Schetsen van de Belgische landbouw Landbouworganisaties I STEKELS op den BLEIK LET OP DE UITBREIDINGSPLANNEN. ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD We hebben wel eens de neiging het landbouw organisatieleven in Nederland als het meest ver deelde in Europa te beschouwen, daar de organisa tie naar confessie in het begin van deze eeuw de aanvankelijke eenheid verbrak. Beschouwt men het organisatieleven in België, dan ziet men deze trek slechts weinig vertegen woordigd; de scheidingslijnen in het landbouworganisatieleven zijn er om r- geheel andere redenen getrokken; maar scherp zijn ze. De taalgrens, die als een diep ravijn dwars door België loopt, heeft ook hier een diepe scheidingslijn getrok ken. Merkwaardig genoeg is deze taal grens in het verleden nooit een poli tieke grens geweest. Wel kan men nu vaststellen, dat Vlaanderen in politiek opzicht overwegend rechts georiën teerd is en Wallonië overwegend links, wat ook samenhangt met de middelen van bestaan. In Wallonië is dit in hoofdzaak de industrie en in veel min dere mate de landbouw; Vlaanderen bezit daarentegen veel minder indu strie. Uit de Belgische Boerenbond zijn steeds groepen van ontevreden leden getreden, die afzonderlijk organisaties hebben gesticht. Twee daarvan zijn de organisaties „Het Boerenfront" die ongeveer 25.000 leden in het Vlaamse gebied telt en de Union proffessionel agricole in het Waalse gebied met om streeks 20.000 leden. De Boerenbond en de Alliance agri cole de zusterorganisatie in het Waalse gebied omvatten verreweg het merendeel van de Belgische boeren en in het Vlaamse gedeelte dient men de Boerenbond wel te beschouwen als „de" organisatie voor de boer. Wie in Leuven het Francishof betreedt dient dan ook enige minuten te reserveren voor het be studeren van een groot bord, waarop te lezen staat welke diensten in het gebouw zijn ondergebracht. Het zijn er niet weinig; van de centrale aan- en verkoop tot de onderlinge kas voor kindertoesla gen. Zoals de Adj.-Secretaris, de heer Van Doele, ons verhaalde wil de Boerenbond alle belangen van de leden behartigen. Daartoe is voor de ongeveer 90.000 leden, die ondergebracht zijn in ongeveer 1350 gildon, een geweldige organisatie nodig. Meer dan 1200 amb tenaren en ongeveer 1000 arbeiders vinden hun werk bij deze organisatie met zijn vele neven- instellingen. Dagelijks wordt b.v. een hoeveelheid bedrijfsbenodigdheden, die geborgen kan worden in 60 wagons van 10 ton, afgezet. En jaarlijks krijgen de leden een 10.000 lezingen te verwerken in hun gilden. Een machtige organisatie, ook als men ziet dat 780 boerenleenbanken onder haar vleugels rusten, benevens een 400 coöperaties die tot doel hebben de veeverbetering te stimuleren. Zo zijn er nog vele andere coöperaties aan de Boe renbond verbonden, o.a. meer dan 80 zuivel fabrieken. Het klinkt in het begin wel wat ongeloofwaardig als verteld wordt, dat de topcoöperatie de Boe renbond zelve de vorm van de Naamloze Ven nootschap bezit. Op een desbetreffende vraag werd ons verteld, dat de wet een Coöperatie niet toelaat om winst te maken, zodat deze vorm onvermijde lijk is. III. a^-ca-^-aa^--Ba^--aG^DCL^ccL---ïicï--T>Q---Ti(LO<L-^OQ^--CG^-DGacaa^--CQ. dient men lid te zijn van de Boerenbond, terwijl deze coöperaties ook financieel verbonden zijn met de Boerenbond, daar het geld voor investeringen veelal van de centrale kas van landbouwcrediet een neveninstelling van de Boerenbond betrok ken moet worden. Zo neemt deze maatschappij een centrale plaats in, die we ons in Nederland maar moei lijk voor kunnen stellen. Vooral de binding tussen