Het zaaiklaar maken van het land Psrolirse Gerst ZATERDAG 6 FEBRUARI 1954. MIDDELBUKa waarin opgenomen het NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD Officieel Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z. l. m.) de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Verenigingen d. j. van der have No. 2209. Frankering bij abonnement: Terneuzen ©cJirtolocr' ach In Voor 2-oelarid 42e Jaargang Bij het zaaiklaar maken van het land in het voorjaar wordt de keuze van de te gebruiken werk tuigen in hoofdzaak bepaald door het te verbouwen gewas, de grondsoort en de toestand van de grond. Elke landbouwer streeft er naar om met zo weinig mogelijk moeite een prima zaaibed te ver krijgen, zodat een goede aanslag van het zaad verzekerd is. De voornaamste eisen, die aan een zaaibed worden gesteld zijn de volgende: 1. de grond moet overal op de gewenste diepte zijn losgemaakt, 2. er dient een voldoende mate jan vcrkruimcling te worden verkregen. 3. de grond moet vlak liggen, •1. Er mogen geen of in ieder geval zo weinig mogelijk sporen in voorkomen. Het lukt uiteraard niet altijd het zaaibed zodanig klaar te maken dat het in alle opzichten aan bovengenomde eisen voldoet. Veel van het al of niet slagen hangt af van omstandigheden die men niet of niet voldoende in de hand heeft, zoals bijvoorbeeld het weer, de aard van de grond en de afwatering. Ook de werktuigen die op het bedrijf aanwezig zijn kunnen wat de doelmatigheid be treft nog wel eens te wensen overlaten. Het komt van tijd tot tijd voor, dat bepaalde werktuigen, die reeds lange tijd gebruikt zijn, vervangen moeten worden door nieuwe. In een dergelijk geval is het natuurlijk raadzaam om iets te kopen waarvan goede resultaten mogen worden verwacht. Wij willen daarom trachten een overzicht te geven van de grondbewerkingswerktuigen die tegenwoordig worden gebruikt. EGGEN. Er bestaan zeer vele merken en typen eggen. Sommige soorten komen in bepaalde streken voor, andere worden overal gebruikt. De werkdiepte van een eg hangt af van de vorm en de lengte van de tanden, het aantal tanden en het totale gewicht. Ook de snelheid waarmede wordt gereden is van invloed op de kwaliteit van het werk. Eggen voor een diepe bewerking bezitten meestal lange gebogen tanden. Het raam is gewoonlijk vrij zwaar en het aantal tanden betrekkelijk gering. Voor een ondiepe grondbewerking worden veelal lichte eggen gebruikt met een groot aantal korte rechte tanden. De aan de hoek getrokken eggen worden tegen woordig meer en meer verdrongen door de zigzag eggen Dh is ook geen wonder wanneer men be denkt. dat ze achter de tekker minder gemakkelijk te gebruiken zijn dan achter de paarden. Meestal is hei zo dat de trekker door één eg niet voldoende wordt belast, terwijl bij bevestiging van twee eg gen achter de trekker speciale voorzieningen moe ten worden getroffen ten aanzien van de aanspan ning in verband met het z.g. oversporenof ..overrijden". De zigzageggen, waarvan de ve-den vlak naast el ka a r aan dezelfde trekkerbalk zitten, hebben' dit bezwaar niet Ze hebben bovendien mits de be vestigingsplaatsen van de velden aan de balk juist gekozen zijn het voordeel, dat ze naar behoefte één of twee velden smaller gemaakt kunnen wor den. Om een dergelijke eg één veld smaller te maken is het noodzakelijk, dat de afstanden tussen de ringen aan de trekbalk gelijk zijn. Wanneer men één veld heeft verwijderd moeten de overige vel den één Ting of wel een half veld worden opge schoven. Naar de werkdiepte kunnen de eggen worden Ingedeeld in groepen met verschillende tandlengte, n.L 13— 17 cm., 17— 22 cm. en 28 cm. De eerstge noemde groep wordt in hoofdzaak gebruikt voor liet klaar maken van land waarop vlas, bieten of andere gewassen verbouwd zullen worden die een Advertentie koninklijk kweekbedrijf en zaadhandel kapelle-biezelinge de hoogste opbrengstgevende brouwgerst ondiep losgemaakt zaaibed vereisen. Voor granen en peulvruchten is de tweede groep meer geschikt. De eggen met een tandlengte van ongeveer 28 cm zijn voornamelijk bestemd voor het klaarmaken van aardappelland. Tot de zigzageggen behoren o.a. de kromtand- eggen, die tegenwoordig veel gebruikt worden. Ze bezitten 6 rijen van 3 tanden per veld; bij de lichte typen zijn het 6 rijen van 4 tanden. De tanden, die rond zijn op doorsnee, heb ben gebogen punten, die min of meer plat zijn uitgeslagen. Gewoonlijk zijn de tanden van de voorste rij korter