de tot dusverre bestaande loongebieden met één
vermindert.
LOONBASIS VASTE EN LOS-VASTE
ARBEIDERS.
Zoals werd opgemerkt, acht de Hoofdafdeling
het gewenst dat het basisloon voor de vaste arbei
ders op een hoger niveau wordt vastgesteld dan
dat der losse. Eén der argumenten hiervoor is, dat
de vaste arbeiders in het algemeen niet in die mate
in de gelegenheid zijn tot het verrichten van
accoordwerkzaamheden.
Ter verwezenlijking van het gestelde doel is par
tijen in overweging gegeven om voor de volwassen
vaste vakarbeiders uit te gaan van een uurloon
basis die tenminste 5 ct. en ten hoogste 10 ct. ligt
boven de uurloonbasis van overeenkomstige losse
vakarbeiders.
Het verschil tussen deze laatste cijfers moet dus
worden gezien als een variabele tariefdervings-
toeslag, welke door partijen kan worden benut bij
het afsluiten der C.A.O.'s Dit betekent dus, dat
wanneer voor een bepaalde groep vaste arbeiders
geen besperkingen gelden om in accoord te wer
ken, kan worden uitgegaan van een loonbasis dat
5 ct. hoger ligt, terwijl voor vaste arbeiders die
nimmer in accoord werkerf de loonbasis kan wor
den verhoogd met 10 ct.
Binnen de gegeven richtlijnen zijn partijen dus
volkomen vrij in de vaststelling van de loonbasis
.voor de diverse groepen vaste arbeiders.
Rekening houdende met het voorgaande is de
foruik maken van drie oude hoepels van de achter»
wielen van houten boerenwagens. Drie van die hoe
pels tegen elkaar bevestigd, en getrokken via een
trekbalk, leveren aardig resultaat. De grond wordt
dan natuurlijk niet geëgd.
Naast deze oppenvlakte-werktuigen kunnen voor
het onderhoud van grasland ook nog de greppel-
snijder, greppelploegen e.d. genoemd worden. In de
weidestreken worden deze met succes gebruikt.
Ook een paar in Zeeland aanwezige greppelploegen
leveren goed resultaat op. Zij zijn echter nog te wei
nig in gebruik. Getrokken of rollende greppelwig
gen zijn voor onze omstandigheden minder ge
schikt.
Aan het onderhoud van het grasland wordt In
ons gebied nog steeds te weinig aandacht besteed.
Toch zijn liet dikwijls karweitje» die zo tussen de
bedrijven door gedaan kunnen worden. Bedenkt
wel dat ook het. weiland het eindcijfer op Uw winst
en verliesrekening helpt bepalen.
Goes, April '54.
De Hoofdassistent voor de Werktuigen,
J. G. VAN LIERE.
Hoofdafdeling voor de onderscheidene loonbasis
tot het navolgende loonadvies gekomen:
Minimum Maximum
1. Grote loongebied 99 104
2. Krimpenerwaard-Gouda;
Midden Z.-Holland 100 105
3. N.Holland (behalve Wie
ringermeer) Westland c.a.
Brab. Biesbosch 101 106
4. N.O. Polder 106 111
5. Wieringermeer 107 112
Een bijzondere groep van vaste arbeiders meent
de Hoofdafdeling te moeten onderkennen in dege
nen wier arbeidstijd langer is dan maximaal 2600
uur per jaar. Hierbij wordt gedacht aan arbeiders
belast met de verzorging van vee alsmede aan
paardenknechts en aan arbeiders, die omgaan met
zware landbouwmachines. T.a.v. deze arbeiders
dient, aldus de Hoofdafdeling, rekening te worden
gehouden met de bijzondere arbeidsuren welke in
de totale arbeidstijd zijn begrepen. Derhalve wordt
geadviseerd de extra arbeidsuren op gewone werk
dagen te waarderen op 130 en die op Zaterdag
middagen en Zondagen op 150
Tot zover het loonadvies van de Hoofdafdeling.
Het K.N.L.C. heeft tegen het thans geïntrodu
ceerde loonbeleid een en ander maal ernstige be
zwaren aangevoerd, zij het dat het met de overige
organisaties heeft geijverd voor een verbetering
van de positie van de vaste arbeiders. Dit laatste
had het evenwel willen bereiken door uit te gaan
van de werkclassificatie en aldus te komen tot een
indeling in groepen van functies, t.w. die der losse
arbeiders, arbeiders met een jaarcontract en arbei
ders met een tot op zekere hoogte leidinggevende
functie.
Met dit voorstel werd beoogd, te komen tot een
eigen loonbeleid voor de Akkerbouw en Veehoude
rij en dit los te maken van de loonvervorming in
de overige sectoren van de agrarische bedrijfstak.
Over het standpunt van het K.N.L.C. bleek ech
ter geen overeenstemming mogelijk. Toen eenmaal
vaststond dat het College van Rijksbemiddelaars
had gekozen voor het standpunt van de vijf orga
nisaties, heeft het K.N.L.C. de totstandkoming van
het hierboven omschreven loonadvies niet in de
weg willen staan, zij het dat het in de Stichting
heeft medegedeeld, dat hieruit niet rpag wórden af
geleid dat het van de juistheid van het door deze
voorgestane loonbeleid overtuigd was geworden.
Het K.N.L.C. is n.l. van oordeel, dat het gevaar
groot is, dat in de nevenbedrijven van de Landbouw
een streven zal ontstaan een dienovereenkomstige
loonsverhoging in te voeren.
Blijkt deze vrees bewaarheid te worden en het
ziet er naar uit dat dit het geval zal zijn dan
staat vast, dat het doel dat de vijf organisaties zich
voor ogen hebben gesteld, niet wordt bereikt. Dit
had wel gekund wanneer het voorstel van het
K.N.L.C. was aanvaard en het is dan ook deze reden
dat wij het betreuren dat dit voorstel in de Stich
ting niet die behandeling heeft gehad welke het
toekwam. Een diepgaande bespreking over dit voor
stel bleek n.l. niet meer mogelijk toen de vijf orga
nisaties eenmaal hadden gekozen voor de hierboven
genoemde basisuurlonen, welke naar voren waren
gekomen als gevolg van een compromisvoorstel.
De Hoofdafdeling heeft voorts over een aantal
andere punten advies uitgebracht, t.w. over de
jeugdlonen, de lonen der vrouwelijke arbeiders en
de ongeschoolden, de tarieven en toeslagen en tot
slot over de aftrek voor het genot van een dienst
woning alsmede voor kost en inwoning.
Partijen beschikken thans dus over voldoende
materiaal om te beoordelen of zij op basis van het
door de Hoofdafdeling voorgestane loonbeleid con
tracten kunnen aangaan.
De ontwikkeling in deze dient te worden afge
wacht.
bij uitstek geschikt voor
ook leverbaar met vernevel-
apparatuur.
Vraagt inlichtingen of reizigersbezoek.
GROTE KADE 36 - GOES