landbouworganisatie en coöperatie kennen we in Nederland alleen maar bij de Katholieke organi saties. Licht zijn we geneigd om te verlangen naar een dergelijke binding, die we vroeger in Nederland ook ge kend hebben. M^ar al zouden we deze binding willen, zoals deze historisch gegroeid is in België zouden we haar toch zeker niet wensen, omdat de zeg genschap ^an de boer geheel op de ach tergrond geraakt is en nauwelijks meer betekenis heeft. INVLOED OP BELEID? HET LANDBOUW- Een hoeve in West-Vlaanderen, één der bolwerken van de Belgische Boerenbond. LAGE CONTRIBUTIE, MAAR En daar kan de Boerenbond niet buiten, omdat de leden een contributie betalen variërend van 150 tot 500 B. fr. per jaar 12—38 gulden). Een derge lijk bedrag is zeker niet hoog, doch de keerzijde van de medaille is, dat de boer op de gang van zaken maar bitter weinig invloed uit kan oèfenen. Ja, de trapsgewijze verkiezing is geregeld; de gilden vaardigen iemand af naar de arrondisse menten en deze lichamen zorgen er dan voor, dat een bondsraad van 32 jSgrrstmen wordt gevormd. Deze bondsraad kiest wee* -en hoofdbestuur van 13 personen, welk laatste lichaam weer een Dage lijks Bestuur van 5 personen benoemt. In feite komt het er op neer dat deze leden van het dage lijks- en hoofdbestuur zelfstandig de organisatie kunnen besturen, zonder dat er van invloed van onder af veel te bespeuren valt. Omgekeerd bezit de boerenbond in 50 opzichters ook een niet te on derschatten middel om de beïnloeding van boven naar beneden tot stand te brengen. Gaat men nu de economische neveninstellingen (coöperaties e.d.) wat nader bestuderen, dan valt het 'op dat leden van de Bondsraad in de besturen, van deze instellingen de lakens uitdelen. Ook heb ben de boeren hier vrijwel niets te vertellen en van een opbouw zoals wij die in Nederland kennen, is in het geheel geen sprake. Ziet men dan b.v. dat het grootste gedeete van de leden van het Dagelijks Bestuur ook in het poli tiek leven een leidende functie vervult, terwijl slechts één een boerderij exploiteert, dan is het beeld ongeveer compleet. Om lid te kunnen worden van een Coöperatie Welke wegen bewandelt U om het landbouwbeleid te beïnvloeden? luidde 111111 één der vragen die aan de heer Van Doele gericht werden. Uit het antwoord bleek de binding ||2 met de Christelijke Volkspartij, die een lij comité heeft dat zich in het bijzonder jfl met landbouwzaken bezighoudt en regelmatig overleg pleegt met de ver- tegenwoordgers van de Boerenbond. De andere partijen kennen een derge lijk lichaam niet en van hun invloed op het landbouwbeleid zal dan ook wei nig sprake kunnen zijn. Denkend aan de samenwerking die de Neder landse landbouworganisaties hebben gevonden in de Stichting voor de Landbouw die als vertegen woordiger van de landbouw bij de Regering op kan treden ligt het voor de hand dat naar een dergelijk voorbeeld in België wordt gezocht. Men zoekt er echter tevergeefs naar, omdat in feite alleen het Boerenfront een samenwerking heeft met de Union Professionel, zoals de Boerenbond een band kent met d'e Alliance agricole. Mede dank zij aandrang van Nederlandse zijde zijn de laatste tijd bij besprekingen meerdere or ganisaties aanwezig geweest. Helaas heeft de wil tot samenwerking echter nog geen Wortel gescho ten bij de Belgische organisaties. Jammer genoeg komt deze geest de toenadering der organisaties in de Benelux-landen niet ten goede, omdat zowel de opbouw der organisaties als de onderlinge verhouding de contacten naar bui ten bemoeilijken en vrijwel automatisch stroef doen verlopen. De beste oplossing om een betere