en van de achterste rij langer dan de ove rige. Vele van deze eggen heb ben onder het werk een schom melende gang waardoor de grond niet alleen overal goed wordt losgemaakt en verkrui meld, maar bovendien behoor lijk vlak komt te liggen. Het schommelen heeft verder het voordeel dat ze minder gauw verstopt raken. Voor het verkrijgen van een schommelende gang moeten de tanden voldoende scherp zijn en dient tevens de nodige aandacht te worden besteed aan de aanspanning en de rij snelheid. De overige zigzageggen be zitten, met uitzondering van de scharniereggen meestal 5 den per veld. De tanden zijn recht en hebben eon punt die iets gebogen is. De doorsnede van de tanden is gewoonlijk rechthoekig. Dit soort eggen heeft in het algemeen geen schommelende gang, zodat de verkruimeling en de vlakke ligging van het land wat minder is dan bij de kromtandeggen. De scharniereggen hebben per veld 5 rijen van 3 gebogen tanden. Elke rij tanden kan ten opzichte van de voorgaande en de volgende op en neer be wegen. Achter de achterste rij bevindt zich een verstelbaar blokje om de diepte van deze rij en daarmede van het gehele veld te regelen. Door het op en neer bewegen zullen de scharniereggen niet zo gauw vollopen. Ze schommelen niet, zodat de verkruimeling en het vlakeggen van de grond min der is dan bij de kromtandeggen. Voor het verkrijgen van goed werk moet de schommelende beweging van een eg wel, van groot belang worden geacht. De grond wordt lang niet altijd in één bewer king voldoende diep los gemaakt of verkruimeld. In een dergelijk geval kan men overdwars en in de lengte eggen of twee eggen achter elkaar hangen. Dit laatste krtn men op verschillende manieren doen. Sommige eggen bezitten aan do achterkant van de velden ringen, waaraan eveneens een veld kan worden bevestigd. Men krijgt op die manier dus twee rijen velden aan één trekboom. Het zal duidelijk zijn dat de eggen bij een dergelijke beves tiging niet kunen schommelen. Wanneer men er prijs op stelt dat ze wel schommelen, is het raad zaam de velden van de tweede eg eveneens aan een trekbalk vast te maken. Deze trekbalk wordt dan met een lange ketting tamelijk hoog aan de trek ker, of nog liever aan een trekkar of hitch beves tigd. Men kan met een dergelijke combinatie uiter aard niet zo kort draaien. Vaak bestaat de behoefte om de grond voor het zaaien van bieten en handelsgewassen nog wat vlak te maken en aan te drukken. In het Noor den van het land wordt hiervoor vaak een earn- bridgerol gebruikt, in het Zuiden van het land de sleep. De sleep, die zoals bekend is, uit vier dwarsbal ken bestaat met daarop een plankier, heeft boven de rol het voordeel dat de balken de grond mooi verkruimelen, hetgeen voor een fijn zaaibed wel gewenst is. De laatste jaren heeft de tandensleep veel opgang gemaakt! Dit is een sleep waarbij dooi de balken op afstanden van ongeveer 10 cm rechte tanden zijn geslagen. De lengte van de tanden varieert bij de verschillende fabrikaten van 5—9 cm; waarschijnlijk is 56 cm het meest geschikt. De tanden maken de grond los; deze wordt dan door de balken verkruimeld. Voor het verkrijgen van vlak land is het gewenst dat er een persoon op staat, die door zijn gewicht beurtelings van het ene been op het andere te verplaatsen de sleep laat schommelen. Dientengevolge leent de tanden sleep zich meer voor het gebruik achter paarden dan achter een trekker. De grond wordt ondiep rijen van 4 tan- TANDENSLEEP losgemaakt; in vele gevallen is één bewerking vol doende, in andere gevallen moet het land zowel overdwars als in de lengte worden gesleept. Wan neer groenbemesting is ondergeploegd kan het ge bruik van de tandensleep in het voorjaar wel eens met moeilijkheden gepaard gaan door het optreden van verstoppingen. CULTIVATORS. De cultivators vinden tegenwoordig ook nogal wat toepassing voor het klaar maken van aard appeland op gemakkelijk te bewerken gronden. Afhankelijk van de aard van de grond zijn twee of meer bewerkingen nodig. FREESMACHINES. Er worden tegenwoordig in de landbouw op be scheiden schaal freesmachines gebruikt voor het klaar maken van het land. De freesmachines geven in het algemeen een zeer goede verkruimeling. Vaak kan men door de keuze van de versnellingen van de trekker en het toerental van de aftakas de mate van verkruimeling nog wat regelen. (Zie verder pag. 90 le kolom onderaan.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1954 | | pagina 1