sfeer voor de samenwerking te scheppen, ligt o.i. in het bevorderen van de individuele contacten door het organiseren van excursies en studiereizen, met of zonder de hulp der landbouworganisaties. En dan wederzijds, opdat de Belgische boer ziet dat zijn Nederlandse collega niet de slaaf is van wetten en maatregelen en de Nederlandse boer zijn Belgische collega niet langer beschouwt als de ploeteraar, die 50 jaar achter is bij de ontwik keling van de landbouw. B. Als klein kind, ik weet het nog goed, kwamen 's avonds de schapen op de „mispit." Dat was voor ons, als kinderen, een groot feest. De schaapherder met zijn hond zijn nog niet verdreven uit Zeeland, hoewel ook sterk in aantal verminderd. Anders is het in Drenthe, waar men vrijwel vergeefs speurt naar de scheper op de grote stille heide. Er is im mers geen heide meer; alles is zowat ontgonnen. Terwijl de Nederlandse boeren met onrustige ogen de wereldmarkt van hun producten volgen, welke het laatste jaar een zo scherp dalende ten- denz heeft verkregen, lezen wij ook de eerste alarmsignalen over de wolmarkt. Te veel wol in Amerika, terwijl de eerste Australische wolnote ringen aanvankelijk tot 5 boven de slotnotering van Juni opliepen. Hoe kan dat? Het jaarlijks wolverbruik in Ame rika is, na de piek van na de oorlog, teruggevallen van 738 millioen lbs in 1946 tot 472 millioen lbs. De belastingbetalers in de Verenigde Staten heb ben de laatste 10 jaar 92 millioen dollars prijs- toeslag op de wol moeten betalen. 100 millioen lbs aan overschot wol, of ongeveer 40 van de scheer van 1952, is in handen van de Amerikaanse Regering. Men wil nu met een hef fing van 7 dollarcents op geïmporteerde wol, de binnenlandse markt steunen. Volgens de schapen houders de helft te weinig. Zo ziet men twee dingen. Dat het economisch ook in rijke landen niet alles koek en ei is. En dat dit zelfs voor de jarenlang zo sterke wolmarkt geldt. Tevens, dat er een duidelijke verschuiving, en dat is wel het belangrijkste, is naar het verbruik van synthetische vezelstoffen, als nylon, en hoe ze ver der ook allemaal mogen heten. Nylon schijnt al weer over zijn hoogtepunt heen te zijn. Iedere stij ging van de wolprijzen zal een zwaard zijn, dat tegen zichzelf wordt gekeerd, omdat het verbruik dan zal afnemen ten gunste van de kunstvezels. Hopelijk stabiliseert zich een evenwicht, zodat het Zeeuwse schorrenschaap onze zeedijken kan blijven bevolken en de zode daarvan blijven ver stevigen. SCHERPSLIJPER. MIDDELBURG. Van 4 September tot en met 17 September hee$ ter gemeente-secreiarie ter inzage gelegen het door de Raad dier gemeente op 1 September 1953 vast gestelde plan van uitbreiding. Gedurende zes weken na afloop van deze termijn, kunnen belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de gemeenteraad hebben gewend bij Gedepu teerde Staten bezwaren tegen het plan indienen. VEERE. Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd het be sluit van de raad van 19 Mei 1953 tot wijziging van het uitbreidingsplan in hoofdzaak. Belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de raad hebben gewend, kunnen binnen één maand n'a 1 September beroep instellen bij de Kroon. HOEDEKENSKERKE. Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd het op 7 October 1952 vastgestelde uitbreidingsplan. Het plan ligt ter inzage. Belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de gemeenteraad hebben gewend, kunnen gedurende een maand na 5 September 1953 beroep instellen bij de Kroon. (Zie verder volgende pagina onderaan.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1953 | | pagina 7